Schaaktempel
Een tijdje geleden vertoefde ik per ongeluk in Zwitserland. Ik was er zo’n 25 jaar niet geweest. Een hernieuwde kennismaking. Tijdens de eerste treinrit langs Zürich viel me direct al op hoeveel gebouwen daar met kaal beton zijn neergezet. Wellicht een verantwoorde afweging wanneer je met winterse omstandigheden rekening houdt, maar het doet nogal goedkoop aan. En ronduit vreemd is het dan als de Zwitser anderzijds luxe materialen voor de aankleding gebruikt. Zo zie je, bijvoorbeeld, veel verchroomde balustrades op de balkons, met van die lichtgroenige glasplaten erin. Niet mijn smaak, maar het is populair. De ellende is dat kaal beton na verloop van jaren niet zelden in ontstellende lelijkheid vervalt. Enerzijds door natuurlijke slijtage, anderzijds omdat onze smaak is veranderd. Wat in de 60-er jaren nog voor modern kon doorgaan, zag er in de 80-er jaren al behoorlijk triest uit. In het hotel waar ik recentelijk verbleef was de ene wand van de kamer kunstig aangekleed, maar de andere wand was van jammerlijk kaal beton. Malle Pietje zou het waarschijnlijk als “echte konsjt” betitelen.
Beton dus. Daarmee wordt het bruggetje naar het schaaktoernooi in Biel gemakkelijk gelegd, want dat wordt sinds jaar en dag verspeeld in een prestigieus ontworpen betonkolos. Het eerste meestertoernooi vond plaats in 1968. Het jaar daarop won de 17-jarige Jan Timman. Vele andere grootheden hebben er nadien gezegevierd – laatstelijk in 2018, toen was het Mamedyarov. Biel is een stad die “officieel en gelijkwaardig” tweetalig is. In het Frans: Bienne. Denk niet dat een taalgrens iets exclusief Belgisch is. Zelfs in Nederland kennen we een taalgrens, de zgn. “patat-friet grens”: boven de grote rivieren spreekt men van patat, beneden de grote rivieren bestelt men friet. De taalgrens in Zwitserland noemt men ook wel de “Röstigraben” (Graben = greppel, omdat deze taalgrens voor een deel langs het riviertje de Saane loopt; Rösti is een nationaal Zwitsers gerecht met Duitse inslag, een soort aardappelkoek). Wederom met aardappelen in de hoofdrol. De Röstigraben symboliseert het verschil tussen de franstalige en duitstalige mentaliteit (vul zelf maar in). Biel ligt precies op die taalgrens.
Voor zover ik kan nagaan is het toernooi al die jaren steevast in het Bieler Kongresshaus verspeeld. Toen ik er in 1976 voor het eerst was, leek het voor mij, net 14 jaar oud, een modern gebouw, met onmiskenbare allure. Het zal in 1980 geweest zijn, toen speelde ik er opnieuw. Ik herinner me nog dat mijn beleving van het Kongresshaus toen al gekeerd was. Maar op dat moment hield ik mij meer met schaken bezig, dan met het op waarde inschatten van de toernooifaciliteiten. Dat wil ik bij deze rechtzetten.
Enige internet-research leert dat de Bieler gemeenschap een haat-liefde verhouding met ‘hun’ Kongresshaus heeft opgebouwd. Voltooid in 1966, zou het eigenlijk ’te groot’ zijn voor de provinciestad Biel (ruim 50.000 inwoners, vergelijkbaar met een stad als Woerden). Er is een concertzaal, enige bijzalen als congresfaciliteiten, een zwembad, een restaurant. Met het betonnen “Hängedach”, bij oplevering het grootste ter wereld, als architectonisch klapstuk. Tenslotte staat ernaast nog de hoogbouw (52 meter hoog), bedoeld als kantoorpand. Zie foto.
En zoals dat gaat met veel van die betonjoekels, het roept allengs meer weerstand op. Enige jaren geleden was men bezorgd dat het Hängedach niet meer veilig genoeg zou zijn, en dat er betonnen brokstukken uit de hoogbouw zouden gaan vallen. Wanneer er vervolgens herstelwerkzaamheden van minimaal 14 miljoen zwitserse franken op tafel liggen, waarvan 1,5 miljoen urgent, dan mag niemand nog verbaasd zijn dat er stemmen opgingen om het hele complex maar te slopen. Maar ja, de kosten daarvan werden op 25 miljoen geraamd. Zie onderstaande quote, uit het Zwitserse dagblad Der Bund van 20 december 2017: Lieber ein Ende mit Schrecken als ein Schrecken ohne Ende, sagt Pascal Fischer, Stadtrat der Kleinpartei Die Eidgenossen. Lieber breche man das Kongresshaus jetzt ab und baue etwas Neues, als noch viel Geld in den Betonklotz zu investieren. (Klotz = blok, massa)
Duidelijk genoeg. Anderzijds zijn er ook voorstanders, die het architectonische hoogtepunt van weleer als erfgoed in stand willen houden. In de toeristische aanprijzingen van de stad Biel kom je het Kongresshaus al snel tegen, waarin niets op een controverse wijst. Wat een verrassing.
Beton dus. Functioneel onovertroffen, maar als bouwmateriaal voor een prestige-object draagt het een vloek met zich mee. Is er voldoende draagvlak om regelmatig substantiële onderhoudskosten op tafel te leggen? Ik kan me niet voorstellen dat deze schaaktempel er in 2040 nog staat. Hoe dan ook, laten we hopen dat het jaarlijkse schaaktoernooi dit gebouw overleeft! Waarbij aangetekend dat het jaar 2019 is overgeslagen – een veeg teken.
Een heel mooi verhaal dat mij uitnodigde eens te kijken waar Biel/Bienne precies ligt in Zwitserland en daarbij te ontdekken dat de hoofdkantoren van grote horlogemerken daar nog altijd gevestigd zijn. Het toernooi is echter wel in 2019 gehouden met als winnaar Vidit Santosh Gujrathi, die in 2019 ook in het Tata Steel toernooi speelde. Het toernooi van 2019 in Biel/Bienne was in de formule klassiek, rapid en blitz. Ook in 2020 staat het toernooi op de schaakagenda. Ik kom het elk jaar tegen op de website Europe Echecs. Voor de uitslag verwijs ik naar www.chessgames.com/perl/chess.pl?tid=96745
Dank voor de correctie m.b.t. 2019: des te beter !