De Engelsen konden er in 1922 geen hout van en het speeltempo was de oorzaak
Er wordt door sommige mensen wel eens gemopperd over het snellere speeltempo (110 minuten voor 40 zetten i.p.v. 120 minuten). Dat blijkt iets te zijn van aller tijden, als ik een artikel uit de Provinciale Geldersche en Nijmeegsche courant van 25 augustus 1922 mag geloven…
Het gebruikelijke speeltempo was destijds 15 zetten in een uur. Maar wat gebeurde er in Londen? Daar speelde men niet met 15, maar met 20 zetten per uur! Dat leidde vooraf niet tot grote verontwaardiging onder de deelnemers, maar spoedig bleek dat men het verschil onderschat had. Want 20 zetten per uur, dat is gewoon bijna bliksemschaak. Meteen na de opening, tussen zet 10 en 15, al tijdnood! Vooral bij de moderne spelers, die niet kiezen voor de gebaande paden in de opening.
En de keuze van de Engelsen heeft ook grote gevolgen voor de spelers daar. Want is er in 1922 nog een Engelse speler die een paard van een loper kan onderscheiden? Neen! Dat komt er nou van. De bedenktijd is gewoon te kort om door te kunnen denken en zo leer je (als we de auteur van het artikel mogen geloven) nooit fatsoenlijk schaken.
Kijk dan naar Bogoljulof (rr: beter bekend als Efim Bogoljubov). In Pystian (rr: Piešťany, Slowakijë) mocht hij spelen met het speeltempo van 25 zetten in twee uur, echt iets voor deze doordenkert die het toernooi won. Geen wonder dat hij over zes jaar de kampioen van de wereldschaakbond zal worden! Nouja, dat wist de auteur (één van de deelnemers aan het toernooi in Londen blijkbaar) toen nog niet.
De Duitse naam Bogoljubow eindigde op -w. Hij verkreeg in 1927 Duits staatsburgerschap, in de naziperiode mocht hij niet aan het Duitse kampioenschap meedoen, want hij was geen echte Duitser en slechts ‘Staatsangehöriger’.
Fijn natuurlijk dat je af en toe na kan denken. Maar heel veel tijd, maakt niet altijd dat je beter speelt, je kan dan blijven dubben. Ander nadeel is dat je tegenstander ook veel tijd heeft en soms Lang na gaat denken over iets waar je geen idee van hebt. Dan kan je eventueel bij anderen borden gaan kijken, maar dat leidt weer af van je eigen partij. Hoe langer de tijd die je investeert, hoe erger het verlies kan zijn. Vier uur denken verknald door dat ene foutje in tijdnood, dat is erg. Daarom is het leuk dat er zo veel verschillende tempo’s zijn! Voor ieders wat wil. Ik houd van rapid, kan ik nadenken als het uitkomt en een uurtje focus is goed te doen.
Het lijkt er op dat dit toernooi in London bedoeld wordt, waar de in de krant genoemde Znosko-Borovsky aan meedeed. Een paar van die Engelsen eindigden vreemd genoeg nog boven hem. Euwe deed ook mee, maar viel buiten de geldprijzen, zoals alle Engelsen, want dat liep tot aan nr. 8 Marcoczy, die trainer van Euwe was ergens in die jaren.
London, England, 31 July – 19 August 1922
1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 1 2 3 4 5 6 Pts
1 Capablanca * ½ 1 ½ 1 1 ½ ½ 1 1 1 1 1 1 1 1 13
2 Alekhine ½ * ½ 1 ½ ½ ½ ½ 1 1 1 1 ½ 1 1 1 11½
3 Vidmar 0 ½ * 0 1 ½ 1 ½ 1 ½ 1 1 1 1 1 1 11
4 Rubinstein ½ 0 1 * ½ ½ 1 1 ½ 0 1 ½ 1 1 1 1 10½
5 Bogoljubov 0 ½ 0 ½ * ½ 1 1 0 1 ½ 0 1 1 1 1 9
6 Reti 0 ½ ½ ½ ½ * ½ ½ 1 1 ½ 1 0 1 0 1 8½
7 Tartakover ½ ½ 0 0 0 ½ * ½ 1 0 1 1 1 ½ 1 1 8½
8 Maroczy ½ ½ ½ 0 0 ½ ½ * 1 ½ ½ 1 ½ 0 1 1 8
9 Yates 0 0 0 ½ 1 0 0 0 * 1 1 1 1 1 ½ 1 8
10 Atkins 0 0 ½ 1 0 0 1 ½ 0 * 0 1 ½ ½ 0 1 6
11 Euwe 0 0 0 0 ½ ½ 0 ½ 0 1 * 0 1 0 1 1 5½
12 Znosko-Borovsky 0 0 0 ½ 1 0 0 0 0 0 1 * 1 ½ 1 0 5
13 Wahltuch 0 ½ 0 0 0 1 0 ½ 0 ½ 0 0 * 1 1 ½ 5
14 Morrison 0 0 0 0 0 0 ½ 1 0 ½ 1 ½ 0 * 0 1 4½
15 Watson 0 0 0 0 0 1 0 0 ½ 1 0 0 0 1 * 1 4½
16 Marotti 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 ½ 0 0 * 1½
Van dat rijtje lijkt Tartakover de meest waarschijnlijke kandidaat om de auteur van het artikel te zijn (aangenomen dat het door één van de deelnemers geschreven is).
www.delpher.nl/nl/kranten/view?query=Bogoljubof+londen&page=4&coll=ddd&identifier=ddd:010530231:mpeg21:a0074&resultsidentifier=ddd:010530231:mpeg21:a0074
Dit is gebaseerd op Euwe in de N.R.Ct, zal Nieuwe Rotterdamsche Courant zijn.
stuk kan daar goed op gebaseerd zijn.
Ja, toch Euwe dan waarschijnlijk. Wel vreemd dat zijn naam helemaal niet genoemd wordt.
Of
www.delpher.nl/nl/kranten/view?query=Bogoljubof+londen&page=6&coll=ddd&identifier=ddd:010026189:mpeg21:a0137&resultsidentifier=ddd:010026189:mpeg21:a0137
hier klaagt tarrasch over op Londen volgend toernooi Hastings met 17 zetten per uur
Een zeer goede beschouwing van Euwe over de afhankelijkheid van het schaakniveau van de beschikbare bedenktijd!
Helaas is men al vanaf de jaren ’70 bezig om overal de bedenktijd bij het schaken geleidelijk te verminderen. Het effect hiervan is dat het aantal aangesloten leden van de Nederlandse schaakbond met hetzelfde tempo is gedaald. De grote aantrekkingskracht van het schaakspel, dat het namelijk een denksport kan zijn, is verdwenen. Het is nu meer een behendigheidsspel geworden, vergelijkbaar met sjoelen en biljarten.
Shogi (Japans schaak) wordt op topniveau gespeeld met negen(!) uur per speler per partij en een minuut byo-yomi na afloop van die tijd. (Binnen die minuut zetten, tijd wordt niet opgespaard). Go heeft ook zeer ruime bedenktijden op topniveau. Als de topspelers maar partijen met ruime bedenktijd kwalitatief goede partijen spelen. Ik heb niet het idee dat mijn eigen partijen kwalitatief vier keer beter worden als ik twee uur heb in plaats van een half uur.
Misschien is kortere bedenktijd wel een oplossing voor de clubs: De helft van de spelers speelt van 07:00 tot 09:15, dan lucht verversen, sprayen en de rest speelt van 09:45- 24:00. Wel wat meer indelingsmoeite voor de wedstrijdleider maar je kunt met je huidige zaal toe.
Niet aĺleen heb je bij profpartijen shogi of go negen uur om je zetten te bedenken, je doet dat ook op je knieën. Overigens werden partijen halverwege afgebroken om de volgende dag te worden voortgezet.
Het zal overigens niet iedereen bekend zijn dat we de elektronische klokken aan de goërs te danken hebben. In de tijd dat ik nog go speelde (jaha, tweede dan!) rond 1980 moest je voor byoyomi nog iemand zoeken met een horloge met secondewijzer. Dat vonden enkele Nederlandse spelers, student aan TU Twente, toch wat omslachtig. Vandaar.
Overigens zit er toch een klein nuanceverschil tussen een discussie over 15 of 20 zetten per uur tegenover een tendens om maximaal 15 minuten per speler per partij als het nieuwe normaal te gaan zien. Kan wel leuk zijn voor de jeugd, maar daar hoor ik niet bij.
Die clubtijden zijn neem ik aan 19:00 tot 21:15 uur en 21:45 tot 24:00 uur? Anders sluit de tweede helft wel heel erg mooi aan op het gewenste speeltempo van een eeuw geleden! 🙂
Dat zal toch niet met de afname van bedenktijd te maken hebben, maar eerder met het feit dat jongeren tegenwoordig veel meer afleiding hebben, waardoor schaken minder aantrekkelijk lijkt. Integendeel: met veel snelschaken maak je het nog enigszins aantrekkelijk voor de jeugd!
Inderdaad, de tijdsgeest (letterlijk en figuurlijk) is nu natuurlijk heel anders dan in de jaren 20 van de vorige eeuw. In die honderd jaar is er maatschappelijk zeer veel veranderd. Heel erg lang nadenken om absoluut het beste te vinden in nu niet ieders keuze, zeker niet die van de jongeren. Het schaken van nu is veel dynamischer en er is veel meer informatie voor handen en er zijn hele goede computerprogramma’s. Goed het kan leiden tot excessen als Bullit schaak van ongeveer een halve minuut, maar er zijn nu veel varianten. Om het schaken van nu te vergelijken met sjoelen gaat voor mij veel te ver. Waar is de nuance?
Jeugd en jongeren. Een andere beleidsfout van de schaakbond, in mijn ogen dan, is de overdreven aandacht voor jeugdschaak, talentontwikkeling, etc. Na tientallen jaren is nu toch wel bekend dat het rendement van al deze investeringen, hoe goed bedoeld ook, zeer gering is. Ja, de jeugd leert wel schaken, maar de meeste jongens en meisjes stoppen er ook weer mee zodra ze in de puberteit komen. Het zou beter zijn wanneer de schaakbond zich weer op de volwassen schaker zou richten, zoals het ooit ook begonnen is. Een denksport voor volwassenen met ruim voldoende bedenktijd. En niet een spel voor kinderen, waarbij de nadruk ligt op het in tijdnood brengen van de tegenstander om zodoende de schaakpartij te “winnen”.
In mij komt maar een ding boven De Muppetshow Waldorf en Statler :-).