Digitale Nieuwsbrief MEC is uit!
MEC-oprichter Leo Diepstraten
in gesprek met Martin Steunebrink,
oud-vrijwilliger van het MEC
De dikste digitale Nieuwsbrief uit onze historie staat online.
Ook dit keer weer veel verschillende onderwerpen:
- Het MEC in corona-tijd
- In memoriam Leo Diepstraten (1925-2020)
- Het conflict Larsen-Euwe (reacties)
- De Sfinx
- Waarom werd Suiker Ruisdonk?
- Het Jonge Leven
- Het genie Henry Baudet (boekrecensie)
- Fotoreportage Tata Steel Chess 2021
- Zeventig jaar schaken (Martin Steunebrink)
- De schaakwijk (in Utrecht)
- Schaaksonnetten van Martin Snoep
- “Schrijf mij er alles over” (over het dochtertje van Landau)
Zie www.maxeuwe.nl/
In de maart-Nieuwsbrief lijkt er enige twijfel te zijn geweest of Euwe aanwezig was bij de kandidatenmatch Larsen-Portisch te Rotterdam in 1977. Nou, hij was in ieder geval in de commentaarzaal, waar een twintigjarige langharige slungel een plaatsje op de eerste rij had bemachtigd. Welke halverwege de partij door Corrie Vreeken werd gesommeerd die plaats af te staan aan de net binnengekomen Euwe. Die daar niets van wou weten, en vóór me op de grond ging zitten; hij was tenslotte pas 76…
Ik kan me nog herinneren dat er tijdens een partij in een zaal ernaast (er werd gespeeld in het Doelen-complex) een koor begon te repeteren; men was vergeten die mensen in te lichten. Tijdens een volgende partij begon vlak voor het gebouw een draaiorgel te spelen. Wedstrijdleider Arthur Schuering schijnt er een geeltje in te hebben gestoken om te zorgen dat de orgelman een paar straten verderop ging staan.
Kortom, misschien was Larsen niet in een optimale bui tijdens die match.
Ik dacht dat het “conflict Larsen-Euwe” voor een groot deel over het izt van 1973 ging. Larsen wilde in Petropolis spelen en dacht dat Euwe hem dit had toegezegd. Het werd Leningrad, met Kortschnoi, Karpov, … – zonder kwalifikatie voor Larsen.
Zie p. 47/48 (2018 edition) van Chess Duels van Seirawan en de discussie in
www.chessgames.com/perl/chess.pl?tid=79518
Dat klopt. Tenminste, Euwe zelf had die indruk ook. Hij wist dat alleen niet op het moment zelf, “anders had ik hem misschien nog kunnen laten ruilen met Hort…”
Volgens mij was het destijds vooral van belang dat de twee interzone toernooien even sterk bezet zouden zijn (op basis van de gemiddelde rating van de deelnemers) en dat vertegenwoordigers uit hetzelfde land (vooral de Sovjet-Unie) over beide toernooien gelijk verdeeld zouden worden. Dat laatste werd nog even spannend, omdat Leonid Stein zich had gekwalificeerd, in Petropolis zou spelen en plotseling overleed. Daar moest de schaakbond van de Sovjet-Unie nog een vervanger voor zoeken. Dat werd Bronstein, die weliswaar een lagere rating had dan Stein, maar de krachtsverhouding tussen Leningrad en Petropolis niet noemenswaardig uit het evenwicht bracht. Je kunt dan achteraf zeggen “much ado about nothing”, maar wellicht was dit voor Larsen een culminatie van irritaties, waarbij hij de indruk kan hebben gekregen dat er “toch steeds iets was met die Euwe…”
Ik ben op het ogenblik bezig met een boek over Leonid Stein en kijk naar de toernooien uit zijn tijd. Die twee interzonale toernooien van Petropolis en Moskou uit 1973 hebben vergelijkbare sterkte. In Moskou plaatsten zich Kortsjnoj, Karpov en R. Byrne. Karpov bleef ongeslagen en de andere twee hadden één nederlaag. Larsen begon heel goed met een aantal overwinningen en maar één nederlaag tegen Kortsjnoj. In de laatste zes ronden verloor hij echter vier keer en bleef daardoor ver van plaatsing af. Het lag dus absoluut niet aan de indeling en aan Euwe!
In de hardcopy Nieuwsbrief 98 van het Max Euwe Centrum van december 2020 ga ik uitgebreid in op de Interzonales van 1973 en de grieven van Larsen daaromtrent: pagina 28 e.v.. Hiervan is de digitale versie ook te zien op www.maxeuwe.nl bij Nieuwsbrief.
Dank je wel. Ik heb het gelezen. Het is een interessant, goed gedocumenteerd verhaal. Op één punt kan ik Larsen wel gelijk geven. Waarom twee interzonale toernooien met maar liefst 12 Sovjet en 10 Oost-Europese grootmeesters. Dat vind ik wel een oververtegenwoordiging ten opzichte van b.v. Bad Portoroz 1958 met maar 9 deelnemers uit het Oostblok, 4 Sovjets en 5 Oost-Europeanen. Misschien heeft Larsen dat ook wat dwars gezeten naast dat hij in Moskou en niet in zijn voorkeursplaats Petropolis moest spelen.