Morituri te salutant
Amsterdam lag er laat in augustus mooi en zonovergoten bij. Zoals altijd overspoeld door toeristen, maar dat was die ochtend slechts een hinderlijke bijkomstigheid die de stralende aanblik van de stad niet kon bederven.
Ik verliet het Centraal Station en even later betrad ik de lobby van Hotel DoubleTree by Hilton met aan mijn zijde Gert Timmerman, de vijftiende wereldkampioen correspondentieschaak.
Nieuwsgierig naar het lot van deze tak van sport had ik koers gezet naar het congres van de International Correspondence Chess Federation (ICCF). Vol vragen, want in een tijd dat de schaakcomputer al meer dan een decennium zo sterk is dat geen mens nog aan dat niveau kan tippen, is het op het eerste gezicht immers een klein wonder dat correspondentieschaak nog altijd leeft. De uitnodiging voor het congres had ik te danken aan Jaap van den Herik die op de openingsdag een prominente rol zou spelen.
Bij binnenkomst ging de aandacht natuurlijk in de eerste plaats uit naar Gert die wereldkampioen werd toen correspondentieschaak nog niet aangetast was door het silicone monster. Tot mijn verrassing werd ook ik herkend door iemand die me begroette met de woorden: “Dag oude reus.” Om er direct op te laten volgen dat het over vijf jaar helemaal afgelopen zou zijn met het correspondentieschaak. Hij zei dat op een opgewekte toon alsof die boodschap geen enkele reden tot treurnis gaf.
Morituri te salutant – Schaakvereniging Erasmus (sv-erasmus.nl)
Weizsäcker twee van de drie keer goed gespeld: de.wikipedia.org/wiki/Weizsäcker
Dank. Gaan we herstellen.
Noli Timere.
Na het lezen van de 2de zin in de derde alinea van dit wederom zeer fraaie verslag,
schoot mij bovenstaande Latijnse aanmoediging door het hoofd.
Het hele verslag gelezen hebbende, herhaal ik graag:
Vrees niet,
de schoonheid van het spel zal altijd blijven bestaan.