Rock solid chess volume 2: Piece play

Rock Solid Chess Volume 2: Piece Play

Na hun succesvolle boek “Rock Solid Chess: pawn structures” (zie deze positieve recensie van Michel Hoetmer) hebben Sergei Tiviakov en Yulia Gökbulut een vervolg gepubliceerd: “Rock solid chess: Piece play”. Omdat het leeuwendeel van de voorbeelden uit Tiviakovs partijen komt en de tekst in de eerste persoon enkelvoud geschreven is, schrijf ik in het vervolg alleen “Tiviakov” en niet “Tiviakov en Gökbulut”.

Het boek bevat tien hoofdstukken (zie www.newinchess.com/media/wysiwyg/product_pdf/9201.pdf); sommige stellingen komen in verschillende hoofdstukken terug en worden dan onder vanuit een ander perspectief bekeken.   

De presentatie van het materiaal is als volgt. Tiviakov laat een stelling zien en stelt de lezer daar dan een vraag over. De bedoeling is dat je die vraag beantwoordt vóór het verder te lezen, dan leer je veel meer. De opgaven zijn bijna altijd positioneel van aard, en het niveau ligt in het algemeen hoog. Hieronder volgt een kleine selectie uit de grote hoeveelheid interessante onderwerpen en voorbeelden.

Het boek begint met twee hoofdstukken waarin wordt getoond hoe de stellingsbeoordeling en speelplan kunnen veranderen door wie er aan zet is, of door het verplaatsen van een pion of stuk. Dit wordt geïllustreerd door de verandering in de beoordeling door Stockfish. Hier is een voorbeeld:

Kupreichik-Tukmakov, Soviet Kampioenschap 1978.

Vraag: creëer een dreiging – de beoordeling van de stelling hangt af van concreet spel.

Wit offerde een paard op f5 en verloor een partij die allesbehalve “rock solid” was.

Nu een kleine variatie: de pion van c2 gaat naar d3 (en, wat Tiviakov niet noemt, de koning op b1, wat een belangrijk tempo scheelt).

Vraag: Hoeveel slechter is dit voor zwart?

Compleet hopeloos — ik had toch op een voorbeeldvariantje gehoopt, maar ik ben dan ook niet zo sterk als Tiviakov.

De bedoeling van de volgende opgave is waarschijnlijk de student te laten nadenken over wat een Stockfish score eigenlijk betekent.

Zwart is aan zet. Hoe groot is naar jouw mening zijn voordeel?

Uit het hoofdstuk over het loperpaar komt de volgende Caro-Kann stelling uit de partij Tiviakov-Firmansyah, Jakarta 2014.

Vraag: Hoe kan zwart het voordeel van de twee lopers neutraliseren?

Zwarts typische Caro-Kann zet 14…c5 (“A serious strategic mistake”) leidde tot de volgende stelling.

Vraag: wat is het oordeel over de stelling, en wat is wits plan?

Het is allemaal logisch als je het leest, maar om het zelf te doen is andere koek! Tiviakov speelde een model partij, zie viewer.

Het hoofdstuk sluit af met twee pagina’s waarin puntsgewijs verschillende adviezen worden herhaald, bijvoorbeeld dat de bezitter van het loperpaar een asymmetrische pionnenstructuur moet nastreven, en dat de loper van de kleur tegengesteld aan die van de loper van de tegenstander de belangrijkste is.

In het erg interessante hoofdstuk over ongelijke lopers was ik onder de indruk van de partij Tiviakov- van Kampen, Wijk aan Zee 2013. 

We zien weer een Caro-Kann structuur. Wit heeft een geïsoleerde d-pion, maar ook het loperpaar. De laatste zetten waren 17. Tac1 (“In this way, I force the enemy queen to occupy a very passive position on b8..”) Dd7 (geen commentaar, vreemd genoeg – wat is het verschil met 17..Db8 ?).

Vraag: vind wits sterkste voortzettig. Een enkele zet is niet genoeg. Bedenk dat het over ongelijke lopers gaat.

 

“It must be said that my next move came as a great surprise to my opponent. After the game, he admitted that he had been simply stunned by it”. Persoonlijk vind ik de de opmerking “A typical method of realizing the advantage” wat denigrerend tegenover Van Kampen, die “stunned” zou zijn geweest over deze blijkbaar typische methode. Mijn oude Stockfish is niet onder de indruk, maar volgens Tiviakov heeft wit na 18… Pxf6 19. Pe4,Pxe4 20 Dxe4 

groot tot beslissend voordeel: hij kan eenvoudig de koningsvleugel aanvallen, de witte koning staat absoluut veilig, en de loper op b3 is veel beter dan die op d6. In de viewer kunt u zien hoe Tiviakov won: zware stukken erop houden en op koningsaanval spelen.

Het hoofdstuk over ongelijke lopers sluit af met de “extra taak: analyseer deze partijen zelf”. Ik weet niet goed of we de auteurs dankbaar moeten zijn voor de selectie van negen (zeer lange) partijen, of dat we ze luiheid moeten verwijten.

Het hoofdstuk “Flexibility with castling” deed me terugdenken aan een speler op mijn eerste schaakclub die maar één strategie had: rokeren naar de andere kant dan de tegenstander, en dan maar aanvallen. Na een tijdje hadden we hem door en speelden alle pionnen op de damevleugel naar voren om daarna kort te rokeren. Na zijn onvermijdelijke lange rokade ging hij dan snel mat. Natuurlijk is dit hoofdstuk heel wat serieuzer! Een groot deel gaat over Italiaanse en Spaanse structuren met d3 waarin wit wacht met de korte rokade om met h3,g4 een aanvalsstelling op te zetten. Erg leerzaam weer.

Een erg interessant hoofdstuk is “Playing cramped and passive positions”. Tiviakov laat voorbeelden zien die onder andere voortkwamen uit zijn specialiteiten, het Scandinavisch met 3…Dd6 en uit zijn eigen manier het Dame-Indisch te spelen.

Het vergt moed om bewust zulke stellingen te spelen, maar in open tournooien moest Tiviakov ook met zwart winnen. Tiviakov legt uit hoe zulk soort stellingen te spelen, en de psychologische druk die op de tegenstander wordt gelegd.

Tiviakov schrijft soms wat vilein. De impliciete sneer naar Van Kampen is mogelijkerwijs niet zo bedoeld , maar in het laatste hoofdstuk noemt hij welbewust met naam en toenaam twee grootmeesters die het waagden met wit tegen hem een variant te spelen waar zwart niet onder de remise uit kan. Tsja, als je jezelf zoveel beter vindt dan die grootmeesters moet je maar een andere variant spelen, denk ik dan.

Conclusie

Het boek behandelt vele bijzonder boeiende positionele onderwerpen. De auteurs geven voornamelijk verbale uitleg, met soms, zeker voor minder sterke spelers, te weinig varianten.

Spelers vanaf een rating van minstens 1900 kunnen veel van dit boek leren. De hoofdstukken “Playing cramped and passive positions” en “Choosing a plan depending on your opponent’s style, your own physical and psychological condition, and position in the tournament” lijken me ook (of misschien wel bij uitstek) voor titelhouders bijzonder leerzaam.

Gegevens

Titel: Rock Solid Chess Volume 2

Auteur: Sergei Tiviakov and Yulia Gökbulut

Uitgeverij: New in Chess

Pagina’s: 256

Gepubliceerd: 16 februari 2024

Prijs: € 27,95 (paperback), € 22,95 (e-book)

ISBN: 978-80-833877-0-3

Link naar website uitgever, met voorbeeld-pagina’s: www.newinchess.com/rock-solid-chess-volume2

 

 

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.