De ultieme blunder van Nakamura
Tim Krabbé noemt het de ultieme blunder: opgeven in gewonnen stelling. Ian Rogers heeft er een leuk boekje over geschreven. Vandaag overkwam Hikaru Nakamura het in zijn partij tegen Magnus Carlsen (finale chess.com-Classic) in de volgende stelling:
Hij had 3’45” in deze stelling en gaf na 26 seconden nadenken op. Ziet u hoe hij had kunnen winnen?
Hierdoor won Carlsen de winnaarsfinale met 3-1 en plaatst zich daarmee voor de grote finale tegen de winnaar van de verliezersfinale, mogelijk opnieuw Nakamura (volgt u het nog?)
Hoe kon deze blunder gebeuren? Nakamura legt het zelf uit in onderstaand filmpje (laatste zeven minuten gaat over deze partij).
- Het Magnuseffect (wat hij niet verder uitlegt)
- Hij was (bewust) heel snel aan het spelen, wist dat hij daardoor mogelijk blunders zou begaan en 32…Lg4 bevestigde dat in zijn gedachten.
De partij:
In de oplossing staat een ‘kleine’ verschrijving die ik hier niet zal verraden :).
Oeps! Toch maar een 1-0 in plaats van remiseuitslag van gemaakt
Ik denk dat Nakamura met het “Magnus-effect” vooral het mentale aspect van het spelen bedoelt. Nakamura heeft een erg slechte score tegen Carlsen. Daarbij opgeteld ervaart hij de druk van het gegeven dat Carlsen de beste (of de betere) speler is. Als die tegenover je zit en met een bepaalde zelfverzekerdheid zijn zetten uitvoert, ondermijnt dat je geloof in eigen kunnen. Jan Timman schreef iets soortgelijks over Karpov in diens toptijd (1976 – 1984): tegenstanders van Karpov, waaronder Timman zelf, gingen geregeld onder hun eigenlijke niveau spelen als ze tegenover Karpov zaten.
@ Joop Gijsbers: ja, één enkele letter scheelt een half punt!