Een minder slecht NK
Vorig jaar juli won ik het Open Kampioenschap in Dieren. Daarmee had ik me meteen geplaatst voor het gesloten NK van dit jaar, en sommige mensen reageerden alsof dat een positief iets is, maar was dat daadwerkelijk het geval? Daar twijfelde ik zelf eigenlijk wel over. Ik heb in het verleden redelijk wat slechte NK’s gehad, en die had ik graag overgeslagen. Gelukkig viel het dit jaar mee.
Van tevoren waren mijn ambities bescheiden: ik wilde graag een partij winnen, en het in ieder geval beter doen dan de vorige keer (2 uit 7). Jorden van Foreest bleek bij de opening ambitieuzer, hij liet weten voor het kampioenschap te gaan. Zijn trainer (Tiviakov) dacht dat hij volgend jaar pas kampioen zou worden, Jorden zelf kondigde aan dat zijn zusje dan kampioen zou worden. Ik vroeg haar later of ze dat ook dacht: “Ja. Bij de heren!” Aan zelfvertrouwen geen gebrek dus in de familie Van Foreest 🙂 In het geval van Jorden leek me dat wel terecht, ik verwachte een race tussen hem en Loek (met de andere deelnemers als pelotonvulling) en dat werd het ook. Ik vond het vooral opmerkelijk hoe makkelijk Jorden met zwart won, het leek er (in ieder geval bij oppervlakkige beschouwing) op dat Bok, Ernst en Werle gewoon overklast werden. De terechte winnaar van het toernooi ook, al bleek hij gelukkig niet onverslaanbaar.
Mijn bescheiden ambities hadden te maken met dat ik me niet goed had voorbereid, en met dat het ONK maar matig verlopen was. En wat gebeurde er vervolgens: een start met 1/2 uit 3. De remise met wit tegen Sipke Ernst leek voor de engine-aan-volger eentje waarin weinig gebeurd was, de beoordeling bleef tenslotte de hele partij rond de nul hangen. Zelf ervaarden we het anders. De opening ging niet helemaal goed voor me en ik moest erg opletten om niet gewoon slecht te komen staan. Dat lukte, waarna vervolgens Sipke even niet goed oplette en ik een stelling kreeg waarin ik met mijn loperpaar beter zou moeten staan. Ik wist dat alleen niet aan te tonen en remise was het resultaat. De nederlaag tegen Van Wely kwam door te lang nadenken in het middenspel en niet goed spelen in de tijdnoodfase. Ok, kan gebeuren, geen reden tot paniek. Maar die kreeg ik een dag later wel.