De Telegraaf schaakrubriek 30 juli 2011
Hans Böhm
In de julimaand is de agenda altijd vol met Open Toernooien. Het Open NK in Dieren is net achter de rug en eerder deze maand waren er de Open Toernooien in Amsterdam en Leiden. Het heeft altijd wat, die Open Toernooien, want het niveauverschil is groot onder de deelnemers en dus kunnen er onverwachte dingen gebeuren. Maar het blijft een logisch spel, ons schaken, dus uiteindelijk komen na veel avonturen de besten weer bovendrijven. In Open Toernooien spelen er allemaal kleine persoonlijke prestaties mee, waar de speler in kwestie soms nog meer tevreden over is dan een hoge eindklassering. Men wil soms gewoon ‘een scalp’ meenemen, ‘al win ik maar van één titelhouder, dan is mijn toernooi goed’, is al zo vaak gehoord. En dan zijn er nog de normen, voor grootmeester of meester. Vooral als dat de derde en laatste norm is, dan gaat dat belang vóór wat meer prijzengeld. Kortom, er is altijd wat te beleven in Open Toernooien.
Het eerste Science Park Toernooi te Amsterdam met zo’n 300 deelnemers werd gewonnen door een vijftal spelers met de score van 7 uit 9. Voor de grootmeesters Dusan Popovic en Nikola Sedlak uit Servië, Alexander Lenderman uit Amerika en Adhiban uit India was dat nou niet zo’n grote verrassing. Zij behoorden op papier ook tot de kanshebbers. Maar de vijfde, de Nederlander Roeland Pruijssers, verdient extra aandacht. Hij kwam perfect uit de startblokken, versloeg de grootmeesters Reinderman, Adhiban, Friedel (USA), remiseerde met de grootmeesters Popovic en Haslinger (Eng) en kwam alleen op kop met 6 uit 7! Uitzonderlijk goed! Als Internationaal Meester zat hij dicht tegen zijn derde en laatste grootmeesternorm aan. In de achtste ronde werd Pruijssers gestopt door Lenderman maar in de slotronde zorgde hij met een mooie overwinning op I.M. David Miedema op een fraaie afsluiting: gedeelde toernooioverwinning plus een GM-norm! Gefeliciteerd en dat er nog meer van zulke toernooien mogen komen die aangename herinneringen blijven geven.
R. Pruijssers – D. Reinderman, ronde 4
Wit staat heel goed en maakt het met vaste hand af:
33.Txd5! Dd8 34.Dc3 Lxd5 35.Lxd5 Pb6 36.Lxf7+ Kh8 37.Le6 Df8 38.Le3 Te8 39.Pf7+ Kg8 40.Pg5+ en omdat de tijdcontrole gehaald was, gaf zwart op. De Amstelvener Matthew Tan kwam op een ongedeelde zesde plaats en behaalde tevens een internationaal meesterresultaat.
Slotstand aan kop Amsterdam, 300 deelnemers:
1. Popovic, Pruijssers, Lenderman, Sedlak, Adhiban 7
6. Tan 6,5 7.Nijboer, Riemersma, Van Asendelft, Haslinger, Friedel, Neverov 6
Het Open toernooi in Leiden werd gewonnen door Sergej Tiviakov. Hij speelde drie keer remise en won de overige zes partijen. Zoals altijd waren de overwinningen in de laatste twee ronden tegen de grootste concurrenten, de grootmeesters David Howell (Eng) en Pedrag Nikolic (Bosnische Nederlander), van doorslaggevende betekenis. John van der Wiel liet weer eens een gedegen optreden zien (vier winst en vijf remises) en dat doet ons deugd. Rudy van Wessel mag terugkijken op een prima toernooi want hij wist zich tussen de grootmeesters te spelen.
S. Tiviakov – P. Nikolic, ronde 9
Zwart zit in de problemen, als Pd6 wijkt gaat a6 verloren. Nikolic verdedigt met fantasie:
29…Lf5! 30.Pxf5+
Het is begrijpelijk dat wit zijn stukken niet passief laat worden: 30.Txd6 Lxd3 31.Txa6 Ta8 32.Tc6 Tf-c8 en zwart leeft nog.
31…Pxf5?Hierna ziet het er verloren uit. Nikolic had door moeten gaan op het smalle pad met 31…Kxf6 32.Pxd6+ Ke5 33.Pxc8 Kxf4 34.Pe7 Ke3 35.Lf1 f5! en met een actieve koning en een toren die over de zesde rij kan verdedigen mag zwart hoop koesteren.
32.Txa6 Pd4 32.Ta7 Tc-e8 33.Tc7 Te1+ 34.Tf1 Txf1 35.Lxf1 Ta8 36.Txc5
en met twee verbonden vrijpionnen won wit makkelijk.
Slotstand aan kop Leiden, 150 deelnemers:
1.Tiviakov 7,5 2.Nikolic, Howell 7 4.Van der Wiel, Van Wessel, Polak en Chytilek (Tsj) 6,5 8. o.a. de grootmeesters Van den Doel, Deepan (Ind), Hasangatin (Rus) 6.
