Eindspelfinesses 50 – deel 1: Oplossingen Kerstpuzzels

Krijgt u wel eens een eindspel op het bord in uw partijen? En was u tevreden over de afloop? Of knaagde er iets waarvan u later dacht: “Dat had ik anders kunnen spelen?”

Schaaksite biedt een eindspelrubriek aan waarin u uw kennis kunt opfrissen of eventueel uitbreiden. De internationale meesters Twan Burg en Herman Grooten zullen op frequente basis u proberen bij te praten over diverse eindspelfinesses.

In de aanloop naar de Kerst hebben we u 14 Kerstpuzzels voorgeschoteld. We hopen dat het u niet al te veel hoofdbrekens heeft gekost. Hieronder krijgt u de oplossingen te zien van al deze Kerstpuzzels. Veel (naspeel)plezier!

1. Pionneneindspel

OPLOSSING 1.1

Grooten, Herman – Vanderhallen, Nicolas

38. g4+!?

Nog een aardige poging om er iets van te maken.

38…hxg4+ 39. Ke3

De partij had nu in remise moeten eindigen. 39. Kg3?! Kg5! en het is eerder zwart die beter staat.

39…g3??

Een vreselijke vergissing. Bijvoorbeeld met 39…a6 40. a3 a5 41. a4 Ke5 42. g3 Kf5 Het is en het blijft remise.

40. Kf3 Ke5 41. Kxg3 Kd4 42. Kf4 Kxc4 43. Ke4 Kc5 44. g4 c6

Zo probeert hij er nog iets van te maken.

45. g5

De meest handige.

45…cxd5+ 46. Kd3 1-0

OPLOSSING 1.2

Mohamed, Mehdi Aithmide – Grooten, Herman

Zwart slaagde erin een winststelling te bereiken met:

55…f4 56. c5 e3+ 57. Ke1 f2+ 58. Ke2 f3+ 59. Kf1

Wit heeft misschien gedacht dat het remise was, maar toen kwam

59…Kb7!

En dat was een wreed ontwaken voor de witspeler. Hij is tempodwang gebracht en moet nu een van zijn twee vrijpionnen prijsgeven.

60. c6+ Kxc6 61. a6 e2+!

Om het ‘pat’ op te heffen.

61…e2+ 62. Kxf2 Kb6 wint simpel voor zwart.

Heel dom zou 61…Kc7 62. a7 Kb7?? [62…e2+! wint hier ook nog…] 63. a8=D+ Kxa8 zijn vanwege pat.

0-1

2. Paardeindspel

OPLOSSING 2.1

Negra, Massimiliano – Grooten, Herman

Wit laatste zet 68. Pc6 was niet correct vanwege:

68…bxc6!

En na

69. bxc6

volgt sterk

69…Pd6! Hij had alleen gekeken naar 69…Kxc6 70. Ka6 en dan wordt inderdaad de laatste pion afgeruild.

70. Ka6 Pc8

Zo wordt de pion van achteren verdedigd. En daarmee is wit in zijn eigen mes gelopen.

71. Kb7 a5 72. c7 Pe7

Opgegeven.

0-1

OPLOSSING 2.2

Grooten, Herman – Vogt, Lothar

Wit forceerde een doorbraak met

63. c5!

Na 63. Pxb6 e4 64. Pd5 e3 65. Pxb4 e2 66. Pd3 zal wit ook tot winst kunnen komen, hoewel hij na 66…Pd2 67. Kc3 Pf3 68. c5 Kf6 nog wel even zijn best moet doen.

Als wit na 63. Pxe5 Pd2 64. c5! antwoordt, is het ook niet heel moeilijk meer: 64…Pe4 65. cxb6 Pc5 66. Kc2 Kf8 67. Pd3 b3+ 68. Kd2 Pb7 69. Kc3 met winst.

63…e4 64. cxb6 e3 65. b7 e2 66. b8=D e1=D

Er staan ineens dames op het bord, maar wit heeft gezien dat er weer een nieuw paardeindspel ontstaat:

67. De5+ Dxe5+ 68. Pxe5

En dit is simpel gewonnen omdat de witte b-pion niet valt af te stoppen. Het witte paard staat bijzonder sterk op e5. Er volgde nog

68…Kf6 Het leuke is dat het zwarte paard na 68…Pe3 69. b6 (zie analysediagram)

de pion niet meer kan inhalen omdat hij veld c4 niet heeft.

69. b6 Kxe5 70. b7 Kf5 71. b8=D Pe3

En zwart zag meteen het hopeloze in van het verder doorspelen van deze stelling.

1-0

3. Lopereindspel

OPLOSSING 3.1

Kroeze, Frank M – Grooten, Herman

Zwart kwam verder met

61…f3!?

De enige manier om verder te komen is door deze mooie f-pion op te geven om daarna met de koning te kunnen binnenkomen. Zwart kon zijn stelling eerst nog versterken met 61…a5, maar vroeg of laat moet het hier van komen.

62. Ke3 Lxc4 63. a3 Ld5 64. Ld3 Lc6

Zwart begint zijn meerderheid op de damevleugel in beweging te zetten.

65. La6 b5 66. Lc8 a5 67. Lf5 b4 68. axb4 axb4 69. Lc2 Ke6 69…Ld5 was iets logischer.

70. Ld1 Kd6 71. Lb3 Kc5

Wit is in tempodwang, waarna de rest niet moeilijk meer is.

72. Lc2 Kc4 73. Ld3+ Kc3 74. Lf5 b3 75. Lh7 b2 76. Lb1 Kb3 77. Kf2 Kc3 78. Ke3 Lb5 79. Lf5 La4 80. Lb1 Lc2 81. La2 Kb4 0-1

OPLOSSING 3.2

Van Dongen, Cor – Grooten, Herman

Zwart boekte progressie met

42…Kg3!

De koning ondersteunt de sterke g-pion.

43. La4 Kh2 44. Lc6 g3 45. bxc5

45…g2?!

Hiermee maakt zwart het zichzelf moeilijk.

Met 45…Ld7! kon zwart afwikkelen. 46. Lxd7 g2 47. c6 g1=D 48. Kd2 [48. c7 faalt op 48…De3+ 49. Kd1 Dxd3+ 50. Ke1 Dg3+ en pion c7 valt.]

46. Lxg2 Kxg2 47. c6 Kg3 48. a4 Kf4 49. Kd2 Wit had zich vermoedelijk kunnen redden met 49. c7! Ld7 50. a5 Lc8 51. c5 Lb7 52. c6 Lc8 53. Kf2 en zwart kan geen progressie boeken.

49…Ke5 50. c7 Kd6 51. Kc2

En toch maar opgegeven. 51. Kc2 Kxc7 52. a5 Kb7 53. Kd2 Ka6 waarna het niet moeilijk meer is.

0-1

4. Eindspel van paard tegen loper

Oplossing 4.1

Afek, Yochanan – Grooten, Herman

Zwart zwart wikkelde af naar een gewonnen eindspel met

52…b3!

Zwart gebruikt de ‘verst verwijderde vrijpion’ om de witte koning weg te lokken uit het centrum.

53. Kc3 Pb5+ 54. Kxb3 Kxd4

Zo kan de zwarte koning naar binnen treden.

55. Kb4 Pc7 56. Lf6+ Ke3 57. Kc5 Een betere kans op behoud was met 57. Kc4 Kf2 58. Le5 maar na 58…Pe6! 59. Kd5 Pg5 zal zwart nog altijd tot winst kunnen komen.

57…Kf2

58. g4

Dit verliest vrij snel. Maar ook na het betere 58. g3 Kxf3 59. Kc6 kan zwart winnen. Dan moet hij wel 59…Pa6! vinden! Het paard komt via de ‘achterdeur’ bij de witte pionnen op de koningsvleugel. 60. Le5 Pb4+ 61. Kd7 Pd3 62. Ld6 Kg4! (zie analysediagram)

Hier staat de zwarte koning ideaal. De belangrijkste pionnen (f5 en h5) blijven gedekt en het paard springt een beetje rond, op jacht naar de witte pionnen. 63. Ke6 Pe1 64. h4 Pf3 65. Kf6 g5 66. hxg5 Pxg5 67. Lc7 Pe4+ 68. Kg6 Pxg3 (zie analysediagram)

en het is gedaan.

58…Kxf3 59. gxh5 gxh5 60. Kd4 f4 61. Ke5 Kg4 62. Ke4

62…Pe6?

Een grote slordigheid die de winst zelfs ernstig in gevaar brengt.

Veel eenvoudiger was 62…f3! omdat 63. Ld4 [63. Ke3? Pd5+] 63…Pb5 64. Lc5 Pc3+! 65. Kd3 faalt op 65…Kh3! 66. Kxc3 Kxh2 gevolgd door … Kg2 en er loopt een pion door.

63. Le5?

Maar de witspeler revancheert zich ook. Nu is het weer eenvoudig… Nu had hij zich moeten verdedigen met 63. Le7! omdat zwart nu niet gemakkelijk vorderingen kan boeken. 63…f3 64. Ke3 Pg7 65. Ld8 Pf5+ 66. Kf2 Pd4 67. Lb6 en zwart kan geen progressie boeken.

63…Pg5+! 64. Kd3 Kf3

Uiteraard houdt zwart de vijandelijke koning af.

65. Kd2 Ph3 66. Ke1 Kg2

En opgegeven, er valt niets te verzinnen tegen een opmars van de zwarte f-pion.

0-1

OPLOSSING 4.2

Furman, Bo – Grooten, Herman

Er bleek een bijzondere winstvoortzetting in de stelling te zitten.

61…f4+!

Zo verschaft zwart zich een tweede vrijpion.

62. gxf4 62. Kxf4 faalt uiteraard op 62…Pxd3+

62…Kf5?

Gemakzucht. Wel zo simpel was 62…h4! waarna er geen eer meer te behalen is voor wit. Tijdens de partij was bevreesd voor 63. Ke4 h3 64. f5+ Kf7 65. Le5 (zie analysediagram)

maar ik had beter moeten rekenen. Nu beslist de a-pion! 65…a5 66. d4 a4 67. d5 a3 68. d6 a2 en de zwarte pionnen zijn heel snel!

63. Lc3?

Gelukkig voor mij grijpt de tegenstander ook meteen mis. 63. d4! had het halve punt gered. 63…cxd4+ 64. Lxd4 a5 65. Lc5 h4 66. Le7 Pc2+ 67. Kf2 a4 68. Ld6! en zwart kan niet verder komen.

63…h4 64. Ld2 Pxd3!

En nu belist deze combinatie de partij. Wit gaf zich gewonnen. 64…Pxd3 65. Ke2 Pb2 is de meest overtuigende weg naar de winst.

0-1

5. Toreneindspel

OPLOSSING 5.1

Grooten, Herman – Kolev, Atanas

Hoewel remise de meest waarschijnlijke uitslag lijkt, zit er toch een winst in met

62. e4!! In de partij speelde de witspeler 62. Kf4? Dit geeft de winst weg, zoals na afloop blijkt. Pas drie dagen later heb ik gevonden hoe wit deze stelling tot winst kan voeren. Samen met Erwin l’Ami die zich ook geïnteresseerd toonde in dit eindspel vonden we in het analysehok uit dat 62. e4! de juiste zet is. Er volgde: 62…Txc5 63. Ke5 Ta5 64. Kd4 Tb5 (zie analysediagram)

Wit moet oppassen voor een rontgenschaak. Ik had natuurlijk 65. Th5 gepland. Maar dat faalt op 65. … Tb4+ en dan mag 66. Kxd5 niet… 65. Ke5 Dan proberen we het maar met tempodwang. Maar de man is onwrikbaar. 65…Ta5 66. Kd6 Tb5! 67. Ke5 Tc5! 68. Kd6 En hier claimde hij remise. Helemaal balen, gelukkig is er geen winst meer voor handen. 68…Ta5

62…dxe4

Ook na 62…d4 63. Th5 Tc8 64. Kf3 Kg6 65. Td5 Kxh6 66. Ke2 gevolgd door Ke2-d3xd4 heeft wit er twee meer.

62…Txc5! De belangrijkste zet. 63. e5! Deze tweede vrijpion moet het werk doen! 63…d4 64. Kf5 Td5 [64…Tc3 65. Th4 d3 66. e6 d2 67. Td4 Tf3+ 68. Ke5 Tf2 69. e7 Te2+ 70. Kd6 en ook nu is het ‘kat in het bakkie’.] 65. Ke6 Td8 66. Td3 Kxh6 67. Ke7 Td5 68. Kf6 Kh5 69. e6 en de e-pion beslist de strijd.

63. Tc3 Kxh6 63…e3 64. Kf3 e2 65. Kxe2 Kxh6 66. Ke3 Kg5 67. Ke4 Kf6 68. Kd5 leidt tot exact dezelfde stelling.

64. Kf4 Kg6 65. Kxe4 Kf6 66. Kd5 Tc8 67. Kd6!

Het afsnijden van de vijandelijke koning brengt de winst binnen in dit theoretische eindspel.

½ – ½

OPLOSSING 5.2

Grooten, Herman – Van der Weide, Karel

Wit heeft een voorbeeldig eindspel gespeeld, maar nu kon hij de kroon op zijn werk zetten met een profylaxe. In plaats daarvan speelde hij het vreselijke

48. Kf6??

In het zicht van de haven heeft de witspeler de zetten omgedraaid. Ik kon me wel voor mijn kop slaan. Het was ook allemaal na de tijdcontrole en ik speelde te snel, zonder mijn zetten te controleren.

De profylaxe 48. Tb5! wint en ik had het nog gezien ook. Wit moet koste wat het kost de zwarte toren van de vijfde rij afhouden. Het gaat nog even om een afwikkeling naar een pionneneindspel dat op tempo wint. 48…Td1 [Het hoofdidee is verder dat wit met een koning op f6 kan afwikkelen naar een gewonnen eindspel. Een voorbeeld: 48…Tc7 49. Kf6 Td7 50. Te5 en er dreigt een pionneneindspel met Te8+ en Te7. 50…Td1 51. Kxf7 Kxb7 52. Kxg6 is ook simpel gewonnen.] 49. Kf6 Tf1+ 50. Kg7 Tf5 51. Txf5 gxf5 52. Kxf7 f4 53. g6 f3 54. g7 f2 en het is dame met schaak! 55. g8=D+

48…Td5!

Na deze zet, die Karel vrijwel a tempo speelde is het meteen remise. Wit moet snel afwikkelen omdat hij anders zelfs nog even moet oppassen.

49. Kxf7

met remise-aanbod dat onmiddellijk aangenomen werd 49. Tf1 Kxb7 50. Kxf7 Txg5 is ook remise.

½ – ½

6. Toren tegen pion

OPLOSSING 6.1

Grooten – Smyslov

De stelling lijkt verloren maar door een bijzondere zet kan wit vluchten in een eindspel van toren tegen pion.

1. a4!

Door een van de zwarte pionnen (van het mooie duo) af te ruilen op de damevleugel kan hij zijn toren offeren voor de andere. Met zijn verre g-pion kan hij dan remise forceren.

1…c4 Een belangrijke pointe is dat zwart na 1…b4 2. Tc6! (zie analysediagram)

pion c5 niet meer kan dekken. Wit kan dan op het nippertje zijn toren offeren voor de laatste zwarte pion om vervolgens met zijn g-pion remise af te dwingen. 2…b3 3. Txc5 Ka3 4. Tc3 Kxa4 5. Txb3 Kxb3 6. g5 Kc4 7. g6 Kd5 8. g7 Kd6 9. Kf6 met remise.

2. axb5 c3 Geen goede winstpoging is 2…Tc8 wegens 3. Tc6!

3. Tc6 c2 4. g5 c1=D 5. Txc1 Kxc1 6. g6 Txb5+ 7. Kf6

En wit maakt simpel remise. De puntendeling werd dan ook hier getekend.

½ – ½

OPLOSSING 6.2

Grooten – Floor, D.

De stelling is remise maar dan moet zwart het wel goed doen. Er zijn drie belangrijke kandidaatzetten. Er moest gekozen worden uit:

A) 1… c4

B) 1… Txh6

C) 1… Kb5

In de partij volgde

1…Kb5??

Gek genoeg is 1…c4! (Variant A) de enige goede zet maar gezien de voorkennis (vijfde rij afsnijding) is het logisch dat zwart dit niet wilde doen. Die vlieger gaat hier niet op en hier zien we een voorbeeld van hoe kennis iemand in de weg kan zitten. De witte toren kan de afsnijding niet volhouden zoals blijkt uit de volgende variant: 2. h7 [Een brug met 2. Th5 haalt niets uit: 2…Txh5 3. Kxh5 c3 en zwart haalt tegelijkertijd dame.] 2…c3 3. Kg7 [Ook 3. Tg2 wint niet. 3…Kc5 4. Kg7 Kd4 5. h8=D Txh8 6. Kxh8 Kd3; 3. Th5 Txh5 4. Kxh5 c2 5. h8=D c1=D] 3…c2 4. Tg1 Kb5 5. h8=D [5. Tc1 Tg3+ met remise. 6. Kh8 Tg2] 5…Txh8 6. Kxh8 Kc4= (zie analysediagram)

Met remise.

Verliezend is ook C) 1…Txh6+?? vanwege 2. Kxh6 Kb5 [Na 2…c4 volgt de zogenaamde vijfde rij afsnijding. 3. Kh5 c3 (3…Kc6 4. Tf5 Kb6 5. Kg4 Kc6 6. Kf3 Kb6 7. Ke3) 4. Tg3 c2 5. Tc3 met winst.] 3. Tg8 Wit hanteert het systeem: toren achter de pion, koning snel dichterbij. Het lukt gemakkelijk: 3…Kc4 (zie analysediagram)

4. Td8! Afsnijden van de koning is de thematische (en ook snelste) weg naar de winst! Of 4…Kb3 5. Kg5 c4 6. Kf4 c3 7. Ke3 c2 8. Kd2 Kb2 9. Tb8+.

2. Th5!

Een brug. Omdat de zwarte pion nu niet ver genoeg is, kan het nu wel.

2…Td3 Een poging die tot ongeveer hetzelfde resultaat leidt is 2…Tg3+ 3. Kf7 Tf3+ 4. Ke7 Te3+ 5. Kd7 Td3+ 6. Kc7 Tf3 7. h7 Tf7+ 8. Kd6 (zie analysediagram)

8…Txh7 9. Txh7 En wit is weer ruim op tijd om het eindspel van toren tegen pion om te zetten in winst: 9…c4 10. Tc7 Kb4 11. Kd5 c3 12. Kd4 en de pion gaat verloren.

3. h7 Td8 4. h8=D Txh8 5. Txh8 Kc4

Zwart probeert de witte koning af te houden. Wit heeft nu een paar manieren om te winnen maar hij koos voor de meest thematische. Na 5…c4 6. Tc8 Kb4 7. Kf5 c3 8. Ke4 Kb3 9. Kd3 is ook snel gedaan.

6. Td8!

Om de zwarte koning aan de "andere" kant van de pion te houden. 6. Kf5 wint ‘helaas’ ook. 6…Kd3 7. Ke5 c4 8. Th3+ Kd2 9. Kd4

6…Kc3 7. Kf5 c4 8. Ke4 Kb2 9. Kd4 c3 10. Tb8+

En opgegeven. De pion gaat verloren. 10. Tb8+ Kc2 11. Tc8

1-0

7. Dame-eindspel

OPLOSSING 7.1

Hartoch – Grooten

De witspeler heeft onderkend dat hij verloren staat en hij probeert een laatste schwindel met

46. d6!?

Overigens zou 46. Dc6 hem niet geholpen hebben. 46…Dc2+ 47. Ke1 De4+ 48. Kf2 Dd4+ 49. Ke2 e4 en zwart staat op winst na 50. De6+ Kf8 51. Dxg6 Dd3+ 52. Ke1 De3+ 53. Kd1 Dxb3+ 54. Ke2 Dd3+ 55. Ke1 Dxd5.

Zwart antwoordde met

46…Ke6?

Hoe kom ik erop. In mijn waan dacht ik dat wel een met een of ander schaakje met tempowinst op de d-lijn zou komen waarna ik de witte d-pion zou kunnen winnen. Dat blijkt niet mogelijk. En dat terwijl de winst voor het oprapen ligt. Het is geen eeuwig schaak en dat had ik eerder ook al gezien. De koning moet alleen een lange tocht maken en daarom dacht ik dat de tekstzet wat simpeler zou zijn. Hoe kun je het doen.. .

Na 46…exd6 47. Dd7+ begint de zwarte koning aan een opmars die naar de winst leidt: 47…Kf6 48. Dxd6+ [48. Dd8+] 48…Kg5 49. Dd8+ Kf4 50. Dxh4 Dc2+ 51. Kf1 g5 52. Dh8 Dd3+ 53. Ke1 De3+ 54. Kf1 Kg3 (zie analysediagram)

en het is uit.

47. d7 Db2+ 48. Ke1 Db1+ 49. Kd2!

Het is dit veld dat wit de redding brengt. De zwarte dame kan niet met tempo op de d-lijn komen. 49. Ke2 Niet goed is 49…De4+ 50. Kf1 Dd5! en zwart zou toch nog tot winst komen.

49…Db2+ 50. Ke1 Dc1+ 51. Ke2 Dc2+ 52. Ke3 Dc3+ 53. Ke2

53…Db2+ Het probleem van 53…Dd4 is dat wit met 54. Dc6+ Kf7 55. Dc8 ook remise afdwingt.

54. Ke1

En remise geclaimed door de witspeler.

½ – ½

OPLOSSING 7.2

Grooten, H. – Winants, L.

Wit staat een pion voor terwijl ook zijn dame mooi centraal staat. Zwart kan zichzelf nu uitstekende winstkansen verschaffen met 64. a4! En niet met het gespeelde

64. Ke2?

Om meerdere redenen een stomme zet. Het streven naar ‘veiligheid’ is hier volkomen misplaatst. Als wit op winst wil spelen zijn er twee kandidaatzetten.

Het was nu hoog tijd om de a-pion in te gaan zetten en dat doe ik een zet te laat.. . 64. a4! Het ziet er inmiddels problematisch uit voor zwart en ik denk dat als ik deze gespeeld had, zwart geen halfje uit het vuur had kunnen slepen. Een voorbeeld: 64…Kf6 65. Kc4! waarna er geen verdediging meer is. 65…Kg5 [Ook na 65…Da5 66. Dd4+ Kg5 67. Dc5+ Dxc5+ 68. Kxc5 f3 69. c7 f2 70. c8=D f1=D (zie analysediagram)

heeft zwart een lange weg te gaan in een eindspel dat misschien theoretisch remise is maar in de praktijk lastig om te houden. Overigens levert een blik in de tablebase op dat deze stelling gewonnen is voor wit na 71. Dg8+ Kh6 72. De6+ Kh7 73. a5 hoewel dat de menselijke schaker boven de pet gaat…] 66. Dd5+ Kf6 67. a5 en zo komt wit steeds een stapje verder.

Om de zwarte koning de pas af te snijden is 64. De6 de aangewezen zet. Maar de dame verlaat dan wel haar mooie centrale positie.

64…Kf6 65. a4? Mijn bedoeling was 65. Kf3 maar ook dan zou 65…De7 remise zijn geweest.

65…De7!

Ik had het nota bene gezien, maar ik was het weer vergeten… Meteen maar remise overeengekomen omdat het resterende pionneneindspel remise is. 65…De7 66. Kf3 Dxe4+ 67. Kxe4 Ke6 en de koning is in het vierkant van de a-pion gekomen.

½ – ½

De oplossingen via de viewer:

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

1 Reactie

  1. Avatar
    Johan Hut 08 januari 2016

    Bij Mohamed-Grooten is 59…Kb7 natuurlijk wel goed, maar 59…Kc7 60.a6 Kc6 wint ook. Ook 59…Ka7 wint. Maar het idee en het voortraject zijn heel grappig. Twee pionnen op twee rijen van elkaar kunnen de andere koning in bedwang houden. Tenzij de eigen koning pat staat.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.