Giri in de media (2): Laatste voorspellingen

Kranten/Tijdschriften 11 maart 2016 18:42 Johan Hut 3

Nog een paar dagen en de voorspellingen over het WK-kandidatentoernooi kunnen in de prullenbak, om plaats te maken voor de werkelijkheid. Wie zou bijvoorbeeld hebben gedacht dat Anand vandaag als enige zou winnen? Daarom nog één keer aandacht voor de prognoses in de media.

Hans Böhm volgt het kandidatentoernooi voor de Telegraaf. Het leuke is, dat hij op de website van de krant dagelijks een videoverslag maakt. De eerste aflevering is een voorbeschouwing. Favorieten wijst Böhm niet aan. “Het is het neusje van de zalm dat hier speelt. Ze ontlopen elkaar niet in kennis of talent. Alles hangt af van vorm, pech en geluk.” Böhm refereert er net als velen aan dat Giri nog nooit een elitetoernooi heeft gewonnen. “Giri is favoriet om tweede te worden.”

(Hans Böhm voelt zich in de media als een vis in het water. Hier in januari tijdens het Tata-uitstapje naar Utrecht. Foto van zijn website.)

In de Volkskrant luidt de grote kop vrijdag: “Wie van de acht neemt het op tegen Carlsen?” Inderdaad, daar gaat het om. Gert Ligterink vertelt dat Paul Keres (volgens hem “de sterkste wereldkampioen die de schaakwereld nooit heeft gehad”) in de periode 1953-1962 vier keer tweede werd in het kandidatentoernooi. Jan Timman verloor in 1990 en 1993 de finale en werd dus twee keer tweede.

Ligterink wijst geen outsider aan. “Of het zou de zevenvoudige Russische kampioen Svidler moeten zijn, die de laagste rating heeft van de deelnemers.” Een subtiele opmerking, hoe kun je een zevenvoudige Russische kampioen nu de zwakste noemen? Ligterink wijst zelf ook geen favoriet aan, maar citeert wel anderen: “Nakamura wordt door velen getipt als winnaar na zijn recente eerste prijzen in toernooien in Gibraltar en Zürich. Ook Caruana geldt na zijn met uitstekend spel behaalde tweede plaats achter Carlsen in het Tata-toernooi als een voorname kanshebber.”

Ligterink citeert ook Carlsen zelf: “Caruana, Aronian en Karjakin zijn volgens mij de spelers die het toernooi zouden kunnen winnen. Een andere favoriet aanwijzen is volgens mij puur gokwerk. Wat ik me werkelijk niet kan voorstellen is dat ik in november voor de derde keer tegenover Anand zal zitten in een WK-tweekamp.”

Giri heeft zich voorbereid met Vladimir Tukmakov en Erwin l’Ami. Over die laatste merkt Ligterink op dat hij het openingsrepertoire onder controle heeft.

(Gert Ligterink met Dirk-Jan ten Geuzendam en Jeroen van den Berg in gesprek met Gary Kasparov, tijdje geleden. Foto: Johan Hut.)

In de dagbladen van de Hollandse Media Combinatie, waarvan het Noord-Hollands Dagblad de grootste is, pakt Wim van der Wijk het iets anders aan.

Als schaakliefhebber (hij speelt zelf aan het tweede bord van HSG, zie foto) hoopt ook hij uiteraard op een stunt van Giri, maar dat laat hij in zijn artikel uitdrukkelijk buiten beschouwing. Wel noemt hij als Giri’s kans: “Een goede start, voorsprong consolideren en als eerste finishen. Een rol als frontrunner ligt hem meer dan een rol als achtervolger.” Vervolgens kijkt Van der Wijk niet naar wie volgens hem de meeste kans op de toernooizege heeft, maar wie we graag als uitdager van Carlsen zouden zien. “Een Amerikaanse tegenstander van Carlsen is natuurlijk extra interessant voor het schaken in de VS nu de WK-finale in november in New York wordt gespeeld. Caruana-Carlsen is een aantrekkelijk affiche, omdat de Italiaanse Amerikaan al vaak van Carlsen heeft gewonnen. De onderlinge score van Nakamura tegen Carlsen daarentegen is dramatisch: 12-0 voor de Noor, bij 18 remises. Zo’n angstgegner is echt wel een dingetje in een tweekamp. Nakamura lijkt bij voorbaat kansloos tegen Carlsen door dit psychologische nadeel, in de schaaksport geldt zo’n mentale kwestie nog sterker dan in andere sporten.” Over de anderen: “Op een derde tweekamp Carlsen-Anand zit niemand te wachten, hoe knap het ook zou zijn als Anand toch weer komt bovendrijven in Moskou. Carlsen-Topalov belooft zonder meer vuurwerk.”