De “Euwematches”
Als je niet beter zou weten, zou je denken dat deze titel slaat op de tweekampen die Max Euwe ooit om de wereldtitel tegen Aljechin heeft gespeeld. Euwe is in 1935 de enige wereldkampioen schaken geweest, die Nederland ooit heeft voortgebracht.
Maar het gaat hier om een activiteit die georganiseerd wordt door het Max Euwe Centrum in Amsterdam. Sinds de nieuwe manager, Eddy Sibbing, op het kantoor aan het Euweplein werd geïnstalleerd, bruist het van de activiteiten. Sinds donderdag nemen vijf talentvolle Nederlandse jeugdspelers het op tegen vijf ervaren grootmeesters. Een persoonlijke impressie.
Het idee van de tweekampen stamt uit de tijd (eind jaren negentig) dat ik als Topsportcoördinator in dienst was van de schaakbond en belast was met het opleiden van (top)jeugd. De KNSB had toen namelijk vier zogenaamde contractspelers onder haar hoede genomen. Het toenmalige commissielid topschaak, Joop Piket (vader van grootmeester Jeroen Piket), vond het een goed idee als de bond zou investeren in een paar bijzondere talenten. Het ging hier om Erik van den Doel, Dennis de Vreugt, Jop Delemarre en Moosa Azadmanesh. Een van de ideeën was om hen een tweekamp te laten spelen tegen een ervaren grootmeester, ze door hun eigen trainer goed te prepareren op die match en na afloop uitvoerig met de tegenstander naar de partijen te kijken. In ruil daarvoor zouden de cracks betaald worden.
De tweekampen werden toen ook gespeeld op de chique locatie van het Max Euwe Centrum, hartje Amsterdam. Toen waren er nog geen “liveborden”, maar er was wel wat publiek. Zelf was ik in die tijd ook even de trainer/begeleider van Dennis de Vreugt die het (als veertienjarige) opnam tegen GM John van der Wiel. De grootmeester bleef met een klein verschil de baas, maar Dennis gaf in de onderlinge partijen zijn visitekaartje af. Dat had hij eerder ook al gedaan door in een weekendtoernooi niemand minder dan Loek van Wely te overmeesteren. Ook was hij Europees rapidkampioen t/m 14 in EuroDisney geworden en later zou hij Europees Kampioen t/m 18, een jaar later zelfs t/m 20 worden. Er werd hem een gouden carrière toegedicht, want op zijn 19de was hij al grootmeester en zijn talent leek tot in de hemel te reiken.
Toch gaat het niet altijd zoals je dat van te voren inschat. Dennis bleek veel meer hobby’s en interesses te hebben in het leven en hij vond het schakersbestaan kennelijk toch wat eenzijdig. Hij rondde een studie af op de Johan Cruijffacademie en vond een mooie baan. Grootmeester is hij voor de rest van zijn leven, zijn rating is achtergebleven bij zijn onmiskenbare talent. En nu zit Dennis ineens toch weer in Max Euwe Centrum te schaken en wel tegen een nieuw talent dat zich aangediend heeft: de 16-jarige Anne Haast. De afgelopen week berichtten wij al over het huzarenstukje dat zij bijna aan het verrichten was. Als enige meisje speelde zij bij de A-jeugd mee en zij wist daar menig gerenommeerde tegenstander aan haar zegekar te binden. Dat het haar bepaald niet tegenzat, bleek tijdens de laatste ronde, toen zij een aantal kanshebbers voor de titel zag sneuvelen. Haar lot lag in handen van Nicky Law die bij het uitvluggeren een gouden kans op een overwinning liet liggen tegen Lars Ootes. Helaas voor Anne werd het toch nog remise en hield Ootes haar later af van een unieke prestatie.
Met Erik van den Doel en Jop Delemarre is de carrière vanuit KNSB-perspectief goed verlopen. Erik werd profschaker, Jop professioneel schaaktrainer. Met Moosa Azadmanesh, die opviel nadat hij ooit derde werd bij een EK t/m 14 jaar (als ik me dat goed herinner), verliep het heel anders. Al in zijn jeugdjaren hing hij het schaakbord aan de wilgen en trok hij zich volledig terug uit het schaakleven. Naar verluidt, kan men in de Amsterdamse schaakscene nog heel af en toe een glimp van hem opvangen.
De schaakbond heeft anno 2010 weer een paar bijzondere talenten, waarvoor men graag bereid is wat extra’s te doen. Allereerst is daar de pas 15-jarige Anish Giri, de huidige landskampioen, al grootmeester met een rating van ruim boven 2600. Het verhaal is bekend, Anish is een bijzonder talent die het nog ver gaat schoppen. Hij won de B-groep van het Corustoernooi en gaat dus volgend jaar zijn opwachting maken tussen de wereldtop. Anand, Kramnik e.c. houden hem nu al in de gaten!
Het tweede talent is de 15-jarige Robin van Kampen. De Bussummer werd al tot IM benoemd vorig jaar en met zijn rating is ook niets mis. Ook hij speelde een uitstekend Corustoernooi (in de C-groep) en vorig jaar werd hij in een sterk bezet jeugdkampioenschap van Nederland als jongste deelnemer kampioen. Vorige week had hij een zware inzinking bij het NK-jeugd van dit jaar, maar gezien het aantal partijen dat hij speelt, zal hij die snel te boven komen.
Een derde bijzondere speler is Benjamin Bok uit Veldhoven. Deze jongeman is een jaartje jonger dan Robin en ook voor hem zal het niet lang duren eer hij de internationale meestertitel zal ontvangen. Twee normen heeft hij al, de rating gaat ook richting 2400. Als jong spelertje was al snel duidelijk dat Benjamin bijzondere kwaliteiten heeft en dat hij ook een gooi naar het grootmeestermetier zal doen, staat als een paal boven water.
Heel leuk is dat ook van het meidenfront ons iets bijzonders te wachten staat. De hierboven genoemde Anne Haast is al beschreven.
Het andere talent is Lisa Schut, zelfs een jaartje jonger en al WIM (ofwel Woman International Master). Zij is voor niets en niemand bang, menig titelhouder zat al te sidderen achter het bord. Ook zij bezit speciale kwaliteiten waardoor zij het nog ver kan schoppen. Vooral tactisch is zij (net als Anne trouwens) voor elke tegenstander gevaarlijk en haar aanvalskunsten zijn bijna onovertroffen.
Het Max Euwe Centrum maakte mogelijk dat de deelnemers zelf inspraak hadden over wie hun tegenstander zou mogen zijn. De volgende tweekampen kwamen uit de bus rollen:
Nigel Short – Anish Giri
Lubomir Ftacnik – Robin van Kampen
Yasser Seirawan – Benjamin Bok
Sebastian Siebrecht – Lisa Schut
Dennis de Vreugt – Anne Haast
Ik bespreek hieronder alle grootmeesters en geef mijn eigen kijk op hun spel.
Nigel Short. Voormalig wereldtopper die nog een tweekamp om de alternatieve wereldtitel heeft gespeeld tegen Gary Kasparov. Beide spelers vonden dat de Fide zijn WK niet goed georganiseerd hadden en besloten uit de bond te stappen om in 1993 een eigen federatie (de Professional Chess Association) op te richten. Short stond bekend als een wonderkind, die snel progressie boekte. Hij bleek een fijnzinnig strateeg te zijn die ook geroemd wordt om zijn originele combinatoire inzicht en eindspelbehandeling. Openingen was niet zijn ding, mede veroorzaakt door een zekere luiheid waarschijnlijk.
Lubomir Ftachnik. Hem ken ik slechts van naam en gezicht. De Slovaak is een allroundspeler met een enorme knowhow. Zijn analyses zijn wereldberoemd en ook in zijn spel is te zien dat hij een zeer sterke speler is.
Yasser Seirawan. Deze sympathieke, in Amsterdam wonende Amerikaan, heeft in een grijs verleden nog even bij de wereldtop behoord. Ik herinner mij goed dat hij een van de weinige spelers ter wereld was die de ongenaakbare Anatoly Karpov op een nederlaag wist te trakteren. Seirawan’s positionele inzicht is formidabel maar hij was ook een handig tacticus die juist daarmee vaak de stelling naar zijn hand wist te zetten. Overbodig om te vermelden dat hij vaak in het eindspel zijn superieure inzicht tot gelding wist te brengen. Grappig genoeg was hij in zijn gouden tijd ook een gevreesd snelschaker die menig ervaren rot over de kling wist te jagen.
Sebastiaan Siebrecht. Deze uiterst vriendelijke en aimabele Duitser is een goede vriend van Amsterdammer Karel van der Weide. Samen hebben de heren heel wat toernooien in Europa afgeschuimd op zoek naar eeuwige roem. Hoewel sommigen het in beide niet zagen zitten, hebben zij hun criticasters kunnen loochenstraffen door grootmeester te worden en daarbij ook nog de erbij horende rating redelijkerwijs kunnen handhaven. Wereldtop zal Siebrecht niet worden, maar met zijn tactische slagvaardigheid en zijn openingskennis is hij al een heel eind gekomen. Mijn indruk is dat hij iets aan zijn eindspeltechniek zou moeten doen (zijn vriend Karel heeft dat wel gedaan!) en dat hij dan nog substantieel sterker zou kunnen worden.
Dennis de Vreugt. Over hem heeft u hierboven al voldoende informatie kunnen vinden.
Een verslag van elke ronde treft u hieronder aan:
Verder informatie is te vinden op: Max Euwematches.
Partijen en analyses ronde 1
Partijen en analyses ronde 2
Ik ben zo vrij geweest om enkele highlights uit de eerste twee ronden voor het voetlicht te brengen. De rest van de partijen kunt u ook in de viewer naspelen.
Ftacnik – Van Kampen
1. d4 d5 2. c4 c6 3. Pf3 Pf6 4. Pc3 dxc4 5. a4 Lf5 6. Ph4
6…. e6 Een verrassende keuze van Van Kampen, maar het is wel de moderne theorie. De dogmaticus Tarrasch zal zich in zijn graf hebben omgedraaid. Zwart laat zich vrijwillig het loperpaar afhandig maken en ook zijn pionnenstructuur versplinteren. Tevens moet hij met de pion van het centrum afslaan. Desondanks is het systeem volledig gerechtvaardigd. Met een pion op f5 heeft zwart veel meer grip over veld e4 en vanwege zijn pionnen op de witte kleur (zoals in de Caro Kann) wordt wits witveldige loper ingeperkt. 7. Pxf5 exf5 8. e3 Pbd7 9. Lxc4 Pb6 10. Ld3 Dd7 11. a5 Een nieuwe zet, hoewel de stampartij tussen twee onbekende grootheden is. [11. Ld2 Therrien-Littlejohns, 2005.] 11… Pbd5 12. a6 b6 13. O-O Le7 14. Pxd5 Pxd5 15. Df3 g6
16. e4 Na deze zet staat het paard als een rots in de branding op d5 en heeft zwart volgens mij weinig meer te vrezen. Misschien had wit moeten aansturen aan een opmars in het centrum met f2-f3 en e3-e4, hoewel het niet eenvoudig zal zijn om die op een goede manier door te zetten. 16… fxe4 17. Lxe4 O-O 18. Lh6 Tfe8 19. Tfc1 Tac8 20. g3 Lf8 21. Lxf8 Kxf8 22. Ta3 Kg7 23. Kg2 Ted8 24. Ta4 b5 25. Ta3 Pb4 26. Td1 De6 27. Tc3 Te8 28. Lxc6 Txc6 29. d5 Pxd5 30. Txd5 Txa6 1/2-1/2
Giri – Short (tweede matchpartij)
1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. g3 c5 Zwart gaat over naar een Benoni, omdat hij geen zin heeft in een Catalaan. Vooral ook omdat Short ongetwijfeld zal hebben gezien dat Giri alle partijen uit de onlangs gespeelde WK-tweekamp Anand-Topalov heeft geanalyseerd op www.chessbase.com. Daar in waren nogal wat Catalen te zien, dus leek het hem niet verstandig om Giri daarin op te zoeken. Op de site van de schaakbond lees ik dat Giri dacht dat Short geen verstand zou hebben van de Benoni. Dat lijkt me nogal een naïef standpunt. Elke (voormalige) wereldtopper kan een willekeurige stelling uitstekend behandelen. Daarbij weet ik toevallig dat Short in zijn jeugdjaren Benoni op zijn openingsprogramma had staan, ingegeven door zijn toenmalige trainer John Nunn. Nunn vond het verstandig als zijn pupil ook leerde ‘hakken’ met de zwarte stukken. Zo heb ik in Lugano begin jaren tachtig nog een partij tegen Short gespeeld waarin hij zich bediende van de Benoni. Dit soort partijen hebben de databases allemaal niet gehaald. 4. d5 exd5 5. cxd5 d6 6. Pc3 g6 7. Lg2 Lg7 8. Pf3 O-O 9. O-O Pbd7 10. Lf4 De7 11. h3 Ph5 [Gebruikelijker is 11… a6 12. a4 Tb8 zoals onder andere door Topalov ooit gespeeld is.] 12. Lg5 f6 Helemaal terug naar zijn aanvangsveld. Uiteraard een nieuwtje. Waarschijnlijk wil Giri veld d2 open houden voor het paard en ook meteen pion b2 gedekt houden. 13. Lc1 [was de normale voortzetting. 13. Ld2] 13… f5 14. Pg5 f4 15. Pe6
15… fxg3!? Een interessant kwaliteitsoffer. 16. f4?! Vermoedelijk slaat wit hiermee de plank mis. [16. Pxf8 Pxf8 en zwart heeft de verzwakte zwarte velden in het witte kamp als compensatie voor het geofferde materiaal. Of dat voldoende zou zijn, zou de praktijk moeten uitwijzen.] 16… Pdf6 Hier staat dit paard een beetje onhandig. Het blokkeert de lange diagonaal van Lg7. [Mijn engine beveelt hier 16… Pb6 aan met voordeel voor zwart na 17. Pxf8 Dxf8 18. e3 Lf5 19. e4 Ld4+ 20. Kh1 Ld7 en het lijkt duidelijk dat zwart de touwtjes inderdaad stevig in handen heeft.] 17. f5 Wit blijft steevast weigeren het kwaliteitsoffer aan te nemen. 17… Lxe6 18. dxe6 gxf5 19. Txf5 Kh8 20. e4 Dxe6 21. Le3 [Uiteraard moet er even gerekend worden op 21. Txh5? maar na 21… Pxh5 22. Dxh5 Ld4+ 23. Kh1 Tf2 staat wit helemaal opgevouwen: hij kan zijn damevleugel niet ontwikkelen terwijl zwart meer stukken aanvoert richting wits koning (met bijvoorbeeld … Taf8).] 21… d5 Zwart probeert zich verder los te werken. 22. Lxc5 Een riskante voortzetting. [22. Pxd5 Pxd5 23. Dxd5 zou ongeveer gelijkspel hebben opgeleverd.]
22… dxe4! Weer laat Short aan alle handen materiaal hangen. 23. Df1 [Een idiote variant, toch echter redelijk geforceerd is: 23. Txh5 Tad8 24. De2 Pxh5 25. Dxh5 Tf5 26. Dg4 h5 27. Dxe4 Te5 28. Db4 Txc5 29. Dxc5 Ld4+] 23… Tfe8 24. Te1 Tad8 25. Pxe4 Inmiddels hebben beide spelers hun strijdkrachten gemobiliseerd en daarmee lijkt er een dynamisch evenwicht ontstaan te zijn. 25… Td5 26. Txd5 Dxd5 27. Td1 Dc6 28. Df5 Pxe4 29. Lxe4 Txe4 30. Dxh5 Te8 31. b4 b6 Een volstrekt logisch idee: de loper heeft geen fatsoenlijke terugtocht. Toch had Short het idee moeten verfijnen. [Zeer sterk is vermoedelijk 31… De6! omdat nu het antwoord in de partij (Lc5-e7) niet meer mogelijk is en behalve en daarnaast dreigt de dame onder omstandigheden naar de tweede of derde rij te duiken. 32. a3 b6] 32. Le7 [Na bijvoorbeeld 32. Ld4?? Lxd4+ 33. Txd4 Te1# zou zwart mat hebben gegeven.] 32… Tg8! Short blijft sterk spelen. Hier staat de toren gedekt zodat hij zijn handen vrij krijgt voor damemanoeuvres. Met zo’n open koning als die van wit, lijkt dat geen sinecure voor hem. 33. Dd5?!
Centralisatie is bijna altijd goed, alleen hier niet. [Een betere verdediging is 33. De2] 33… Dg6?! Bijna goed, het scheelt slecht een veldje. [Zonder gekheid: 33… Dh6! had de partij gewonnen voor zwart. Er dreigt zowel … De3+ als … Dxh3. 34. Dd3 Dxh3 35. Td2 Tc8 ziet er verschrikkelijk uit voor wit.] 34. Td2 h6 35. Kg2 Te8 36. Te2 Kh7 37. Df3 Inmiddels heeft wit zijn koning goed weten te beveiligen en is het ergste verliesgevaar geweken voor hem. 37… h5 38. b5 Tc8 39. Dxg3 Df5 40. Dg5 Dxg5+ 41. Lxg5 Tc5 42. h4 Txb5 1/2-1/2
Bok – Seirawan (tweede matchpartij)
1. e4 c6 2. d4 d5 3. Pc3 dxe4 4. Pxe4 Lf5 5. Pg3 Lg6 6. h4 h6 7. Pf3 Pd7 8. h5 Lh7 9. Ld3 Lxd3 10. Dxd3 e6 11. Lf4 Da5+ 12. Ld2
12… Da4 Patent: Seirawan! Maar Benjamin heeft zich uitstekend geprepareerd. [Zeer populair is hier 12… Lb4] 13. O-O [In een partij Van den Doel-Seirawan, 2007 speelde wit hier 13. a3] 13… Pgf6 14. Tfe1 Le7 15. a3 Op het oog een raadselachtig zetje. De belangrijkste bedoeling is dat wit met b2-b3 kan gaan werken, waarna het vluchtveld op a3 verdwenen is. 15… O-O 16. Pf5 Een nieuwtje volgens mijn database. [16. b3 Db5 17. c4 Db6 18. Lf4 is nog bekend uit een partij Lutz-Medvegy, 2004.] 16… Tfe8 De ruil van paard tegen loper is, zoals zo vaak in de Caro Kann, geen probleem voor zwart. Maar Benjamin heeft hele andere plannen!
17. Txe6! Een geweldig torenoffer dat door hij ongetwijfeld thuis met een computerprogramma heeft uitgezocht. 17… Lf8 Seirawan schikt zich in zijn lot. [Kritiek is natuurlijk wat er volgt op 17… fxe6 18. Pxg7! Een tweede offer, uiteraard zou je bijna zeggen. Wit kon echter ook op de verkeerde manier offeren. [18. Pxh6+? is helemaal niets na 18… gxh6 19. Lxh6 [19. Dg6+ Direct verliezend is zelfs 19… Kh8! 20. Dxh6+ Ph7 21. Dxe6 en ondanks zijn vier (!) pionnen voor het stuk staat zwart duidelijk beter. Bijvoorbeeld: 21… Phf8 22. Df7 Dxc2 en de zwarte stukken leggen veel meer gewicht in de schaal dan wits pionnen.]] 18… Kxg7 19. Lxh6+ Driemaal is scheepsrecht! Dit derde offer mag eigenlijk geen offer genoemd worden want het is na aanname direct mat. Maar ook na 19… Kh8 is er geen redden meer aan voor zwart: 20. Pg5! Tf8 21. Dg6 en het mat is niet meer te pareren.] 18. Txe8 Txe8 19. b3 Da6 Zwart staat (tijdelijk) een pion achter en hij besluit nu ook te vluchten in dit miserabele eindspel. 20. c4 [Na 20. Dxa6 bxa6 21. a4 Pxh5 zou zwart zijn pion hebben teruggewonnen, maar tegen een grote prijs. 22. Te1 Txe1+ 23. Pxe1 en met de techniek van laten we zeggen Karpov in zijn goede tijd of tegenwoordig Kramnik zou zwart een zware pijp te roken hebben gekregen.] 20… c5 Deze zet begrijp ik niet van de grootmeester. Hij geeft wit gratis een reus van een gedekte vrijpion en tevens maakt hij zijn loper slecht. [Voor de hand liggender was het in evenwicht brengen van het materiaal. 20… Pxh5]
21. Pg3 Maar ook van de coming man snap ik het niet. Als hij gemeend heeft de pluspion te kunnen behouden, heeft hij zich aardig vergist. [Wat was er tegen 21. d5! waarna wit volgens mij riante winstkansen heeft.] 21… cxd4 [Ook 21… Ld6 kwam in aanmerking.] 22. Pxd4 Pe5 23. Dc3 Lc5! Zwarts stukken zijn helemaal tot leven gekomen. De pion achterstand lijkt ruimschoots gecompenseerd te worden. 24. Te1 Td8 25. Pgf5 Peg4 Nu is ook f2 nog een zwak punt geworden. 26. b4 Lxd4 27. Pxd4 Dd6 28. Pf3 Pxh5 En nu is de pion toch weer in ‘bevriende’ handen gevallen, waardoor een snelle remise in het verschiet ligt. 29. Dc2 Phf6 30. Lc3 Dd3 31. Dxd3 Txd3 32. Lb2 a6 Een knappe openingsvoorbereiding en voortreffelijk spel van de jongeling in het begin. Ook een indrukwekkende ontsnapping van de grootmeester uit een zeer netelige situatie. 1/2-1/2
Schut – Siebrecht
1. e4 c5 2. Pf3 e6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 a6 5. c4 Pf6 6. Pc3 Lb4 7. Dd3 Pc6 [7… Dc7 is de meest gespeelde voortzetting hier.] 8. a3 Een zeldzame zet. 8… Lxc3+ Misschien moet zwart gewoon terug met de loper. 9. Dxc3 Pxd4 [Wellicht heeft Siebrecht aanvankelijk gedacht dat wit met de pion op c3 zou moeten terugnemen omdat hij nu op e4 zou kunnen slaan. Echter dan volgt: 9… Pxe4 10. Pxc6! Pxc3 [10… bxc6 11. Dxg7 Df6 12. Dxf6 Pxf6 13. f3 en ook nu heeft wit groot voordeel vanwege het loperpaar.] 11. Pxd8 Pe4 12. f3 Pf6 13. Pxe6 dxe6 en wit heeft een sterk loperpaar en de meerderheid op de damevleugel.] 10. Dxd4 d6 11. Le2
11… e5? Dit lijkt me strategisch gezien een afschuwelijke zet. Zwart geeft vrijwillig veld d5 op terwijl er al witte pionnen op e4 en c4 staan om dat veld vast te leggen. [Het lijkt me dat zwart zich tevreden had moeten stellen met 11… O-O] 12. Dd3 Le6 13. O-O Tc8 14. b3 O-O 15. Lg5 [Lisa zag waarschijnlijk af van 15. f4 vanwege 15… Lg4 en misschien gaat het nog voor zwart.] 15… Tc6 16. f4!? Dit lijkt het goede idee om de zwakke pion op d6 te kunnen belagen. 16… exf4 Na deze ruil kan d6 op de korrel genomen worden. [Maar er is een merkwaardige verdediging mogelijk voor zwart: 16… Lg4!? 17. Lxg4 [17. Lxf6 Lxe2 18. Dxe2 Dxf6 19. f5 hoewel wit ook hier de stelling in haar greep heeft. Pion d6 blijft een structurele zwakte.] 17… Db6+ 18. Kh1 Pxg4 en misschien houdt zwart stand hier.] 17. Kh1 h6 Noodzakelijk daar wit Txf4 dreigde. 18. Lxf4 Te8 [Hier ging 18… Dc7 ook al niet vanwege 19. Lxh6!] 19. Tad1 b5 Paniek in de tent, maar er was geen verdediging meer.
20. e5! Juist gespeeld. [20. cxb5 axb5 en nu zou 21. e5 beantwoorden worden met 21… Pd5!] [20. Lxd6? was zelfs slecht vanwege 20… bxc4] 20… Pd7 [Zwart kon uiteraard 20… bxc4 niet inlassen vanwege 21. Df3! en er hangen twee stukken bij zwart.] 21. cxb5 axb5 22. Dg3! Deze fase speelt Lisa uitstekend. [Menigeen had zich hier vergrepen aan pion d6. Zwart heeft dan echter 22. exd6 Lxb3 en doet dan weer mee in de partij.] 22… Kh8 Moeilijke keuze voor wit. Er zijn veel aantrekkelijke zetten. 23. Lxb5 [23. Txd6 Txd6 24. exd6 Lxb3 25. Lxb5 is ook niet misselijk.] 23… Tb6 24. a4 d5 25. Tc1 Da8 26. Le3 Txb5 Zwart wil zich niet zonder slag of stoot naar de slachtbank laten leiden. Maar uiteraard brengt het offer hem geen soelaas. 27. axb5 Da5 28. Ld4 Dxb5 Hiermee overziet hij ook nog een tactische grap die door Lisa onmiddellijk wordt uitgevoerd. [was de enige zet, maar ook dan heeft zwart weinig meer te hopen. 28… Kg8]
29. Txf7! Prachtig gezien! 29… Lxf7 30. e6 Met tempo wordt de lange diagonaal geopend. 30… Pf6 31. Lxf6 Lg6 [31… gxf6 32. exf7 Tf8 33. Dg6 zou tot ondekbaar mat hebben geleid.] 32. Dxg6 gxf6 33. Dxh6+ Kg8 34. Dg6+ Kh8 35. Dxf6+ Kg8 36. Tc7 En opgegeven. 1-0
