Anand weerstaat druk Carlsen in marathonpartij
De zevende partij is remise geworden na 122 zetten. Carlsen stond de hele partij beter maar niet genoeg om te winnen. Daardoor behoudt de wereldkampioen een punt voorsprong: de stand is nu 4-3 in zijn voordeel.
Vooraf was de vraag of Anand zich zou weten te herstellen van de dreun die hij in de vorige partij had gekregen. Verliezen is sowieso vervelend, maar als je dan ook nog in één zet had kunnen winnen, kan dat gaan rondmalen, ten koste gaan van de nachtrust, motivatie, etc. Mocht dat inderdaad het geval zijn geweest, dan was er in de partij weinig van te merken, want de uitdager weerde zich kranig.
Een van de populairste openingen van het moment (onder topspelers) kwam op het bord, het Berlijns (ook een van de meest gehate openingen overigens). Het Berlijns is het Russisch van nu en de reden dat sommige spelers naar 1.d4 uitwijken. In de tweede partij had Carlsen nog met 4.d3 het eindspel ontweken, dit keer probeerde hij wel de muur te kraken. De Noor was goed voorbereid: na 25 zetten een partij van Anish Giri gevolgd te hebben, bleef hij snel en goed spelen nadat Anand een verbetering op het spel van Radjabov had gebracht. En hoewel de remisemarge in die variant (of het hele Berlijnse eindspel) hoog is, wist Sven Magnus Øen met een pion minder zijn tegenstander toch vervelende problemen voor te schotelen, en in de commentaarsessies en op Twitter kwamen al diverse vervelende eindspelen voor zwart op het bord. Anand wist echter een manier te vinden om de grootste problemen op te lossen: hij offerde een stuk! Zo wikkelde hij af naar een eindspel toren, paard en twee pionnen tegen toren en vier pionnen (op één vleugel). Hij wist dat dat eindspel remise zou zijn.
Evengoed heb je tegen Carlsen dan nog steeds een probleem, want hij gaat dat proberen te winnen, en lang ook. Het was ook zeker mogelijk voor zwart om in de fout te gaan, maar Anand gaf geen krimp. De eerste pogingen werden weerstaan, nadat wit met het echte winstplan begon reageerde hij ook goed en uiteindelijk wist hij alle pionnen van wit eraf te slaan. Remise dus? Natuurlijk niet, ook met toren en paard tegen toren en twee pionnen bleef de wereldkampioen op winst spelen. Het eindspel toren en paard tegen toren probeerde hij echter niet eindeloos uit te melken waardoor met 122 zetten het record langste partij in een wk-match niet verbroken werd (Karpov-Kortchnoi, 1978, 124 zetten).
Zo blijft de match spannend, want Anand heeft nog drie witpartijen voor de boeg! En het is zeker niet uitgesloten dat hij daar eentje van gaat winnen…
Magnus Carlsen – Vishy Anand
1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. O-O Pxe4 5. d4!?
De hoofdvariant, maar pas de eerste keer dat Carlsen dit tegen Anand probeert! Hij heeft het natuurlijk wel tegen andere mensen gespeeld (en het alternatief 5.Te1 heeft hem alleen maar remises opgeleverd).
5… Pd6 6. Lxc6 dxc6 7. dxe5 Pf5 8. Dxd8+ Kxd8 9. h3 Ke8 10. Pc3 h5 11. Lf4
De eerste nieuwe zet in de partijen van Carlsen met wit. 11. Pe2 Le7 12. Lg5 Le6 13. Pf4 Ld5 14. Lxe7 Kxe7 15. Pg5 Pd4 16. Tad1 Pe6 17. Pgxe6 Lxe6 18. h4 was Carlsen-Jakovenko, Dortmund 2009, iets prettiger voor wit (wit won in 49 zetten).) 11… Le7 12. Tad1 Le6 13. Pg5 Th6 14. g3 Lxg5 15. Lxg5 Tg6 16. h4 f6 17. exf6 gxf6 18. Lf4 Pxh4 19. f3 Td8 20. Kf2 Txd1 21. Pxd1 Pf5 22. Th1 Lxa2 23. Txh5 Le6 24. g4
Deze zetten zijn allemaal bekend uit Giri-Radjabov van de laatste Grand Prix.
Aan mijn eerdere analyse heb ik weinig toe te voegen. Er zijn hier twee tegengestelde meningen mogelijk:
- Carlsen kiest een variant met een hoog remisegehalte. Niemand heeft dit met wit weten te winnen, dom van hem om hierop in te gaan.
- Anand kiest een variant waarin hij een iets minder eindspel moet verdedigen en bevindt zich dus op het terrein van Carlsen. Dom van hem om hierop in te gaan.
De waarheid zal wel in het midden liggen.
24… Pd6 25. Th7 Pf7
Radjabov speelde 25…f5?! waarna Giri met 26. Txc7! voordeel had kunnen krijgen. Anand dacht hier 10 minuten na over de verbetering, al betekent het niet per se dat hij uit zijn voorbereiding was. De andere zet om slaan op c7 te voorkomen is 25….Ld7; dat heeft het voordeel dat het witte paard niet op f5 kan komen.
26. Pe3
Op 26.Lxc7 speelt zwart wel 26…f5 met gelijkspel.
26… Kd8
Anders pakt wit alsnog op c7. Nadeel is wel dat het paard niet meer door de koning gedekt staat, waardoor de loper aan het paard is gebonden.
27. Pf5 c5 28. Pg3!
Tot hier speelde Carlsen het snel. Wit wil Ph5 spelen, loper weg (eventueel zelfs Lxc7+) en Pf4. Leuke route trouwens: Pb1-c3-d1-e3-f5-g3(-h5).
28… Pe5!?
Anand laat een afwikkeling toe naar een eindspel met een stuk minder dat hoewel onprettig, houdbaar voor hem is. Het alternatief is 28… Kd7 29. Ph5 Kc6 waarna 30. Lxc7 Kxc7 31. Pf4 Th6 32. Pxe6+ Kd6 houdbaar voor zwart lijkt te zijn, maar wit houdt druk als hij op zet 30 zijn loper gewoon (zonder offer) wegzet.
29. Th8+
Meteen slaan op e5 kan natuurlijk ook, maar Magnus doet aan ‘even checken’ (pun intended). Dat dacht ik althans, maar op de persconferentie gaf hij ook een concrete reden aan: 29. Lxe5 fxe5 30. Th5 La2 31. Txe5 Tb6 32. b3 c4 geeft zwart tegenspel.
29… Tg8
Na 29… Kd7 heeft wit 30. Pe4! omdat het zwarte paard niet meer op d7 kan en dat is erg onaangenaam voor zwart.
30. Lxe5 fxe5 31. Th5 Lxg4!
Het alternatief was het toreneindspel na 31… Tf8 32. Ke3 Ld5 33. Pe4 Lxe4 34. Kxe4 Tf4+ 35. Kxe5 (35. Ke3 Tb4 36. Txe5 Txb2 37. Txc5 is ook goed voor wit) 35… Txf3 36. Ke6 maar dat ziet er slecht uit: de g-pion is moeilijk te stoppen en de zwarte koning staat passief.
32. fxg4 Txg4 33. Txe5 b6
Zo is er een eindspel van toren, paard en twee pionnen tegen toren en vier pionnen ontstaan, met de pionnen allemaal op één vleugel. Caruana tweette al vrij snel dat hij het er remiseachtig vond uitzien. Mogelijk had Anand het eindspel thuis al bekeken en kwam hij tot dezelfde conclusie. Ik zie geen reden om het met hun oneens te zijn, al heeft wit goede praktische kansen: zelfs het eindspel toren-paard tegen toren (dat in principe vrij gemakkelijk remise te houden is) werd al eens door een sterke Nederlandse grootmeester verloren van Carlsen.
Om een plan te maken voor wit in een stelling als dit is het eerst nodig om te kijken wat het aanvalsdoel wordt. Normaal gesproken is dit de achterste pion van de keten, in dit geval pion c7. Deze pion kan niet door de andere pionnen gedekt worden. Wit zal dus gaan proberen deze pion aan te vallen met een toren op de zevende rij en een paard (waarschijnlijk vanaf d5). Zwart kan de pion met de koning op b7 en een toren op c6 en c8 dekken, maar zou dan mogelijk in zetdwang kunnen komen. Maar wat als zwart gewoon zijn toren op de zevende rij zet? Wit kan torenruil aanbieden met Pd5 en Te7, maar wint het eindspel zonder torens? Erwin l’Ami dacht van wel:
De stelling in het analysediagram ziet er inderdaad verloren uit voor zwart.
Hij moet proberen de witte pionnen af te ruilen, maar op b5 komt Pc3! en de zwarte pionnen gaan geblokkeerd worden. Zwart komt in zetdwang en moet de witte koning in zijn stelling toelaten, waarna de zwarte pionnen een voor een opgegeten worden.
Deze verdedigingsmethode werkt dus niet voor zwart. Wat kan hij wel doen? Hij zou kunnen proberen om de witte b- en c-pion te elimineren, maar op het moment dat hij b5 speelt wordt de voorste c-pion ook zwak. Hij zal dat dus goed moeten timen. Een ander belangrijk verdedigingsmechanisme is schaakjes geven. Vooral als wit c4 speelt (om veld d5 voor het paard te krijgen) zijn schaakjes om de derde, tweede en eerste rij vervelend. Wit zou op a3 kunnen schuilen, maar moet dan oppassen voor b5, b4 en Ta2 mat. En als de koning naar de toren toeloopt, kan zwart de witte pionnen gaan aanvallen.
34. Pe4 Th4 35. Ke2 Th6 36. b3 Kd7 37. Kd2 Kc6 38. Pc3 a6 39. Te4 Th2+ 40. Kc1 Th1+ 41. Kb2 Th6 42. Pd1 Tg6 43. Pe3 Th6 44. Te7 Th2 45. Te6+ Kb7
46. Kc3
Wit kan hier al meteen voor het winstplan Pd5 en Te7 gaan, het wint alleen niet: 46. Pd5 Th5 47. c4 b5 48. Te7 Th2+ 49. Kc1 Th1+ (de verdedigingsmechanisme ‘schaakjes geven’) 50. Kd2 Th2+ 51. Ke1 Kc6 (51… Tb2? 52. b4! cxb4 53. Txc7+ Kb8 54. c5 is een van de varianten die zwart moet vermijden) 52. Txc7+ Kd6 53. Ta7 Ke5 54. Txa6 bxc4 55. bxc4 Kd4 56. Ta4 Tc2 en het plan ‘b- en c-pion elimineren’ geeft zwart de gewenste remise. Wit speelt liever ook geen c4, zodat hij met de koning kan schuilen op b2 en het moeilijker wordt voor zwart om de pionnen te ruilen. Als zwart zich goed verdedigt zal het wit niet lukken om Pd5 en Te7 te krijgen zonder c4, maar het kan geen kwaad dat eerst te proberen. Dat zal Carlsen nog een zet of tien gaan doen (om Anand uit te testen en misschien ook te vermoeien).
46… Th4 47. Kb2 Th2 48. Pd5 Td2 49. Pf6 Tf2 50. Kc3 Tf4 51. Pe4 Th4 52. Pf2 Th2 53. Tf6 Th7 54. Pd3 Th3 55. Kd2 Th2+ 56. Tf2 Th4 57. c4
Maar nu wordt het serieus. Wit gaat zijn paard omspelen naar d5, iets wat zwart niet kan toelaten.
57… Th3 58. Kc2 Th7 59. Pb2 Th5 60. Te2 Tg5 61. Pd1 b5!
De goede timing voor het zwarte tegenspel.
62. Pc3 c6
Pion c5 is nu het nieuwe aanvalsdoel, maar ook zwart heeft een aanvalsdoel: pion c4. Hij zal proberen zijn koning naar b4 te spelen.
63. Pe4 Th5 64. Pf6 Tg5 65. Te7+
Wit kan met 65.Te6 voorkomen dat de zwarte koning naar b6 gaat, maar heeft dan geen offensief plan.
65… Kb6 66. Pd7+ Ka5 67. Te4
Na 67. Te5 moet zwart niet meteen torens ruilen, maar na een paar schaakjes kan het wel: 67… Tg2+ 68. Kd3 Tg3+ 69. Te3 Txe3+ 70. Kxe3 Kb4 met remise.
67… Tg2+
Weer het schaakjesplan.
68. Kc1 Tg1+ 69. Kd2 Tg2+ 70. Ke1
Omdat wit geen torens kan ruilen moet hij naar de toren toelopen, maar nu zijn de witte pionnen niet meer goed verdedigd.
70… bxc4!
Een beslissing die goed doorberekend moet worden, voor hetzelfde geld raakt zwart al zijn pionnen kwijt en blijft de b-pion op het bord. Anand heeft goed gezien dat dat laatste niet het geval is.
71. Txc4 Tg3 72. Pxc5
Wit had 72. Txc5+ Kb4 73. Txc6 Kxb3 74. Txa6 kunnen proberen, maar wil zich nog niet meteen neerleggen bij het eindspel toren-paard tegen toren.
72… Kb5
Dreigt Txb3.
73. Tc2 a5
Het zwarte plan is Kb4 en Tc3. Daar kan wit niet veel aan doen.
74. Kf2 Th3 75. Tc1 Kb4 76. Ke2 Tc3 77. Pd3+ Kxb3 78. Ta1 Kc4
Wit heeft nu een slechtere versie van het eindspel dat hij op zet 72 kon krijgen, omdat zwart nog pionnen heeft. Dat heeft ook voordelen: bij TP vs T is het plan duidelijk, een matnet voorkomen, maar in deze stelling heeft zwart als tweede plan zijn pionnen verdedigen en mogelijk gaat hij op twee gedachten hinken. Verder kan de partij langer duren, wat in het kader van plan ‘Anand vermoeien’ gunstig is. Niet iedereen was echter blij dat Carlsen zo lang doorspeelde. Zo snakten de commentatoren naar het einde van de partij, en was er nog iemand die liever had gezien dat Carlsen veel eerder remise had gegeven:
79. Pf2 Kb5 80. Tb1+ Kc4 81. Pe4 Ta3 82. Pd2+ Kd5 83. Th1 a4 84. Th5+ Kd4 85. Th4+ Kc5 86. Kd1 Kb5 87. Kc2 Tg3 88. Pe4 Tg2+ 89. Kd3 a3 90. Pc3+ Kb6 91. Ta4 a2 92. Pxa2 Tg3+ 93. Kc2 Tg2+ 94. Kb3 Tg3+ 95. Pc3 Th3 96. Tb4+ Kc7 97. Tg4 Th7 98. Kc4 Tf7 99. Tg5 Kb6 100. Pa4+ Kc7 101. Kc5 Kd7 102. Kb6 Tf1 103. Pc5+ Ke7 104. Kxc6
Zo, laatste pion geslagen. Nog vijftig zetten om het te proberen!
104… Td1 105. Tg6 Kf7 106. Th6 Tg1 107. Kd5 Tg5+ 108. Kd4 Tg6 109. Th1 Tg2 110. Pe4 Ta2 111. Tf1+ Ke7 112. Pc3 Th2 113. Pd5+ Kd6 114. Tf6+ Kd7 115. Pf4 Th1 116. Tg6 Td1+ 117. Pd3 Ke7 118. Ta6 Kd7 119. Ke4 Ke7 120. Tc6 Kd7 121. Tc1 Txc1 122. Pxc1 1/2-1/2
Als Carlsen was doorgegaan tot het gaatje was het de langste partij ooit in een WK-match geweest. Dat record staat nu nog steeds op Karpov-Kortchnoi uit 1978. Ik meen de vijfde partij…
Heel inzichtelijk verslag. Zo’n tekst om plannen aan te geven vind ik altijd zeer leerzaam – veel leerzamer dan variantjes waar je eigenlijk toch niet zo veel van begrijpt. Bedankt!
Dat was inderdaad de vijfde partij in de match van 1978: www.chessgames.com/perl/chessgame?gid=1068051
Maar Korthchnoi speelde daar aan het eind vooral door omdat hij zijn gehate tegenstander geen remise aan wilde bieden. Uiteindelijk lukte het hem Karpov pat te zetten.
Het is dus een record met een wat twijfelachtige reputatie. Ik vind het
verstandig van Carlsen dat hij niet nog wat zinloze zetten heeft gespeeld.
Die kerel die voor chessbase analyseert meent dat 24.g4 een nieuwtje was. De prutser!