“Het einde van de denksporten en de laatste schaker” door Hans Meijer. Column van Schaakvereniging Promotie.
Tja, erg vrolijk klinkt de titel van Hans’ column niet.
De Koninklijke Nederlandse Bond voor Bordspelen (KNBoBo) was maar een kort leven beschoren. Voorzitster Máxima gaf er de brui aan toen half Nederland over haar heenviel omdat ze geen goede beschrijving van de identiteit van ‘dé schaker’ kon geven. Ze heeft nog een foto van een morsig type in een sleets ruitjesjasje laten zien en hem ‘dé schaker’ genoemd maar daar kwam ze niet mee weg. Volgens een lid van het journaille was het de foto van een verdwaalde onderbonder en dit heerschap is de maat van alle schakers had hij met lichte spot in zijn stem gevraagd. Na deze persmuskiet furieus ‘¿Por qué no te callas?’ (Waarom hou je je mond niet?) toegesnauwd te hebben was ze opgestapt. Einde KNBoBo. Is er na het opheffen van de KNBoBo nog toekomst voor dé denksporten? Ik vrees van niet. Ik stel dan ook voor dat we de KNDoDo oprichten. De KNDoDo is een sterfhuisconstructie voor denksporten. Het is de bond waar denksporten die, net als ooit de dodo, op het punt staan uit te sterven zich als lid aan kunnen melden. In deze column stel ik vier kandidaat-leden voor.
Tot 1994 werden er in Zoetermeer vijftien keer denksportkampioenschappen georganiseerd waar honderden denksporters aan deelnamen. Van hen streed een klein groepje mannenbroeders om de damtitel. Dammen was toen al ettelijke keren bijna dood verklaard. Om het damspel van het remisère virus te redden bedacht Jannes van der Wal doordammen, nieuwlichterij waar streng gelovigen als Ton Sijbrands niets van wilden weten. Een veeg teken was het afstoten van de damrubriek van Frank Drost door Trouw. Als zelfs een christelijk dagblad al niets meer in het damspel zag dan was het einde wel zeer nabij. Er zijn nu nog vierduizend dammers over, drieduizend minder dan in 2007, en terwijl het water al boven hun lippen staat damt dit taaie volkje hardnekkig door.
Lees de hele column hier !