Carlsen verzuimt kans waar te nemen: twaalfde remise en dus een tiebreak!
Wat iedereen verwacht had, is vandaag inderdaad gebeurd: ook de twaalfde partij tussen uitdager Fabiano Caruana en wereldkampioen Magnus Carlsen in hun tweekamp om de wereldtitel is in remise geëindigd.
Daarmee is de eindstand van 6-6 tot stand gekomen, met twaalf remises en dat fenomeen kennen we eigenlijk nog niet. De vorige WK-match tussen Carlsen en Karjakin eindigde ook in 6-6, maar toen vielen er nog twee beslissingen. Daarover waren veel commentatoren het wel eens: als kijkspel was die voorlaatste tweekamp niet bepaald een lust voor het oog. En na deze twaalf remises beginnen deze geluiden ook steeds harder door te klinken. Niettemin kunnen we wel stellen dat we een aantal levendige partijen hebben gezien. Vooral in de eerste partij, waarin Carlsen al meteen het voordeel met zwart naar zich toe trok, was indrukwekkend om te zien. En eigenlijk moest ook de dramatische constatering gemaakt worden dat de wereldkampioen er niet in geslaagd was om deze huizenhoog gewonnen stelling te winnen. Gezegd moet worden dat Caruana, na dat moeizame begin, langzaam beter ging spelen. En uiteraard kwam ook hij een paar keer erg dicht in de buurt van een overwinning. We herinneren ons het problematische eindspel nog en ook hoe hij nog meer kansen op een vol punt voorbij liet gaan. Maar gezegd moet worden dat Carlsen zich in verschillende netelige situaties van zijn beste kant liet zien. Hij bleef hardnekkig verdedigen, deed vaak steeds de enige zet en als de tegenstander verzuimde optimaal verder te gaan, gaf de Noor geen krimp.
Wat mij als aandachtig toeschouwer enorm heeft verbaasd, is dat Carlsen in voordelige stellingen er niet uit wist te halen wat er wellicht in zat. En daar heeft hij er een aantal van gehad. Hij is juist wereldkampioen geworden door in de opening te opteren voor gelijke stellingen, dan te gaan zitten om vervolgens de tegenstander helemaal zoek te spelen. Juist het uitbuiten van kleine voordeeltjes, het omzetten van ogenschijnlijk minuscule plusjes in zeer kansrijke posities, was zijn handelsmerk.
Vooraf kon je overal lezen dat Carlsen de intuïtieve schaker is, Caruana de rekenaar. Als de Amerikaan zijn tegenstander in een stelling zou kunnen ‘duwen’ waarin hij zijn rekenkracht en imaginair vermogen zou kunnen tonen, zou hij een groot gevaar kunnen zijn voor de man die juist naar overzichtelijke stellingen streeft waarin hij kleine voordeeltjes kan vergaren. Maar ook Carlsen kan geweldig rekenen. Ook op dat terrein staat hij zijn mannetje. Zou hij toch onwillekeurig teveel door zijn secondantenteam of stiekem door de algemene opinie zo gewaarschuwd zijn dat hij zich hoe dan ook niet wilde laten meesleuren in een zompig moeras waar Caruana als een vis in het water zou zijn? Was zijn mind-set zodanig dat hij ten koste van alles een ingewikkeld steekspel moest vermijden? Alleen dat kan misschien verklaren waarom hij toch meer dan een handjevol mogelijkheden onbenut liet om meer dan een half puntje te behalen. In de partij van vandaag was dat opnieuw het geval. De opening, de Svesnikov-variant van het Siciliaans, bracht wit nauwelijks iets. Sterker nog: na ongeveer twintig zetten heeft wit eigenlijk geen plan en zwart wel!
Carlsen speelt, zoals we het van hem kennen, de stukken naar mooie velden. Als zwart kort heeft gerokeerd en de koningsstelling min of meer ontoegankelijk terrein is geworden voor Caruana, maar omgekeerd Carlsen de vijandelijke witte koning, die zich op b1 heeft verschanst, kan gaan bestoken, worden de commentatoren opgewonden. Zou de match dan toch vandaag eindigen met een overwinning? Zwart brengt de artillerie in stelling. Hij hoeft alleen nog maar de stelling te openen met …b7-b5. Maar die zet komt niet op het bord! Carlsen schuift de zaak dicht met …a6-a5. De heren Svidler, Giri en Grischuk kunnen hun ogen niet geloven. Was hij toch bang voor verwikkelingen? Was de Noor onzeker over zijn eigen rekenkunsten? Of had hij zich er van te voren mee verzoend dat remise een uitstekend resultaat zou zijn? Allemaal vragen waar ik het antwoord niet op weet. Maar wat ik wel weet, is dat Carlsen alle belangrijke tiebreaks, die hij in zijn schaakleven heeft moeten spelen, gewonnen heeft. Allemaal dus!
Dat zelfvertrouwen heeft hij wel. Natuurlijk zal hij er nu echt voor gaan zitten en misschien dat we nu eindelijk vuurwerk gaan zien.
Twaalf remises is een magere oogst. Maar er was wel strijd en dat is ook wat waard. Aan scorebordjournalistiek doet Schaaksite niet. We hebben de partijen grondig besproken en we hebben veel mooie dingen gezien. En die tiebreak zal hoe dan ook een beslissing opleveren. Morgen mag u de tv uitzetten en de livestream van het schaken aan. Waarschijnlijk komt er meer vuurwerk op het schaakbord dan morgen in het voetbalstadion te Athene bij AEK – Ajax!
ANALYSE TWAALFDE PARTIJ
Caruana, Fabiano – Carlsen, Magnus
1. e4 c5
Het is Siciliaans wat de klok slaat in deze tweekamp. Dat is in elk geval wel wat leuker dan de afgekloven Italiaanse stellingen en de Berlijnse Muur die we ook veel zien de laatste jaren.
2. Pf3
Ik had deze week een interessant gesprek met een groot openingstheoreticus. Die liet zich ontvallen dat de Svesnikov (zoals we die dadelijk gaan zien in deze partij) ook op een andere manier tot stand kan komen. En wel op een voor zwart gunstigere manier. Na 2…e6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 kan zwart bijvoorbeeld 5…Pc6 spelen. Wil wit dan ingaan op een Svesnikov met 6. Pdb5 d6 (zie analysediagram)
3. d4
En Caruana laat zich helemaal van zijn goede kant zien, door opnieuw in te gaan op het Open Siciliaans in te gaan. De Rossolimo met 3. Lb5 laat hij nu maar links liggen.
3…cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 e5
Wederom de Svesnikov, de opening die Carlsen na een lange break omarmd heeft.
6. Pdb5 d6
En uiteraard laat Caruana zich weer in op de variant die hem tot dusver het nodige gebracht heeft. Het is nu aan de tegenstander en zijn begeleidingsteam om te zien wat ze voor weerwoord bedacht hebben op deze aanpak. Wit heeft in deze stelling de keuze uit de tekstzet én uit 7.Lg5. Een belangrijk systeem, dat uiteraard enorm goed is uitgezocht, is met 7. Lg5 Maar daar zien de hedendaagse topspelers op dit moment niet zoveel meer in.
7…Pxd5 8. exd5 Pe7
Een andere aanpak dus. Geen 8…Pb8 dus ditmaal.
9. c4
Een zeer belangrijke variant is met 9…Pf5 10. Ld3 Le7 11. O-O We gaan dan jaren terug, want we zien dat hier onder andere Tal-Sahl, 1988 en Hjartarson-Kortschnoi, 1988 mee gespeeld zijn.
10. Da4
Nu komt ook 10. Ld3 in aanmerking zoals op het bord kwam in de partij Zhang-Du, 2003.
10…Ld7 11. Db4 Lf5
Actief spel van de zwartspeler. Een interessant idee is ook 11…Db8 zoals door de naamgever van deze variant ooit gespeeld werd: Tronekovs-Svesnikov, 2006.
12. h4
12…h5!?
Zwart is niet genegen om de opmars h4-h5 toe te laten. Het nadeel kan zijn dat de korte rokade later een probleem zou kunnen worden aangezien hij zich hiermee een pionverzwakking permitteert. In bovengenoemde partij volgde 12…a6 13. h5 Pf4 14. Pc3 Le7 15. Le3 en later kwam wit tot winst.
13. Da4 Ld7 14. Db4 Lf5
15. Le3
Dit is het ideale veld voor de dameloper. Wit hoopt te kunnen profiteren van een verzwakt veld b6, zoals ook in de partij het geval is. Een ‘stoorzet’ is 15. Lg5 maar de vraag is wat wit er precies aan heeft. Want na 15…Db8 (analoog aan Svesnikov) is het de vraag wat wit hiermee opschiet. Zowel het paard van b5 als de loper van g5 zal verdreven worden.
15…a6 16. Pc3 Dc7
17. g3
Deze zet dient ervoor om hoe dan ook mogelijkheden met …Pg6-f4 uit de stelling te halen. Een zet als 17. Lb6 heeft weinig om het lijf na 17…Dd7 maar misschien viel er toch een plusje te behalen voor wit met bijvoorbeeld [Ter overweging is ook 17…Dc8 om veld d7 beschikbaar te houden voor het paard. Als zwart met …Lf8-e7, …Pg6-f8-d7 kan spelen, zal de loper van b6 onverrichterzake moeten terugkeren. Zo makkelijk is het natuurlijk allemaal niet.] 18. g3 gevolgd door f3, zoals Caruan ook later in de partij op het bord brengt. Zwart ontbreekt het voorlopig aan tegenspel.
17…Le7 18. f3
En met deze pionzet probeert wit grip op het centrum te krijgen. Hij creëert een steunpunt op e4 voor zijn paard en ontneemt de zwarte witveldige loper veld g4.
18…Pf8
19. Pe4
Vooralsnog een mooi veld, maar echt stabiel staat het paard hier niet. Zwart zal straks zijn loper terugtrekken om de opmars …f7-f5 voor te bereiden. De vraag is natuurlijk hoe zwart reageert op 19. Lb6 Ik vermoed dat Carlsen 19…Db8 van plan was om na 20. Pe4 te kunnen antwoorden met 20…Pd7 waarna Lb6 zich maar het beste kan terugtrekken.
19…Pd7 20. Ld3 O-O
De wereldkampioen is geen dogmaticus. Persoonlijk leek mij 20…Lg6 de juiste zet omdat wit het loperpaar zou kunnen bemachtigen vanwege de dreiging Pe4-f6+.
21. Th2
21…Tac8
Interessant is ook 21…Lg6 22. O-O-O Tac8 23. Kb1 f5 met een stellingstype dat we dadelijk ook zullen te zien krijgen.
22. O-O-O Lg6
Zo bereidt hij de lang verwachte opstoot …f7-f5 voor.
23. Tc2 f5
Deze zet werd door de commentatoren Svidler, Grischuk en Giri weggehoond. Vooral de laatste was niet mild in zijn commentaar: “Where is the knight going? It’s going nowhere, accept to g5 via h3 to g5… met gelach! De enige juiste zet is 24. Pg5 waarna de heren toppers op Chess24 voornamelijk keken naar 24…Lxg5 25. hxg5 en nu zijn er meerdere aantrekkelijke zetten, maar [25. Lxg5?! werd ook geanalyseerd maar de conclusie was al snel dat zwart na 25…Pc5 26. f4 b5! een geweldig gevaarlijke aanval op de damevleugel zou kunnen opzetten.] 25…e4 lijkt de aangewezen weg om iets te bewerkstelligen.
24…Pc5
Het begint al precair voor wit te worden. Carlsen neemt het initiatief over en wit moet nu alle zeilen bijzetten om niet in het nadeel te geraken.
25. f4
25…a5?!
Verbazingwekkend hoe weinig de wereldkampioen zijn kansen waarneemt in deze tweekamp. Opnieuw kan hij groot voordeel verkrijgen met een vrij voor de hand liggende voortzetting, maar zijn ‘mindset’ (om geen risico te nemen) weerhoudt hem ervan scherpe varianten te kiezen. Mogelijk is 25…exf4 26. Lxf4 en wederom de thematische 26…b5! 27. Dd2 [Essentieel is ook dat 27. cxb5?? onmiddellijk verliest vanwege 27…Pxd3+ 28. Txd3 Dxc2#] Giri en Svidler keken onmiddellijk naar 25…b5! en na een zet als 26. Lf1 kregen zijn bijval van Grischuk die hier 26…a5!? suggereerde. Wit moet dan verder gaan met 27. Dd2 maar ook nu is wit na [Vooral niet 27. Dxb5 vanwege de elegante damevangst met 27…Le8 die Grischuk in petto had.] 27…exf4 28. Lxf4 b4 in een uiterst netelige situatie terecht gekomen.
26. Dd2 e4
27. Le2 Le8 28. Kb1 Lf6 29. Te1 a4 30. Db4
Hij sluit de keten en verzoent zich in feite met het halve punt. Als hij achter had gestaan in deze match, zou hij dan zetten als 30…a3!? hebben gespeeld? We zullen het nooit weten, want het is niet gebeurd.
31. Td1 Ta8
Caruana kan moeilijk weigeren. Hij heeft niets te vertellen in deze stelling en mag allang blij zijn dat zijn tegenstander zo graag de tiebreak ingaat dat hij het allemaal wel gelooft. Het enige plan voor wit is om het paard naar g5 te brengen! Laten we het daar maar niet meer over hebben…
½ – ½
De tie break is woensdag.
Als ik het goed zie heeft zwart de laatste zet gespeeld en dus remise aangeboden. Wit heeft het geaccepteerd. Nice dat Caruana de remise aannam, al stond die enkele keren wat minder, hij moest winnen om de tie-breaks te doorlopen.
Caruana heeft waardig gestreden en Carlsen heeft hem niet weten te breken in de reguliere speeltijd. Het was inderdaad opvallend dat Carlsen ditmaal niet de kleine voordeeltjes wist uit te buiten.
Ik ben benieuwd wat de strategie van Caruana gaat worden in de Tie-breaks. In versneld tempo is Carlsen een nog grotere favoriet en al weet die de voordeeltjes in regulier tempo niet uit te buiten. Ook voor Caruana blijft het een uitdaging.
Carlsen zal het toch moeten presteren opnieuw te winnen, ik ga uit van overtuigend winnen, maar daarin schuilt ook een gevaar, Caruana zal pakken wat Carlsen verzuimt te nemen. Hopelijk biedt de match meer dan dat Caruana, Carlsen enkel volgt….
Uiteraard bedankt voor je/ jullie uitgebreide mooie analyses. Ik heb er van genoten het telkens weer te lezen.
Na de defensieve 24e zet van wit Pf2 en de 25e zet van zwart a5 kreeg ik er erg veel zin in een voetbalwedstrijd van het heerlijk aanvallende Ajax. De computer ging uit en ik had het wel gehad. Waar me dit het meest aan herinnerde was de WK voetbal van 2014, toen Nederland eerst op schitterende wijze wereldkampioen Spanje versloeg, maar in de kwartfinale uiterst defensief speelde tegen Costa Rica, toch geen hoogvlieger. Na 10 minuten had ik het wel gezien. Ik voelde het al aankomen: het zou ook na verlenging nog 0-0 staan en dan strafschoppen. In de wedstrijd zelf speelde de Nederlandse keeper ook al de hoofdrol, want hij leek wel de meest aangespeelde speler. En ik kreeg gelijk: het werd 0-0 en Nederland deed het beter bij de strafschoppen. Dinsdag kan ik naar Ajax kijken en woensdag zal de tiebreak ook wel spannend zijn, want dat zijn strafschoppen aan het eind zeker ook.
Vergeet woensdag tussen de tiebreaks door ook niet naar PSV te kijken!
De dammers hadden al hun match van de geeuw (Sijbrands-Andreiko 1973), de schakers nu ook.
Grappig, daar zocht ik net ook naar. Googelen op ‘match van de geeuw’ levert niets op. Bij Andreiko op Wikipedia zie je dat Sijbrands die match in 1973 won met twee overwinningen en achttien remises. Maar een jaar eerder bleef Andreiko wereldkampioen door tegen Koeperman alle twintig partijen remise te spelen!
Toch werd ook volgens mij die van 1973, dus Sijbrands-Andreiko, ‘match van de geeuw’ genoemd, omdat hij vooraf werd gezien als ‘match van de eeuw’. En dat dan misschien onder invloed van Fischer-Spassky, die ook ‘match van de eeuw’ werd genoemd.
Ik had de “gok” genomen zonder te googelen. Toen die match gespeeld werd, was ik 9 of 10 jaar oud. De uitslag kan ik me nog wel herinneren, de details las ik later pas. Namelijk dat Ton Sijbrands, na zijn overwinning in de 2e partij, geen partij meer hoefde te winnen en Andreiko niet kon winnen. Er zaten hele korte partijen tussen, want je had toen nog niet de 40-zetten regel.
@coenj: Dat is waar ook, ze hebben eerst een rustdag. Dan maar op twee dagen vuurwerk!
Altijd dankbaarheid natuurlijk, wel een kritisch woord. Ik vind het een matig verslag dit keer. De vragen die Herman opwerpt, zijn door Magnus in de persconferentie beantwoord. Die nieuwswaarde had meegenomen kunnen worden. Agon stelt de persconferentie gratis beschikbaar op Youtube, hier, deze was trouwens ook gratis real time op Youtube en op Facebook.
@Zuid Limburg Als Oud-Eindhovenaar volg ik PSV ook, dat heel aantrekkelijk voetbal speelt. Jammer dat ze al uitgeschakeld zijn. Ze wonnen in 1988 de Europa-Cup, maar wel na de verlenging, toen het nog 0-0 stond, door strafschoppen. Ajax deed het bij alle vier gewonnen finales in de wedstrijd zelf. Als Amsterdammer leeft Ajax bij mij nog altijd veel meer.
Wel mijn dank aan Herman Grooten en Dimitri Reinderman, die in hun verslagen veel voor mij duidelijk maakten, dat ik niet meteen zag. Maar zij konden er ook niets aan doen dat er zo vaak te veel vanuit de defensie gespeeld werd.
Carlsen gaf inderdaad toe dat hij complicaties vermeed. Zie hier het verslag van Gert Ligterink in de Volkskrant, met ook commentaar van Kramnik.
Wat in het krantenartikel niet is opgenomen, is dat de hoon van Kramnik, zelfs letterlijk meerdere malen uitlachen, moeilijk op papier is te zetten. Ik keek de stream live. Laten we wel wezen, indien Carlsen de playoff verliest, dan zal partij 12 de rest van zijn leven een grote smet zijn.
Ik vond een artikel van Robert Misset uit NRC Handelsblad van 26-3-1999.
Creëert Sijbrands zorgvuldig zijn eigen mythe door niet te spelen? Hij verdween al eerder vijftien jaar van het internationale podium, toen de felle kritieken op zijn `Match van de Geeuw’ met Andreiko in 1973 diepe wonden bij hem hadden geslagen. ,,Toen kon ik me niet voorstellen ooit nog een damsteen aan te raken.” Na zijn terugkeer in 1988 verloor Sijbrands een WK-match van de Rus Tsjizjov en sinds 1995 heeft hij de confrontatie met de wereldtop gemeden. ,,Een tweede rentree lijkt me onwaarschijnlijk. Ik word in december 50 jaar en dat is behoorlijk oud voor een dammer. Schwarzmann is pas 30 en toch heeft hij er bijna tien jaar over gedaan om wereldkampioen te worden.”
Mooi gevonden, dat is dan duidelijk.
Kleine correctie op Misset: Sijbrands verloor niet van Tsjizjov, de match eindigde in een gelijkspel, waardoor Tsjizjov wereldkampioen bleef. Zie hier op Wikipedia.
Hallo Herman,
Ik ben benieuwd wat jouw grote kenner van de theorie dan vindt van de variant (na 5.Pc3 Pc6) 6.Pxc6 bxc6 7.e5 Pd5 8.Pe4? In het laatste boek van John Shaw krijgt deze variant toch een aardige knauw, zo lijkt het althans. Het lijkt me ook niet helemaal in Carlsens stijl om zich op zoiets in te laten.
@ Johan Hut Via Bing gaf Match van de Geeuw deze website bij de eerste zoekresultaten. Het is het derde artikel van de reeks. http://laatste.info/bb3/viewtopic.php?t=1080&start=60
@Frank van Tellingen: dat noemde hij inderdaad ook. Naar het schijnt is die stelling speelbaar voor zwart (zoals blijkt uit partijen van Radjabov), maar ik ben het met je eens dat dit niet een stelling is die Carlsen graag zou spelen. Neemt niet weg dat de stelling moeilijk te kraken is door wit.