WK-kandidatentoernooi in de media (2): Ding en Giri over hun voorbereiding
De gezondheid van de acht spelers lijkt een nog hogere prioriteit te hebben dan die van de hoogwaardigheidsbekleders. Dat schreef Hans Ree na de eerste ronde van het WK-kandidatentoernooi in NRC-Handelsblad. Er waren nogal wat hoogwaardigheidsbekleders bij de openingsceremonie en die zaten als haringen in een tonnetje. Volgens Ree zaten er ongeveer duizend toeschouwers in de zaal. Een bizar contrast met de veiligheidsmaatregelen die de spelers in acht nemen. Zij waren dan ook niet bij de opening, wat gezien de omstandigheden goed is, maar verder natuurlijk wel bizar. De hoofdpersonen ontbraken op het feest.
Ree over de openingsceremonie: “Ongeveer duizend genodigden luisterden naar toespraken van de gouverneur van het district Sverdlovsk, van FIDE-president Arkadi Dvorkovitsj en van oud-wereldkampioen Anatoli Karpov en ze keken zoals dat in Rusland gebruikelijk is naar een klassiek ballet met muziek van Tsjaikovski. Maar plotseling keken veel mensen op hun telefoontje. Er was een bericht dat het Russische ministerie van Sport alle internationale sportevenementen in Rusland had verboden. Sloeg dat ook op het schaaktoernooi dat net werd geopend?”
Nee. En Ree meent dat de FIDE-president belangrijker is dan het ministerie van Sport. Dvorkovitsj was in het verleden adviseur van Poetin en van 2012 tot 2018 vicepremier van Rusland. Hij laat zich het toernooi niet afnemen.
Ree beschrijft de eerste twee partijen van Giri en geeft Giri’s antwoord op de vraag of hij na zijn nederlaag in de eerste ronde zijn strijdplan moet veranderen: “Nee, daarvoor is het nu te laat.”
Volkskrant
Gert Ligterink was over de openingsceremonie net zo verbaasd: “De acht deelnemers waren zo verstandig verstek te laten gaan, al vroegen ze zich wel af hoe de massale bijeenkomst te rijmen viel met de strenge voorzorgsmaatregelen die tijdens het toernooi gelden.”
Over de dagelijkse temperatuurmeting bij de spelers: “Fabiano Caruana vertelde dat paniek uitbrak, toen de thermometer bij hem 37.0555 Celsius aangaf. Haastig toegesnelde verplegers waren pas gerustgesteld toen bij een tweede meting de minimale verhoging verdwenen bleek.”
Zoals veel liefhebbers is Ligterink blij met de partijen in de eerste ronden: “De eerste drie ronden leverden vijf winstpartijen op, met de twee sterkste spelers in een hoofdrol.”
Over de opvallende toernooistart van Liren Ding: “In de eerste twee ronden in Jekaterinenburg was hij een schim van de speler die vorig jaar vrijwel onverslaanbaar was.
Na twee gevoelige nederlagen besloot Ding de voorbereiding op het gevecht met Caruana tot een minimum te beperken: ‘In plaats daarvan ging ik op zoek naar mijn betere zelf. Ik keek nog eens naar de partijen die ik vorig jaar in topvorm speelde in de hoop daaruit inspiratie te putten. Het bleek de juiste aanpak.’”
Opvallend (zeg ik, niet Ligterink) is dat Giri zegt dat hij zijn voorbereiding tijdens het toernooi niet meer kan veranderen en Ding wel. Voorbereiding tijdens de voorafgaande weken, zelfs maanden, is heel intensief. Dan is het niet logisch om tijdens het toernooi opeens iets anders te doen.
Telegraaf
Voor de Telegraaf had Nick Tol contact met Anish Giri. Zijn interview werd ook geplaatst in het Noord-Hollands Dagblad en andere regionale dagbladen die onder het Telegraaf-concern vallen.
Giri vertelt, wat niet in alle berichtgeving duidelijk is, dat de spelers van tevoren op het coronavirus zijn getest en dat er over tien dagen nog een test volgt. De dagelijkse checks zijn niet op corona, maar op koorts, hoesten of keelproblemen. Indirect uiteraard wel in verband met corona.
In de stad is het één tot vier graden en Giri durft nauwelijks naar buiten te gaan, uit angst een verkoudheid op te lopen. Ook een normale verkoudheid kan grote gevolgen hebben voor het doorgaan van het toernooi.
Over zijn zwakke start: “Dat ligt in elk geval niet aan mijn voorbereiding. Samen met mijn trainers ben ik een maand in Portugal geweest. Daar is echt niets aan het toeval overgelaten. Schaaktechnisch hebben we alles tot in de puntjes voorbereid en ook fysiek zijn we keihard aan de slag geweest. Het was heel mooi weer daar, ik heb veel energie getankt en alles verliep volgens plan. Toch ben je van veel meer factoren afhankelijk als je eenmaal achter het bord zit tijdens zo’n belangrijk toernooi. Dan staat er opeens heel veel druk op en gebeuren er ook dingen die je niet hebt voorzien. Maar er zijn nog elf partijen te gaan. Iedereen ligt nog dicht bij elkaar en ik heb volop geloof in een goede afloop. Het is de grootste droom van iedere grootmeester om de WK-match te spelen, dus ook die van mij.”