Judit Polgar, kandidaat voor het wereldkampioenschap
In de periode 2003-2005 bereikte Judit Polgar met 2735 haar hoogste rating en bezette ze de achtste plaats op de wereldranglijst. In het heel sterk bezette Corustoernooi van 2003 werd ze met 8 uit 13 ongeslagen tweede op een half punt van winnaar Anand, maar met een punt of meer dan een aantal schakers uit de wereldtop, zoals Shirov, Grischuk, Ivanchuk, Kramnik, Topalov en Karpov. Ik geef haar winstpartij tegen ex-wereldkampioen Karpov, die ze toen voor het eerst in een klassieke partij versloeg.
Karpov – Judit Polgar 2003 Dame-Indisch
Een jaar eerder in 2002 speelde Judit Polgar voor Hongarije mee in het mannenteam tijdens de Olympiade in Bled. Ze speelde aan het tweede bord achter Leko en scoorde 8 ½ uit 12. Hongarije werd tweede achter Rusland, waar Kasparov achter het eerste bord zat. Ze won er deze spectaculaire offerpartij van een nog jonge Mamedyarov.
Judit Polgar – Mamedyarov Open Spaans
Vanwege de geboorte van haar zoon Oliver nam Judit in 2004 een schaakpauze van ruim een jaar, maar begin 2005 was ze weer terug bij het Corustoernooi. Daarin werd ze achter Leko, Anand en Topalov gedeeld vierde samen met Kramnik en Grischuk, maar ze eindigde wel voor o.a. Svidler en Short. Met deze dynamische aanvalspartij boekte ze een heel mooie overwinning op haar één maand oudere leeftijdgenoot Svidler, die in 2005 al vier van zijn acht kampioenschappen van Rusland op zijn naam geschreven had.
Judit Polgar – Svidler 2005 Spaans Marshall gambiet
Door haar prestaties was ze gerechtigd in de herfst van 2005 mee te doen aan het FIDE kandidatentoernooi dat de uitdager van de PCA wereldkampioen Kramnik zou aanwijzen. Topalov won dat toernooi afgetekend voor Anand en Svidler, maar verloor in 2006 die WK-match tegen Kramnik. Na deze herenigingsmatch hadden we gelukkig wel weer één wereldkampioen schaken. Judit Polgar speelde in dat kandidatentoernooi van 2005 in Argentinië duidelijk onder haar kunnen en eindigde teleurstellend als laatste.
Na dat kandidatentoernooi richtte ze zich opnieuw meer op haar gezin en nam bijna een jaar een schaakpauze. Pas na de geboorte van haar dochter Hannah speelde ze eind augustus weer een toernooi. Ze was uitgenodigd voor een vierkamp tegen de drie grootheden uit het laatste kwart van de 20e eeuw. Kasparov, Karpov en Kortsjnoj. En eind oktober deed ze mee aan het schaaktoernooi in Hoogeveen, waar ze altijd graag naar toekwam. Daar lukte het haar Topalov op een schitterende manier te verslaan.
Judit Polgar – Topalov 2006 Siciliaans Scheveningen
Na 2006 bleef Judit Polgar in toptoernooien spelen en haar rating bleef ook op peil, maar op den duur werd ze toch overvleugeld door een generatie jonge schakers, die met de engines zijn opgegroeid, zoals met name Carlsen. Hierover zegt ze in het interview van december 2016 in Matten nr. 5 dit. Van haar vader kreeg ze het gevoel mee voor de schoonheid van het schaken. Hij vond creativiteit belangrijk en leerde haar naar tactische wendingen te kijken. Daaruit kwam vanzelf haar aanvallende spel voort. Maar zegt ze: zo onbevangen kun je niet meer spelen, nu iedereen alles met de engines checkt en hierop goed voorbereid is.
In augustus 2014 stopte Judit Polgar kort na haar 38e verjaardag met het wedstrijdschaak. Sindsdien richt ze zich als schaaktrainster op haar schaakschool.
Haar kinderen heeft ze natuurlijk ook schaken geleerd, maar ze laat ze vrij om te bepalen hoeveel tijd en energie ze daaraan willen besteden. Door haar imposante schaakcarrière krijgt ze nog altijd veel aandacht in de media. Ze wordt regelmatig bij schaakfestivals als spreekster uitgenodigd. Ze was bijv. in de late herfst van 2019 één van de spreeksters bij het Symposium over Chess and Female Empowerment in London. En in mei 2020 kreeg ze een eredoctoraat aan een Hongaarse Universiteit vanwege haar grote inzet voor het vrouwenschaak.
Als bedenker van dat 11.Pf3-g5!? in het open Spaans wordt ook Igor Zaitsev genoemd.
Inderdaad ben ik dat van Zaitsev ook ergens tegengekomen. In zijn boek over Judit Polgar noemt Tibor Karolyi als bron Michail Tal. Uit het lange artikel van Sosonko over Tal in Matten nr, 8 valt op te maken dat Tal, die bij de WK-match in 1978 van Karpov en Kortsjnoj voor het blad 64 was, daar ook Karpov van adviezen voorzag.
Karpov noemt Igor Zaitsev als bedenker.
De min of meer officiële secondanten van Karpov waren Zaitsev en Balashov. Daarnaast liepen Tal en Polugaevsky rond, die “consultanten” werden genoemd. Toen 11 Pf3-g5 op het bord kwam, meenden de meeste omstanders aanvankelijk dat dit uit de koker van Tal moest zijn gekomen, maar Timman schreef in zijn matchboek dat Sosonko er meteen al van uitging dat dit een idee van Zaitsev moest zijn.
Jullie hebben gelijk: in het matchboek staat Zaitsev als de meest aannemelijke bedenker van dit offer. En als Karpov Zaitsev als de bedenker genoemd heeft, dan is dat natuurlijk zo.
“Although Tal was in Karpov’s team, it was Igor Zaitsev who was the originator of this idea.” – blz. 155 van Kasparov’s Fighting Chess 1993-1998 uit 2006 door Tibor Károlyi (!) en Nick Alpin bij de tiende partij 1995 van de match Kasparov – Anand om het wereldkampioenschap. In de zesde partij (0,5-0,5) en ook al in 2001 tegen Shirov (1-0) had Kasparov eveneens 11.Pg5 gedaan.
Dank voor deze aanvulling. Het boek van Tibor Károly over Judit Polgár is in 2004 uitgegeven bij Batsford. Waarschijnlijk heeft hij daarna hierover andere informatie gekregen.