Krantenrubriek kerstweekend 2020
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.
Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Dimitri Reinderman | Bab Wilders | Rini Kuijf | Henk Prins |
Buitenstaander
Over het personage Dimitri Luchenko uit de serie The Queen’s Gambit schreef ik eerder dat het losjes gebaseerd is op de echte schaker Grigori Löwenfisch. Er zijn natuurlijk verschillen, want de serie is een sprookje, mooier dan het echte leven.
Luchenko treedt op in 1968 en Löwenfisch leefde van 1889 tot 1961. Bovendien heeft die na 1954 geen belangrijke wedstrijden meer gespeeld. Hij schreef boeken en artikelen, maar was in zijn laatste jaren arm en hij bewoonde in Moskou één kamer in een communale flat. Hij was de enige Sovjetgrootmeester die geen vast salaris kreeg.
Löwenfisch speelde tegen zeven wereldkampioenen, van Lasker tot Petrosian, en nog in 1953 wist hij de jonge Viktor Kortchnoi te verslaan. Hij was anders dan de andere Sovjetgrootmeesters, een man uit de tijd voor de revolutie. Tot zijn 44ste was hij chemicus van beroep, nog geen profschaker. Hij was erudiet, had een scherpe tong en sprak westerse talen. Hij speelde tennis met Capablanca, hield van kaartspelen, trouwde vijf keer en volgens een Russische schaakhistoricus was hij overal omringd door mooie vrouwen. Dit alles was geen aanbeveling voor de autoriteiten.
In 1937 was Löwenfisch kampioen van de Sovjet-Unie. Hij werd door Michail Botwinnik uitgedaagd voor een tweekamp die met 6½-6½ eindigde. Löwenfish bleef kampioen en hij vond dat hij recht had om afgevaardigd te worden naar het geweldige AVRO-toernooi van 1938. Hij had geen kans.
De overtuigde communist Botwinnik was de lieveling van de Partij en aarzelde niet om zijn connecties in te zetten. Natuurlijk ging Botwinnik naar de AVRO. Later schreef Löwenfisch dat hij toen een morele knock-out had geleden en dat alles wat hij in de jaren daarvoor had gedaan voor niets was geweest.
Hij schreef dat in een Russisch boek met herinneringen en partijen waarvan dit jaar bij uitgeverij Quality Press een Engelse vertaling uitkwam met de titel Soviet Outcast.
Over dat Russische boek schreef Genna Sosonko in zijn Russian Silhouettes dat Löwenfisch zich kort voor zijn dood wanhopig bij David Bronstein beklaagde: „Weet je wat ze me hebben aangedaan? Ze hebben de helft van mijn boek geschrapt. Al de scherpste en interessantste dingen zijn er uitgegooid!”
Het gezuiverde manuscript werd pas zes jaar na zijn dood uitgegeven en het geschrapte deel is volgens Sosonko spoorloos verdwenen.
Grigori Löwenfisch – Vasili Smyslov, kampioenschap van de Sovjet-Unie, Moskou 1949
1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 d5 4. Pf3 Lg7 5. Db3 dxc4 6. Dxc4 0-0 7. e4 Pfd7 8. Le3 Pb6 9. Db3 Pc6 10. Td1 Lg4 11. d5 Pe5 12. Le2 Pxf3+ 13. gxf3 Lh5 14. f4 Lxe2 15. Pxe2 Dc8
Mij lijkt het pionoffer 15…c6 16. dxc6 Dc8 het verstandigst.
16. Tc1 c6 17. f5 Pd7
De computer zegt dat zwart zowel na 17…Dd7 (Botwinnik) als na 17…gxf5 de storm kan doorstaan, maar de varianten zijn griezelig voor hem.
18. Tg1 Kh8 19. fxg6 hxg6 20. Ld4 Pf6 21.Tc3 Pxe4
22. Txg6
Mooi. Eerst 22. Th3+ gaat ook, maar 22. dxc6 zou wegens 22…Df5 niet goed zijn.
22…fxg6 23. Th3+ Kg8 24. dxc6+ e6 25. cxb7 Dc6 26. bxa8D Txa8 27. Lxg7 Kxg7 28. De3
Wits operatie heeft hem een pion opgeleverd en zijn aanval duurt voort.
28…Pf6 29. Pd4 Dh1+ 30. Ke2 Dd5 31. Pxe6+ Kg8
Iets hardnekkiger was 31…Kf7 32. Pg5+ Kg8, maar na 33. Db3 wint wit het eindspel.
32. Th8+ Kf7 33. Pg5+ Kg7 34. Txa8
Zwart gaf op.
Partij in viewer:
Soms is de gedroomde perfectie aan het bord bijna haalbaar
In het tijdschrift Computerschaak beschrijft Paul Wiselius hoe moderne computerprogramma’s oordelen over een overwinning van Hein Donner die de winnaar omschreef als ‘een partij die iets van de perfectie vertoont die ik altijd heb nagejaagd, maar vrijwel nooit wist te bereiken.’
Even vreesde ik dat een liefhebber van computerschaak nog eens het grote ongelijk zou willen aantonen van de man die in 1981 schreef dat computers niet kunnen schaken en dat ook nooit zullen kunnen: ‘Althans de eerste tweeduizend jaar niet, want daarvoor is technologie nodig die nog geheel achter de horizon ligt.’
Die zorg bleek ongegrond, want Wiselius blijkt een bewonderaar van Donner te zijn. Tevreden stelt hij vast dat diens partij tegen de Roemeen Troianescu de test door Het Beest glansrijk doorstaat.
Ik zag het fraaie miniatuurtje voor het eerst toen ik lang geleden Raymond Keene’s boek Learn from the Grandmasters vertaalde. Daarin analyseren vijftien topschakers naast een eigen meesterwerk een partij van een andere speler die indruk op hen heeft gemaakt. Alle auteurs hielden zich keurig aan de opdracht met uitzondering van de Amerikaan Walter Browne die twee eigen overwinningen inzond.
Aan de Nederlandse versie Schaken met Grootmeesters werden bijdragen toegevoegd van Donner, Timman en Ree. Donner beschrijft het bezoek dat hij in 1946 bracht aan het Stauntontoernooi in Groningen met als illustratie een partij die Botwinnik won van de Zweed Lundin. De analyse van zijn eigen ‘juweeltje’ sluit hij af met de woorden ‘Zo moest het nu altijd kunnen!’
Donner – Troianescu
Wageningen 1957
1.d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pc3 Lb4 4. e3 c5 5. Ld3 0-0 6. Pf3 d5 7. 0-0 Pc6 8. a3 cxd4 9. exd4 dxc4 10. Lxc4 Le7 11. Te1 a6 12. La2 b5 13. d5! exd5 14. Pxd5 Pxd5 15. Dxd5 Lb7
Dameruil gaat niet, na 15 … Dxd5 16. Lxd5 wint wit een stuk.
15 … Lb7 16. Dh5 g6 17. Dh6 Pd4 18. Pg5 Lxg5 19. Lxg5 Db6
Het alternatief is 19 … Pf5 20. Lxd8 Pxh6 21. Lf6, waarna wit met zijn sterke loperpaar goede winstkansen heeft.
20. Tad1 Tac8?
‘Zwarts enige echte fout’, schrijft Donner. Ook na zijn voorstel 20 … Pf5 zou zwart na 21. Dh3 nog lang niet uit de problemen zijn.
21. Te7!
Met de dubbele dreiging 22. Txb7 en 22. Txf7. Na 21 … Pf5 speelt wit 22. Txf7+ Txf7 23. Lxf7+ Kh8 (23 … Kxf7 24. Dxh7+) 24. Dh3.
21 … Dd6
Dreigt 22 … Pe2+ en mat.
22. Kh1 Dc6 23. Txb7 Pf5 24. Ld5! Dc2 25. Tc1
25 … De2?
Taaier maar onvoldoende is 25 … Dxb2 26. Txf7 Txc1+ (Sterker dan Donners variant 26 … Pxh6 27. Txf8+ Kxf8 28. Txc8+) 27. Lxc1 Txf7 28. Lxf7+ Kxf7 29. Dxh7+ Dg7 30. Dxg7+ met een zeer kansrijk eindspel voor wit.
26. Lxf7+!
Zwart geeft op.
Partij in viewer:
Kerstpuzzels 2020
In deze laatste rubriek van dit bewogen jaar worden 6 schaakstudies
voorgeschoteld. Oplossen geeft niet alleen plezier maar je leert er ook
van. Je hoeft niet alles goed te hebben om mee te doen, kijk maar hoe
ver je komt.
Je kijkt eerst naar 1.axb7 Kxb7 want wit heeft een ver opgerukte vrijpion die gedekt is. Maar die poging duurt niet lang want na 2.Kc3 Ka6 kan wit geen vorderingen maken. En hij wil winnen. Dus is de vraag: hoe?
–
Wit zal een geforceerde weg moeten vinden want als de zwarte dame de kans krijgt om aan het spel mee te doen dan kan zij de witte koning makkelijk aanvallen in het vrije veld. Hoe dwingt wit de winst af?
–
–
Wit speelt en wint.
Zwart wil natuurlijk heel graag zijn toren offeren voor de laatste twee
pionnen en zo de remise afdwingen. Dat laat wit niet toe. De eerste
poging is 1.Ld6+ Kc8 2.Kf7 Th8 3.e7 Th7+ 4.Ke6 Th6+ 5.Kd5 Te6!
en toch remise. Wat moet wit wel doen?
–
Het ziet er moeilijk uit voor wit want het voor de hand liggende
1.Pxa3 Txf1 werkt niet omdat zowel 2.La5+ Ke8! 3.Pxd7 h3 en de
pion loopt door, als 2.Lxh4 Lxh4 3.Pxd7 Le7+ en er gaat materiaal
verloren. Ook 1.La5+ Dxa5 2.Pb7+ Kc8 3.Pbxa5 Txf1 is het niet voor
wit want weer loopt die h-pion door. Wat dan wel?
–
Het heeft geen zin om te bekijken of 1.Txg3 b1D iets oplevert want Kd5 zit niet in een matnet. Dus is de eerste zet 1.Kc2 en dan begint het. Op welke manier kan zwart het zijn eeuwige tegenstander zo moeilijk mogelijk maken?
–
De slotvraag: Het Tata Steeltoernooi stond voor de 83 e keer gepland. Ter ere van dit unieke evenement in dat winderige badplaatsje Wijk aan Zee de vraag: waarom wordt het schaakspel ‘de koning van de denkspelen’ genoemd?
Mooie feestdagen en een gelukkig en gezond nieuw jaar toegewenst.
Geen rubriek deze week.
De deelnemerslijst van TATA-toernooi 2021 in Beverwijk telt weer vier deelnemers uit de top van de wereldranglijst ELO : uiteraard Carlsen , onaantastbaar nummer 1, verder Caruana (2) Nepomniatchi ( 4 ), zojuist kampioen van Rusland geworden, en Vachier-Lagrave, ( 5). Alleen nr 3, Ding Liren, ontbreekt. Er staan ook 2 landgenoten op de lijst, nl Giri ( 11) en Jorden van Foreest (66) Dit laatste getal zal de leek niet zo imponeren maar als je van de honderdduizenden schakers in de wereld nr 66 bent is dat een knappe prestatie. Ondanks de omstandigheden die we zo langzamerhand wel bizar mogen noemen gaan de uitgevers van schaakboeken gewoon door met de productie zoals New In Chess dat zo langzamerhand een zeer imponerende collectie heeft opgebouwd. Hoe dat zo ontstaan is kan men lezen in het boek van Marten Coerts: W.F.Andriessen Meester in het schaken, grootmeester in het uitgeven.
Maar ik wil het nu hebben over een ander bijzonder boek nl van Joel Benjamin World Champion Chess for Juniors. ( bij De Beste Zet € 16.06 ) De schrijver stelt ons in het begin direct gerust : ook de bewoners van bejaardentehuizen mogen dit boek benutten om hun kennis van het koninklijke spel te vergroten en vooral te genieten van de kunststukken van de grote wereldkampioenen. Hoewel hij geen officiële titel droeg is het terecht dat het boek begint met Morphy, het raadselachtige genie , een soort voorloper van Fischer. Honderdduizenden jeugdige leerlingen die zich bekwaamden in het schaken hebben natuurlijk deze partij te zien gekregen :
Paul Morphy – Graaf Isouard en de Hertog van Brunswijk
1.e4 e5 2.Pf3 d6 3.d4 Lg4 niet het beste 4.dxe Lxf3 5.Dxf3 dxe 6.Lc4 Pf6 7.Db3 De7 8.Pc3 ( 8.Lxf7+ Dxf7 9.Dxb7 lijkt leuk maar is niet beslissend) 8..c6 9.Lg5 b5? beslissende fout 10.Pxb5 cxb 11.Lxb5+ Pbd7 12.0-0-0 Td8 Natuurlijk schreeuwt de stelling om 13.Txd7 Txd7 14.Td1 De6 15.Lxd7+ Pxd7 16.Db8+ Pxd8 17.Td8 mat.
Partij in viewer:
Daarna worden vervolgens alle wereldkampioenen behandeld met een korte biografie en enige partijen, tot en met Carlsen. De vraag: Wie was de grootste? blijft open. Mijn favoriet blijft Capablanca. Tenslotte nog een toetje: nl een tactics quiz met 36 opgaven en uiteraard daarna de oplossingen. Een bijzonder leuk boek, zeker voor de mensen die graag partijen naspelen “tot leringh ende vermaeck “ Het kampioenschap van Rusland is natuurlijk altijd super bezet, zowel bij de dames als de heren. Goryachkina versloeg in ultimis Shubakova die lang bovenaan had gestaan. Via een zgn Armageddon,walgelijk, gooi dan nog liever een muntje op.
Bij de heren stond Nepomniatchi in de laatste ronde gelijk met Karjakin maar die verloor en Nepo haalde een halfje dus die werd eerste. In de onderlinge partij uit ronde 7 viel dus eigenlijke de beslissing:
Nepomniatchi – Karjakin
1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.f3 volgens de computer een mindere zet maar wel in zwang 4..d5 5.a3 Le7 6.e4 dxe 7,fxe (daarom dus f3) c5 8.d5 exd 9.exd 0-0 10.Le2 Te8 ongeveer gelijk 11.Pf3 Lg4 12.0-0 Pbd7 beter Ld6 want nu komt 13.d6 Lf8 14.h3 Lh5 15.Lf4 beter Pb5 15..Db6 16.b3 Tad8 17.Ta2 h6 18.a4 nog steeds geen groot verschil maar nu 18..Lxf3? overziet het gevolg voor zijn dame 19.Lxf3 Pe5 20.Pb5 (nu was Ld5 sterker) 20..Lxd6?? een fatale pion-winst die wit kansen geeft 21.a5 Da6 22.Td2 Pxf3+ 23.Txf3 Pe4 hier moest toch echt Le7 hoewel wit ook dan superieur staat 24.Pxd6 Pxd2 25.Dxd2 Te6 26.Td3 b6 27.Pf5 Txd3 28.Dxd3 Db7 loper en paard tegen toren,de zwarte pluspion speelt geen rol 29.Dd5 Dxd5 30.cxd5 Te1+ ? die had in ieder geval naar e8 gemoeten 31.Kf2 Td1 zinloos: 32.Ke2 1-0 want 32..Txd6?? 33.Pe7+.
Partij in viewer:
Voor beginners
Voor gevorderden
Geen rubriek.
In de Russische Levenfisj-verzameling uit 1967 is 17… Dc7 de aanbeveling van Botwinnik.
Als computervoorstel zag ik dat niet en 17… Dd7 wel voorbijkomen.