Kilometers…
Ambitieuze lieden krijgen het soms voor elkaar om bij hun sollicitatiegesprek een auto van de zaak te bedingen. Zo ook mijn broer. Ooit begon zijn chauffeursleven met een Mitsubishi Colt. Die kocht hij nog zelf, tweedehands. Maar toen zijn carrière in de bakkerswereld goed op gang kwam kreeg hij een auto van de baas. Ooit een benzineslurpende BMW, maar later een al iets meer ecologisch verantwoorde Toyota Prius. En tussendoor nog meer auto’s waarvan ik het merk niet heb onthouden.
Tegenwoordig is het miljui helemaal de grote winnaar want Henk rijdt een elektrische auto. Een Hyundai Kona. Ja, voor het miljui natuurlijk, maar het feit dat de fiscale bijtelling een lachertje is zal hem mede daartoe hebben doen besluiten.
Wie een auto van de zaak rijdt is bij uitwedstrijden natuurlijk de klos. Immers, de reiskosten komen niet voor rekening van de club, maar voor rekening van de baas. Het betekent wel dat er niet teveel gezopen kan worden natuurlijk. Zo gaan gesprekken tussen Henk en mij in de trant van: “Als ik vandaag in 12 zetten win zuip ik die hele voorraad op.” -”Jahaa, maar als IK in 12 zetten win moet jij de terugreis rijden!” Dat zul je altijd zien na zo’n gesprek: we zijn als laatste klaar. Maar daarover straks meer!
Elektrisch rijden kent een praktisch probleem. Een opgeladen auto kan tussen de 400 en 500 kilometer afleggen op een “tank”. En als de accu bijna leeg is, is opladen een tijdrovende klus. En dan staat de uitwedstrijd tegen HWP Sas van Gent voor de deur. 200 kilometer vanaf Amersfoort Vathorst. Laadpalen in Sas van Gent? Niet of nauwelijks en zeker niet in de buurt van Cultureel Centrum De Speye. “Maar”, zo beloofde Henk, “als ik zuinig rijd redden we dat wel heen en terug.” Het zou wel lekker zijn als hij mij niet hoefde op te halen. Geen probleem, ik stapte om half tien op de fiets richting Amersfoort Vathorst. Heerlijk zonnetje, wind in de rug, ik voelde aan alles dat het een mooie dag zou worden.
Invaller Johannes Kossen was inmiddels ook in Vathorst gearriveerd; de kalme reis kon beginnen. We hadden er drie uur voor uitgetrokken. En kalm ging het! Dat had nog een voordeel voor Henk, want de vorige keer dat we Sas van Gent uit hadden namen we niet ruim de tijd en scoorde Henk twee bekeuringen. Om kwart voor een waren we er. De teller wees uit dat er voor de terugweg nog voor 260 kilometer stroom in de accu zat. Mooi!
Buiten De Speye stonden Manuel Bosboom, Friso Nijboer en Anna-Maja Kazarian al te wachten. Johannes Kossen, Anna-Maja Kazarian? En onze vrienden uit Frankrijk, België en weet ik veel waar vandaan dan? Die deden deze keer eens niet mee. Bijna allemaal Nederlanders! Het was voor onze Guido het goedkoopste rondje van het seizoen. Maar de goedkopen leverden wel goede resultaten! De gratissen scoorden zelfs 100%! Het grootmeestergilde stak daar met 1 uit 3 maar bleekjes bij af.
Anna-Maja had wel een beetje pech dat Sas van Gent had besloten de sterke Koen Leenhouts op bord 8 te parkeren. “Koen, maak je mijn schoen?” “Ja, juffrouw, ik zal het dadelijk doen.” Stom, maar iedere keer dat ik langs dat bord liep ging dat rijmpje dat ik op de kleuterschool talloze keren uit de mond van juffrouw Van Wijnen hoorde door mijn hoofd.
Hoe dan ook, Koen kreeg een schoen naar zijn hoofd in de vorm van een verrassend stukoffer. Het was alleen geen correct stukoffer…
Je hebt invallers en je hebt topinvallers. Johannes Kossen viel een paar seizoenen geleden eens in tegen Sissa en won zijn partij. Dat is mooi. Dit seizoen speelde hij in En Passant 3. Dat team had vrij deze dag en Johannes nam graag de uitnodiging aan om mee te gaan naar Sas van Gent. En warempel, hij won weer! Een score van 2 uit 2 in En Passant 1 is weinigen gegeven. Viktor Kortchnoi heeft dat ook gehaald, dus Johannes is in goed gezelschap.
Op de terugreis achter in de auto en in de trein tussen Vathorst en Lelystad analyseerde Johannes zijn partij voor dit verslag, waarvoor ik mijn welgemeende dank uitspreek!
Jan Willem van de Griendt is zelden op tijd voor een KNSB-wedstrijd en er is dan ook geen reden tot zorg als de wedstrijd begint zonder zijn aanwezigheid. Dat wordt anders als er een half uur is verstreken en hij is er nog niet. Wat de doen? Bellen? Heeft dat zin? Als hij thuis is komt ie nooit meer op tijd en als hij in de auto zit gaat hij echt niet sneller rijden omdat zijn telefoon gaat. Niet bellen dus en jawel hoor, om 13:40 uur begon de partij aan bord 7. Een niet heel bijzonder potje…
Omdat ik zelf de langste partij van de dag had, was er weinig gelegenheid om op sappige details in te gaan. Zoals waarom er een Rus achter het bord zit en waarom die de hele tijd met een pet op zijn hoofd zat. Ik had het willen vragen, maar kwam er niet aan toe. Ook de partij aan bord 2 kunnen we wegschrijven onder de noemer “niemendalletje”…
Na afloop bij de Chinees klaagde Ruud Janssen steen en been over zijn opening van de afgelopen middag. Die had hij toch echt bekeken met zijn computer en hij wist zeker dat wit een plus had. Eenmaal thuis ontdekte hij dat hij zich vergist had. Een paar zaken door elkaar gehaald en tot de conclusie gekomen dat 7.Pxc6 toch niet zo goed is en dat 7.Pb3 daar beter is. Bij wijze van boetedoening analyseerde Ruud zijn partij zelf, waarvoor mijn dank!
Daar stonden we dus 3-2 achter, maar dat duurde niet lang. Bijna allemaal Nederlanders, schreef ik in de inleiding. Het scheelde een paarhonderd meter of we waren een compleet Nederlands team geweest. Valentin Buckels woont in Kleef en woont bij wijze van spreken op kruipafstand van ons land. Bijna dus! Valentins opponent speelde met oortjes in. Helemaal vergeten te vragen aan arbiter Jan van den Ende of dat wel toegestaan is. Vast wel, anders was er wel ingegrepen. Maar wat als een tegenstander daar bezwaar tegen maakt? Maakt niet uit, Valentin won redelijk soepeltjes.
Lucas van Foreest bereikte niet veel in een nogal droge variant van het Catalaans. Toch kreeg hij vlak voor het einde nog een kans om een pionnetje te snaaien. Helaas, niet gezien, de partij aan het topbord eindigde in remise.
De stand werd hiermee 3,5-3,5 en er brak een knotsgekke slotfase aan. Bij een rondje langs de velden trof ik bij Manuel (met wit) de volgende stelling aan…
“Nou, die is binnen” dacht ik en ik ijsbeerde door naar het bord van Henk. En ik was dan ook in het geheel niet verbaasd dat Manuel even later de felicitaties in ontvangst mocht nemen. Maar was hij echt al binnen hier? Of was ik nog zodanig bezig met mijn eigen potje dat mijn blik hier vertroebeld was? Zie de partij en constateer dat wit hier totaal verloren staat!
Mijn chauffeur stond vaak gewonnen en vaak verloren. Zelden zie je de waardering zo veel heen en weer schieten als in onderstaande partij. De laatste blunder werd gemaakt door Benjamin Decrop. Kijkt en huivert!
Daarmee smeerde Henk mij onverwachts de Henkregel aan. De winst is binnen en we willen zo snel mogelijk naar het restaurant, dus remise aanbieden en als ze weigeren opgeven luidt het devies. Geen haar op mijn hoofd! Het is zo lekker om met toren, paard en twee pionnen een dame dol te draaien.
Na afloop probeerde Friso me in te wrijven dat ik 7…e5 had moeten doen. Ja, dat weet ik ook wel, maar een paar jaar geleden, in de voorbereiding van een potje tegen Zuid Limburg, vroeg ik me ineens af: “Zou 7…b5 daar echt zo slecht zijn?” Het is natuurlijk de natte droom van iedere Aangenomen Damegambietspeler om die pion op c4 te hebben en te houden. Ik bekeek het met de computer. Dat leverde leuke varianten op. Ik haalde hem door de database en destijds vond ik drie partijen met 7…b5. Ik ben dus niet de ontdekker, die credits gaan naar de Duitser Niclas Huschenbeth. Maar als u volgende week uw database bijwerkt ziet u dat er niet drie maar vijf partijen met de stelling na 7…b5 in staan. Aan voornoemde drie zijn er inmiddels twee van mij toegevoegd!
Het werd verder een bijzonder vermakelijk potje. Tenminste, dat vond ik. Hans Groffen zal er anders over denken…
Daarmee werd het nog een stevige 3,5-6,5 overwinning voor En Passant. De maaltijd bij de lokale Chinees smaakte heerlijk en de terugreis… Toen Henk Johannes en mij er bij Station Amersfoort Vathorst weer uitzette had hij nog voor 15 kilometer aan stroom in zijn auto. Uitstekende planning!
Ik pakte de fiets en tegen 23 uur was ik weer thuis. Da’s best een lange dag! Maar wel een leuke dag!
Inderdaad is de actieradius van een elektrische auto relatief beperkt. Maar langs de snelweg heb je bijna overal snelladers. Ik laad daarmee zelf (bij een acculading van 20%) in 10 minuten 100 km bij. Dat is toch niet zo slecht?
Geen idee, ik heb hem pas sinds eind december en ik heb nog het idee dat mijn laadpas niet overal werkt. Ik zal eens testen. In de winter was deze rit zonder opladen niet gelukt overigens.
Is het nu een voor- of nadeel om later de partij te beginnen?
Een nadeel, zou ik zeggen, als je met een electrische auto bent 🙂