Ouder worden; Spassky’s – Groningen 2 2½ – 5½
Tijdens de wedstrijd Spassky’s – Groninger Combinatie 2 heb ik een vervreemdende ervaring. Ik kijk de tegenstander van Jan Postma op zijn rug en weet even niet wie het is. Dat vind ik raar, omdat ik, op een enkele buitenlander na, iedereen in de hogere GC-teams wel denk te kennen, de meeste zelfs persoonlijk. En deze speler lijkt geen buitenlander. Als hij opstaat en een leesbril afzet, herken ik hem weer, het is Jan Baljé!
Jan Baljé met wie ik in 1989 nog jeugdtraining volgde thuis bij (toentertijd) hoofdklasser Cristofoor Baljon, vanmiddag ook in de zaal aanwezig. We ontdekten een messcherp nieuwtje in het Frans, dat Christofoor ging proberen te verkopen aan New In Chess. Nooit meer gehoord of dat wat geworden is, laat staan mogen delen in de opbrengsten. Maar laat ik hem er nu niet om storen, in diep gepeins als hij is verzonken tegen Erwin Heijnen van HSP- Veendam, namens het derde team van Groninger Combinatie.
In het verslag van Hoeksema wordt geschreven dat Postma al sinds de jaren 80 Tarrasch speelt en dus behoorlijk repertoire vast is, maar datzelfde geldt toch voor Riemens die ik nooit iets anders heb zien spelen dan Koningsindisch?! In het algemeen zijn er behoorlijk wat schakers repetoirevast te noemen?!