WK-tweekamp ronde 1: Valse start voor Gukesh, Ding profiteert
Vanaf het moment dat het kandidatentoernooi een winnaar had gekregen in de vorm van Gukesh Dommaraju, werd veel media-aandacht geschonken aan het aanstaande wereldkampioenschap. Voor veel mensen was het niet eens de vraag wie zou winnen, Gukesh of Ding Liren, want dat leek op voorhand al bepaald: de Indiase jonge held was voor velen torenhoog favoriet, zowel onder zijn collega’s als bij de jongere schaakfans, en zelfs Ding heeft aangegeven dat Gukesh voor deze match de favoriet was (tenminste, als ik de berichtgeving op Instagram mag geloven).
Geheel onverwacht was dit niet: nadat Ding wereldkampioen geworden was in een thriller tegen Ian Nepomniachtchi, trok hij zich terug uit de publiciteit. Zijn spel was geregeld ondermaats, en sinds oktober 2023 heeft hij ruim 50 ratingpunten en 20 plaatsen op de wereldranglijst moeten inleveren.
In dezelfde tijd boekte Gukesh veel successen. Hij wist zich uitstekend te handhaven in de top-10 van de wereldranglijst en heeft vrijwel dezelfde rating als Ding had tijdens de match van maart 2023. Gukesh pakte een gouden medaille op bord 1 op de olympiade van 2022, en deed dit kunstje in 2024 nog eens dunnetjes over. Hij werd met 17 jaar tot op heden de jongste uitdager ooit, en hij heeft in India inmiddels een nationale heldenstatus verworven.
De tegenstelling was dus enorm: enerzijds een speler die zowel qua spel als qua lichaamshouding een nogal verslagen indruk maakt en sinds april geen klassieke partij meer gewonnen heeft, en anderzijds een jonge halfgod die al tijden in de lift zit.
Het is vooral hopen dat dergelijke media-aandacht geen invloed heeft op het verloop van de match.
Gukesh Dommaraju – Ding Liren
Singapore, 25 november 2024
WK-match, ronde 1
1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Pf6 4.e5
In stijl begint de WK-tweekamp met de Steinitz-variant van het Frans, vernoemd naar de allereerste officiële wereldkampioen Wilhelm Steinitz.
4…Pfd7 5.f4 c5 6.Pce2
Het meest gangbaar is de zetvolgorde met 6.Pf3 Pc6 7.Le3 a6 8.Dd2 b5.
6…Pc6 7.c3
Wit heeft een machtige centrumopstelling ingenomen (zie diagram). Met macht komt echter verantwoordelijkheid: als Wit zijn centrum niet kan stabiliseren, dan vallen er gaten achter de linies.
7…a5
Een dergelijke opmars met de randpion is gepopulariseerd geraakt na de successen die de NNUE’s ermee gehad hebben, en je ziet ze tegenwoordig in steeds meer openingen. Het idee is om de pion in een vroeg stadium zo ver mogelijk op te spelen om daarmee wat extra druk op de damevleugel van Wit te zetten. Dit was overigens het eerste nadenkmoment voor Ding. Hij dacht hier ruim 27 minuten na.
8.Pf3 a4
Omdat Wit voorlopig zijn tijd moet besteden om zijn centrum te polijsten en zijn stukken nog niet in de gereedheid heeft gebracht, heeft Zwart de tijd om de a-pion nog een stap verder naar voren te duwen.
9.Le3 Le7 10.g4!?
Deze zet kwam in de online database van ChessBase tot vandaag nog niet voor. Op zichzelf is het echter een logische zet: Wit heeft meer ruimte op de koningsvleugel en wil daar lijnen openen tegen Zwarts koningsstelling.
10…Da5 11.Lg2 a3 12.b3
Omdat onmiddellijk b2-b4 niet gaat, moet de pion een tussenstop op b3 ingelasten.
12…cxd4 13.b4
Onder deze omstandigheden het beste. Echter laat deze zet wel wat lege plekken op de damevleugel achter.
13.Pfxd4 laat 13…Lh4+ toe, en 13.Lxd4 kost het loperpaar; na 13…Pxd4 14.Dxd4 h5! wordt Wit bovendien voor de keuze gesteld wat te doen met de koningsvleugel. Dergelijke zetten om het front van de tegenstander op slot te gooien komen geregeld voor.
13…Dc7
Vanaf hier oefent de dame druk uit op de inmiddels achtergebleven c-pion alsmede op de pionnen op f4 en e5.
14.Pexd4 Pb6
Het paard is onderweg naar het sterke veld c4 en maakt tevens de weg vrij voor de ontwikkeling van Zwarts dameloper.
15.O-O Pc4 16.Lf2 Ld7 17.De2 Pxd4 18.Pxd4 Pb2
Het paard staat op b2 uitstekend. Het hindert Wits stukken en maakt de baan vrij voor Zwarts zware stukken. Hier komt een nadeel van het bivakkeren op een stopveld aan het licht. Het onderbreekt toch een aanvalslijn naar de (dynamisch) geïsoleerde pion.
19.De3 Tc8 20.Tac1?!
Tot hier was Wits spel uitstekend. Dit echter is een beetje een misser.
Het beste zou 20.Le1 zijn geweest. Zo houdt Wit al zijn pionnen gedekt, en hij kan zelf aan f4-f5 gaan denken: 20…Dc4 21. f5 Met deze toch al principiële breekzet verhoogt Wit de spanning en krijgt meer gelegenheid om de stelling te openen.
20…Dc4
Nimzowitsch zal tevreden zijn met deze wisseling van de wacht. De dame staat voorlopig veilig op c4 en de dreiging om op a2 te slaan blijft altijd latent in de stelling.
21. f5
Zonder de ondersteuning van de toren is deze zet wat minder gevaarlijk.
21…Dd3
22.De1?
Wit wil bij voorkeur dames erop houden, maar dit is niet de manier.
De geëigende manier om dames erop te houden was 22.Df4. Pion c3 kan nu niet genomen worden: 22…Txc3 23.fxe6 fxe6 (23…Lxe6 24.Txc3 Dxc3 25.Tc1 en nu moet Zwart al aan de noodrem trekken met 25…g5 omdat 25…Dd3 26.Pxe6 fxe6 27.Tc8+ Ld8 28.Lb6 snel verliest voor Zwart. Na 25…g5 26.Dxf7+ Lxf7 27.Txc3 Kd7 28.Txa3 blijft een creatieve stelling over waarin Wit met zijn pluspion de beste papieren heeft.
In plaats daarvan kan Zwart na 22.Df4 het beste vervolgen met 22…g5 waarna Wit moet kiezen: de g-lijn openen voor zijn tegenstander of dameruil toelaten. 22.Dxd3 Pxd3 is onspeelbaar voor Wit: e5 is zwak, c3 is zwak, en c1 staat aangevallen.
Grootmeester Naroditsky reageerde op de tekstzet met “22.De1 laat
22…Lg5!
toe in één zet. Dit dreigt niet alleen de toren te slaan, maar dreigt ook Ld2! Wat is hier aan de hand?!”
23.Tc2 Tc4 24.h4
Er is iets voor deze zet te zeggen: Wit dwingt de loper naar een minder veilig veld.
24…Lf4 25.Db1 Txc3 26.Txc3 Dxc3
Aldus blijven de dames er voorlopig op, echter wel ten koste van een pion.
Het moge duidelijk zijn dat Zwarts spel geslaagd is. Intussen heeft Ding ook beduidend meer tijd op zijn klok dan Gukesh.
27.fxe6 fxe6
27…Lxe6 was nog iets sterker geweest. In eerdere situaties was echter het slaan met de f-pion aangewezen, dus is het niet bizar dat Zwart hier ook voor het slaan met de f-pion koos.
28.Pe2 Dxe5 29.Pxf4 Dxf4
30.Dc2?
De enige zet om Wits stelling in leven te houden was 30.Lc5. Dit kost weliswaar nog een pion, maar “Nou en, Wit staat er toch al een hoop achter”. 30…Dxg4 31. Tf3 (Het grapje 31.Dxh7 is natuurlijk erg spectaculair, maar Zwart kan zich redden: 31…Dd4+!! (op elke andere zet wint Wit) 32.Lxd4 Txh7 en Zwart staat gewonnen.) 31…Pc4 32.Df1 en Wit kan nog vechten voor remise.
30…Dc4!
Simpel maar doeltreffend. De c-lijn wordt afgesloten, en Zwart kan zijn koning eindelijk in veiligheid brengen.
31.Dd2 O-O
Zwart consolideert aldus zijn stelling en staat gewonnen. Wit probeerde nog wel om muziek van zijn stelling te maken, maar twee pionnen bleken toch te veel geratel.
32.Ld4 Pd3!
Opnieuw een hele vervelende voor Wit om tegen zich te krijgen.
33.De3
Na 33.Txf8+ Kxf8 blijkt hoe vervelend het paard op d3 is: de dame heeft geen schaakjes op de f-lijn, en Wit kan geen aanvalsmomentum opbouwen.
33…Txf1+ 34.Lxf1 e5!
De enige zet. Zonder deze zet zou Wit winnen.
35.Lxe5
Wat anders? Dxd4 toelaten resulteert in een kansloos verloren lopereindspel.
35…Dxg4+ 36.Lg2 Lf5 37.Lg3 Le4
Eventjes geen mat in 1 toelaten.
38.Kh2 h6 39.Lh3 Dd1 40.Ld6 Dc2+ 41.Kg3 Dxa2 42.Le6+ Kh8
Wit geeft het op. Er dreigt mat op g2, en tegen de mars van de a-pion is verder geen kruid meer gewassen.
0-1
Een valse start voor Gukesh dus. Voor Ding was het een behoorlijke opluchting.
Tussenstand na 1 ronde:
Ding Liren 1 – 0 Gukesh Dommaraju
De gedachte dat het een kansloze en volledig eenzijdige overwinning voor de Indiër zou worden, is voorlopig dus van tafel. Fischer is in zijn match tegen Spassky ook met een achterstand begonnen, dus wat dat betreft (wat dat betreft) bevindt Gukesh zich in goed gezelschap. Voor de rest: we zullen zien hoe het loopt.
~ Michaël van Liempt
Ik heb de partij live en met rode oortjes op YouTube gevolgd – als hartelijk supporter van Ding Liren. Maar ik heb met genoegen vanavond ook nog jouw verslag en partijcommentaar gelezen. Harteijk dank !
Weten we allemaal wat “NNUE’s” zijn? Gegoogled en dat leverde het volgende inzicht op: “Nue’s Exorcist is a Japanese manga series written and illustrated by Kōta Kawae”.
Dit maakt schaken zo mooi. Vanaf de eerste partij op winst spelen. In de laatste drie WK matches van Carlsen kreeg je de indruk dat het er eerst vooral om ging niet te verliezen. Ik herinnerde me dat Tal in 1960 met wit zijn eerste partij tegen Botwinnik won en ik zag dat die toen Frans speelde. Uit een ander verslag begreep ik dat Gukesh na de 10e zet van zwart Da5 lang begon na te denken en waarschijnlijk uit zijn voorbereiding was. Heel goed overigens ook dit verslag met zijn eigen analyses en inzichten te lezen.