Krantenrubrieken weekenden 16 en 23 augustus 2025
Wekelijks publiceren we de schaakrubrieken van Dimitri Reinderman voor HDC Media, Henk Prins voor het Reformatorisch Dagblad, Nick Maatman voor Dagblad van het Noorden / Leeuwarder Courant en Hans Ree in de Groene Amsterdammer.
Dimitri Reinderman | Henk Prins | Nick Maatman | Hans Ree & Hans Böhm
16 augustus: Onze toernooien zijn het beste
Op Schaaksite klaagde iemand dat toernooiorganisaties in Nederland zakkenvullers zijn. Nou is geklaag in Nederland niet per se gebaseerd op feiten: de NS scoort laag qua klanttevredenheid, omdat de treinen “altijd” vertraagd zijn, maar ze zijn een van de meest punctuele spoorbedrijven van Europa. Ook deze klacht bleek onjuist: de auteur gaf na kritische reacties toe dat hij in de berekening deelnemers x inschrijfgeld op een nulletje te veel uitkwam in zijn hoofd. Foutje, bedankt!
Wie graag klaagt raad ik aan een open toernooi in naburige landen te spelen. Ik volg zo’n toernooi wel eens als er een leerling meedoet, maar die toernooisites zien er vaak niet uit en zijn bovendien niet bepaald gebruiksvriendelijk. En als je dan de indeling op die site weet te vinden, heb je ook nog kans dat die nog gewijzigd wordt, zoals een leerling van mij in Frankrijk twee keer overkwam. Bereid je je lekker voor, ga je zitten achter het bord, blijk je opeens een andere tegenstander te hebben. Serieus?!
Nee, dan Nederlandse open toernooien. Niet alleen zijn ze strak georganiseerd, maar vaak hebben ze ook nog een gelikte homepage met dagelijkse toernooiverslagen. Dat is in het buitenland ongebruikelijk. In het deze maand gehouden open toernooi van Vlissingen schreef René Tiggelman levendige dagelijks verslagen. Pijnlijk voor de lokale favoriet Koen Leenhouts was dat hij daarin zijn eigen uitspraak terugzag nadat hij kansloos van Pavel Eljanov had verloren. De Zeeuwse grootmeester had namelijk eerder in zijn blog geschreven dat hij de Oekraïner nog niet vond overtuigen. Oeps! Eljanov won uiteindelijk (op weerstandpunten) ook het toernooi. Hij deed dat met een een leuke speelstijl: dat blijkt vooral uit zijn enige nederlaag.
Erwin l’Ami – Pavel Eljanov
1.e4 c5 2.Pf3 e6 3.b3 Pc6 4.Lb2 Pf6 5.e5 Pd5 6.Pc3 Pxc3 7.Lxc3 b6 8.Ld3 Lb7 9.De2 Dc7 10.0–0 Le7 11.Le4
Hier staat zwart prettig als hij 11….0–0–0 benevens 12…f5 speelt. Eljanov pakt het (nog) wilder aan.
11…g5!? 12.a4 g4 13.Pe1 h5 14.a5 bxa5 15.Pd3 Pd4 16.Lxd4 cxd4 17.Lxb7 Dxb7 18.Txa5 Tc8 19.Ta2
Een echte computervariant geeft wit hier voordeel: 19.Tfa1! Txc2 20.b4! Tc7 21.Txa7 Dxa7 22.Txa7 Txa7 23.g3
19…a5 20.Te1 Ld8 21.Dd1 Dc6 22.Da1 Lb6 23.Ta4 Dd5 24.b4 h4 25.bxa5 La7 26.Dd1 Tg8 27.Ta3 Dc6 28.De2 Ke7 29.Tb3 h3 30.Pf4 Dxc2 31.Tb7 Tc7 32.Txc7 Dxc7 33.a6 Dc6 34.Dd3
Een spannende maar gelijke stelling waarin wit wel dreigingen heeft. 34…Tg5! redt zwart: na 35.Da3+ (35.Dg3? Txe5!) 35…Ke8 36.Tc1 heeft hij weer 36…Txe5!
34…Tg7? 35.Da3+ Lc5 36.Da5? Lb6? 37.Da3+ Lc5 38.Dg3! Dxa6 39.Dh4+ Ke8 40.Ph5!
Zo wint wit de kwaliteit en de partij.
40…Tg6 41.Pf6+ Txf6 42.exf6 Kd8 43.Dxg4 Dd3 44.Dg3 Zwart gaf op.
Partij in viewer:
23 augustus: Sterk schaakland heeft weer een wereldtopper
Op ratings.fide.com kun je per land de honderd schakers met de hoogste rating zien. Welk land heeft de sterkste nummer 100? Het antwoord zal u misschien verbazen: Duitsland met 2417. Een stuk hoger dan India (2396), de VS (2382), Rusland (2348), Nederland (2322, best goed) en China (2222, opmerkelijk laag). Daar zijn logische verklaringen voor de verzinnnen. Zo zijn er veel toernooien in Duitsland en de reistijd is gemiddeld een stuk korter dan voor iemand die in China of India woont. Daarnaast heeft ongeveer een kwart van de top 100 een oostblokachtergrond, mede vanwege een regeling die naturalisatie voor mensen met Duitse voorouders makkelijk maakte. Ondanks de sterkte in de breedte heeft Duitsland niet veel successen gehaald in de Olympiade: sinds de eenwording maar één podiumplek. Veel wereldtoppers heeft het land namelijk niet gehad. Heel lang geleden had je Tarrasch en Lasker, maar in de tweede helft van de 20e eeuw had je alleen Hübner (3e van de wereld n 1981) en immigrant Yusupov (10e in 1995). Maar er is goed nieuws voor onze oosterburen: eindelijk hebben ze een opvolger!
Het gaat om Vincent Keymer. Hij won de Chennai Grand Masters met maar liefst 7 uit 9 en staat nu virtueel tiende van de wereld, ten koste van de nummer twee van het toernooi, Anish Giri (die na acht remises in de laatste ronde Jorden van Foreest versloeg). Volgens onze landgenoot heeft Keymer door het spelen van Freestyle Chess geleerd om minder afhankelijk te zijn van openingen en ontdekt hoe goed hij eigenlijk is. Onderstaande partij is een goed voorbeeld: na een matige opening overspeelt Keymer zijn tegenstander.
Ray Robson – Vincent Keymer
1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pf3 b6 4.a3 Lb7 5.Pc3 g6 6.Dc2 d5 7.cxd5 exd5 8.Lf4 a6 9.g3 Lg7 10.Lg2 0–0 11.0–0 Te8 12.Tfd1 Pbd7 13.Tac1 c6
Zwart staat iets minder, zijn stukken staan niet zo actief. Dat gaat veranderen.
14.a4 a5 15.Ld6 h5 16.e3 Pb8! 17.Le5 Pa6 18.b3 Pb4 19.Db1 Lc8! 20.Db2 Lf5
De zwarte stukkenactiviteit is een stuk verbeterd, en daarmee zijn stelling ook.
21.De2 Lf8 22.h4 Lg4 23.Pa2 Tc8 24.Pxb4 axb4 25.Da6 Pe4 26.a5? bxa5 27.Txc6 Txc6 28.Dxc6 Da8 29.Tc1 Dxc6! 30.Txc6 Tc8! 31.Txc8 Lxc8
Het eindspel is gewonnen voor zwart omdat de kandidaat-vrijpion op b4 niet te stoppen is.
32.Pg5 Pc3 33.Pf3 a4! 34.bxa4 b3 35.Lf1 b2 36.Ld3
Wit hoopt nog een stuk voor de b-pion te kunnen geven, maar zelfs dat lukt niet.
36…Lb4 37.Kg2 Lf5! 38.Lxf5 gxf5 39.Pd2 Pxa4 40.Pb1 Pc3 41.Pd2 Pb5!
Na 42.Pb1 Pa3 komt zwart een (gepromoveerde) dame voor, daarom gaf wit op.
Partij in viewer:
15 augustus:
Michael Adams won een schitterende partij in de Olympiade met landenteams in 2010 te Khanty Mansiysk in Rusland tegen wereldkampioen Magnus Carlsen.
Adams – Carlsen
1.e4 g6 2. d4 Pf6 3. e5 Ph5
Deze opening is een verzinsel van Carlsen en heet de Noorse Rat. Hier kan wit een pion winnen door 4. Lxh5 enz., maar wordt toch niet aangeraden.
4. Le2 d6 5. Pf3 Pc6 6. exd6 exd6 7. d5 Pe7 8. c4 Lg7 9. Pc3 0–0 10. 0–0 Lg4 11. Te1 Te8 12. h3 Lxf3 13. Lxf3 Pf6 14. Lf4
Adams is duidelijk in het voordeel uit de opening gekomen.)
14. … Pd7 15. Tc1 Pe5 16. b3 a6 17. g3 Pf5 18. Lg2 g5
Carlsen wil wat tegenspel, beter is deze zet voor te bereiden met h6.
19. Lxe5 Lxe5 20. Pe4 Pg7 21. Dd2 h6 22. f4 gxf4 23. gxf4 Lf6 24. Kh2 Ph5?
Een misser, beter lijkt 24. … Pf5.
25. Tg1 Kh7 26. Tcf1
Dekt f4 om de witte dame goed e gebruiken.
26. … Tg8 27. De2 Pg7
Gevolg van 24e zet, het paard moet de g-lijn sluiten.
28. Dd3 Kh8
Het winstplan is te bedenken, de witte loper gaat naar de diagonaal c2-h7.
29. Lf3 b5 30. Ld1 bxc4 31. bxc4 Lh4 32. Lc2
Daar is hij dan, dreigt mat met 33. Pf6.
32. … f5
Die gevaarlijke diagonaal moet dicht.
33. Tg6 Kh7 34. Tfg1 De7 35. Pg3 Lxg3+ 36. Dxg3 Df7 37. Ld1 Tae8
Zie diagram, opgave 1049.
38. Txh6+
Een mooi slotakkoord dat lijkt op de partij van vorige week. 1-0.
Carlsen speelde een opening die als bijnaam de Noorse Rat heet. Deze vreemde opening werd in de jaren 1980 onafhankelijk uitgevonden door de Nederlander Gerard Welling die het de Hoefijzervariatie noemde en de Zweed Rolf Martens die het de Noorse verdediging noemde. Noor Magnus Carlsen heeft deze opening vele malen gespeeld en noemt het de Noorse Rat. De opening is een hybride tussen de Moderne- en Aljechin-verdediging.
Michael Adams heeft ook een opening ontdekt, die de naam Adamsgambiet heeft gekregen. Een gambiet is een schaakopening waarbij een speler materiaal, meestal een pion, opoffert om een aanval voor te bereiden of om een betere positie te verkrijgen.
Het Adamsgambiet komt voor in de Weense opening en wordt bereikt met de volgende zetten: 1.e4 e5 2. Pc3 Pf6 3. Lc4 Pe4 4. Dh5 Pd6 5. Lb3 Pc6 6. d4, zie diagram.
Wij herinneren u er nog aan dat de oplossing van de schaakpuzzel uit het vakantiepuzzelboek van 28 juni 2025 tot 1 september 2025 kan ingestuurd worden.
Partij in viewer:
22 august:
Met de schaakrubrieken blijven we nog aan de andere kant van de Noordzee. In Engeland overleed begin dit jaar International Meester in de Schaakcompositie Barry Barnes. Barry was een icoon op het gebied van de schaakproblemen. Hij is 88 jaar geworden. Hij was een onvermoeibare promotor van deze kunst gedurende 70 jaar. Van 1955 tot 1960 had hij met zijn Engelse tijdgenoten Michael Lipton en John Rice een revolutie teweeg gebracht in de Britse tweezetters. Zij stapten over van het klassieke probleem met één fase naar de meerfasen problemen. Hun gezamenlijke boek “The Two-Move Chess Problem: Tradition and Development, wat in 1966 verscheen, was een glorieus monument voor hun revolutie en een briljant geschenk voor toekomstige generaties. In 1966 werd hij benoemd tot secretaris van de FIDE PCCC (Compositieafdeling van de Wereldschaakbond) en is dat vele jaren geweest. Ook was hij vele jaren afgevaardigde van Groot-Brittannië in de genoemde PCCC. De meestertitel haalde hij al toen hij 30 jaar was. Barry had ook een grote bijdrage geleverd aan het Britse tijdschrift “The Problemist”. Schreef talloze interessante artikelen in dat hoog aangeschreven tijdschrift. Daarnaast schreef hij tien boeken, soms samen met andere Britse componisten, op het gebied van de schaakcompositie. Hij was vooral actief op het gebied van de tweezet.
We beginnen met een klassiek aanspreekbaar mooi werkstuk, zie diagram 1. Barry plaatste deze tweezet als eerste publicatie in zijn boek “Pick of the best chess problems”. Een boekje met 200 Meredith tweezetters van Engelse bodem. Een Meredith is een probleem met maximaal twaalf stukken op het bord.
De sleutelzet is 1. Th3! Wit dreigt 2. Th8 mat. De loper-toren batterij op de diagonaal f4-b8 gaat werken in de varianten. Zwart kan 1. … e3+ spelen, wit zet dan mat met 2. Txc2. Pion e3 sluit de diagonaal c1-f4, zodat zwart de witte loper niet kan slaan. Een andere zwarte zet is 1. … Lb3 of 1. … La4, dan kan wit met 2. Lxc1 de koning matzetten. Ook kan zwart met 1. … Lb2 de dreiging tegen houden, maar dan speelt wit 2. Tc3 mat. Na 1. … La3 is 2. Tc5 mat. De witte toren moet zo spelen dat hij de zwarte loper van de diagonaal f4-b8 moet houden.
Een andere tweezet van Barry is een modern probleem. Deze heeft meer dan één fase. Graag wil ik vragen aan de lezers om tweezet 1050 op te lossen. De tweezet heeft een fantastische sleutelzet en heel mooie inhoud. Volgende week bespreken we dit probleem.
16 augustus: De moderne secondant
Slapeloze nachten. Geheime analyses achter gesloten deuren. Boeken vol gepend met diepe varianten. Een doorlopende zoektocht om de geheimen van het schaakspel te ontrafelen. Zo zag het secondantenschap er vroeger uit. Hoe werkt het tegenwoordig? De Russische grootmeester Daniil Dubov gaf in een interview met Ilya Levitov een uitgebreide terugblik op zijn secondantenschap voor Magnus Carlsen, ten tijde van zijn wk-matches tegen Fabiano Caruana (2018) en Ian Nepomniachtchi (2021).
Van slapeloze nachten is niet langer sprake. Integendeel. Het secondantenteam van Carlsen opereert op een luxe resort in een andere tijdzone. Er wordt gewerkt als Carlsen slaapt, en vlak nadat de partij begint is het bedtijd. Bovendien heerst er een nieuwe filosofie: om te presteren moeten de secondanten het wel naar de zin hebben. Er is geen strenge controle. Als je een uurtje naar de sportschool wilt, dan is dat prima. Maar uiteindelijk werken ze niet minder hard. Want gemiste uurtjes worden in de avond gewoon ingehaald.
De introductie van de schaakcomputer heeft het secondantenschap enorm veranderd. Niet langer vinden de analyses plaats op een houten bord. Nee, er wordt uren achter elkaar op de spatiebalk gedrukt. Toch waren schaakengines tijdens de match van Carlsen tegen Caruana nog niet super sterk. De zoektocht naar ideeën had dus nog steeds een soort wetenschappelijke charme. Als antwoord op 1.e4 werd door team Carlsen gekozen voor de Sveshnikov.
Beide teams kwamen tot de conclusie dat 7.Pd5 een gevaarlijke zet is. Het levert zeer tweesnijdende stellingen op, waarbij wit de vrije hand krijgt op de damevleugel, terwijl zwart mag aanvallen op de koningsvleugel. De stelling was gedurende de gehele match een belangrijk strijdtoneel. Tegenwoordig bevestigen computers dat dit de meest veelbelovende richting is voor wit.
Hoe omschreef Dubov zijn rol? Hij zag zichzelf als een soort sommelier. Dubov mocht allerlei ideeën en opening voordragen, maar de keuze was uiteindelijk aan Carlsen. Openingen moeten namelijk ‘op maat’ gemaakt worden, zodat ze goed aansluiten bij de stijl en strategie van de schaker. Is Carlsen geen fan van een bepaalde variant? Dan vertel je hem niet waarom het wel werkt. Je zegt gewoon: ‘prima’, en bedient hem vervolgens op zijn wenken.
Neem bijvoorbeeld de stelling in diagram 2, uit de anti-Marshall, een belangrijk strijdtoneel tijdens de match tegen Nepomniachtchi. De populairste zet is tegenwoordig 8…b4. Dit is echter een kleine positionele concessie, omdat het een aantal velden prijsgeeft. Dus koos Carlsen voor het veel minder populaire 8…Tb8. Ja, na de torenzet staat wit misschien iets beter, maar Carlsen kan wel vertrouwen op zijn fabelachtige intuïtie. Hij wilde stellingen krijgen die je kan spelen met ‘gezond verstand’.
Wanneer was een ideetje goed genoeg? Hiervoor werd de ‘idiot test’ bedacht. Dubov en zijn mede-secondanten moesten het in een snelschaakpartij opnemen tegen een onvoorbereide Laurent Fressinet. Bij een overwinning kwam het ideetje door de keuring. In 2021 was Jorden van Foreest ook van de partij in team Carlsen. In het klassieke schaak is hij natuurlijk een wereldtopper, maar in het snelschaken moest hij het soms tegen Fressinet afleggen. Dat was natuurlijk zonde van zijn ideetjes. Dus zei Jorden tegen Dubov: ‘kom, ik laat je mijn ideetje zien, speel jij maar!’
23 augustus: Val niet aan!
Af en toe kijk ik weleens op het internet hoe andere schaaktrainers het spelletje proberen te duiden. Een opmerkelijk advies dat ik dan tegenkom is: val niet aan! Dit lijkt bizar. Net als bij voetbal zou je immers kunnen denken dat je zonder aan te vallen niet kan scoren. Toch is deze gedachte niet zo gek. De boodschap is dat je een schaakpartij helemaal niet hoeft te winnen met een koningsaanval. Nee, focus op de ontwikkeling van je stukken, dwing zwaktes af, win materiaal, en maak het karwei ten slotte beheerst af.
Wilhelm Steinitz was ooit de uitvinder van deze schaakschool. Hij zette zich af tegen zijn ‘romantische’ voorgangers door niet standaard voor de aanval te kiezen. In plaats daarvan pakte Steinitz graag pionnetjes, waarbij hij er geen moeite mee had om daarna even te moeten verdedigen. Steinitz was zelfs zo overtuigd van zijn schaakfilosofie, dat hij soms wel heel passieve stellingen tolereerde in ruil voor een schamel pionnetje. Dit kwam hem geregeld duur te staan, maar het leverde hem ook vier wereldtitels op.
Moderne schakers zijn universeel. Ze kunnen aanvallen, verdedigen en technische klussen klaren. In een prestigieus toernooi in India gaf een Amerikaans talent een ware strategische masterclass.
Pranav Venkatesh – Awonder Liang
1.Pf3 Pf6 2.g3 d5 3.Lg2 e6 4.0–0 Le7 5.d3 0–0 6.Lf4 h6 7.a4 Pc6 8.c3 a5
Nog zo’n moderne uitvinding. Alle ruimte op het gehele bord is belangrijk.
9.Pa3 Ph5 10.Ld2 e5 11.e4 dxe4 12.dxe4 Pf6 13.De2
13…Lxa3!
Een fenomenale strategische beslissing. Wie zou hier nog meer vrijwillig een loper geven voor zo’n paard aan de rand? In deze rustige stelling met een gesloten karakter doen paarden echter niet onder voor lopers.
14.Txa3 b6 15.b4 De7 16.Dc4 Dd6 17.Tfa1 Le6 18.De2 Lg4 19.b5 Pd8 20.h3 Lxf3
Ook de andere loper wordt hier zomaar ingeleverd. De expansie van wit op de damevleugel heeft echter wel enkele belangrijke velden verzwakt, en daar gaan de zwarte paarden dankbaar gebruik van maken.
21.Lxf3 Pe6 22.Le3 Tad8 23.Dc4 Dd3 24.Dxd3 Txd3 25.Le2
25…Txe3!
Vastberaden gooit Awonder er nu een kwaliteit tegenaan. Zwart heeft echter alle controle, omdat de overgebleven witte loper zich stukbijt, terwijl ook de zwarte torens niet zullen worden binnengelaten.
26.fxe3 Pxe4 27.Kg2 P6c5 28.Td1 Pd6 29.Td5 Te8 30.g4 g6 31.Kf1 Kg7
Zolang de stelling op slot blijft kan zwart zijn positie langzaam verbeteren.
32.Ke1 Kf6 33.h4 Ke6 34.Td1 h5!
Uitstekende timing. Nu de witte torens buitenspel staan kiest zwart ervoor de koningsvleugel te openen.
35.gxh5 gxh5 36.Ta2 Tg8 37.Lf3 Pf5 38.Kf2 Pxh4 39.Ld5+ Ke7 40.Th1 Tg4!
Inmiddels heeft zwart volledige materiële compensatie, terwijl de controle behouden blijft.
41.c4 Pd3+ 42.Kf1 Pf5 43.Th3 Pg3+ 44.Kg2 h4 45.Kg1 e4 46.Tah2 Pe5 47.Ta2
Het is ongelofelijk hoe hulpeloos de witte torens zijn.
47…f5 48.c5 Pe2+ 49.Kf1 Pc3 50.Td2 Pf3 51.Txf3 exf3 52.Lc6 h3 53.Td7+ Ke6 54.Txc7 h2 55.Lxf3 Tg1+ 56.Kf2 Pe4+ 57.Ke2 Pg5 58.Tc6+ Ke7 59.cxb6 Pxf3 60.b7 h1D 61.b8D Dg2+
Wit gaat mat. 0–1
Is Awonder een afkoring voor ‘Amerikaans wonderkind’? Bij de beste overwinningen blijft de verliezer in het ongewisse waar hij de fout in is gegaan.
Partij in viewer:
Lees de rubriek van Hans Ree in De Groene Amsterdammer op: https://www.groene.nl/auteur/hans-ree (voor niet-abonnees alleen op vrijdag van verschijning gratis)
Hans Böhm plaatst zijn rubriek voor de Telegraaf op zijn eigen website: https://www.hansbohm.com/2013/?cat=13