17 november 2014 18:42 Dimitri Reinderman
De zevende partij is remise geworden na 122 zetten. Carlsen stond de hele partij beter maar niet genoeg om te winnen. Daardoor behoudt de wereldkampioen een punt voorsprong: de stand is nu 4-3 in zijn voordeel.
Vooraf was de vraag of Anand zich zou weten te herstellen van de dreun die hij in de vorige partij had gekregen. Verliezen is sowieso vervelend, maar als je dan ook nog in één zet had kunnen winnen, kan dat gaan rondmalen, ten koste gaan van de nachtrust, motivatie, etc. Mocht dat inderdaad het geval zijn geweest, dan was er in de partij weinig van te merken, want de uitdager weerde zich kranig.
Een van de populairste openingen van het moment (onder topspelers) kwam op het bord, het Berlijns (ook een van de meest gehate openingen overigens). Het Berlijns is het Russisch van nu en de reden dat sommige spelers naar 1.d4 uitwijken. In de tweede partij had Carlsen nog met 4.d3 het eindspel ontweken, dit keer probeerde hij wel de muur te kraken. De Noor was goed voorbereid: na 25 zetten een partij van Anish Giri gevolgd te hebben, bleef hij snel en goed spelen nadat Anand een verbetering op het spel van Radjabov had gebracht. En hoewel de remisemarge in die variant (of het hele Berlijnse eindspel) hoog is, wist Sven Magnus Øen met een pion minder zijn tegenstander toch vervelende problemen voor te schotelen, en in de commentaarsessies en op Twitter kwamen al diverse vervelende eindspelen voor zwart op het bord. Anand wist echter een manier te vinden om de grootste problemen op te lossen: hij offerde een stuk! Zo wikkelde hij af naar een eindspel toren, paard en twee pionnen tegen toren en vier pionnen (op één vleugel). Hij wist dat dat eindspel remise zou zijn.
Evengoed heb je tegen Carlsen dan nog steeds een probleem, want hij gaat dat proberen te winnen, en lang ook. Het was ook zeker mogelijk voor zwart om in de fout te gaan, maar Anand gaf geen krimp. De eerste pogingen werden weerstaan, nadat wit met het echte winstplan begon reageerde hij ook goed en uiteindelijk wist hij alle pionnen van wit eraf te slaan. Remise dus? Natuurlijk niet, ook met toren en paard tegen toren en twee pionnen bleef de wereldkampioen op winst spelen. Het eindspel toren en paard tegen toren probeerde hij echter niet eindeloos uit te melken waardoor met 122 zetten het record langste partij in een wk-match niet verbroken werd (Karpov-Kortchnoi, 1978, 124 zetten).
Zo blijft de match spannend, want Anand heeft nog drie witpartijen voor de boeg! En het is zeker niet uitgesloten dat hij daar eentje van gaat winnen…
Magnus Carlsen – Vishy Anand
1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. O-O Pxe4 5. d4!?
De hoofdvariant, maar pas de eerste keer dat Carlsen dit tegen Anand probeert! Hij heeft het natuurlijk wel tegen andere mensen gespeeld (en het alternatief 5.Te1 heeft hem alleen maar remises opgeleverd).
5… Pd6 6. Lxc6 dxc6 7. dxe5 Pf5 8. Dxd8+ Kxd8 9. h3 Ke8 10. Pc3 h5 11. Lf4
De eerste nieuwe zet in de partijen van Carlsen met wit. 11. Pe2 Le7 12. Lg5 Le6 13. Pf4 Ld5 14. Lxe7 Kxe7 15. Pg5 Pd4 16. Tad1 Pe6 17. Pgxe6 Lxe6 18. h4 was Carlsen-Jakovenko, Dortmund 2009, iets prettiger voor wit (wit won in 49 zetten).) 11… Le7 12. Tad1 Le6 13. Pg5 Th6 14. g3 Lxg5 15. Lxg5 Tg6 16. h4 f6 17. exf6 gxf6 18. Lf4 Pxh4 19. f3 Td8 20. Kf2 Txd1 21. Pxd1 Pf5 22. Th1 Lxa2 23. Txh5 Le6 24. g4
Deze zetten zijn allemaal bekend uit Giri-Radjabov van de laatste Grand Prix.
Aan mijn eerdere analyse heb ik weinig toe te voegen. Er zijn hier twee tegengestelde meningen mogelijk:
- Carlsen kiest een variant met een hoog remisegehalte. Niemand heeft dit met wit weten te winnen, dom van hem om hierop in te gaan.
- Anand kiest een variant waarin hij een iets minder eindspel moet verdedigen en bevindt zich dus op het terrein van Carlsen. Dom van hem om hierop in te gaan.
De waarheid zal wel in het midden liggen.
Lees meer >