Carlsen neemt Karjakin een eindspel af

Het staat weer gelijk in de tweekamp om de wereldtitel! Magnus Carlsen gebruikte de witkleur in de tiende partij om in zijn eigen stijl op winst te spelen. Hij ging weer over van 1. d4 naar 1. e4. Op zet vier vermeed hij de uitnodiging om in te gaan op de Berlijnse Muur en koos hij voor een manoeuvreerstelling waar hij zo goed in is.

Toch was de opening bepaald geen probleem voor Sergey Karjakin. De Rus werd zelfs geprezen om zijn behandeling van de problemen die Magnus hem probeerde voor te schotelen. Wel dacht hij relatief lang na nadat ze al vrij snel op onbekend terrein waren gekomen.

 

Het was overigens een type stelling waar Carlsen behoorlijke wat ervaring mee heeft. Kijk eens in dit overzicht van partijen waarin de naam Carlsen voorkomt.

 

In het verslag van Han Schut heeft u al de eerste twee momenten kunnen zien waarop Karjakin remise kon forceren. Over het eerste moment op de twintigste zet ben ik niet helemaal zeker. Het ging om de volgende stelling:

 

 

Ik zat de partij te volgen op Chess24 en daar werd de analyse verzorgd door de grootmeesters Jan Gustafsson en Peter Svidler. Deze laatste schudde nu bliksemsnel de volgende variant uit zijn mouw: 20…Pxf2+ 21. Kg2 [ Als wit de zetherhaling uit de weg wil gaan omdat hij graag op winst moet spelen, dan moet hij dus 21. Kg1 spelen. Dat kan na 21…Ph3+ 22. Kg2 leiden tot een chaotische stelling. Zwart heeft nu een combinatie (hij moet ook wel want er hangen twee stukken van hem): 22…Phf4+ 23. gxf4 Pxf4+ 24. Txf4 exf4  (zie analysediagram)

 

 

De engine vindt dit iets beter voor zwart maar ik twijfel eraan. Materieel gezien staat het ongeveer gelijk, maar de paarden kunnen wel eens sterker zijn dan een toren en twee pionnen. De belangrijkste reden is dat het hier gaat om een gesloten formatie waarin de zwarte torens geen open lijnen hebben, terwijl de paarden genoeg steunpunten kunnen vinden. Ik vermoed dat Carlsen deze strijd wel aan wilde gaan.]

21…Ph4+!? 22. Kg1 [ 22. gxh4? kan niet vanwege het uiterst vervelende schaakje met 22…Dg6+!] 22…Ph3+ 23. Kh1 Pf2+ met remise door herhaling van zetten.

Lees meer >

Sensatie: Karjakin klopt de wereldkampioen!

De ban is eindelijk gebroken. De achtste partij in de WK-tweekamp tussen Magnus Carlsen en Sergey Karjakin is door de zwartspeler op sensationele wijze gewonnen. In de slotstelling combineert de uitdager een verre vrijpion op de damevleugel met een koningsaanval aan de andere kant van het bord. De zwarte dame en het paard grijpen beslissend in. In de slotstelling volgt er heel fraai

52… a2! om de witte dame weg te lokken zodat zwart na 53. Dxa2 zet zwart een mataanval op touw kan zetten met 53…Pg4+ 54. Kh3 [ 54. Kh1 Dc1+ 55. Lf1 Dxf1#] 54…Dg1. De rest van de analyse krijgt u zo dadelijk van mij.

Gisternacht rond 1.15 floepte bovenstaand diagram op mijn smartphone tevoorschijn toen ik thuis kwam van een bekerwedstrijd in Nijmegen tussen UVS en De Stukkenjagers. Nadat het 2-2 was geworden tussen deze twee rivalen in de eerste klasse B, moest er gevluggerd worden wie er door zou gaan naar de tweede ronde. Het lukte ons team om de benodigde 2½ punten uit deze blitzmatch bij elkaar te sprokkelen.

Terug naar de tweekamp die nu eindelijk ontbrand is. Nadat Karjakin al het sein had gegeven dat er een einde moest komen aan die Spaans/Italiaanse stellingen, koos nu ook Carlsen voor de openingszet met de damepion. Dat had hij in de eerste partij ook al gedaan, maar de Trompovsky leverde hem toen niet zoveel op. Ditmaal ook geen ‘mainstream’ openingsvarianten maar het Collesysteem met 2. Pf3 en 3. e3.

Er ontstond een stelling met een bijna symmetrische pionnenstructuur waarin wit ietsje prettiger stond. Carlsen koos daarin voor een nogal surrealistisch plan met 17. De1!?  Het ontlokte Susan Polgar op Twitter de volgende zin: “All kidding aside, I have absolutely no idea why Qe1 :)”

Even later volgde weer een wat verrassende keuze van de wereldkampioen. Na 23… Txc4 was de volgende stelling ontstaan:

Lees meer >

Manoeuvreren op de vierkante centimeter in vijfde partij

De vijfde partij in de WK-tweekamp tussen Magnus Carlsen en Sergey Karjakin is momenteel in volle gang. De wereldkampioen bediende zich ditmaal van het Italiaans. Hij speelde een wat ongebruikelijk systeempje maar hij leek toch een licht voordeeltje te hebben bereikt. Karjakin zag op de 13de zet zijn kans schoon om via een schijnoffer in het centrum de nodige stukken van het bord te halen. De pionnenstructuur werd hierdoor rigoureus veranderd en zwart had het loperpaar veroverd. Op de 20ste zet zag de zwartspeler zich genoodzaakt om een van zijn lopers voor een wit paard te geven en toen de laatste paarden van het bord gingen, resteerde er een eindspel met zware stukken en ongelijke lopers. In dat eindspel heeft Magnus een mobiele meerderheid op de koningsvleugel, terwijl die van zwart lamgelegd is.

In tegenstelling tot onze andere verslaggever (Dimitri Reinderman) die er de vorige keer een nachtelijke analyse van maakte, laat ik de stelling zoals die nu is. Ze hebben nu 40 zetten gespeeld en ik zal u alvast deelgenoot maken van mijn bevindingen tot dusver.

Op dit moment lijkt het erop dat alleen Carlsen ergens op kan spelen, zwart moet wachten hoe wit denkt er doorheen te kunnen gaan. De zwarte stelling is echter stevig en als het openkomt, kan ook de witte koning in gevaar komen. De engines hebben moeite met het taxeren van deze stelling omdat het hier gaat over heel lange termijn plannen.

Ik ben benieuwd en zal u morgen in de ochtend bijpraten! Inmiddels is de partij beëindigd en is het weer remise geworden.

Lees meer >

Magnus strandt in het zicht van de haven

De derde partij in de WK-tweekamp tussen Magnus Carlsen en Sergey Karjakin is opnieuw in remise geëindigd. Het werd een heroïsch gevecht waarin de wereldkampioen zijn tegenstander in een complex eindspel zwaar onder druk kreeg. Zodanig zelfs dat Karjakin, die in het circuit als een van de meest taaie verdedigers te boek staat, begon te kraken. Op een gegeven moment had Magnus de winst voor het grijpen, maar ook hij liet een kostbaar steekje vallen. Toen was de Rus weer op zijn best. Er was een smal pad naar de remise en ondanks een vol stuk achter, slaagde hij erin de remise te bereiken.

Op het 1. e4 van Carlsen bracht Karjakin een variant van het Spaans op het bord waarin hij de tegenstander uitnodigde ‘De Berlijnse Muur’ te gaan spelen. Maar Carlsen koos wijselijk voor een andere mogelijkheid die schijnbaar weinig tot niets opleverde. Zo liet Caruana later weten dat hij het knap vond dat “Carlen’s innocuous opening choice” hem toch voordeel had opgeleverd. Er kwam snel een eindspel op het bord met voor beide spelers een toren, voor Carlsen een paard en de tegenstander een loper. Deze materiaalverhouding had de regerend wereldkampioen ook al in de eerste partij op het bord gebracht. Denkt hij misschien dat hij met deze twee stukken de tegenstander op het verkeerde been te zetten? En heeft hij in zijn voorbereiding gezocht naar openingsvarianten waar hij de strijd van het paard tegen de loper aan kan gaan?

Waar hij in de eerste partij nog niet zoveel bereikte, kwam hij ditmaal een heel eind. Vanuit een ogenschijnlijk potremise-eindspel begon hij met het paard flink rond te springen. Karjakin liet zich verleiden tot een compromitterende pionzet (20… f5) en later beging hij wat kleine onnauwkeurigheden die hem langzaam maar zeker in het nauw brachten. Naarmate de partij vorderde begonnen zich steeds meer donkere wolken af tekenen boven zijn hoofd. En inderdaad: een ongeluk zit in een klein hoekje…

Op de 64ste zet (een magisch getal voor schakers!) ging hij daadwerkelijk de fout in:

64…Le7?

Lees meer >

Magnus haalt de muziek snel uit de stelling

Vandaag weer geen “Fire on the Board”. Daarvoor moest je twee straten verder zijn waar een brand woedde in een appartementen complex aan de St. John street. De spelers hebben het niet geweten.
Het belangrijkste wat er vandaag gebeurde was, wat er niet op het bord kwam. Karjakin speelde Spaans en gaf Carlsen de gelegenheid om de Berlijnse verdediging te spelen. De muur waar Kasparov in 2000 niet doorheen kon komen waardoor Kramnik wereldkampioen werd. De muur, die de reden is waarom topspelers vaak geen Spaans meer spelen maar Italiaans of zelfs zijn overgestapt van 1.e4 naar 1.c4 of 1.d4! De vraag is dus ‘Heeft het analyseteam van Karjakin de muur weten te slechten?’ en ‘Speelde Magnus niet de Berlijnse verdediging omdat hij bang was voor de voorbereiding van Karjakin of omdat hij met zowel wit en zwart op winst wil spelen?’ Zie de persconferentie voor hun ontwijkende antwoorden. 🙂

Lees meer >

Magnus en Donald Duck!

  

Met de WK-tweekamp tussen Magnus Carlsen en Sergey Karjakin voor de boeg zijn de mediaberichten niet van de lucht. Alle grote internationale sites besteden uitgebreid aandacht aan deze match. Het ziet er naar uit dat er nog nooit in de geschiedenis zoveel aandacht naar een schaaktweekamp om de wereldtitel zal gaan. Dat heeft natuurlijk ook te maken met het feit dat we in een tijd leven dat berichten heel snel via de sociale media worden doorgegeven.

Lees meer >

Nijboer laat Gelfand glippen

In Novi Sad wordt momenteel de Europa Cup voor clubteams gehouden. Vier Nederlandse verenigingen doen hieraan mee. Dat zijn LSG IntelligiMagic, En Passant, Sissa en Kennemer Combinatie. Die hadden ook allemaal hun KNSB-wedstrijd vooruitgespeeld om aan dit evenement deel te kunnen nemen. De Leidenaren deden de eerste ronde wat er van hun verwacht mocht worden. Zij klopten het op papier veel zwakkere Edinburgh Chess Club. Alleen Arthur Pijpers gleed uit, de andere vijf wonnen hun partij.

Sissa ging ten onder tegen een heel sterke tegenstander. Maar niet zonder strijd! Lucas van Foreest veroverde een mooie scalp door Volokitin te verslaan.
Kennemer Combinatie won eenvoudig van een Albanees team met 5-1. Daar gleed alleen Rob Duijn uit de bocht.

De Bunschoters mochten de eerste ronde meteen aan de bak. Zij kregen het nummer drie geplaatst geweld van OR Padova tegen. Alleen Dick de Graaf redde de eer met een half puntje, de anderen ging er allemaal onderdoor. Maar bij de partij aan het eerste bord tussen Friso Nijboer en Boris Gelfand had er voor de Amsterdammer veel meer in gezeten. Hij speelde de grote man helemaal weg. In mijn analyse heb ik een paar winsten voor Nijboer kunnen traceren, maar helaas mocht het toch niet zo zijn.

De persoonlijke uitslagen:

Friso Nijboer (foto Frans Peeters)

Boris Gelfand (foto Frans Peeters)

 

 

 

 

 

 

Lees meer >

Stukkenjagers 1 ruim langs de Wijker Toren

(door Tijmen Kampman)

Normaal gesproken komt men elk jaar maar een keer naar Wijk aan Zee, uiteraard voor het Tata Steel schaaktoernooi in januari. Sommige dingen veranderen nou eenmaal nooit. Wat ook nooit verandert is de matige OV verbinding naar Wijk aan Zee toe. We hadden ons al zo goed als neergelegd bij een drie uur lange reis met diverse treinen en bussen, tot het moment waarop Stefan als redder in nood verkondigde toch een auto had weten te regelen. Eenmaal aangekomen in Wijk aan Zee herkende ik het bijna niet. Geen grote tenten met gezellige groepen schakers, maar een vrijwel lege sporthal wat toch een apart gevoel geeft.

 

Schaaktechnisch viel er gelukkig wel veel te beleven. Op bord 1 leek Herman Grooten de opening een stuk beter te begrijpen dan zijn tegenstander, waar ik niet echt van op keek. Ik heb nu al best wat jaren met Herman in een team gezeten en ik ben vaak erg onder de indruk van de manier waarop Herman vrijwel al zijn partijen in winst weet om te zetten. Ook deze keer leek er geen vuiltje aan de lucht en was de tegenstander strategisch helemaal zoek gespeeld. Of Herman onbewust het nog spannend wilde maken zullen we nooit weten, maar feit is dat er opeens een stuk af ging. Gemist, kan gebeuren, gewoon doorspelen. Gelukkig bleken een tweetal vrijpionnen dermate lastig dat het resterende eindspel van T+P tegen T+2p wel remise zou worden, ware het niet dat Hermans tegenstander de kracht van paard en toren onderschatte en pardoes mat ging. Een meevaller!

 

Lees meer >

Gespot 82: Magnus en Hikaru blitzen er lustig op los…

 

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.

 

Binnenkort kunnen we de WK-tweekamp tussen Magnus Carlsen en Sergey Karjakin tegemoet zien. Beide spelers zijn zich druk aan het voorbereiden. Van Karjakin wordt nauwelijks iets vernomen, maar Carlsen is niet bang om geheimen prijs te geven. Hij speelde de afgelopen week nog een snelschaakmatch tegen Hikaru Nakamura. Die werd na drie uur spelen beslist in het voordeel van de huidige wereldkampioen. Deze tweekamp kwam voort uit een snelschaaktoernooi, georganiseerd door Chess.com, met aanvankelijk acht spelers waarvan deze twee de finale speelden. Zowel Carlsen als Nakamura waren te zien via Skype, zodat de uitdrukkingen op hun gezichten ook mooi te zien in beeld kwamen, tijdens het spelen. De tweekamp was verdeeld in drie gedeelten:

Magnus Carlsen (foto Frans Peeters)

 

Hikaru Nakamura (foto Frans Peeters)

1) In het eerste deel zouden ze 90 minuten non-stop partijtjes spelen, waarin ze allebei 5 minuten + 2 seconden per zet kregen. Dit eindigde in een 5½ – 3½ overwinning voor Carlsen.

2) In de tweede fase ging het om 60 minuten lang potjes met ieder 3 minuten + 2 seconden per zet. Ook hier ging de Amerikaan ten onder, ditmaal zelfs met 5-2.

3) In het laatste deel zouden beide heren 30 minuten lang partijtjes spelen, ditmaal 1 minuut per speler + 1 seconde per zet. Deze 1-minuut-vluggertjes staan ook wel bekend als ‘bulletschaak’ en Nakamura is hier heel bedreven in.

Nu was het eindelijk Nakamura die aan het langste eind trok. Hij won met 5-4, maar dat was natuurlijk bij lange na niet genoeg om de tweekamp te redden.

De eindstand kwam dus uit op 14½ – 10½ in het voordeel van de Noor.

Lees meer >

Begrijp wat u doet: Het Engels 2


 

De vorige keer hebben we een paar varianten in de Engelse opening besproken. Daarin kwam het Vierpaardenspel aan bod. Deze keer aandacht voor het Symmetrisch Engels dat ontstaat na de zetten 1. c4 c5.

 

 

Omdat het geven van een variantenoverzicht te uitgebreid wordt, heb ik gekozen voor de benadering met tabiya’s (zie ook de vierde aflevering van deze reeks). De keuze bestaat uit:

A) De pure symmetrie-stellingen, waarin de zwartspeler zijn tegenstander zit na te apen!

Lees meer >