Overlijdensbericht Rob Witt
Op 22 september, is mijn schaakvriend van het eerste uur, Rob Witt, in de ochtend overleden na een kort ziekbed.
Lees meer >Op 22 september, is mijn schaakvriend van het eerste uur, Rob Witt, in de ochtend overleden na een kort ziekbed.
Lees meer >Op 4 april is op 76-jarige leeftijd Coen van der Heijden overleden. Hij was meer dan een halve eeuw lid van BSG en verschillende van zijn clubgenoten hebben hem in artikelen herdacht. Die kunt u via de links hieronder lezen.
In Memoriam: Coen van der Heijden (Rob Disselhoff)
De Tovenaar van de Celebesstraat (Timon Brouwer)
Coen (Jesper de Groote)
(de foto is gemaakt door Lennart Ootes)
Woensdagavond. De computer gaat aan, koptelefoon klaar om het geluid te testen. Skype wordt opgestart en om 19.30 uur wordt er ingebeld. De schaaktraining kan beginnen…
Dat is sinds vandaag niet meer het geval. Begin deze week werd ik opgeschrikt door een telefoontje van iemand die ik niet kende maar die mijn telefoonnummer via het internet had weten te vinden. Deze heer, Prof. Dr. Steven van de Par, een Nederlander die werkzaam is op de universiteit van Oldenburg in Duitsland, meldde mij het zeer onverwachte overlijden van de mij zeer bekende en dierbare Armin Kohlrausch. Aan het slot van een conferentie in Stuttgart die ging over zijn specialiteit geluid was Armin tijdens een presentatie die hij gaf, heel onverwacht in elkaar gezakt. Vanuit de zaal snelden mensen toe die geprobeerd hem te reanimeren en ik begreep ook dat een ambulance vrij snel ter plekke was, maar het heeft niet meer mogen baten. Op 68-jarige leeftijd heeft een goede schaakvriend, mijn trouwe schaakstudent, maar vooral een heel aardig en bescheiden mens het leven gelaten, terwijl hij nog volop in het leven stond en boordevol plannen zat. Ik kan het nog steeds niet bevatten…
Armin Kohlrausch was een Duitse hoogleraar, al heel lang wonend en werkend in Nederland. Tegen de tijd dat hij tegen zijn pensioen aanliep, ongeveer anderhalf jaar geleden, had hij besloten zijn vroegere hobby, het schaken, na ruim 40 jaar weer op te pakken. Hij was specialist op het gebied van alles met audio en geluid te maken heeft. Behalve dat hij een deeltijdbaan bij Philips had, werkte hij ook op de Technische Universiteit in Eindhoven. Bovengenoemde Van de Par vertelde mij door de telefoon dat Armin zijn begeleider was tijdens zijn promotie. Later werden beide collega’s bij Philips, en zij zijn altijd in contact gebleven met elkaar. Tijdens de conferentie in Stuttgart hebben zij nog veel van gedachten gewisseld over diverse onderwerpen omdat zij ook nog bezig waren aan het schrijven een paar papers. Steven vertelde dat Kohlrausch nog vol energie zat tijdens die conferentie.
Armin had mij aan het begin van die week nog een fotootje opgestuurd van een schaaktafeltje met als onderschrift: “Groeten uit Stuttgart!” (zie foto links).
Ik heb hem nog vóór de coronacrisis voor het eerst kennis gemaakt met deze bijzonder aimabele en ook heel bescheiden persoonlijkheid. Hij werd lid van de schaakvereniging WLC (Woensel Lichttoren Combinatie) in Eindhoven waar mijn zoontje Tommy bij de senioren speelde. Zo’n beetje één van de eerste partijen die Armin speelde was op het weekendtoernooi in 2019 toen ze tegenover elkaar kwamen te zitten. Hun partij verliep zo:
Lees meer >Filip was mijn eerste trainer. Hij gaf de SGA-jeugd les in zijn huis aan de Weesperzijde. Jeugd was toen t/m 20 jaar en als jongste (15 of 16?) mocht ik meedoen te midden van grootheden als Gert Pieterse, Klaas Landsman, etc. Filip wist ons zo te inspireren met zijn ideeën in de Ben-Oni dat ik het ook ging spelen! Hij legde uit dat het pionneneindspel uit de Spaanse ruilvariant wint.
Lees meer >We raakten bevriend in 1975, allebei nog maar 19 jaar oud en in de jaren die volgden brachten we vele, vele uren samen achter het schaakbord door. Hij was een onverslaanbare tegenstander voor me in eindeloze vluggersessies, een geweldige analysepartner en een gewetensvolle sparring partner in trainingspartijen. Vooral de Benoni en het drierijensysteem waren zijn specialiteiten en in die openingen heb ik veel van hem geleerd.
Hij had een uitstekend inzicht in het spel, maar hij had altijd moeite dat inzicht te vertalen in echte successen, vooral omdat hij maar niet kón geloven dat hij echt een heel goede schaker was. In 1986 kwalificeerde hij zich voor het Nederlands kampioenschap en dat was een hoogtepunt in zijn carrière, maar ik denk dat hij het zelf eerder als een dieptepunt zag, omdat hij er niet verder kwam dan een laatste plaats. Zo jammer dat hij altijd alleen maar de negatieve kanten van zijn resultaten kon zien. Het was nooit goed genoeg, ook als het wel degelijk heel goed was.
Lees meer >
MEC-oprichter Leo Diepstraten
in gesprek met Martin Steunebrink,
oud-vrijwilliger van het MEC
De dikste digitale Nieuwsbrief uit onze historie staat online.
Ook dit keer weer veel verschillende onderwerpen:
Frank van Indië was in de kroeg altijd het middelpunt van de aandacht. Hij vertelde graag en veel; verhalen waarin hij zelf veelal de hoofdrol speelde. Toch bleven elementaire zaken als zijn leeftijd, zijn dagelijkse beslommeringen en zijn echte naam in nevelen gehuld. Met een vraag als ‘Zeg Frank, hoe oud ben je eigenlijk?’ was je bij hem aan het verkeerde adres. Als je al een antwoord kreeg dan zei hij: ‘Ik ben net 18 jaar geworden.’
Waarschijnlijk voelde hij het ook zo, alsof hij voor altijd 18 jaar is gebleven. Volgens de FIDE is hij geboren in 1947, volgens andere bronnen in 1941 en weer anderen beweren dat hij ergens in de jaren 50 het levenslicht zag. Het typeert Frank dat hij dit soort informatie voor zichzelf hield. Biografische informatie en feiten vond hij niet erg relevant. Het ging hem om het verhaal, de anekdote, het avontuur. Een goed verhaal moet je niet verpesten met feiten. Daar geloofde Frank heilig in.
Frank overleed in januari. Daarmee verliest de Groningse schaakwereld een van z’n opvallendste figuren. En dat wil wat zeggen in een wereld waarin veel bijzondere types rondlopen.
Lees meer >Als iedereen dacht dat een onderzoek doodgelopen was, kwam hij met een nieuw vergezicht. Niemand heeft in Delft zoveel promovendi begeleid.
Hij was wereldtop in de katalyse – de wetenschap die zich bezighoudt met het versnellen van chemische reacties.
Voormalig hoogleraar organische chemie aan de TU in Delft Herman van Bekkum was echter niet alleen wetenschapper. Hij maakte twee jaar deel uit van de selectie van het Nederlands volleybalteam,
Lees meer >
Toen ik prof. dr. ir. van Bekkum vertelde dat ik met mijn studie scheikunde was gestopt keek hij me vriendelijk als altijd, maar onbegrijpend aan. Hoe kon ik, het mooiste vak dat er bestond ?
Gelukkig deelde ik een andere passie van hem: schaken.
Samen met Corrie Vreeken en Justus de Hooge stond hij aan de basis van de successen van Volmac Rotterdam.
Lees meer >De afgelopen maand (op 24 augustus j.l.) overleed op 85-jarige leeftijd Wolfgang Uhlmann. Deze Oost-Duitse grootmeester had een enorme staat van dienst zodat er diverse berichten verschenen over zijn overlijden. Hans Ree en Gert Ligterink schreven in respectievelijk de NRC en de Volkskrant over deze Oost-Duitse grootheid.
Wolfgang leerde relatief laat (op 11-jarige leeftijd) de spelregels van zijn vader maar ontpopte zich al snel tot een sterke speler die in 1956 IM en in 1959 GM werd. Hij werd vele malen kampioen van zijn land en vertegenwoordigde de DDR in talloze Olympiades, voornamelijk aan het eerste bord, waar hij in 1964 de beste prestatie op het eerste bord behaalde. Ook deed hij een gooi naar het wereldkampioenschap waar hij in 1970 de Kandidatenmatches wist te behalen. Hij verloor daar van Bent Larsen met 5½ – 3½. Het aantal prachtige resultaten dat Uhlmann behaalde valt bijna niet te tellen. Op zijn Wikipedia-pagina wordt het nodige genoemd.
Een belangrijke bijdrage heeft hij geleverd aan de Franse verdediging. Die kende hij op zijn duimpje en hij heeft er vele mooie partijen mee gespeeld. Er is daarover ook een belangrijk boek verschenen. Dat heet in het Duits: Ein Leben lang Französisch en vertaald naar het Engels werd het Winning with the French.
Een anekdote, die ik haalde uit het blad Rochade Europa, wil ik u niet onthouden. Het verhaal speelt zich af in Kopenhagen waar hij, op doorreis naar Reykjavik, zich 24 uur op het vliegveld zou moeten ophouden. Daar had Uhlmann duidelijk geen zin in en dus wil hij de transitruimte verlaten. Maar een douane-beambte laat hem weten dat het dagvisum hem dan 10.000 Deense Kronen gaat kosten, een astronomisch bedrag voor een DDR-burger. Er is echter een uitweg. Als hij iemand kent, die voor ‘kost en inwoning’ kan zorgen, kan hij het betalen van deze som geld voorkomen. Zonder aarzelen antwoordt hij: Bent Larsen! De beambte waagt er een telefoontje aan en komt na een half uur terug: “Meneer Uhlmann, het is in orde. Buiten staat een taxi klaar die u naar de heer Larsen zal brengen!”
Lees meer >