Schaakhistorie

Twee blunders achterelkaar op kandidatentoernooi (2)

Het Kandidatentoernooi in Amsterdam/Leeuwarden in 1956 (deel 2)

In de eerste aflevering schreef een van de schaakjournalisten in een voorbeschouwing , dat hij, wat Petrosjan betreft, niet meer verwachtte dan twee verliespartijen voor de duur van de gehele wedstrijd. Dat hij daarbij in een vlaag van helderziendheid uitgerekend ‘deze eerste twee nullen zou hebben bedoeld, lijkt niet waarschijnlijk’.

Hans Böhm, die dagelijks een onderhoudende video maakt over het Kandidatentoernooi 2016 in Moskou, meldde vandaag in zijn derde aflevering de eerste blunder tijdens de tweede ronde van dit toernooi.

Twee blunders achter elkaar !

1. J.H. Donner in De Tijd, eind maart 1956

Wat echter in de partij Petrosian-Bronstein gebeurde is een zeldzaamheid zo groot als misschien nog nooit is voorgekomen. Petrosian was goed uit de opening gekomen. Een schijnoffensief van Bronstein was teruggeslagen en de zwartspeler moest afwachten of het zijn tegenstander zou lukken gebruik te maken van zijn positioneel voordeel. Petrosian scheen snel te winnen. De kleine, slimme Bronstein toonde echter dat hij zich niet zonder meer laat verslaan. Met een zeer diepe verdedigingsmanoeuvre bracht hij de dame van a5 over d8 naar h8. Voorlopig wist hij een onmiddellijk debacle te voorkomen. Beide spelers kwamen in tijdnood. Bronstein het ergst.

Lees meer >

Zestig jaar geleden: Het Kandidatentoernooi 1956 in Amsterdam en Leeuwarden (1)

De komende weken kijken we, op basis van en overgenomen uit historische kranten, terug op het kandidatentoernooi uit 1956 dat eind maart begon. Het was het derde kandidatentoernooi in een reeks van vijf. Er deden tien wereldtoppers mee aan dit dubbelrondig toernooi dat vijf weken duurde. Er komen niet alleen mooie partijen voorbij maar ook blunders, mooie combinaties en bijzondere verhalen.

Het was een tijd waar de bordenjongens de zetten verzamelden voor de vijf grote demonstratieborden in de zaal.

Lees meer >

Zoektocht naar schaakpartijen van Hein Donner

De verzameling korte verliespartijen van Donner, gepubliceerd door Tim Krabbé en het boek van Tim Krabbé & Max Pam “De Koning”, is de aanleiding geweest midden jaren tachtig in de vorige eeuw om schaakpartijen van Hein Donner te gaan verzamelen. Een computer had ik nog niet, met andere woorden partijen zoeken en overschrijven. Dat zijn er toen zo’n 600 geworden, daarnaast legde ik de toernooi-uitslagen vast, waar en tegen wie heeft Donner gespeeld in zijn carrière. Na de aanschaf van een pc en een databaseprogramma zette ik de stap om de partijen en aantekeningen om te zetten naar in eerste instantie Tascbase (intussen Chessbase) en Excel/Word.

Met toernooiboeken, bulletins, tijdschriften en databases kom je een heel eind verder. Ik heb wel ontdekt dat er van veel partijen verschillende versies te vinden zijn op internet, het digitaliseren is daar onder andere een oorzaak van. Het uitgangspunt dat ik in dergelijke gevallen hanteer, om deze dubbele partijen op te lossen, is dat ik in principe uitga van het toernooiboek, toernooibulletin, tijdschrift of krantenartikel.

Het digitale archief met historische kranten van onder andere de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag (www.delpher.nl) is een bron die een schat aan informatie heeft opgeleverd. Daarnaast beschikt de Koninklijke Bibliotheek ook over een grote verzameling schaakliteratuur.

Lees meer >

Bijzondere schaaktafel reist af naar Groningen

Het leek wel ‘Tussen Kunst & Kitsch’. Het televisieprogramma waar allerhande waar door het publiek wordt aangedragen en waartussen soms als in een droom een van Gogh of een schets van Rembrandt opduikt. Voor de denksportdag Rotterdam j.l. september had de organisatie ook een oproep geplaatst. Weliswaar niet voor belangrijke televisieopnamen maar voor een kleinschalige nevenactiviteit op de denksportdag, een klein 2e hands denksportspullenmarktje. De meest bijzondere objecten zouden – na voorafgaande inspectie –

Lees meer >

Kees Sio is al 62 jaar een schaakambassadeur

DORDRECHT – Zijn schakers nog wel ambassadeur voor hun denksport door een steentje bij te dragen om de sport toekomstbestendig te maken? Een vraag, die vanzelf boven komt, als je pagina 169 zou lezen van het blad van de Koninklijke Nederlandse Schaakbond uit mei 1953 (!). Hoe kom je tot zoiets 62 jaar later? Waarover lees je dan?

Een paar feiten: In Leiden werd het jeugdkampioenschap van Nederland gehouden met – voor de historie – J. de Jong namens de toen 22 jaar oude RSB als afgevaardigde.

Passend bij de tijd, horen titels in het schaakblad anno 1953. De voorzitter van de commissie jeugdschaak, drs. P. Boekkooi, had het bij de opening van het jeugdkampioenschap symbolisch gevonden dat er in Leiden werd gespeeld als stad van denkers.

Een citaat: ,,Hij prees de deelnemers die zich in hun vacantie in Leiden aan deze denksport wilden wijden en spoorde hen aan na afloop als propagandisten voor het schaakspel op te treden”.

Lees meer >

Hoe schaakopeningen aan hun naam komen: Semi Slavische opening

Speurtocht naar de herkomst van schaakopeningen

Lees meer >

Film over Boris Gelfand

Twee jaar geleden kwam de film Album 61 uit over Boris Gelfand en zijn wk-match tegen Vishy Anand. Hij is in Nederland te zien geweest bij het documentairefestival IDFA, maar dat heeft u vast gemist. Geen nood: chesspro.ru heeft de film online gezet. Of ze de rechten daartoe hebben weet ik niet, dus maar snel kijken voor de zekerheid! De film duurt ongeveer 70 minuten.

(via Oscar Lemmers op Utrechtschaak)

chesspro.ru/_images/gal/content/video/Album%2061-SD.mp4

Wie is Albert Blees?

‘Oude meester’ duikt plotseling weer op

Lees meer >

Schaakgeschiedenis in vogelvlucht 8: Emanuel Lasker

Omdat het schaakspel een eeuwenoud spel is, dat naar schatting al 3000 jaar oud is, lijkt het ons gepast om een serie korte artikelen te presenteren, waarin we de schaakgeschiedenis voor het voetlicht willen brengen. Dit is het achtste artikel dat gaat over de tweede wereldkampioen, Emanuel Lasker.

Nadat Emanuel Lasker (1868-1941) in 1894 de wereldtitel heeft weten te veroveren ten koste van Steinitz, duurt het maar liefst 27 jaar voordat er een speler is, die hem van de troon stoot. Lasker speelt verschillende tweekampen met de wereldtitel als inzet, maar – op een gelijkspel met Schlechter na – blijft hij moeiteloos overeind. Lasker geeft in zijn spel de leer van Steinitz verder gestalte, namelijk dat er volgens de regels van de logica moet worden gespeeld, met een goed evenwicht tussen positiespel en tactiek. Deze stijl wordt de klassieke schaakstijl genoemd. Hij gunt Steinitz ook de eer de grondlegger van het hedendaagse positiespel te zijn. Aan de hand van analyses van zijn voorganger stelt Lasker de tabel van de (strategische) elementen van Steinitz samen. In deze tabel worden de verschillende kenmerken die een rol spelen bij het beoordelen van de stelling op een rijtje gezet. Zie hiervoor ook het vorige artikel over Steinitz in deze reeks.

Lees meer >

Schaakgeschiedenis in vogelvlucht 7: Wilhelm Steinitz

Omdat het schaakspel een eeuwenoud spel is, dat naar schatting al 3000 jaar oud is, lijkt het ons gepast om een serie korte artikelen te presenteren, waarin we de schaakgeschiedenis voor het voetlicht willen brengen. Dit is het zevende artikel dat gaat over de eerste officiële wereldkampioen, Wilhelm Steinitz.

De eerste die de zogenaamde romantische schaakstijl in twijfel trok was Wilhelm Steinitz (1836-1900). Hij ontdekte in vele combinaties van zijn tijdgenoten onvolkomenheden die bij het vinden van de beste verdediging bloot te leggen waren.

Steinitz was de eerste die het schaakspel op wetenschappelijke wijze benaderde. Hij wordt daarom als de belangrijkste grondlegger van de hedendaagse strategie beschouwd. Steinitz’ uitgangspunt was dat de beginstelling in evenwicht is. Dit blijft zo, zolang het spel volgens de wetten van de logica verloopt. Elke zet dient te voldoen aan de strategische eisen van de stelling. Zondigt een van de beide spelers echter tegen deze strategische wetten, dan wordt de balans verstoord en gaat het voordeel over naar de tegenstander.

Steinitz ontwikkelde een theorie die gebaseerd was op de verschillende kenmerken in de stelling. Later werd deze theorie samengevat in een lijst die de "tabel van de elementen van Steinitz" werd genoemd. Deze tabel heb ik zelf als basis gebruikt voor mijn boek ‘Chess Strategy for Chessplayers’.

Lees meer >