Mat in 3 archief
Composer: H. Baumann (1980)
Bron: Solving in Style door John Nunn.
Om te beginnen is het handig om op te merken dat beide kleuren nog kunnen rokeren. In schaakproblemen mag dit aangenomen worden, tenzij de stelling alleen vanuit de beginstelling bereikt kan worden door de koning of toren al gezet te hebben.
In deze stelling is het bijna mat in 2, maar na 1.Dxg7 0-0-0 kan de dame niet naar c3 om mat te geven. Wit moet wel een dreiging hebben, anders is 1..Tc8 en dan 2..Tc1+ vervelend. Na 1.Txh7 0-0-0 2.Ke2 kan zwart ontsnappen met bijvoorbeeld 2..Te8. Het is dus handig om de lange rokade te voorkomen terwijl je al iets dreigt. 1.Dh2 dreigt 2.Dxh7, maar zwart kan bijvoorbeeld 1..h6 doen. 1.Dg5 is erg direct, en na 1..f6 2.Dxg7 f6 is de diagonaal onderbroken. Misschien 1.Dg6 dan? In problemen moet je niet te snel een zet uitsluiten! Er dreigt 2.Dxh7, waarbij wit na 1..0-0-0 mat kan zetten op c2. Na 1..b3 slaat wit op g7, en dan is het veld op c3 vrijgekomen. De dreiging 1..Tc8 is er ook uitgehaald, want daarop volgt mat met 2.De4+ Kd8 3.De7# Op 1..fxg6 komt 2.0-0, en na 2..0-0-0 is 3.Tc1 mat!
WS#4
Composer: Vladimir Pachman (1936)
Bron: Schach ohne Partner für Könner door Herbert Grasemann
Het is duidelijk dat er een zet met de toren gedaan moet worden. Vervolgens dreigt wit 2.Pf3+ en 3.Txg1#. Zwart moet daarom 1..h2 of 1..Kh2 spelen. Op 1..Kh2 zou 2.Tf3 komen, dus moet er wat gevonden worden op 1.Tfx h2. Het paard wegzetten heeft geen zin, mat dreigen kan niet, dus moet er aan tempodwang gedacht worden. Als de zwarte e-pion geblokt is moet zwart hxg1 spelen en dan is Thx mat. Dus luidt de oplossing: 1.Tf6!. Als de toren gepakt wordt is het gewoon mat met 2.Pf3. Op 1..Kh2 komt 2.Tf3! met met op h3, en op 1..h2 komt dus 2.Te6! hxg1D/T/L/P 3.Th6#
Paaspuzzle 2014 #3
Een lastige opgave als je alleen naar directe promotie kijkt. Je moet de koning in een kooi houden met 1.Dd6. Na 1..Kg6 is 2.e8D en 3.Ddg6#, terwijl na 1..Ke8 2.De5 zwart kan kiezen tussen 2..Kd7 3.e8D# en 2..Kf7 3.e8D#
Paaspuzzle 2014 #4
Composers: Adolf Bayersdorfer
Bron: Schach ohne Partner für Könner Herbert Grasemann
Deze werd als lastig ervoeren, maar toch door iedereen goed opgelost. De loper staat aangevallen, en na 2.Dd3 heeft zwart met 1..e5 een belangrijk vluchveld. De loper moet dus weg. Naar g1 is niet zo handig omdat het veld e5 onder controle gehouden moet worden. Naar b2 is niet handig omdat wit dan na 1..Kc4 geen mat in 2 heeft. De sleutel is 1.La1 met de mooie varianten 1..Kc4 2.Db1 Kd5 (2..e5 3.Db5#) 3.Dd3# en 1..e5 2.Dg4 e4 3.Dg8#
WS#11
Composers: Südwestdeutsche Schachzeitung(1887)
Bron: De Postduif, Nieuwbrief van de NBC
Een erg fraai mat in 3. De dame van h3 heeft moeite om in de stelling te komen, omdat zwart erg flexibel is. De sleutelzet 1.Tf4 beperkt deze flexibiliteit, en op 1..gxf4 komt nu 2.Dxh4 met 3.Dxf6#. Op 1..Kxe5 is 2.Dxf5+ Pxf5 3.Te4 mat, terwijl op 1..fxe5 het prachtige 2.Dg4 volgt.
Met mat op de volgende zet:
- 2..fxg4 3.Tf6#
- 2..exf4 3.De2#
- 2..e4 3.Txe4#
- 2..gxf4 3.Dg8#
- 2..P~ 3.Dxf5#
Zie de site van de Nederlandse Bond van Schaakprobleemvrienden