Olympiade Correspondentieschaak(2): Remise tegen de Najdorf
In de 2de partij die afgelopen is heb ik remise gespeeld tegen Mark Noble, een Nieuw-Zeelander met een correspondentierating van 2554 en een correspondentiegrootmeestertitel. Dus niet de Mark Noble die bij West Ham United voetbalt. Met wit koos ik voor de Engelse aanval tegen de Najdorf, wat over de hele geschiedenis genomen toch de meest gespeelde en meest kritieke opzet tegen de Najdorf is. 6.Lg5 wordt ook nog heel veel gespeeld, maar is mede dankzij de opkomst van de Verbeterde List op de achtergrond geraakt. Hij speelde de opzet met e7-e6, en ik koos een variant die vandaag de dag wel kritiek schijnt te zijn, maar bij correspondentieschaak weten ze inmiddels al hoe ze te moeten verdedigen.
Mark Noble, net als ik een liefhebber van toreneindspelen en de Najdorf.
Filosofisch intermezzo.
Hoe speel je op winst bij correspondentieschaak? Is een belangrijke vraag. De tegenstanders zijn bekend met gespeelde partijen en theoretische ontwikkelingen, en hebben ook nog eens zeer sterke engines achter de hand. Bij deze stel ik mogelijke aanpakken voor:
- Je weerlegt de openingsopzet van de tegenstander(de meest directe aanpak). Dit werkt alleen als de tegenstander een dubieuze opening kiest of de opening gewoon onhandig speelt.
- Je gaat in op de kritieke variant, en probeert daar je tegenstander te overspelen. Enerzijds kan een nieuwtje helpen, anderzijds door beter en dieper te analyseren. Werkt goed als je beter kan analyseren dan je tegenstander.
- Je kiest voor een gesloten stelling, en probeert te winnen door slim te manoeuvreren. Werkt goed als je beter kan schaken en een grote positioneel inzicht hebt dan je tegenstander.
- Je vermijdt zo snel mogelijk theorie. De engines zijn nog niet zo goed voor openingen, dus daar ligt nog ruimte je tegenstander te overspelen. Sowieso komt het dan op een gevecht aan waar je beide van begin tot eind hard moet werken. Dit werkt ook goed als je een betere schaker bent, het nadeel is dat je bij het vermijden van theorie vaak al een groot deel van het objectieve voordeel opgeeft. Er moet wel een idee achter zitten.
Omdat dit mijn eerste correspondentietoernooi is, besloot ik met wit in enkele partijen maar gewoon voor de hoofdvariant te gaan. Kiest mijn tegenstander de goede variant heb ik in ieder geval remise. Wijkt hij af, heb ik redenen om op winst te spelen. Daarnaast is het in kritieke varianten mogelijk dat er nieuwtjes uitkomen, die de zwarte opening weerleggen.
Mijn tegenstander speelde een correcte variant in de Najdorf, en omdat de alternatieven ook niet veel leken te bieden, koos ik maar voor een vrij directe weg naar remise. Een vrij laffe remise dus, maar goed hij speelde wel correct en behoort tot de ratingfavorieten in de poule.
Burg – Noble [B80]
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Le3 e6 7.f3 b5 8.Dd2 Pbd7 9.g4
9..b4 [9…h6 10.0–0–0 Lb7 Voorheen had hij de oude hoofdvariant gespeeld, daar zag ik wel kansen liggen.] 10.Pce2 h6 11.0–0–0 Dc7 12.h4 d5 13.Lf4 e5 [13…Da5!? De andere variant 14.Kb1 dxe4 15.Lg2 Lb7 (15…Db6!? Deze zet heeft totnogtoe remise gehouden in alle correspondentiepartijen.) 16.g5 exf3 17.Lxf3 Hier ervaart zwart nog enige problemen. 17…Lxf3] 14.Lh2 dxe4 [14…Da5 Dit heb ik met zwart weleens gespeeld tegen Soumya, maar de tekstzet is beter.] 15.g5 hxg5 16.hxg5 Txh2 17.Txh2 exd4
18.Th8 Het alternatief is Th4. [18.Th4 Pg4 (18…b3 De zet die Grischuk deed na een uur nadenken. ”Iedereen weet hier dat je Pg4 moet doen, aldus Grischuk zelf.) 19.Txg4 Pc5! Lijkt geen voordeel op te leveren voor wit afgaande op de reeds gespeelde correspondentiepartijen. 20.Th4 (20.Txe4+ Pxe4 21.fxe4 Lg4 22.g6 fxg6 23.Dg5 Lh5 24.Kb1 Td8 25.Txd4 Le7 26.De3 Db6 27.Txd8+ ½–½ Winckelmann,T (2584)-Ljubicic,I (2575)/ICCF 2010) 20…d3 21.Pd4 Lb7 22.Th8 0–0–0 23.fxe4 Lxe4 24.Df2 a5 25.Td2 a4 26.Lg2 g6 27.Lxe4 Pxe4 28.Df3 Pxd2 29.Da8+ Kd7 30.Dxa4+ Kc8 31.Da8+ Kd7 ½–½ Gorokhovsky,B (2505)-Ljubicic,I (2639)/ICCF 2012] 18…Pd5 19.Dxd4 Lb7 20.fxe4 P5b6 21.Dxb4 0–0–0 22.Db3 Deze zet stevent reeds op remise af. [22.Dd4 Dc4 23.g6 fxg6 24.Dxc4+ Pxc4 25.Lh3 Pce5 26.Pf4 Le7 27.Txd8+ Lxd8 28.Pxg6 Dit was het alternatief, maar de zwarte stukken werken goed samen en wit kan waarschijnlijk zijn pionnenmeerderheid niet uitbuiten.] 22…Lxe4 [Een voorbeeld dat aantoont dat het in een echte partij niet zo makkelijk is: 22…Lc5 23.Txd8+ Dxd8 24.Dxf7 Dxg5+ 25.Kb1 De5 26.Lh3 De7 27.Dg8+ Kc7 28.Pf4 Lxe4 29.Pe6+ Kb7 30.Te1 Ld5 31.Pxc5+ Dxc5 32.Le6 Lxe6 33.Dxe6 Dd4 34.c3 Dd2 35.Tg1 Dd3+ 36.Kc1 Pc4 37.Td1 1–0 Jarmula,L (2149)-Zaczek,J (2096)/Warsaw POL 2012/The Week in Chess 927] 23.Pc3 Df4+ 24.Kb1 Kc7 25.Lxa6 Pc5!
26.Pb5+ Kc6 27.Pa7+ [27.Df3 De computer beweert dat deze krankzinnige zet ook speelbaar is, omdat het eeuwig schaak in de stelling blijft.] 27…Kc7 28.Pb5+ 1/2-1/2
Onlangs heeft René Raijmaekers ons eerste volle punt binnengetikt! We hebben na 6 gespeelde partijen een plusscore van +1, waarmee we de derde plek innemen. Zie de kruistabel.
Eerder schreef ik over dit toernooi reeds:
Correspondentieschaak Olympiade (1)
De partij via de viewer:
15 april 2013