Ding slaat opnieuw toe: 3-3
Het klassieke schaak heeft zeker nog niet afgedaan en spannende matches zonder veel remises zijn zeker nog mogelijk.
Dit lijkt meer op de matches uit de negentiende eeuw (Anderssen – Morphy 3-8 bij maar twee remises of Anderssen-Steinitz 1866 (6-8 zonder remises) dan de matches van nog niet zo lang geleden met een of twee besliste partijen bij normale bedenktijd.
De zesde partij:
Wit: Ding, Liren
Zwart: Nepomniachtchi, Ian
1. d4 Nf6 2. Nf3 d5 3. Bf4 c5 4. e3 Nc6 5. Nbd2 cxd4 6. exd4
Nu ontstaat de z.g.n. “Carlsbad”-structuur, die meestal met verwisselde kleuren uit het Damegambiet ontstaat (Wit pionnen op e3 en d4, Zwart pionnen op d5 en c6.) We zijn hier in het gebied waar openingen elkaar overlappen. Hier ontstaat de structuur uit het London-systeem. Als Wit de Caro-Kann aanpakt met e4xd5 c6xd5 en (later) c3 ontstaat dezelfde structuur. Alleen gaat daar de witveldige loper meestal naar d3. Bf5 7. c3 e6 8. Bb5 Bd6 9. Bxd6 Qxd6 10. O-O O-O 11. Re1 h6 12. Ne5 Wit dreigt na Lxc6 een prachtig paard op c5 te gaan deponeren. Ne7 13. a4 a6 14. Bf1 Nd7 15. Nxd7 Qxd7 16. a5 Qc7 17. Qf3 Rfc8
18. Ra3 Bg6 19. Nb3 Nc6 20. Qg3 Qe7
Nu krijgt Wit toch wat meer voordeel. Het was beter geweest om de dames af te ruilen. Na 21. hg3 kan Wit wel een aanval opzetten met f4, g4 en f5 maar deze kan worden opgevangen met f6 en Lf7. Wit heeft dan na ruil op e6 wel wat ruimtevoordeel maar ook een lelijke dubbelpion.
21. h4 Re8 Beter: Dc7 22. Nc5
Zwart staat hier nu echt minder. Hij had nu kunnen afwachten met Tac8 maar verkiest de tegenaanval: e5 23. Rb3 Stockfish geeft hier de voorkeur aan b4. Nxa5 24. Rxe5 Qf6 25. Ra3 Nc4 26. Bxc4 dxc4 27.h5
en hier had Pb7 al direct gekund, met eenzelfde vervolg als in de partij. h5 pakt echter goed uit omdat Nepomniachtchi al direct een zware fout maakt (beter 27. Txe5 28. dxe5 Dd8 29. Df3 Dd2 en dreigt na 30. hg6 met een serie schaakjes zowel pion e5 als paard c5 op te ruimen) Bc2 Vanaf hier gaat het mis. Overigens dacht Nepomniachtchi aan het begin van de persconferentie na afloop nog dat hij Ld3 had kunnen spelen. Daarop volgt echter b4! 28. Nxb7 Qb6 29. Nd6 Rxe5 30. Qxe5 Qxb2 31. Ra5 Kh7 32. Rc5
Te langzaam. Wit had hier met De1, de altijd moeilijk te vinden Dame-achteruitzet, snel kunnen winnen. Zwart kan c4 niet dekken met de loper: Pxc4 Lxc4 De4+ wint de toren. Qc1+ Zwart grijpt zijn kans niet. 32. … Dxc3 33. Pxf7 Ld3 was beter geweest. Een mindere stand maar nog wel te houden. 33. Kh2 f6 34. Qg3 a5 35. Nxc4 a4 36. Ne3 Bb1 37. Rc7 Rg8 38. Nd5 Kh8 39. Ra7 a3 40. Ne7 Rf8 41. d5
Zowat alles wint hier, maar Wit doet het mooi. Er dreigt met zijn volgende zet (Dc7) een mat met een paard op g6 en een toren op f8. d5 houdt dan het laatste vluchtveld voor de koning dicht. Ziet u het? a2 42. Qc7 Kh7 43. Ng6 Rg8 44. Qf7 en op zijn mooist zou het verder kunnen gaan met het genoemde mat: 45. Dxg8+ Kxg8 46. Ta8+ Kf7 47 Tf8. Maar Nepomniachtchi gaf hier op. 1-0
Schitterende match. Nu al vier beslissingen in zes partijen, en we zijn nog niet eens op de helft.
De partij in de viewer:
De truc 27… Txe5! 28. dxe5 Dd8! kan zo in het boek ‘Invisible Chess Moves’ van Afek. Je moet ten eerste zien dat het na 29.hxg6 Dd1+ eeuwig schaak is (of stuk terugwinnen) en ook nog dat na 29.Df3 Dd2! 30.hxg6 De1+ 31.Kd2 Dxe5+ 32.g3 Dxc5 slaan op f7 wit een slechts iets betere stelling oplevert.
In de stelling na 41…a2 zat Anish Giri heel lang te zoeken naar wat de rechtvaardiging van 41.d5 was. Hij wist dat die er moest zijn (engine gaf dat aan) maar niet waarom. Uiteindelijk vond Howell het mat (en Ding ongetwijfeld al toen hij 41.d5 speeld). “I am bad in checkmates, it’s a weakness of me” zei Giri toen.
Beide heren staan inmiddels groggy in de ring. Dit wordt geen jurybeslissing, één van de twee zal knockout gaan. En wat een levendige, open partijen – zij bewijzen de schaaksport een grote dienst!
Nog een paar opmerkingen.
1. 22. – e5 lijkt me te optimistisch, hierna gaat het los, en wordt het razend ingewikkeld.
2. Taktiek bepaalt alles. Zwart kan i.p.v. 31. – Kh7 ook 31. – Ld3 spelen, maar het eindspel na 32. Pe8 Db1 33. Kh2 Db8 (!) 34. Pc7 Ta7 35. De8 ziet er onaangenaam uit voor zwart.
3. Inderdaad lijkt 32. – Dxc3 de laatste kans om onheil af te wenden. Ik houd het er ook op dat het na 32. – Dc1 gebeurd is. Merk op dat het ‘simpele’ (32. – Dxc3) 33. Txc4 Dd2 34. Pxf7 eenvoudig weerlegd wordt met 34. – Te8. De stelling zit vol met dit soort wendingen! En na 33. Tc7 Dd2 34. Txf7 lijkt het lelijke 34. – Dc1! 35. Kh2 Dg5 de zaak nog draaiende te houden.
4. Na 33. – f6 wordt de zwakte van de zevende rij zwart fataal. Ook hier kan zwart het met 33. – a5 op een lopen zetten. Ik weet niet wat Ding van plan was, maar naast allerlei schermutselingen die met 34. Pxf7 beginnen, vermoed ik dat voor een mens 34. Pxc4 a4 35. Pe3 a3 36. Dd5! het meest overzichtelijk is. De zwarte toren moet dan op de onderste rij blijven. Echter, het opgeven van de a-lijn is een erg grote concessie.
5. Na 36. Pe3 (telkens déze zet, snijdt de zwarte dame van de verdediging af) blijkt de zwakte van de zevende rij: zwart moet aanstonds Tg8 spelen, waarna de witte toren op a7 heer en meester wordt.
6. 41. d5 leidt een mooi matbeeld in, maar er zijn inmiddels meerdere wegen naar Rome, zoals 41. Tb7.
Wat worden we verwend!
Ik kan me voorstellen dat Nepomniachtchi e5 speelde: de zwarte stelling is voor een mens buitengewoon onaangenaam. Ik heb op verschillende momenten in de partij vóór e5 de enginesuggesties doorgespeeld, maar nergens krijg je volledig gelijk spel, sterker nog: vaak wordt zwarts stelling eentiende punt na eentiende punt slechter, alsof je van een helling af glijdt die steeds steiler wordt. Zwart kan weinig anders dan afwachten, dus is het praktisch gezien wellicht beter om de stelling te compliceren bij misschien de enige gelegenheid die je krijgt, ook al is dat analytisch incorrect. En inderdaad, Ding, die tot dan toe vrijwel perfect had gespeeld, beging twee onnauwkeurigheden, die beide een halfje hadden kunnen kosten. Maar dan moet je die kansen wel grijpen – misschien toch wat meer tijd gebruiken?
Overigens kwam stockfish nog met de shocker 40… Te8!? 41 Tb7? Db2! Na nemen wordt het geforceerd remise, en na 42 Dc7 Dxb7 43 Dxb7 a2 44 Da6 Txe7 is de winst nog niet zo duidelijk, indien al aanwezig.