Nederlandse Olympiadeteams onderuit
Terwijl het zonnetje vandaag in Nederland overal scheen, pakten zich donkere wolken samen boven de tafels van onze nationale teams tijdens de Olympiade in Batumi. De heren hadden natuurlijk op voorhand een zeer zware dobber want zij moesten tegen de topfavoriet: de Verenigde Staten. De dames hadden het op papier zwakkere Slovenië tegenover zich, maar helaas gingen beide teams onderuit. De heren legden het loodje met 3-1, de dames kregen een pijnlijke 2½ – 1½ nederlaag te slikken.
In het herenteam was Sergey Tiviakov buiten de ploeg gelaten en mocht Jorden van Foreest aan het staartbord tegen de nieuwe Amerikaanse kampioen Sam Shankland aantreden. Net als in de andere zwartpartij (van Erwin l’Ami tegen Wesley So) hadden onze landgenoten het zwaar. De mannen met de witte stukken, Anish Giri tegen WK-uitdager Fabiano Caruana en Loek van Wely tegen Hikaru Nakamura konden bogen op een minuscuul plusje. Dat plusje werd nooit meer dan het was, dus bleek remise het hoogst haalbare. Giri was al redelijk snel klaar, Van Wely heeft heel lang geprobeerd om water uit een steen te persen, maar Nakamura was niet genegen om hem vrije doorgang te verlenen. Het eindspel met ieder twee lopers en wat pionnen was en het bleef remise.
Bij So-L’Ami werd al vrij snel duidelijk dat Erwin een zware middag tegemoet zou gaan, in de partij Shankland-Van Foreest zagen we een dichtgeschoven stelling waarin wit het loperpaar had tegenover een zwart paard en zwarte loper. In deze stelling moest zwart een afwachtende houding aannemen en dat deed Jorden ook lange tijd uitstekend. Maar op de 36ste zet meende Jorden een manier gezien te hebben die hem op een vrij geforceerde wijze een half punt zou bezorgen.
36…Lc3 37. Ke3 Lb2 38. Lxb2 Pc4+ 39. Ke2 Pxb2 40. Lb3! b6 41. Kd2 h6 42. Kc3
Dit was zijn idee toen hij zich op deze afwikkeling inliet. Wit heeft een loper meer, maar zwart een gedekte vrijpion. Heeft zwart een vesting? Leest u verderop in de analyse hoe dit afliep. Lees meer >
Inleiding

Nadat
Nu is het schitterende denksportcentrum met het openbaar vervoer nauwelijks te bereiken (weten we uit een verslag waar een ‘Utrechtse Bosschenaar’ wel in het centrum van Bunschoten terecht was gekomen, maar er vervolgens niet achter kwam hoe hij in het clublokaal verzeild zou raken). Dat risico wilden wij niet nemen dus besloot de kersverse teamleider Mark Haast om drie auto’s te regelen. Dat lukte maar gezegd moet worden dat er toch het nodige mis ging. Onze Belgische vrienden, Stefan en Jasper Beukema, hadden de auto van één van hun ouders geregeld om vanuit Schoten (onder de rook van Antwerpen) de barre tocht door de polders te nemen. Deze auto was een automaat en dan zou je zeggen dat er niets mis kan gaan met de versnelling. Maar dat bleek een misvatting te zijn. De versnellingsbak toonde kuren en op een gegeven moment zag chauffeur Stefan zich genoodzaakt om de versnelling in de ‘berg-stand’ te zetten om überhaupt nog te kunnen rijden. Nu heeft Nederland nauwelijks bergen, maar zeker de omgeving van Bunschoten niet. Prachtige polders, uitgestrekte landerijen, maar in elk geval niet berg-op. Het mag een wonder heten dat de twee – weliswaar verlaat – toch wisten aan te komen. Stefan moest, voordat hij zich aan de partij kon zetten, nog even wat telefonische plichtplegingen ondernemen om ervoor te zorgen dat er misschien iets aan de auto gedaan zou kunnen worden.



Bij de start van de slotronde gingen Thomas Beerdsen en Nico Zwirs met 4,5 punt aan de leiding. Achter hen volgden Ruud Janssen, Jeffrey van Vliet en Stefan Bekker op een vol punt achterstand. In de slotronde kregen Janssen tegen Beerdsen en Van Vliet tegen Zwirs met wit de kans om de achterstand ongedaan te maken.
De 

