Columns

Harry’s world

“Waar moet het naartoe met de wereld?” Het is een vraag die me met zovele anderen bijna dagelijks bezighoudt zonder dat er een geruststellend antwoord komt. En dan, alsof het zo moet zijn, ontmoet ik onverwacht iemand die ondanks onvoorstelbare tegenslagen op zo’n positieve wijze in het leven staat dat alle zorgen ridicuul lijken.

Een clubgenoot had me op hem geattendeerd: “Harry heeft aan de basis gestaan van de eerste Nederlandse schaakcomputer en heeft daar prachtige verhalen over.” Zoiets hoef je me niet twee keer te zeggen want dan wil ik er meer van weten.

Maar ook zonder die gewekte nieuwsgierigheid keek ik al met bewondering en verbazing naar Harry Nefkens die, zwaar gehandicapt door een vergevorderd stadium van Parkinson, de clubavonden bezoekt (zijn dochter brengt hem, een clubgenoot zorgt voor de reis terug naar huis). Razendsnel doet hij zijn zetten, zonder te noteren want daarvan is hij begrijpelijkerwijs vrijgesteld.

Zou hij met me willen praten over zijn leven? Dat wilde hij en zo toog ik op een grauwe novembermorgen naar zijn woning in Ommoord, een wijk van Rotterdam niet ver van het bescheiden riviertje de Rotte waar mijn stad zijn naam aan te danken heeft.

Lees meer >

Briljant en verblind (slot, laatste deel)

De waarheid bestaat niet, wel intellectuele oprechtheid (Toergenjev)

In ferme bewoordingen had Sosonko mijn plan neergesabeld om Karjakin als een hedendaagse Klaus Junge neer te zetten. Zijn filippica leek overtuigend, maar was zij dat het wel?

Een opportunist dat is hij zeker, maar had Karjakin niet net zo goed voor de andere kant kunnen kiezen, dat wil zeggen voor het Westen? Want ook dan had hem dat een stralende (financiële) toekomst gebracht.

Ik denk dat Karjakin niet slechts een opportunist is. Hij lijkt me ook een aanhanger van een stroming die in de negentiende eeuw opkwam: slavofilie. Puttend uit de bron van het Russisch nationalisme is hij ook nog eens in zijn eigen oorlogspropaganda gaan geloven. Want ook een opportunist wil zijn geweten sussen.

Die gedachte schoot door mijn hoofd, een stuk chaotischer dan dat ik het nu weergeef. Maar veel tijd om na te denken kreeg ik niet. Sosonko gaf me nauwelijks een adempauze en deed een nieuwe onverwachte zet. “Waarom schrijf je niet over Loek van Wely? Maar dat durf je natuurlijk niet!”, donderde Genna. Ik moet verbouwereerd gekeken hebben.

 

 

Foto: Hanneke van Parreren

Lees meer >

Briljant en verblind (slot, eerste deel)

Op het succes van onze hopeloze onderneming (Russische toost)

Daar verheugde ik me op, een ontmoeting met Sosonko, de topschaker van weleer.

Maar hij is natuurlijk meer dan dat, de man die met een gevoelige en liefdevolle pen de Russische schaakhelden van een nabij verleden het reliëf wist te geven van een Russische cultuur, een schaakcultuur die ik niet kende, maar waar ik altijd nieuwsgierig naar was. Russian Silhouettes, zijn prachtige boek, is een meesterwerk.

Paul van der Sterren had ik gevraagd mee te gaan, hij kende de weg naar de woning van Sosonko, maar ik vroeg dat in de eerste plaats om het ijs te breken. Zij kenden elkaar tenslotte al heel lang en goed en ík had nog nooit een woord gewisseld met Sosonko. We waren welkom en hij stelde voor de ontmoeting op zeer korte termijn te laten plaatsvinden. Ik maakte daar uit op dat het een plezierig onderhoud zou gaan worden. Uiteindelijk werd dat het wel, maar dat neemt niet weg dat ik me vergiste. Want aanvankelijk was het niet echt een plezierige ontmoeting. Naderhand vertelde ik Frits Hoorweg die samen met Wim Andriessen aan de wieg stond van Schaakbulletin, hoe het gesprek met Sosonko was verlopen en hij was verbaasd. Hij had Sosonko meegemaakt toen hij net was uitgeweken uit Rusland en in Nederland was neergestreken. Hij herinnerde hem als een gevoelige man die een sprong had gemaakt in het duister van een vreemd land en verteerd werd door heimwee naar zijn stad Leningrad en zijn geboorteland Rusland.

Maar laat ik niet op de zaken vooruit lopen. Ik had me gewapend met het boek van Kalinin over Karjakin, mijn uitgeprinte verhaal over Junge en een fles witte wijn. Ik had gezocht naar een toepasselijke Catalaanse, maar de slijter had die niet. Het was een mooie Sancerre geworden.

 

Foto: Hans van Dijk

Lees meer >

Briljant en verblind (2)

Twijfel is het begin van wijsheid (Descartes)

‘Het volgende deel van ‘Briljant en verblind’ gaat over een enigszins vergelijkbaar tragisch geval, een schaakgenie van onze tijd dat zich in propagandistische dienst stelde van een agressieve mogendheid.’

Zo eindigde mijn artikel over Klaus Junge, Briljant en verblind.

Om dat artikel over Junge voor te bereiden maakte ik een afspraak met Dirk Goes. Jaren geleden schreef hij een mooi stuk over diezelfde Junge. En wellicht zou hij me kunnen helpen aan informatie over Sergey Karjakin, naar mijn idee de hedendaagse tegenhanger van Klaus Junge. De afspraak vond plaats in het Max Euwe Centrum (MEC). Veel stak ik daar echter niet op over Karjakin, wel ontstond daar het besef dat ik mogelijk op het verkeerde spoor zat.
 

Foto Stefan64

Lees meer >

Hoe stop je een vrijpion?

Zie jij hoe wit wint in deze stelling? Ik kwam hem tegen op een van de vele puzzelsites, en moet heel eerlijk zeggen… ik zag het niet. Natuurlijk je kunt slaan op e6, maar dan komt 1…, h3 en hoe houd je die vrijpion dan tegen? Dat vind ik altijd heel lastig, vrijpionnen stoppen, en ik stond op het punt om het op te geven.

Dat ik de oplossing uiteindelijk toch vond,

Lees meer >

Briljant en verblind

Woede is de kortste weg naar waanzin (Seneca)

April 1945, het waren de laatste weken van de Tweede Wereldoorlog. Het Duitse verdedigingsleger in het westen, Heeresgruppe B, was in het Ruhrgebied door het Amerikaanse leger ingesloten en in tweeën gedeeld. De Amerikanen eisten op 15 april de overgave van generaal-veldmaarschalk Walter Model, maar hij weigerde en verklaarde dat hij zich niet kón overgeven omdat hij de eed van trouw aan Hitler had afgelegd.

In plaats daarvan ontbond hij het leger en liet zijn mannen weten dat ze de keuze hadden tussen vlucht en overgave. Zelf spiegelde hij zich aan de legeraanvoerders van de antieke oudheid die in het zicht van de nederlaag zelfmoord pleegden. Op 21 april schoot hij zich door het hoofd.

Het enige dat de nazi’s nog restte, was een felle verdediging van een paar steden. De zevende tankdivisie van de Britten rukte op richting Hamburg en Bremen. Hitler had intussen bevolen dat Hamburg tot de laatste man verdedigd moest worden. De aanval op Hamburg begon op 18 april 1945. Maar eerst moest het verzet gebroken worden in enige omliggende plaatsen en plaatsjes. Het dorpje Welle was daar één van. De bevolking had er al meer dan genoeg van en liet witte lakens, ten teken van overgave, uit de ramen hangen. Een fanatieke Wehrmacht-eenheid van zo’n tien man dacht daar anders over. Slechts uitgerust met Panzerfausten probeerden ze de Britten op de Lünenburgerheide tegen te houden. Wat er precies gebeurde op die 17e april is niet helemaal duidelijk.

Er is een bron die zegt dat de aanvoerder van de Duitsers, een jonge luitenant, zich naar voren wierp onder de uitroep “Sieg Heil” en daarop werd neergemaaid. Volgens een andere bron zou hij met zijn handen omhoog zijn neergeschoten. Dorpelingen vonden op het ontzielde lichaam papieren met aantekeningen bij ingewikkelde mathematische berekeningen en problemen. Ze verklaarden later dat ze de indruk hadden dat de luitenant de oorlog alsnog wilde winnen.

Lees meer >

Hard nadenken levert volgens onderzoek stress, frustratie en ergernis op

Vanochtend werden we opgeschrikt door een alarmerende kop op nieuwsplatform nu.nl: “Hard nadenken levert volgens onderzoek stress, frustratie en ergernis op”.

Uit dit onderzoek blijkt dat hoe meer mentale inspanning de deelnemers leverden, hoe meer onaangename gevoelens ze ervoeren. Het is een ware tijdbom onder de denksporten.

Mijn eerste gedachte was: “Maar hoe zit het dan met schaken? Waarom schaken wij eigenlijk?” Ook daarvoor geven de onderzoekers een ‘verklaring’:

Dat mensen toch vrijwillig voor mentale inspanning kiezen,

Lees meer >

Een spel zonder betekenis

“Dit kun je echt niet zeggen!” riep de interviewer – maar Fabiano Caruana zei het toch. Schaken heeft volgens hem geen maatschappelijk nut. Het is een bordspel waar we tientallen jaren aan besteden. Maar als je tegen de dertig loopt, begin je je af te vragen wat je met je leven aan het doen bent. “Dit heeft geen enkele betekenis.”

Schokkend natuurlijk, vooral uit de mond van de mondiale nr.

Lees meer >

Frits Roessel

Vier keer heeft hij meegedaan aan het jeugdkampioenschap van Nederland. Drie maal was hij jeugdkampioen en één keer werd hij tweede achter Joop van Oosterom, de latere mecenas van de schaakwereld.

De eerste Open Kampioen van Nederland ook, en van de drie keer dat hij meedeed aan het kampioenschap van Nederland (1957, 1958 en 1961) werd hij tweemaal (gedeeld) tweede.

Als je Chessbase raadpleegt,

Lees meer >

Schaakcolumn voor schoonvader (gegeven!)

Enige tijd geleden vroeg ik hier op Schaaksite.nl of iemand een schaakcolumn wilde schrijven over een partij die ik met mijn schoonvader had gespeeld. Het ging om deze correspondentie partij. Mijn schoonvader en ik spelen absoluut geen bijzonder niveau, maar delen wel echte liefde voor het schaken. Hij las trouw de Volkskrant columns en zette de puzzel op en kon er dan dagen op studeren. Het hield hem scherp.

Lees meer >