Eindspelfinesses 46: Een boeiend paard/lopereindspel

Krijgt u wel eens een eindspel op het bord in uw partijen? En was u tevreden over de afloop? Of knaagde er iets waarvan u later dacht: “Dat had ik anders kunnen spelen?”
Schaaksite biedt een eindspelrubriek aan waarin u uw kennis kunt opfrissen of eventueel uitbreiden. De internationale meesters Twan Burg en Herman Grooten zullen op frequente basis u proberen bij te praten over diverse eindspelfinesses.
Afgelopen zaterdag eindigde in Rosmalen het toernooi om de derde HMC-Cup. Hierover hebt u in de dagverslaggeving al het nodige kunnen meebeleven. U hebt dan ook kunnen zien dat de Rus Konstantin Landa de grootmeestertienkamp op zijn naam schreef. Hij eindigde gelijk bovenaan met Daniel Fridman, maar hij won het beslissende vluggertje. In de zesde ronde kroop de latere winnaar echter door het oog van de naald. Zoals ik al in mijn verslag van de ronden vier tot en met zes opmerkte, dacht ik dat de Israëlische grootmeester Alon Greenfeld een mooie kans liet liggen in het eindspel van paard plus drie pionnen tegen een loper en twee pionnen. Dat het echter niet zo simpel was als ik het voorspiegelde, gaf ik ook meteen aan. En inderdaad: er zat heel wat meer onder de oppervlakte dan ik kon vermoeden. Inmiddels heb ik eens uitvoerig naar dit eindspel gekeken en het nodige wonderschoons weten te ontdekken. De zwartspeler kan soms zelfs, ondanks bijzonder gereduceerd materiaal, toch de winst afdwingen. Alles luistert heel nauw en daarom ook in een praktische partij misschien toch wat lastig te vinden. Zeker als de klok ook nog een woordje meesprak – hetgeen inderdaad het geval was. Desalniettemin leg ik u graag mijn bevindingen voor.
Lees meer >