Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen. Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.
Op 26 augustus van dit jaar is de beroemde grootmeester en eindspelcomponist Pal Benko overleden. Hij werd 91 jaar. Oorspronkelijk werd zijn naam zo geschreven: Pál Benkő maar in de lange tijd dat hij in de Amerika woonde heeft hij het accentje en trema maar laten vallen en dat doe ik dan ook maar.
Benko werd op 14 juli 1928 geboren in Amiens (Frankrijk) waar zijn Hongaarse ouders op vakantie waren, maar hij groeide op in Hongarije. Hij probeerde zijn geboorteland in 1952 (dat toen Communistisch was) te ontvluchten maar hij werd gevangen genomen en zat maar liefst 16 maanden vast. Uiteindelijk lukte het wel om in 1958 naar de Verenigde Staten te vluchten. Datzelfde jaar werd hij door de Fide benoemd tot grootmeester. Zijn grootste prestatie was om zich te kwalificeren voor het Kandidatentoernooi in 1959 en 1962, waarin acht van ’s werelds beste spelers deelnamen. Hij gaf zijn plaats op in 1971 om Bobby Fischer toe te kunnen laten in dat Interzonale toernooi. Zoals bekend won Fischer dat met grote overmacht en liep hij daarna in de Kandidatenmatches ook over Mark Taimanov (6-0), Bent Larsen (6-0) en Tigran Petrosian (5,5-2,5) heen om daarna in de WK-tweekamp de regerend wereldkampioen Boris Spassky ook ruim te verslaan en zo de wereldtitel te veroveren. Benko kreeg zijn naam verbonden aan een opening die wij in het Nederlands kennen als het Wolgagambiet.
1. d4 Pf6 2. c4 c5 3. d5 b5
Het Wolgagambiet dat in het Engels bekend staat als ‘The Benko Gambit’.
Mocht het u interesseren. Ik heb daar drie artikelen over geschreven in Schaakmagazine die u via Schaaksite kunt bekijken:
Toen hij op latere leeftijd terugkeerde naar Hongarije werd hij trainer van spelers uit dit land die later ook zeer bekend werden zoals de Polgar zusjes en Peter Leko. De opening is tot op de dag van vandaag zeer populair en wordt door sterke grootmeesters gespeeld.
Benko kreeg ook op een andere wijze naamsbekendheid, omdat hij zich intensief bezighield met het componeren van eindspelstudies en schaakproblemen. Van die laatste discipline zijn de meeste partijspelers niet zo gecharmeerd (wat heeft het voor zin om mat in drie op te lossen als je het halve bord aan materiaal voorstaat) maar toch blijken deze problemen in een behoefte te voorzien. Zo is er een beroemde anekdote bekend waarbij Benko zelf het volgende zegt:
“Toen ik begon met het componeren van schaakproblemen, was mijn interesse vooral gericht op composities die drie zetten diep of langer waren. Een van hen was het volgende probleem dat ik als tiener componeerde. Het werd vele malen gepubliceerd, omdat de oorspronkelijke opzet zowel probleemoplossers als toernooispelers aansprak. Tijdens de Olympiade (in Lugano 1968), waar Bobby Fischer aanwezig was, heb ik met hem gewed dat hij het probleem niet binnen 30 minuten kon oplossen. Na verloop van tijd raakte Fischer geïrriteerd en eiste het antwoord te zien. Toen ik het hem liet zien, stond hij erop dat er andere oplossingen moesten bestaan. Dit leidde natuurlijk tot een nieuwe weddenschap! Na meer tijd werd hij gedwongen om beide verloren weddenschappen te betalen. Het ging om de volgende stelling:
Pal Benko, Chess Life 1968 – Mat in drie
Lees meer >