Schaakrubrieken weekend 9 februari 2019
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.
Lees meer >Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.
Lees meer >Om de haverklap komen er schaakboeken uit die elk een volgens de schrijver onderbelicht aspect van het schaakspel beschrijven. Liefst met een titel die je een tikje onzeker maakt over je eigen schaakfunctioneren. Mooie voorbeelden zijn 100 endgames you must know (“shit, ken ik die wel allemaal?”) of Secrets of modern chess strategy (“dadelijk kennen mijn tegenstanders die geheimen al wel!”). Ik vraag me echter altijd af welke van die boeken de tand des tijds doorstaan. Er valt dan ook wel iets voor te zeggen om net als in de wereldliteratuur enkel klassiekers te lezen: per slot van rekening hebben we in ons leven maar beperkt tijd en zegt het wel iets dat die boeken nog altijd herlezen worden. Omdat mijn interesse uitgaat naar de meer psychologische kanten van het schaakspel, heb ik voor deze review gekozen voor een moderne klassieker: het boek John Nunn’s ‘Secrets of practical chess’, waarvan de eerste druk in 1998 uitkwam.
Lees meer >‘Russische beer’ op komst
Hoewel deze uitspraak normaal gesproken betekent dat er koude golven vanuit Rusland richting Europa komen betreft het hier een schaakfenomeen. Deze gepensioneerde Russische grootmeester is nog een product uit de oude Sovjet tijd, waarbij angst als praktische drijfveer werd gezien. Botvinnik’s strenge maar rechtvaardige schaakscholen waren toen nog diep verscholen achter het IJzeren Gordijn. Het schaakspel was allerminst een ‘spelletje’, maar werd door de overheid als metafoor gebruikt voor dominantie en strategische superioriteit.
Lees meer >De column van Hans Meijer is uit.
Voor deze column laat ik de geschiedenis van het getal Pi (π = 3.14159265….) beginnen met de komst van Ludolph van Ceulen (1540-1610) naar Leiden. Van Ceulen was een wiskundige die een deel van zijn tijd besteedde aan het berekenen van de decimalen van het getal Pi. Hij gebruikte hiervoor een bewerkelijke methode die afkomstig was van de Griekse wiskundige, natuurkundige, ingenieur en astronoom Archimedes (287 BC – 212 BC) die in Syracuse op Sicilië woonde. Archimedes slaagde erin om twee decimalen van Pi te bepalen. Van Ceulen kwam tot 35 decimalen. Een fantastisch resultaat dat weduwe Adriana in zijn grafsteen liet beitelen, zie Het grafschrift van Ludolph van Ceulen (2000) van R. Oomes, J. Tersteeg en J. Top. Een replica van deze grafsteen, de oorspronkelijke is verloren gegaan, is in de Pieterskerk in Leiden te zien.
Lees meer >In deze rubriek nodigen we de bezoeker van Schaaksite graag uit om te genieten van de meest schitterende prestaties op het schaakbord, door alle eeuwen heen. De reden waarom voetballiefhebbers in vervoering raken als zij acties zien van Messi of Ronaldo moet bij ons schakers dezelfde zijn als wij de partijen naspelen die we hier willen tonen. En aarzelt u vooral niet om uw keus ook kenbaar te maken!
Vorige week maakte de Rus Vladimir Kramnik zijn afscheid bekend uit het professionele schaak. Het bracht misschien niet zo’n schok te weeg als het moment waarop Garry Kasparov aankondigde dat hij met pensioen ging, maar desalniettemin kwamen er toch veel reacties los. Kramnik is decennia een grootheid gebleken die zich heel lang op het allerhoogste niveau heeft weten te handhaven.
Bij het laatste Kandidatentoernooi, waarin hij heel goed begon en toen een gewonnen stelling bereikte tegen de latere uitdager, Fabiano Caruana, konden we echter al haarscheurtjes zien in de prestatie van de zo fenomenale speler die hij altijd was. De gewonnen stelling tegen de Amerikaan ging verloren en daarna begon hij min of meer ‘wild om zich heen te slaan’. Hij speelde alles of niets, probeerde stellingen te winnen, die onmogelijk te winnen waren en mede door dit roekeloze gedrag eindigde hij in de achterhoede. En dat, terwijl het begin er zo veelbelovend uitzag. Misschien heeft hij naar aanleiding hiervan besloten dat het genoeg was en het was voor Nederland leuk dat hij Tata Steel heeft uitgekozen als zijn laatste officiële toernooi. Wel liet Kramnik weten dat hij, in navolging van Kasparov, nog wel te porren zal zijn voor rapid- en snelschaaktoernooien. Zelf heb ik nooit persoonlijk kennis met hem gemaakt, maar ik herinner me de eerste keer dat ik hem ‘live’ zag spelen. Dat was in 1992 in Manilla op de Filippijnen waar hij – mede op gezag van Kasparov – was toegevoegd aan het team van Rusland. Dat bestond verder uit Khalifman, Dolmatov, Dreev en Vizmanavin. Kasparov deed het fantastisch op het eerste bord met 8½ uit 10. Maar de score van debutant Kramnik (8½ uit 9) aan het laatste bord was zo mogelijk nog mooier. Een van zijn slachtoffers was Loek van Wely, die – als ik het goed heb – ook voor het eerst aan een Olympiade mee mocht doen.
Lees meer >Is het interessant om in 2018 een boek uit te brengen over Judit Polgar, die in 2014 stopte met topschaak? Zijn er al niet genoeg boeken over haar? Dat waren mijn eerste vragen toen ik zag dat New in Chess vorig jaar dit boek presenteerde. Het antwoord is snel gegeven: het boek overlapt in elk geval niet met eerdere boeken en het is ook geen afsluiting van haar carrière, een magnum opus of iets dergelijks. Het is een boek met veel leuke partijfragmenten, toevallig afkomstig van één persoon.
Toch even een kort overzicht van de belangrijkste eerdere boeken. In 1990 schreef Ed van Eeden het boek ‘De Polgar-zusters, de creatie van drie schaakgenieën’. Judit is geboren in 1976 en was dus veertien jaar oud. Uit dezelfde tijd herinner ik me een eveneens Nederlandstalig boekje van Siep Postma en een Engelstalig boek van Cathy Forbes, waar de zussen niet blij mee waren. Het boek van Van Eeden is het enige dat ik heb bewaard.
In 1997 schreef Susan Polgar samen met haar man Jacob Shutzman het boek ‘Queen of the Kings Game’, over haarzelf, maar natuurlijk ging dat ook over de familie. In 2005 schreef ze samen met Paul Truang het boek ‘Breaking Through’ over alle drie de zussen. Het eerste boek is vooral verhalend, het tweede bevat vooral partijen.
In 2004 verscheen ‘Judit Polgar, The Princess of Chess’ van Tibor Karolyi, een fameuze Hongaarse auteur. Het bevat 89 uitvoerig geanalyseerde partijen plus artikelen over bijvoorbeeld haar speelstijl. Het was het eerste boek van enige importantie dat niet over de zussen, maar alleen over Judit ging. Even terzijde: wel opmerkelijk om Susan de Queen en Judit de Princess te noemen. Reden is natuurlijk dat Susan wereldkampioene is geweest en Judit niet. Maar dan nog.
In 2012 begon Judit Polgar zelf aan de serie ‘Judit Polgar Teaches Chess’, met het boek ‘How I beat Fischer’s record’. In 2013 gevolgd door ‘From GM to Top Ten’ en in 2014 ‘A game of Queens’. De boeken bevatten persoonlijke herinneringen, gedenkwaardige partijen en partijen op thema. Een beetje rommelig door elkaar, maar bij elkaar een prachtige trilogie, ook mooi uitgevoerd.
Nu dan ‘Strike Like Judit!’ van Charles Hertan, een FM uit Massachusetts die al meer dan dertig jaar werkt als trainer en schrijver. Het boek begint met zeven pagina’s over de invloed van de computer op het schaakspel. (Ik schrijf in het vervolg voor het gemak ‘de computer’, ook al zijn daar natuurlijk veel verschillen in.) Dat had niet langer hoeven te zijn, want vanaf het begin vroeg ik me af wat Hertan nou eigenlijk wil zeggen. Toch een paar belangrijke punten.
De eerste drie punten zijn duidelijk, punt 4 vind ik een interessante mening van Hertan.
Lees meer >Intro
In Wijk aan Zee werd eind januari, tijdens het Tata Steel Chess Tournament, het boek ‘Game Changer’ gepresenteerd. Game changer met AlphaZero’s groundbreaking Chess Strategies and the Promise of AI. Volgens oud-wereldkampioen Kasparov trilt het schaakspel op haar grondvesten sinds de komst van AlphaZero. En Kasparov zou Kasparov niet zijn als hij zichzelf geen schouderklop zou geven. Volgens uitgever New in Chess is dit het boek waar het meest naar is uitgekeken. Ongekend in het bestaan van de uitgeverij, zo liet men weten.
Komt er nu een geheel nieuwe kijk op ons eeuwenoude koninklijke schaakspel? Is het schaakspel nu definitief opgelost? Wint wit of zwart altijd bij perfect spel van beide zijden of eindigt iedere partij in remise? Kunnen schakers (amateurs en professionals) iets van AlphaZero leren of is het alleen voorbehouden aan supersnelle computers met superslimme programma’s? Begrijpen schakers het spel van AlphaZero of staat de uitleg nog in de kinderschoenen en heb je nog steeds mensen nodig zoals Matthew Sadler en Natasha Regan om het te duiden? Kan de toptien van de wereld, als ze de partijen en concepten van AlphaZero bestuderen, nog een grote stap voorwaarts maken in hun rating? Kunnen zij hiermee bij voorbeeld binnen drie jaar 250 ratingpunten of meer winnen en kunnen zij de 3000-barrière definitief slechten? Moeten onze schaakjournalisten naar een Zero-bijscholingscursus? Wat moet Schaakmagazine er mee? Moet Van Wijgerden zijn Stappenmethode herzien?
Lees meer >Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.
Lees meer >In de streek waar ik woon is sprake van bodemdaling. Het veen klinkt vanzelf in, het waterbeheer ten behoeve van de landbouw en de winning van magnesiumzout en aardgas maken het kwartet compleet. Bodemdaling is geen gecontroleerd proces. De zoutwinning levert behalve aan de randen van de kom wel een vrij egale bodemdaling, maar de andere drie oorzaken kennen een andere dynamiek. Mijn huis staat nog niet aan de rand van de kom,
Lees meer >De column van Hans Meijer behoeft geen nadere toelichting. Lees hem hier !