Rubrieken

Top-40 Nederlandse schakers. 2: Jan Timman

Zou een Nederlandse schaker nog eens wereldkampioen kunnen worden? Ruim veertig jaar na de historische zege van Max Euwe in 1935 kwam het besef op dat we misschien weer een kandidaat hadden. Jan Timman kwam ver, maar Anatoli Karpov bleek voor hem een grotere kwelgeest dan Alexander Aljechin voor Euwe.

Timman in 2000 in Hoogeveen

 

Jan Timman (geboren 14 december 1951) werd al op zijn veertiende jeugdkampioen van Nederland en vervolgens derde bij het wereldjeugdkampioenschap. In 1969 debuteerde hij als zeventienjarige op het Nederlands kampioenschap met een derde plaats. In 1974 begon hij aan een fabuleuze reeks. Timman werd drie keer op rij kampioen, met uit 11 partijen respectievelijk 8,5, 9,5 en 8,5 punten. In 1978 werd hij kampioen samen met Sosonko, met wie hij geen overeenstemming kon vinden voor een datum voor een beslissingsmatch. In 1980,, 1981 en 1983 werd hij weer overtuigend kampioen. Timman stond inmiddels in de top vijf van de wereld en het was niet vreemd dat hij de NK’s even liet voor wat ze waren. In 1987 scoorde hij nog wel zijn beste prestatie. Met 9,5 uit 11 eindigde hij 2,5 punten voor Sosonko en Van der Wiel, inmiddels ook allebei wereldtoppers. Daarna duurde het tot 1996 voordat hij er weer bij was. Timman eindigde samen met de nieuwe ster Sokolov bovenaan en versloeg hem in een korte beslissingsmatch. In de volgende twee jaren werd hij tweede. Na weer een lange afwezigheid werd hij in 2006 tiende, wat voldoende was om definitief een punt te zetten achter zijn NK-deelnames. Timman was er zeventien keer bij, wat negen titels, vier tweede en een derde plaats opleverde.

 

Wereldtop

Al in 1972 kwam Timman de top honderd van de wereld binnen, op plaats 95. In 1974 kwam hij op 39, in 1977 op 16. Pas in 1993 verliet hij de top twintig. Zelf noemt hij 1978 als het jaar waarin hij definitief de wereldtop bereikte. In Bugojno won hij dat jaar een partij van Karpov en eindigde achter Karpov en Spasski als derde. Timman won het IBM-toernooi ruim voor Ribli, Hort, Andersson en Ljubojevic, won ook een toernooi in Niksic en werd tweede in het supertoernooi in Tilburg. Het leverde hem in januari 1979 een mondiale vijfde plaats op. Drie jaar later was hij nummer twee van de wereld, achter Karpov. Toen ook Gari Kasparov opkwam, was de derde plaats voor Timman het hoogst haalbare.

Lees meer >

De ‘Perfecte’ Pirc!?

In 2013 bracht de Oekraïense schaakgrootmeester Viktor Moskalenko (1960) met The Perfect Pirc-Modern een provocatieve nieuwe bijdrage aan de moderne openingstheorie. De titel stelt ons immers al gelijk voor de vraag: “hoezo ‘Perfect’?”. Zoals Ivanchuk in zijn openingswoord al toegeeft: “When playing the Pirc Defence, the black player does not aim to equalize the position” (Moskalenko 2013, 7). Inderdaad, vaak komt het neer op een wapenwedloop waar beide spelers de koningsstelling van de ander proberen binnen te vallen zonder omzien naar de strategische balans. Onder ‘perfect’ verstaan we tegenwoordig doorgaans juist die varianten waarover de computer haar goedkeuring heeft uitgesproken. Wanneer het echter gaat om zulke schijnbaar roekeloze aanvallen slaat het oordeel van de machine vaak flink uit. Wat betekent het dan in hemelsnaam om een volmaakte Pirc te spelen?

Een antwoord vinden we misschien in het opvallende feit dat Moskalenko kiest voor de meest speelbare en interessante varianten, boven degene die worden aangewezen door het rekentuig. Toegegeven, hij geeft überhaupt veel varianten. Maar door constant te evalueren en op risico’s te wijzen geeft hij wel een goed uitgekiende en praktische studiegids voor zijn lezers, die doorgaans zweren bij de enginebijbel (er is maar één beste zet voor iedere stelling, namelijk diegene die de sterkste computer uitwijst!). Tekenend is zijn annotatie bijvoorbeeld wanneer hij een uitroepteken geeft aan de meest praktische zet, die voordeel voor de speler behoudt zonder duidelijk tegenspel, terwijl de computervariant slechts een “!?” (interessant) verdient.

Lees meer >

“De duif en de Babson task” door Manuel Nepveu. Column van Schaakvereniging Promotie.

Het is ongeveer een uur ’s nachts. Ik zit in de tuin en rook een sigaar. Rust alom. Ik denk na over een column. Plotseling vliegt een grote vogel de kleine boom in mijn tuin in. Hij komt onhandig tot stilstand en blijft roerloos zitten. Het is een duif.
———————
Bij mijn afscheid van TNO heb ik van een goede collega een boekje gekregen. “De man die de Babson task wilde maken”.

Lees meer >

Master Complex Endgames door Daniel Naroditsky

 

Ken je dat moment dat je in een eindspel zit, maar geen flauw benul hebt wie er beter staat of wat je moet doen? Of dat moment dat je zeker weet dat je gaat winnen in het eindspel, maar er een paar allemaal gevaarlijke dreigingen zijn ontstaan? Dan is de kans groot dat je je bevond in een ‘complex endgame’. En als je in precies die situaties wat beter uit de verf wilt komen, dan is dit boek wat voor jou!

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 2 juni 2018

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Lees meer >

Top-40 Nederlandse schakers. 3: Anish Giri

De vierde Nederlander die in de top tien van de wereld stond, was voor ons land een cadeautje. Anish Giri kwam hier in 2008 op dertienjarige leeftijd wonen. Zijn kracht bleek verbluffend en ruim een jaar later was hij al kampioen van Nederland.

Foto: Frans Peeters, 2017

Anish Giri werd op 28 juni 1994 geboren in Sint-Petersburg. Met zijn ouders kwam hij in februari 2008 naar Nederland, waar zijn vader een baan had gevonden als waterbouwkundige. De jonge Giri ging schaken bij de Delftse Schaakclub, won drie partijen in de KNSB-competitie (tweede klasse) en werd al snel ingelijfd door HMC Calder (Den Bosch), dat hem op het hoogste niveau liet spelen.

Al in zijn eerste jaar won hij het HSG Open in Hilversum, waar hij zijn eerste grootmeesternorm scoorde. De tweede volgde in december in Groningen, de derde een maand later in Wijk aan Zee. De KNSB vroeg voor hem de titel aan en liet hem vervolgens bij de FIDE registreren als Nederlander. Met zijn veertien jaar was hij in de wereld de jongste grootmeester van dat moment.

 

Toernooizeges

Zijn eerste Nederlands kampioenschap won Giri direct, wat als vijftienjarige een sensatie was. Een jaar later werd hij in een veel sterker bezet NK tweede achter Smeets, de volgende twee jaren met hoge scores weer eerste. In de daaropvolgende vijf jaren was hij er alleen in 2015 bij, Giri werd kampioen voor Van Wely en de nieuwe toppers Van Kampen en Bok. Hij stond toen al in de top tien van de wereld en het is te begrijpen dat het NK voor hem niet meer interessant was.

Giri staat niet bekend als een toernooiwinnaar, maar heeft er naast zijn vier NK’s toch wel aardig wat op zijn palmares staan. In 2010 won hij als vijftienjarige de B-groep van het Corus-toernooi in Wijk aan Zee. Kort daarna won Giri het Sigeman-toernooi in Malmö, een zeskamp voor de Noor Hammer en vier Zweden. In 2012 een zeer sterk bezette dubbele zeskamp in Reggio Emilia, voor Morozevich, Caruana en Nakamura. In 2014 werd Giri gedeeld eerste in de London Chess Classic, met Kramnik en Anand, voor Nakamura en Adams. Op tiebreak werd hij tweede. In 2017 won Giri het grote Reykjavik Open met 8,5 uit 10.

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 26 mei 2018

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Lees meer >

Strategic Chess Exercises

Tegenwoordig worden schakers opgeleid door middel van de stappenmethode en daarmee worden hun tactische inzichten goed verbreed en daarnaast zijn er ook verschillende boeken en websites die vol staan met tactiek opgaves om mee te kunnen trainen. Ik zelf heb hiervan ook maar vaak genoeg gebruik gemaakt in mijn schaakcarrière. Wat trucjes vinden in een stelling is het probleem dan ook niet van vele schakers, maar kunnen ze ook altijd zien of ze goed staan zonder dat daarbij een materialistisch verschil komt kijken? Ik maak mezelf hier ook schuldig aan dat dit niet altijd lukt. Natuurlijk zie je het wel eens, maar op het gebied van strategie ondervind ik zelf een stuk meer problemen dan in het tactiek gedeelte. Toen ik dan ook het boek Strategic Chess Exercises van Emmanuel Bricard (peakrating: 2511) voorbij zag komen had ik snel interesse om dit boek door te werken.

Lees meer >

Schaakgeschiedenis in vogelvlucht 20: Tigran Petrosian

 

Deze rubriek is gemaakt voor schaaksite.nl en is terug te vinden onder het kopje ‘Schaakhistorie’.

Omdat het schaakspel een eeuwenoud spel is, dat naar schatting al 3000 jaar oud is, lijkt het mij gepast om een serie korte artikelen te presenteren, waarin de schaak¬geschiedenis voor het voetlicht wordt gebracht. In de vorige aflevering hebben we het gehad over Mikhail Tal. In deze nieuwe aflevering zullen we het hebben over Tigran Petrosian (1929 – 1984).

 

Tigran Petrosian

Een van de vorige afleveringen van deze serie over de schaakgeschiedenis ging over de Rus Mikhael Botwinnik (1911 – 1995) die, nadat hij de wereldtitel had veroverd, deze driemaal kwijtraakte aan een landgenoot. In 1963 verdedigde Botwinnik nog eenmaal zijn titel, ditmaal tegen Tigran Petrosian, die zijn rivaal pas in de slopende slotfase van de tweekamp de baas was. Omdat de revanchetweekamp inmiddels door de Fide was afgeschaft,  behield Petrosian in de daarop volgende jaren de titel.

Met Petrosian is een speler genoemd die bekend stond om zijn zeer speciale speelstijl. Zijn bijnaam “De Tijger” geeft precies aan hoe zijn spel in elkaar stak. Als een echte tijger sloop hij om zijn prooi en sloeg af en toe een klauw uit. Vervolgens wachtte hij met ijselijk geduld op het moment dat deze geen kant meer op kon. Daarna nam hij zijn prooi in de tang om hem niet meer los te laten. Petrosian had een uitstekend gevoel voor gevaar, maar omdat hij iets te defensief was ingesteld stond hij ook erg veel remises toe. Daarom viel het hem als toernooispeler niet mee om veel evenementen te winnen. Als matchspeler daarentegen kwam hij altijd heel ver, omdat hij bijna niet te kloppen was en met zijn onuitputtelijke geduld bereid was om het kleinste foutje van de opponent af te wachten. Zijn grote voorbeeld was Nimzowitsch, waarvan hij het meesterwerk ‘Mein System’ bijna uit zijn hoofd kende. In de volgende partij zien we een vlekkeloze demonstratie van een ‘wurgpartij’ zoals we die van hem gewend waren.

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 19 mei 2018

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Lees meer >