Rubrieken

Spassky 85 jaar geworden

Op zondag 30 januari is Boris Spassky 85 jaar geworden. Tijd voor een kort portret van de oudste nog levende ex-wereldkampioen.

Boris Vasiljevitsj Spassky (dat schrijf je in het Russisch als: Борис Васильевич Спасский) was wereldkampioen van 1969 – 1972. Zoals bekend verloor hij de “Match van de eeuw” van Bobby Fischer in Reykjavik. Dat was in de tijd van de koude oorlog tussen het Westen en het Oosten, waarbij één persoon (Fischer) het vrijwel alleen opnam tegen de superieur geachte Sovjets. Vóór de tweekamp was het Spassky die een positieve onderlinge score had tegen Fischer. In mijn rubriek “Schaakgeschiedenis in vogelvlucht” heb ik een apart artikel gewijd aan Spassky, waarin ik het nodige over hem heb geschreven.

April 1956, Spasski doet de eerste zet in de eerste Haagse jeugdschaakweek (foto Max Euwe Centrum)

Spasski, jeugdwereldkampioenschap 1955 in Antwerpen (foto Max Euwe Centrum)

Wat niet in het artikel staat, was dat Spassky al in 1955 jeugdwereldkampioen was geworden. Zijn loopbaan werd uiteindelijk een zeer indrukwekkende, ook toen hij al wereldkampioen was.

Vele jaren later keerde hij zijn geboorteland de rug toe en ging hij in Frankrijk wonen. Daar kwam heel abrupt een einde aan, want ineens keerde hij op zijn schreden terug door in 2012 volkomen onverwachts naar Rusland terug te verhuizen. Je kunt het eigenlijk geen verhuizen noemen, hij was op de vlucht! Kort gezegd kwam het erop neer dat hij voor een tweede keer in zijn leven een herseninfarct kreeg en toen in Frankrijk werd behandeld. Maar ineens kwam hij erachter dat zij hem volstopten met pijnstillers en hem – naar eigen zeggen – een zachte dood wilden laten sterven. Hij zat opgesloten, had geen papieren, documenten, niets meer. Hij vertrouwde het helemaal niet meer en via de Russische ambassade is hij – zoals hij het zegt door “echte vrienden” – weggehaald uit zijn benarde situatie en op een vliegtuig naar Moskou gezet. Voor iemand het door had, zat hij lang en breed weer in zijn geboorteland. Een meer gedetailleerde weergave van wat er ongeveer gebeurd is, lees dit artikel op de ChessBase-website.

Lees meer >

“Necrologieën” door Manuel Nepveu

Eventjes over een inmiddels al jong belegen koe in de sloot: onlangs hebben we op Schaaksite.nl kennis kunnen nemen van een kleine controverse tussen Hans Ree en Wim Westerveld. Het ging over een stuk van Ree in de NRC, een (soort) necrologie van Jonathan Penrose. Zou onze GM ”sluw” plagiaat hebben gepleegd op een stuk van Wim? Lees de hele column in PDF.

Deze en andere columnisten van SV Promotie,

Lees meer >

Recensie 100 Endgame Patterns You Must Know

Dit nieuwe boek: 100 Endgame Patterns You Must Know (2021) van Jesus de la Villa is een vervolg op zijn eerdere boek: “100 Endgames you must know.” Hoewel de titel niet heel anders is, is de benadering van het nieuwe boek wel anders. Waar het eerste boek prachtige eindspelen belicht die elke schaker zou moeten kennen, vertaalt het nieuwe boek deze eindspelen naar patronen die, naar mijn mening, waardevoller zijn simpelweg omdat het de informatie op een meer directe manier presenteert. In wezen vertelt het boek je: Dit is het patroon en dit is wat je moet leren. Mijn opmerking moet wel met een korreltje zand worden genomen, aangezien ik het vorige boek niet heb gelezen; Ik heb alleen de recensies ervan gelezen en uitgelichte partijen bekeken.

Maar waarom acht ik dit boek waardevoller? Hiervoor zal ik nu wat uitleg geven. De auteur doet dit op een vergelijkbare manier in de inleiding in zijn boek. De eerste delen worden namelijk de ‘grondgedachte voor dit boek’ en ‘enkele gedachten over het systeem van patronen’ genoemd.

Patroonherkenning is belangrijk. Het is een maatstaf voor intelligentie binnen organismen en het is misschien wel een van de meest waardevolle bezittingen van het brein van een schaker. Maar we moeten onszelf niet voor de gek houden, schaken is niet bijzonder in de wereld van patroonherkenning. Hoe kunnen muzikanten bladmuziek zo snel lezen? Waarom kun je je schoenveters zo goed strikken en hoe weten honden dat ze moeten zitten als je dat zegt? Naast het feit dat ik schaak speel, speel ik ook piano en ik vind dat hier enkele belangrijke vergelijkingen te maken zijn. Een belangrijk ding dat ze gemeen hebben, is het feit dat je veel moeite moet doen om te verbeteren. Dat is tenslotte ook waarom we het leuk vinden, nietwaar? Een andere overeenkomst is dat de inspanning in beide activiteiten een hoger rendement oplevert als je gericht oefent. Ons schaakspel wordt nauwelijks verbeterd door de tientallen blitzpartijen (argument hiervoor komt zo) die we elke dag spelen en mijn pianospel evenmin door het stuk van Chopin dat ik voor de zoveelste keer speel.

Lees meer >

Krantenrubrieken weekend 22 januari 2022

Wekelijks publiceren we de diverse schaakrubrieken van de weekendkranten. Wij streven naar publicatie op de woensdag of donderdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

MEC weer geopend!

Vanaf woensdag 26 januari is het MEC weer geopend voor publiek!

Een unieke kans om de in december ingerichte expositie 35 jaar MEC te gaan bekijken. Uiteraard geven de vrijwilligers u graag een rondleiding. Natuurlijk ook een mogelijkheid om weer te snuffelen in de kasten met tweedehands boeken.

Zaterdag 5 februari, de eerste zaterdag van de maand, zijn we ook weer open.

Komt allen!

Schaaksupporter

Schaken is sinds 2018 officieel geen sport meer, slechts een aardig, misschien zelfs cultureel, tijdverdrijf. Maar wel een tijdverdrijf dat door het IOC als een sport beschouwd wordt, en trainingen van onze topschakers worden ook door ons NOC financieel ondersteund.
Morgen alweer de negende dag dat we kunnen genieten van topprestaties op het schaakbord van topgrootmeesters, die daar al jarenlang voor trainen en studeren. Over de hele wereld wordt dit toernooi met grote belangstelling online gevolgd. Zo groot is die belangstelling dat er zelfs bots ingezet worden op chatvensters, ook om schakers te pesten. Nou ja, waar niet tegenwoordig.
Voor de supporters van sporters en sportclubs is sport ook zeker een aardig tijdverdrijf. Hoe mooi is het als je favoriet goed presteert, en hoezeer voel je plaatsvervangende schaamte als je favoriet door een fout onderuit gaat.
In vroeger tijden (nou ja, misschien nog maar 40 jaar geleden) was je als schaaksupporter afhankelijk van een ter plekke aanwezige schaakmeester die live de partijen van een match of toernooi van deskundig commentaar voorzag. Dat gebeurt tegenwoordig ook nog, maar nu kun je als supporter de prestaties van je favoriet(en) nog van veel dichterbij volgen. Gebruikmakend van je favoriete engine, of via de met engines verrijkte websites waarin de partijen op de voet gevolgd worden.
En dat levert vergelijkbare ervaringen op als die van een voetbalsupporter die naar een wedstrijd zit te kijken: een plotselinge verandering van de stellingswaardering door een goede of slechte zet geeft eenzelfde adrenalineschok als het missen of benutten van een grote scoringskans!

Lees meer >

Gross-, Dick- und Breitmeister

Carl Schlechter speelt blindsimultaan in Wenen, december 1898. Rechts Georg Marco die aantekeningen schrijft in zijn blocnote.
(Bron: Das interessante Blatt, 22 december 1898)

Je hoort wel eens de verzuchting dat de topspelers van nu saai zijn. Het is dan dat de topspelers van vroeger vaak uitgesproken persoonlijkheden waren, zoals Tal, Kortsnoj, Spasski, Hort en noem maar op of dichter bij huis Donner en Timman en dat dit soort types tegenwoordig met een lantaarntje te zoeken zijn als ze er al zijn.

Zo’n verzuchting komt vrijwel altijd uit de mond van leeftijdgenoten van me en dan is scepsis geboden. Want is het niet zo dat met het klimmen der jaren de tijd van vroeger in alles beter lijkt en dat de jeugd van tegenwoordig nooit gedeugd heeft? En is het niet zo dat de nostalgische hang naar die ‘goeie ouwe tijd’ verraden wordt door de muziekvoorkeur van ons ouderen, bewust of onbewust verbonden met de jaren dat we jong en mooi waren, in de kracht van ons leven met nog een hele toekomst voor de boeg?

Maar laten we eerst eens wat verder teruggaan in de tijd, toen er nog weinig schaaktheorie was en er al helemaal geen schaakengines waren. Naar het begin van de twintigste eeuw.

Wenen, de hoofdstad van de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie, was toen in veel opzichten de culturele ‘hotspot’ van Europa en ook voor de schaakwereld een belangrijk centrum. Wereldtopper Carl Schlechter was een Wener en het eerste deel van zijn dramatische match tegen Emanuel Lasker om het wereldkampioenschap werd in 1910 in Wenen gespeeld. Maar de man om wie veel, zo niet alles, in schakend Wenen en ver daarbuiten draaide, was Georg Marco, de redacteur van de toonaangevende ‘Wiener Schachzeitung’.

Lees meer >

“De strijd om de Hemel Cup” door Hans Meijer

In mijn column Onze Patroonheilige berichtte ik over het toernooi om de Hemel Cup waarvoor vele schaakteams zich al hadden ingeschreven. De vraag die wij ons bij toernooien altijd stellen is welk team het toernooi zal winnen. Lees de hele column in PDF.

Deze en andere columnisten van SV Promotie, schreven samen meer dan 1000 columns. U leest ze op onze site.

Krantenrubrieken weekends 8 en 15 januari 2022

Wekelijks publiceren we de diverse schaakrubrieken van de weekendkranten. Vanwege Tata Steel Chess Tournament zijn de rubrieken van afgelopen twee weekends samengevoegd.

Lees meer >

“Ode aan het snelschaken” door Gerhard Eggink

Onlangs (december vorig jaar) werd wereldtopper Maxime Vachier-Lagrave de nieuwe wereldkampioen snelschaken, als opvolger van Magnus Carlsen, die “teveel punten liet liggen”. Het speeltempo was 3+2 (drie minuten plus twee seconden increment per zet), in mijn ogen niet het “echte”. Snelschaken. Lees de hele column in PDF.

Deze en andere columnisten van SV Promotie, schreven samen meer dan 1000 columns. U leest ze op onze site.