Zondag (17 juli) was Tim Krabbé te gast in het radioprogramma Sportzomer en hij werd een uur lang aan de tand gevoeld door interviewer Coen Verbraak. Altijd interessant om te luisteren naar en te lezen over Tim Krabbé. Tim, ‘gemaakt midden 1942 en geboren midden 1943’, is de twintig maanden oudere broer van Jeroen Krabbé, de bekende acteur en schilder.
Tim was voor zijn 30e een verdienstelijk schaker, hij behoorde tot de top 15 van ons land. Hij heeft veel gepubliceerd over schaken in diverse kranten en tijdschriften, hij heeft o.m. twee mooie boeken op zijn naam staan over schaakcuriosa en een bijzonder essay geschreven over de Babson-task. Hij componeerde schaakproblemen en hij heeft lange tijd, vanaf 1998, een zeer interessante schaaksite onderhouden met een breed scala aan schaakcuriosa, zijn dagboeken, zijn columns uit zeven jaar AD-Magazine en nog veel meer. Typisch Tim Krabbé! Voor zijn site klik hier.
Helaas (voor ons) is schaken bij hem op een lager plan gekomen, wielrennen heeft het bij hem gewonnen van schaken!
In 1992 zei hij tegen een journalist van Het Binnenhof:
‘Wielrennen is zonder enige twijfel de mooiste sport die ik ken, en schaken het mooiste spel.’
Schaken: de luie fauteuil voor het verstand
Aan het einde van het interview vraagt Coen aan de 73-jarige of hij goed is omgegaan met zijn tijd. Tim: ‘Ja en nee, ik heb veel tijd verspild aan schaken en gokken. De uren besteed aan schaken waren niet de best bestede uren in mijn leven, het was eigenlijk niet echt de moeite waard. In het algemeen zijn mensen veel bezig met dingen die niet echt de moeite waard zijn.’
Hij had natuurlijk graag wereldkampioen willen worden, zowel bij het schaken als bij het wielrennen, maar dat zat er allemaal niet in.
Lees meer >