Werkgroep Toekomst KNSB
Begin dit jaar heeft het KNSB bestuur besloten een werkgroep in te stellen die een discussiestuk moet maken over de toekomst van de KNSB. Dit discussiestuk moet de start worden van een brede discussie zoals gevraagd in de Bondsraad. In Schaakmagazine(feb. 2013) las ik n.a.v. de Extra Bondsraad van 9 februari:
‘De uitdagingen die de schaakwereld heeft betreffen niet alleen de teruglopende subsidies. Tijdens de Bondsraad stelde de HSB de vraag of de wijze waarop het schaken in Nederland georganiseerd is, nog wel geheel van deze tijd is. Voor het openen van een discussie daarover vond de Haagse Schaakbond steun bij de vergadering en bij het bestuur.’
Zie ook het artikel: Wij zijn uw dienaar!
Samenstelling van de Werkgroep Toekomst KNSB (WTK)
De leden van deze werkgroep zijn:
Eddy Schuyer (voorzitter KNSB)
Jacob de Boer, gepensioneerd, voorzitter Financiële Adviescommissie van de KNSB en bestuurslid van de Noord-Hollandse Schaakbond en lid van de Bondsraad.
Ruurd Kunnen, sportsocioloog en zelfstandig onderzoeker, voorzitter van de Haagse Schaakbond, lid van SV Promotie Zoetermeer en lid van de Bondsraad.
Hamilcar Knops, onderzoeker TU Delft en lid van SV Promotie Zoetermeer.
Koen Mühlradt, accountmanager NOC*NSF.
(Omdat Kunnen en De Boer zich in de Bondsraad sterk maakten voor een brede discussie over hervormingen zijn zij door de KNSB voorzitter uitgenodigd om in de werkgroep zitting te nemen.)
Eerdere publicaties en uitspraken
Op Schaaksite.nl zijn er de afgelopen jaren diverse publicaties geweest over de toekomst van de KNSB. Ook dit jaar nog een van de hand van Ruurd Kunnen, toen hij nog geen lid van de WTK was. Deze publicaties leidden soms tot goede en stevige discussies op onze site. In de Schaakmagazines van dit jaar zijn al enkele tipjes van de sluier opgelicht door leden van de werkgroep en schakers mogen zelf in het magazine ook een stuk laten plaatsen over hun visie op de toekomst. Nol van ‘t Riet uit Gouda gaf in het augustusnummer zijn visie over schaken in 2030.
Enkele uitspraken van de leden van de werkgroep:
Jacob Boer (uit het verslag van de Financiële Adviescommissie, januari 2013)
Wellicht ten overvloede spreekt de FAC haar zorgen uit over de ontwikkelingen in het subsidiebeleid die de ruimte voor talentontwikkeling lijken te marginaliseren. Hiermee wordt naar ons oordeel een aanslag gepleegd op de toekomst van het schaken in Nederland. Hoewel het niet de taak is van de FAC zich uit te spreken over het te voeren beleid, leeft er wel een besef van urgentie ten aanzien van een herbezinning op de opzet en organisatie van het schaken in Nederland.
Ruurd Kunnen in Schaakmagazine (apr. 2013)
‘Ik vind dat we naar een systeem moeten waarin recreatieschakers, wedstrijdschakers en topschakers een plaats krijgen. Deze drie groepen betalen nu bijvoorbeeld evenveel contributie terwijl ze verschillend gebruik maken van de diensten van de KNSB.’
‘Je zou een topsportsectie kunnen vormen die binnen bepaalde grenzen zelfstandig het Nederlands topschaken commercieel kan exploiteren. Voor topsport zal altijd externe financiering nodig zijn.’
Koen Mühlradt in Schaakmagazine (apr. 2013)
‘Als NOC*NSF denken we graag mee. Sportbonden zijn vrij traditioneel, maar deze tijd vraagt om vernieuwing. Wij gaan daarbij uit van de behoeften van een individuele sporter. Wat kun je voor hem doen, waar beleeft hij plezier aan? Het antwoord kan voor elke sport anders zijn.’
Hamilcar Knops/Ruurd Kunnen, mei 2011
‘Over de sport zijn Hamilcar en het CDA redelijk tevreden. Het sportaanbod is veelzijdig en veelkleurig en de overheid bemoeit zich er niet te veel mee. Er is een commerciële sportsector in opkomst, maar de traditionele sportverenigingen weten zich goed te handhaven. Toch liggen de gevaren van schaalvergroting, bureaucratisering, doelverschuiving en overheidsbemoeienis op de loer. Oppassen, is de boodschap.
Versterkt de schaakwereld het maatschappelijk middenveld? Wat is de kracht van de schaakwereld? De schaakbond en de verenigingen moeten alle zeilen bijzetten om het ledenaantal op een enigszins aanvaardbaar peil te houden. De KNSB slaagt er ternauwernood in elk jaar een Nederlands kampioenschap te organiseren. Er is een groot gebrek aan geld. De schaakwereld heeft steun van buiten nodig om het hoofd boven water te houden. Van de overheid en het NOC*NSF is weinig te verwachten. Dan blijft alleen de markt nog over.’
(In 2011 presenteerde het Wetenschappelijk Instituut van het CDA een rapport dat was samengesteld door Hamilcar Knops. Het rapport, ’Op zoek naar de kracht van de samenleving’, ging over maatschappelijke organisaties. De schaakbonden en schaakverenigingen zijn ook maatschappelijke organisaties en daarom wijdde Kunnen er een column aan.)
Mark v.d. Werf meldt in Schaakmagazine dat het belangrijk is te weten wat de maatschappelijke ontwikkelingen zijn en welke invloed die hebben op de bonden. De trend is individualisering en technologische ontwikkeling. Dat laatste is voor schaken heel relevant. We gaan over die ontwikkelingen nadenken, zowel financieel als organisatorisch. Hoe zal het schaken er over x jaar uitzien?
Onderaan dit artikel een overzicht van eerdere publicaties op Schaaksite.nl met veel reacties!
Jarenlange discussies
In de 21ste eeuw is er veel gediscussieerd over de toekomst van de KNSB. De archieven van het Bondsbureau liggen vol met documenten en rapporten hierover. Denk bij voorbeeld aan de discussies over de moderne schaakbond, differentiatie in lidmaatschappen, de relatie topsport – breedtesport, het schoolschaak, de organisatiestructuur, het pand in Haarlem, de samenwerking met andere denksporten, vrijwilligers vs. betaalde medewerkers, het bondsbureau, de organisatie van Nederlandse Kampioenschappen, selectiecriteria bij uitzendingen voor top en jeugd, Schaakmagazine, de opkomst van internet, subsidies, contributies en de financiële positie van de bond(en) etc. etc.
Het voortdurend dalend ledental (verenigingsleden) en het wegvallen van subsidies en sponsorgelden, landelijk, regionaal en lokaal, hebben de discussies verder op scherp gezet.
Discussiestuk
De vraag is of het KNSB bestuur inmiddels het discussiestuk al heeft vastgesteld (planning was na de zomer) en of het al snel openbaar gemaakt kan worden om de gewenste brede discussie te starten? Een bijna onmogelijke taak om zo’n stuk samen te stellen. Er zijn hoge verwachtingen gewekt en wie A zegt moet ook B zeggen. We nemen aan dat het bestuur helder zal aangeven op welke wijze het de brede discussies in het land wil gaan organiseren en welke communicatiemiddelen worden ingezet. Belangrijk wordt ook wie er aan de discussies willen deelnemen en of alle discussies openbaar zullen zijn?
Door een slimme communicatiestrategie te kiezen kan de discussie direct na vaststelling van het stuk starten en heeft men voor de Bondsraadvergadering van eind dit jaar een eerste inzicht in de reacties. We zijn dan al weer een jaar verder en het is niet ondenkbaar dat alles opnieuw aan de orde zal worden gesteld. Een vicieuze cirkel, herhaling van zetten is schakers niet vreemd. Door een goede presentatie op de website(s) en door een extra Schaakmagazine uit te geven kan het discussiestuk uitgebreid worden toegelicht en besproken.
Na afronding van de brede discussie moet er worden besloten en moeten er concrete voorstellen worden uitgewerkt en goedgekeurd waarna pas invoering kan plaatsvinden. ‘De KNSB wil hieraan geen termijn verbinden, het is een discussie waarvoor je voldoende tijd moet nemen’, aldus Mark v.d. Werf in Schaakmagazine.
Recreatielidmaatschap?
Een voorbeeld van jarenlange discussies in de Bondsraad is het recreatielidmaatschap als onderdeel van differentiatie lidmaatschappen. Begin dit jaar gaf het KNSB bestuur ruimte voor een proefproject. De regionale bond die zich hiervoor het sterkst had gemaakt moest het proefproject teruggeven omdat er onvoldoende draagvlak bleek bij de achterban. Andere regionale bonden hebben deze uitdaging (nog) niet opgepakt en het onderwerp zal ongetwijfeld in het discussiestuk weer aan de orde komen.
(In de Bondsraadvergadering van februari was ook besloten een werkgroep ‘Differentiatie lidmaatschappen’ in te stellen. Hiervoor is tot nu toe weinig interesse.)
Jarenlang grote onzekerheid?
Bij het huidige tempo is het realistisch te veronderstellen dat dit proces jaren en jaren in beslag zal nemen!?
Begin volgend jaar moet er al worden gestart met de voorbereiding van het meerjarenbeleidplan annex begroting 2015-2018 en de vraag is hoe dit plan zich dan zal verhouden tot de stand van de lopende discussies. In 2016 komt de nieuwe sportnota 2020 aan de orde bij NOC*NSF en daarmee de verdeling van de Lottogelden. Het KNSB bestuur hoopt stilletjes dat NOC*NSF terugkomt op haar schreden m.b.t. de verdeling van Lottogelden. En nieuwe risico’s dienen zich al weer aan.
Een lange periode van grote onzekerheid lijkt aanstaande en wat zal dit betekenen voor het ledental? Ieder bedrijf weet wat het betekent als tijdens de verbouwing de winkel open moet blijven.
Door de code goed sportbestuur zullen naar verwachting een aantal bestuurs- en bondsraadleden de afronding van dit proces niet meer meemaken omdat ze niet meer herkozen mogen worden. Dit zal ook zo zijn eigen dynamiek krijgen.
Een belangrijke vraag is ook of de schaakbond voldoende menskracht heeft om zo’n moeilijk proces tot een goed einde te brengen temeer omdat dit niet het enige dossier is dat op tafel ligt. Als je start met zo’n brede discussie moet je het ook goed doen en veel tijd en energie investeren in dit proces!
De landelijke overheid en de gemeenten moeten ook de komende jaren (fors) bezuinigen door de lasten te verhogen voor burgers en bedrijven en de subsidies te verlagen of af te schaffen. Onze bonden, verenigingen en leden zullen hierdoor (fors) worden getroffen.
NOC*NSF moet in 2013 al bezuinigen op de topsportbudgetten vanwege lagere Lottogelden en ook voor 2014 rekent men met een verdere verlaging. Ook de sponsorinkomsten zijn minder.
NOC*NSF maakt zich ook grote zorgen over de voorgenomen liberalisatie van de online gokmarkt. Dit kan grote en ongewenste effecten hebben voor alle sportbonden, en niet alleen in Nederland. André Bolhuis (voorzitter NOC*NSF) en Richard Krajicek voeren fel actie tegen deze ontwikkelingen terwijl oud-staatsecretaris Robin Linschoten een groot voorstander is van liberalisatie. Bolhuis voorziet bij liberalisatie aanzienlijk lagere bijdragen uit de Lotto! (
Voor het discussiestuk: kan de KNSB bestaan zonder subsidies en sponsorgelden?)
Paradox?
Enerzijds worden de verenigingen blijvend geconfronteerd met sterk stijgende lasten m.n. de huren van de speellocaties en nog steeds dalende ledentallen en anderzijds veroorloven wij ons een brede hervormingsdiscussie die mogelijk jaren gaat duren. Het KNSB bestuur had eerder aangegeven geen grote veranderingen te willen en ook geen grote (financiële) risico’s te willen aangaan, dus de marges lijken smal. Klinkt dit niet enigszins paradoxaal? Het lijkt wel op politiek Den Haag!
Stijging van het ledental?
Maar we moeten ook niet te veel somberen want na regen komt er weer zonneschijn. Een lichtpuntje zou kunnen zijn als het KNSB bestuur eind dit jaar bij de presentatie van de begroting 2014 kan melden dat het aantal verenigingsleden met 10% -15% is toegenomen als gevolg van de genomen beleidsmaatregelen m.b.t. ‘zwarte leden’ begin 2013. Hierover is ook jarenlang gediscussieerd in de Bondsraad en het bestuur heeft steeds gezegd dat uit onderzoek is gebleken dat er 10% – 15% ‘zwarte leden’ zouden zijn op ons bestand van ca. 17.000 verenigingsleden. Het uur van de waarheid nadert.
Het ei van Columbus?
Ik wacht de inhoud van het discussiestuk met meer dan gewone belangstelling af, misschien vindt men het ei van Columbus of moet men concluderen dat de klassieke schaakorganisatie de laatste levensfase is ingegaan, die overigens best nog wel lang kan duren.
Schaaksite.nl
Op Schaaksite.nl is veel ervaring opgedaan met lezers die reageren op artikelen. Kijk maar eens naar onderstaande artikelen en de reacties hierop. Schaaksite.nl kan de brede discussie prima faciliteren.
Wordt vervolgd.
Eerdere publicaties op Schaaksite.nl :
De kracht van de schaakwereld, Ruurd Kunnen, mei 2011
Naar een Deltaplan voor het schoolschaak, september 2011
Verliest de KNSB Topsportbijdrage van NOC*NSF , januari 2012
KNSB Quo Vadis? Loopt de KNSB zelf mat? , februari 2012
Reactie op overlevingsstrategie KNSB, Jan Sijbesma, februari 2012
Op de barricaden!, december 2012
Subsidiepieten slaan KNSB over, december 2012
Hervormen, Ruurd Kunnen, januari 2013
Feitelijke correctie: Ruurd Kunnen is geen voorzitter van de HSB (meer). Voor het overige hoop ik dat de KNSB (en dringender nog: de OSBO) nog bestaat op het moment dat het discussiestuk af is. Ik twijfel niet aan de goede bedoelingen van de betrokkenen, maar de roep om een strategie voor het schaken in Nederland heeft de laatste jaren al zo vaak geklonken; het duurt allemaal wel lang zo. Inmiddels zou enige actie (van bezuinigen tot een fantastisch marketingplan, het kan allemaal) op zijn plaats zijn geweest, want momenteel lijkt helaas ook een slechte actie beter dan geen actie.
JRV
Bij het instellen van de Werkgroep was Ruurd volgens mij nog voorzitter?
TK
Ja, maar nu niet meer 🙂
Ik verwacht helaas weinig van deze werkgroep. In de genoemde citaten lees ik vooral veel open deuren, een duidelijke visie is afwezig.
En dat is nu juist wat we nodig hebben. Een werkgroep (of een persoon) die niet eindeloos onnodige discussies gaat voeren. Neen, wat wij nodig hebben is iemand die opstaat, een visie heeft op de toekomst van de KNSB, en in staat is de schakers van Nederland daar warm voor te maken.
In de werkgroep zie ik naast KNSB-voorzitter Schuyer, een tweetal belegen bestuurders, een clubgenoot van één van die bestuurders, en een NOC*NSF account-manager. Waarom is in deze werkgroep geen ruimte voor jonge mensen met een visie? Wie stelt dit soort groepen samen?