Fishpartners!
In de afgelopen zomer heb ik een tijdje gedacht dat we dit seizoen als een soort farewell-tour door de meesterklasse mochten beschouwen. Een paar sponsors stopten ermee en daarnaast kregen we personele problemen. Peng wilde stoppen, Jan Smeets is nu zelfs geen reserve meer. Rick Lahaye keerde terug naar Spijkenisse nu dat team dankzij het terugtreden van SISSA een klasse hoger speelt. Die terugtreding leverde Het witte paard Sas van Gent ook een onverwachte promotie op en ja hoor, onze stabiele puntenpakker, de man die nooit uit vorm was, de Russische Zeeuw Slava Ikonnikov zocht het dichter bij huis. Benjamin Bok tenslotte is naar de States vertrokken om daar te gaan studeren. Ziedaar onze aderlating!
Daar stond de komst van Lucas van Foreest tegenover, maar als er verder geen geldbron aangeboord kon worden zou het een zwaar seizoen worden. Dikke kans op degradatie.
Lees meer >
Het waren pittige discussies eind jaren ’80 op de algemene ledenvergadering van En Passant. Een lid, Peter Frans Koelewijn, liefhebber van schaakcomputers, stelde voor om zijn computer mee te laten doen in de interne competitie. Het voorstel werd resoluut weggestemd. Maar Peter Frans (hierna, voor mijn gemak: PF) gaf het niet op en diende een jaar later weer een voorstel in. Nog beter onderbouwd. Als er een oneven aantal spelers zou zijn werd de computer niet ingedeeld en als spelers echt niet tegen dat ding willen spelen worden ze er niet tegen ingedeeld.
Het zit er weer op. De kaarten in de Meesterklasse zijn geschud en enigszins verrassend nemen we afscheid van de club die het langst van allemaal op het hoogste niveau aanwezig was, zelfs een tijdje met twee teams: Pathena Rotterdam. Toen ik als schooljochie het schaken begon te volgen was ik voor Volmac Rotterdam, want daar zaten mijn favorieten Kortchnoi en Timman aan de borden. En met die overdaad werden ze ook bijna altijd kampioen in die jaren.
Wederom gaan we op Hemelvaartsdag geen bekerwedstrijden spelen. En dat terwijl we wel een kans hadden tegen die mannen van Muconsult Apeldoorn.
Ineens zat ik op Mallorca te schaken afgelopen week. Nu ja, ineens, het was natuurlijk een maandje geleden al bekokstoofd. Wat was het geval? Ik kampte met nogal wat onbenutte verlofuren van vorig jaar. Die moeten op, want uit laten betalen, daar profiteert mijn baas me net iets teveel van. Dat er zoveel uren over waren had onder andere te maken met het feit dat ik het afgelopen najaar geen toernooi heb gespeeld.
“Vereer naast mij geen andere goden”. Het werd er al vroeg in gestampt in Bunschoten. Op school en in de kerk. Als we daar niet mee bezig waren deden we iets onschuldigs als voetballen of schaken. Nou ja, onschuldig? Op zekere dag leerden we dat er een godin van het schaakspel is: Caïssa! Kan dat dan wel? Met zoveel fanatisme dat spelletje doen omdat je altijd wilt winnen. Ben je dan in zekere zin geen andere god aan het vereren?
De Bundesliga. Vroeger keek ik er vaak naar, Zaterdags om 18:00 uur op een van de Duitse zenders. Wat me er vooral van is bijgebleven is dat er toen, in de jaren ’80, altijd van die lelijke spitsen rondliepen. Dieter Hoeness bij Bayern München en Rudi Völler bij Werder Bremen bijvoorbeeld. Het meest tot de verbeelding sprak echter Horst Hrubesch, de spits van HSV uit Hamburg. Waar wij in Nederland gewend raakten aan sierlijke spitsen zoals Marco van Basten,
