De titel van bovenstaand liedje is afkomstig van Gerard Cox (85) die dat zong in 1973 en waarvan de afgelopen week bekend werd dat hij ongeneeslijk ziek is. Gelukkig voor hem heeft dat liedje eeuwigheidswaarde, want als dan de hittegolf net weer achter de rug is, is de bouwvakvakantie ook ten einde en beginnen in het zuiden de scholen weer.

Een van de markten in het prachtige, zonovergoten Brugge (foto Herman Grooten)
Net terug uit het Belgische Brugge ben ik wat aan recupereren van alle vermoeienissen in dit sympathieke toernooi. Toernooidirecteur Tom Piceu en zijn uitgebreide staf van vrijwilligers hebben een prachtig toernooi met zo’n 400 deelnemers neergezet en tot een goed einde gebracht. Er werd veel aan gedaan om het de deelnemers naar de zin te maken in een goede, ontspannen sfeer waarin ook plaats was voor een hapje en een drankje tegen zeer schappelijke prijzen. Door de klimaatcrisis (Trump, luister je mee?) sloeg de hitte ongenadig toe in het Sint Lodewijks College. Daarom waren de ramen van een groot lokaal, grenzend aan een plein waar een groot schaakspel was gehuisvest, open gezet. De gang vlak aan de raamkant werd goed gebruikt door mensen die net een versnapering aan de overkant van het plein hadden gehaald en daar luid discussiërend langsliepen. Als je daar aan de andere kant van de muur zit te schaken, wordt het misschien duidelijk dat dit voor geluidoverlast zorgde. De topborden, met in het midden een rij met liveborden, keken soms verschrikt op. De wedstrijdleiding deed er de dagen na de eerste ronde van alles aan om deze storende factor onder de duim te krijgen, maar het is natuurlijk onmogelijk om spelende kinderen, verstrooide schakers die de bordjes met “Stilte a.u.b.” of iets dergelijks niet zagen, telkens tot rust te manen. Des te grappiger was het moment dat de hoogste ratinghouder, grootmeester Mikhail Gurevich, er op een gegeven moment helemaal genoeg van had. Hij liep naar het raam, boog zijn hoofd naar buiten, en riep heel luid – naar verluidt – in het Russisch enkele krachttermen en scheldwoorden naar de mensen die zich er niet van bewust waren dat hun stemmen tot achter in de zaal doorklonken. Dat hielp! Ze schrokken zich een hoedje om zo’n grote boze man met een kaal hoofd, dat ze zich snel uit de voeten maakten… Maar wat doe je als wedstrijdleider aan de situatie dat twee Chinese kinderen met elkaar (in hun moerstaal) met het grote schaakbord aan het spelen zijn en elkaar op luide toon duidelijk maken dat ze allebei aan het winnen zijn (dat heb ik er gemakshalve van gemaakt, maar mijn Chinees is nog zo goed…).
Lees meer >