Boekenrubriek

Kleine stappen naar grote verbetering met Sam Shankland

Foto: Frans Peeters

Er wordt vaak gezegd dat pionnen de ziel van het schaken zijn (Philidor). Als wij deze metafoor doortrekken, dan noem ik hierbij het boek van Sam Shankland een spiritueel boek, dat je schaakziel voedt en verbreedt. Het boek draait vooral om één hoofdthema, namelijk dat pionnen alleen maar vooruit kunnen, ze kunnen niet terug. Dit is uniek aan pionnen: wanneer je een willekeurig ander stuk op een verkeerd veld zet, en je realiseert je dat, dan kun je het altijd terugzetten. Daarom zijn de beslissingen over waar je je pionnen positioneert, wanneer je ze naar voren zet, en wanneer je een andere pion slaat, erg belangrijk. Deze beslissingen worden vaak onderschat of soms zelfs als onbelangrijk gezien. Een pion die verloren gaat door zo’n verkeerde beslissing kan echter vaak het verschil maken. Shankland begint dan ook met het uitleggen van deze gewichtigheid. Hij laat dit zien door middel van een partij van eigen hand:

Lees meer >

De zijdelingse invasie op Sicilië

Boekrecensie van Ravi Haria’s The Modernized Anti-Sicilians. Vol. 1: Rossolimo Variation

Geschiedenisstudent Ravi Haria (geb. 1999) getuigt in The Modernized Anti-Sicilians van zijn jongvolwassenheid en deelt een steekhoudend repertoire met het publiek. Daarbij ontwijkt de Britse meester handig de valkuilen die elk openingsboek voor diens schrijver opwerpt: compleetheidswaan en schrijven zonder publiek.

 

Zelfs de grootste namen in het schaken hebben zich aan de antisicilianen gewaagd. Daarbij is de loperzet 3.Lb5 zowel tegen de Klassieke als de Najdorf-variant van het Siciliaans een veelgeziene methode om zwart in zijn droom van een dynamische partij te hinderen. Als bij een agressietraining probeert de witspeler, tot frustratie van de tegenpartij, elke agressieve neiging in de kiem te smoren. Met therapeutische tact legt de witpartij middels flexibel manoeuvrerende stukken elke woedeaanval van haar patiënt lam: uitbarsting leidt tot vernedering, tamheid tot bedaren van de strijdvaardige wil. Kortom, wit heeft op de aanvallende zwartspeler psychologisch overwicht. Waar het steeds om te doen is, zegt Haria, is het ‘eindeloos stellen van praktische problemen’.

 

Wie dacht dat je met het mijden van het Open Siciliaans voorbereidingstijd zou besparen, komt van een koude kermis thuis. De loper uitspelen en met de armen over elkaar onderuitzakken, denkende dat de tegenpartij zich nu wel beduusd zal voelen, is niet aan te raden. Om de zwartpartij te temmen, hen steeds een stap voor te zijn, moet men zich de meest subtiele voortzettingen eigen maken. De circusartiest die haar tijger voor een moment van diens natuurlijke dominantie laat ruiken, wordt verscheurd en verslonden. Men behoede zich dan ook te vervallen in de ‘logica van de eenvoud’. De flexibiliteit, verkregen door van de gebaande paden af te wijken, zal niet afdoende zijn om zonder voorbereiding een leuke partij te spelen.

Volgens Ravi Haria duikelt men hier nietsvermoedend in de ‘luiheidsval’. We leven in een tijd waarin supercomputers een zekere weg naar voordeel voorkauwen, waarbij databases het bestaan van deze of gene variant uitwijzen en het gemakkelijk maken om goed voorbereid aan de toernooitafel te verschijnen. Het zal met onze tegenstanders, de Siciliaan-exponenten, niet anders zijn.

Lees meer >

Davorin Kuljasevic – How to study chess on your own: creating a plan that works…and sticking to it

Als jonge schaker kreeg ik het boekje Schaken als vak (Het Spectrum 1976) van Hans Bouwmeester in handen. Hij bood een uitgebreid schema aan waardoor je openingen systematisch kon bestuderen. Elke dag een stukje nieuwe theorie en dan in een afwisselend ritme de stof van de eerdere dagen herhalen. Ik begon vol goede moed, maar hield het maar twee weken vol. Dat lag niet aan Bouwmeester, maar aan mezelf: het is bijzonder lastig om systematisch het schaakspel te bestuderen.

Lees meer >

Planinc, Vidmar en de psychologie

Albin Planinc was In de jaren zeventig een beruchte Sloveense speler, die met gedurfd, fantasierijk en zeer agressief aanvalsspel successen boekte. ( “Michail Tal on steroids”) Ook in Nederland in de jaren 1973-1974. Waar Fischer en Steinitz “slechts” 64 werden, bereikte hij de voor schakers perfecte leeftijd van 64 jaar, 8 maanden en 2 dagen. Immers, 64 = 82  .

Hij was amateurspeler met als hoofdberoep metaalbewerker in een fietsenfabriek, had nauwelijks opleiding, psychische problemen, altijd bij zijn moeder gewoond, beiden uiteindelijk in dezelfde psychiatrische inrichting terecht gekomen. Weinig persoonlijks van hem verder bekend, Ree heeft in New in Chess over hem geschreven (down Planinc’s path) en er is een interview met hem door Lodewijk Prins. Maar in de jaren ’70 grote triomfen. U wordt sterk aangeraden om de top-10 partijen, vermeld op

www.chessgames.com/perl/chessplayer?pid=17987

eens na te spelen. Allemaal kunststukjes. Onwaarschijnlijke stellingen, voortkomend uit ongeremde aanvalsdrift. Eventueel nog aangevuld met een partij waarin Jan Hein Donner overtuigend werd afgedroogd: www.chessgames.com/perl/chessgame?gid=1297109.

Lees meer >

Recensies van vier verschillende boeken

De afgelopen tijd werd ik weer eens bedolven onder vele schaakboeken van verschillende uitgeverijen en daarom lijkt het mij een mooi moment om deze boeken eens door te nemen en op kernachtige wijze weer te geven hoe deze boeken zijn opgebouwd. Daarbij laat ik uiteraard niet na om een ‘kijkje in de keuken’ van de auteur te geven waarin ook een beetje duidelijk wordt hoe het boek inhoudelijk vorm is gegeven.

Het gaat om de volgende vier boeken:

The Life and Games of Vasily Smyslov 1 Marvelous Modern Miniatures The Fully-Fledged French Desert Island Chess Puzzle Omnibus
Andrey Terekhov Carsten Hansen Viktor Moskalenko So, Adams, Nunn & Burgess


The Life and Games of Vasily Smyslov Volume 1 (The Early Years 1921-1948) – Andrey Terekhov

Omdat de naam van de auteur, Andrey Terkhov, mij niets zei, heb ik even opgezocht met wie ik te maken heb. Hij blijkt vorig jaar een interview te hebben gegeven in de inmiddels fameuze podcast van Ben Johnson, waarin de nodige achtergronden van dit boek worden besproken:

www.perpetualchesspod.com/new-blog/2020/12/29/episode-208-fm-andrey-terekhov

Eigenlijk kunnen we beter spreken van een project want deze Russische Fide-meester is bezig om de complete geschiedenis van Smyslov in kaart te brengen. Dit boek geeft inzage in de voormalige Sovjet-tijd, mede omdat Terkhov toegang had tot zeldzaam archiefmateriaal en ook de beschikking kreeg over unieke foto’s. Naast de beschrijving van het leven van deze wereldkampioen, geeft hij in elk hoofdstuk een aantal zeer zwaar geanalyseerde partijen. Bij elke partij geeft hij ook een verhaal in welke context die partij gespeeld wordt en hij laat niet na zijn bronnen te geven, waar hij de analyses vandaan haalt. De hoofdstukindeling van dit eerste deel ziet er zo uit:

Lees meer >

Recensie: Defensive Tools – A tournament player’s manual

Inleiding

“Openingen bestuderen, tactieken opfrissen, een beetje eindspel studie en betere stellingen ook daadwerkelijk leren afmaken!” Zo ziet het prioriteitenlijstje van een actieve toernooischaker (of een coach die zijn pupil traint) er vaak uit. Goed leren verdedigen is minder populair. Gek eigenlijk, want een groot deel van de partijen ben je als schaker aan de verdedigende hand. Een goede verdedigende bekwaamheid is dan ook essentieel om een hoger niveau te bereiken.

 

De auteurs van ‘Defensive Tools – a tournament player’s manual’ zien bovenstaande hiërarchie ook terug in de moderne schaakliteratuur: “of the non-opening subjects, defence is easily the one that has been the least discussed in available chess literature’. Met deze observatie werd hun idee geboren om over dit structureel onderbelichte thema een boek te schrijven. Naast het verrijken van de literatuur is het doel van het boek tweeledig. Als eerste wordt de actieve toernooischaker een aantal belangrijke ‘tools’ aangereikt. De grondige bestudering en het juiste gebruik ervan kunnen in de toekomst zorgen voor het voorkomen van vermijdbare verliespartijen. Tevens biedt het boek trainers een systematische uiteenzetting van belangrijke onderdelen van het begrip ‘verdedigen’.

We weten dat onder invloed van de engine het algemene niveau van schakers en zeker hun defensieve vaardigheden omhoog zijn gegaan. Ook is de ‘0.00’ niet meer weg te denken uit ons schaakbrein. Tegelijkertijd gaan de eindeloze geforceerde varianten waarmee de computer ons naar een ‘gelijke stelling’ leidt menig schaker de pet te boven. Dit boek is daarom een waardevolle toevoeging in het arsenaal van de actieve toernooi/clubschaker. Een handreiking waar we wat mee kunnen (ook coaches), indien de verwachtingen van de lezer bij het kopen van het boek de juiste zijn. Maar daarover volgt meer in het eindoordeel…

Lees meer >

Boekrecensie – TCA Volume 2: From Tactics to Strategy Winning Knowledge!

Deze recensie gaat over het tweede deel van de Thinkers’ Chess Academy. Uiteraard het vervolg op Volume 1 terwijl een derde deel ophanden is. De reeks is van de hand van de Duitse GM Thomas Luther (1969). Luther is voormalig top-100 speler en een uitstekend trainer. Tijdens naspeuring over Luther las ik dat hij een goed Interpolistoernooi had in 1994. Toevallig ben ik in het bezit van alle Interpolis-toernooiboeken en ik kon het niet nalaten om eens wat nader te kijken.

Lees meer >

Recensie: 1.e4! The Chess Bible – Justin Tan

Inleiding

Justin Tan (*1997) is een Australische grootmeester. 1.e4! The Chess Bible is zijn eerste schaakboek, maar eerder publiceerde hij al op Chess Publishing. In zijn boek behandelt Tan de varianten die minder vaak tegen 1.e4 gespeeld worden, maar waartegen niettemin een solide openingsrepertoire onontbeerlijk is, namelijk:

  1. Aljechin (1… Pf6)
  2. Nimzowitch (1… Pc6)
  3. Scandinavisch (1… d5)
  4. Pirc en Moderne systemen (1… d6 gevolgd door 2… g6)
  5. Philidor (1… d6 gevolgd door 2… e5)

Opbouw

In zijn voorwoord verwerpt Tan het idee dat wit vanaf het begin recht heeft op een openingsvoordeel en dat zwart degene is die voor een gelijke stelling zou moeten vechten. Dat neemt echter niet weg dat wit het zou moeten proberen, waarbij volgens Tan 1.e4 de beste mogelijkheid is. Hij raadt daarbij ook de scherpere varianten aan, want een agressieve benadering stelt zwart voor de meeste problemen. Dit type spel zal niet iedereen bevallen, maar aan de andere kant, wie een afkeer van tactiek heeft, zou überhaupt geen 1.e4 spelen.

Ook besteedt Tan – in tegenstelling tot vele andere schaakboeken – een deel aan de uitleg van zijn onderzoeksmethode. Zo analyseert hij altijd eerst partijen die door mensen gespeeld zijn, om daarna pas de engine(s) erbij te betrekken. Hij legt vervolgens uit dat hij bestaande schaakliteratuur kritisch benadert, hoewel later nergens in het boek hiernaar een verwijzing gemaakt wordt.

Elk van de vijf delen waarin het boek is onderverdeeld begint met een overzicht van de belangrijkste ideeën en concepten. De nadruk ligt daarbij op algemene principes en plannen waarnaar beide spelers streven en niet op zetvolgorde. Als laatste wordt de opbouw van de hoofdstukken uitgelegd. De hoofdstukken zelf behandelen de belangrijkste (zij-)varianten en elk sub-hoofdstuk wordt afgesloten met een modelpartij. Door deze verfijnde benadering, die we ook van de boeken van Herman Grooten gewend zijn, blijft er zowel aandacht voor de grote lijnen in de vorm van overzicht en concepten, als specifieke zetvolgordes en concrete varianten. Het verschil is echter dat Tan de varianten niet vanuit het perspectief van zwart behandelt, maar zijn publiek een kant-en-klaar repertoire voor wit aanbiedt.

Lees meer >

Boeken te koop

Het Max Euwe Centrum heeft een groot aantal schaakboeken over het middenspel en de opening in de aanbieding.

Kijk op onze website om de hele lijst, de prijzen en de bestelmethode te zien!

maxeuwe.nl/boeken-te-koop-books-for-sale/

Street Smart Chess

Axel Smith schreef al diverse boeken, denk daarbij aan ‘Pump up your rating’ en ‘The Woodpecker Method’. De rode draad in zijn werk is hoe je snel betere resultaten leert scoren.

Ook in zijn nieuwste boek ‘Street Smart Chess’ doet hij een zeer geslaagde poging om de lezer te laten zien hoe die meer punten kan scoren. Het boek geeft antwoord op vragen, zoals:

Wanneer is het zinvol om vol op winst te spelen? Of is het beter om de veiligheid op te zoeken en op remise aan te sturen? En, wellicht de belangrijkste vraag: hoe pas je je speelstijl aan het gewenste resultaat aan?

Lees meer >