Boekenrubriek

Recensie: Boek van Jeroen Bosch over openingsvoorbereiding is tuin der lusten

De nieuwe van IM Jeroen Bosch, How to Out-Prepare Your Opponent (2022), zal het op de schaakboekenmarkt goed doen. Schakers zijn al eindeloos gefascineerd door de strijd om het openingsvoordeel, maar de omslag is ook een feest voor de ogen (zie onderaan). Voor de boekenworm is het dan weer fijn dat er achterin een uitgebreide index met spelersnamen en openingen is opgenomen, met een uitgebreide literatuurlijst. En had ik al gezegd dat niemand minder dan Anish Giri het voorwoord schreef?

Lees meer >

Boekrecensie: The Lubyanka Gambit

Een lange periode van onderdrukking, daar gaat dit boek over. Een periode van stalinisme en de impact daarvan op de schaakwereld. Bekijk de recensie in de video hieronder, en leer meer over het boek. Daarnaast zitten er ook schaakfragmenten in, uiteraard uit het boek.

 

Boekrecensie ( met schaakfragmenten) | The Lubyanka Gambit – YouTube

Lees meer >

Recensie: Fischer – Spassky 1972: Match of the Century Revisited

Tibor Károlyi (*1961) is een Hongaarse internationaal meester, auteur en schaaktrainer, die onder andere Peter Leko en Judit Polgar tot zijn oud-leerlingen mag rekenen.

De aanleiding tot het schrijven van het boek vormt, zoals de auteur zegt in het voorwoord, het 50-jarig jubileum van de beroemde WK-match tussen Bobby Fischer en Boris Spassky die in 1972 werd gespeeld op IJsland. Geen enkel wereldkampioenschap schaken heeft ooit zo veel media-aandacht gekregen en het is de vraag of dat ooit overtroffen gaat worden, aangezien dit evenement zich voltrok in de context van de Koude Oorlog, waarbij Fischer voor de Verenigde Staten uitkwam en Spassky voor de Sovjet-Unie. De enorme hoeveelheid berichtgeving vanuit verschillende perspectieven heeft ertoe geleid dat bronnen elkaar regelmatig tegenspreken, wat het schrijven van het boek des te uitdagender en interessanter heeft gemaakt.

 

Dit jaar markeert tevens het zesde lustrum van de revanchematch van 1992 tussen beide spelers, waaraan ongeveer een derde van de inhoud van het boek aan is gewijd. Dit maakt de titel van het boek enigszins misleidend omdat deze tweede match symbolisch van aard was terwijl de spelers in 1972 daadwerkelijk om de wereldtitel streden. De auteur erkent dat het niet zijn plan was om te veel aandacht te besteden aan de revanchematch, maar vanwege de belangstelling die deze partijen wekten alsook het belang van Fischers terugkeer na een pauze van twintig jaar leidde ertoe dat ook de tweede match een volwaardige plek heeft gekregen naast de daadwerkelijke match van de eeuw.

 

Opbouw

Het boek bestaat uit drie delen, die elk in meerdere hoofdstukken zijn onderverdeeld. Het eerste deel, World Championship Preparation, behandelt de voorbereidingen van beide spelers en de prelude tot de eerste match. Het middelste en grootste deel, The Match of the Century, behandelt het wereldkampioenschap van 1972 en het laatste deel, The Rematch, gaat over de revanchematch van 1992. Beide delen die over de matches gaan hebben elk een inleiding en een epiloog, en per hoofdstuk worden steeds enkele partijen behandeld.

 

Fragment

Hoewel alle partijen al uitgebreid geanalyseerd zijn, slaagt de auteur er toch in om nieuwe inzichten te bieden. Een voorbeeld is de volgende woelige stelling uit de dertiende partij van de eerste match, waarin het feit dat de beste schakers van dat moment zo veel onnauwkeurigheden maakten wel aangeeft wel aan hoe complex de partij is. In het eindspel heeft Fischer, ondanks de ongelijke lopers, uitstekende winstkansen gekregen omdat de vrije a-pion veel sterker is dan de witte d-pion.

 

Lees meer >

Boekrecensie: The Passed Pawn – Power of the Passer

Inleiding

Mijn tiende recensie behandelt het boek: The Passed Pawn – Power of the Passer van Efstratios Grivas (1966). Zie voor de introductie van Grivas in mijn vorige recensie want die gaat ook over een boek van hem. Wat wel het weten waard is, is dat Grivas dit boek opdraagt aan zijn beste vriend ooit, FM Antonios Vragoteris (1964-2021), die in de zomer van 2021 overleden is. Dit is Grivas’ eerste boek dat hij na de dood van zijn vriend heeft kunnen schrijven. Ook dit boek van Grivas heb ik van kaft tot kaft gelezen. Alle 103 partijen met alle analyses zijn in huize De Hert op het bord gekomen!

Opbouw

Een voor mij heel bijzondere opbouw. Ik ging er voetstoots vanuit dat alle voorbeelden over het eindspel zouden zijn. Wat heb je toch aan een vrijpion in het middenspel? Nou, dat blijkt wel degelijk van belang en Efstratios besteedt dan ook het eerste deel van zijn boek aan wat hij noemt de Middlegame Handling, de eerste 81 bladzijden. Daar ga ik expres niets over zeggen! Ik vermoed dat u net zo nieuwsgierig bent als ik en ik ga niet de krenten uit de pap pikken; koopt u daarvoor toch zelf dit prachtige boek! Over het tweede deel, uiteraard: Endgame Handling, wil ik wel een en ander zeggen. Mij is altijd geleerd: de kandidaat-vrijpion voorop. Laten we zeggen: wit heeft pionnen op a4 en b4, zwart heeft een pion op a6. Beginnen met 1.b5, dan wordt er geruild, 1…axb5 2.axb5, en dan ben ik blij. Nee dus, niet altijd! Dit is voor iemand van mijn niveau erg leerzaam! Het voorbeeld komt uit een van Grivas’ eigen partijen. Zoals in mijn vorige recensie te lezen valt, meent Grivas dat er bij het schrijven van een boek, eigen materiaal getoond moet worden. Tussen haakjes: dit boek telt 24 partijen (van de 103) van Grivas zelf. Terug naar die 1.b5-zet, deze komt uit partij 49: Grivas – Panagopoulos (Athene 1981). En juist nu wint: 1.a5! Deze techniek is die van de verborgen vrijpion. Waarom is dit dan geen schaaktechnisch fragment? Nee, voor het schaaktechnisch fragment wil ik putten uit hoofdstuk 11 over de verbonden vrijpionnen. Dat is me toch een zootje ongeregeld, de meest fantastische partijen. Een van die partijen is Timofeev – Khismatullin (Moskou 2009). Daar zie je vier vrijpionnen op een rij opboksen tegen twee torens, oké wit heeft er een paard bij, maar toch. Toch is ook dit niet mijn schaaktechnisch fragment. Daarvoor wil ik graag een duik nemen in de tijd. De partij voor het schaaktechnisch fragment is die van McDonnell tegen De Labourdonnais (Londen 1834). Over vrijpionnen gesproken!

Lees meer >

Recensie: The Passed Pawn – Power of the Passer

Het bezit van een vrijpion is vaak een belangrijk voordeel. Men spreekt van een vrijpion wanneer de pion op zijn pad naar promotie geen andere pion tegenkomt. Het bezit van een vrijpion en de mogelijkheid om hier maximaal gebruik van te maken is een strategisch element dat vaak de uitkomst van een partij bepaalt.

Daar is natuurlijk geen speld tussen te krijgen. Maar hoe je zo’n vrijpion maximaal tot zijn recht laat komen is toch niet altijd eenvoudig. Daarover gaat dit boeiende boek. Het boek bestaat uit 2 delen, behandeling van de vrijpion in respectievelijk in het midden- en eindspel.

Deel 1 – Behandeling van de vrijpion in het middenspel

Dit deel is opgesplitst in 3 hoofdstukken:

  1. De actieve vrijpion
  2. De blokkade
  3. Tegenspel

Het zijn zonder uitzondering boeiende partijen en ook niet altijd even eenvoudige voorbeelden. Grivas leidt, trainer als hij is, elk hoofdstuk in met uitleg en een aantal nuttige tips die betrekking hebben op het onderwerp in het betreffende hoofdstuk. Bij de blokkade besteedt de auteur uiteraard ook voldoende aandacht aan Nimzowitsch. Kortom: zeker de moeite waard.

Lees meer >

Schatkamer voor liefhebbers van eindspelen

Het lijkt er op dat schaakboeken steeds dikker worden. Ik veronderstelde dat het toernooiboek van Tata Steel 2021 wel zo’n beetje het maximum is van wat je in een boek kunt stoppen. Maar dat blijkt een vergissing. ‘A Matter of Endgame Technique’ van de gerenommeerde trainer en auteur Jacob Aagaard spant de kroon met maar liefst 896 pagina’s en een gewicht van 1,8 kilogram!

Als dat meteen de reden is om te denken: “hier stop ik, dat is veel te veel voor me” dan adviseer ik je om toch even verder te lezen. Aagaard zegt over zijn boek:

“Het zijn eigenlijk 5 of 6 boeken in één” en even verderop in de inleiding: “Je hoeft niet alles te lezen.”

Daar is niets te veel mee gezegd. Reden dus om uitgebreid aandacht aan dit lijvige boek te besteden met een recensie en ter illustratie een fraai en vooral leerzaam voorbeeld van wat het boek te bieden heeft…

Lees meer >

Recensie: The Chess Scalpel – 32 Master Games Dissected

Inleiding

Zenón Franco (*1956) is een Paraguayaanse grootmeester. In het boek The Chess Scalpel bespreekt hij partijen volgens het model ‘bedenk de zet’. Dit houdt in dat de lezer een stelling voorgeschoteld krijgt, raadt wat de beste zet is en vervolgens controleert of hij het goed had. Soms worden enkele kandidaatzetten als meerkeuze gegeven, soms moet de lezer de zet zelf bedenken. Voor elke goede zet die de speler raadt, krijgt hij een aantal punten. Per partij telt de lezer alle behaalde punten op en leest af hoe sterk hij gespeeld heeft. Zo staan 40-45 punten bijvoorbeeld voor een rating tussen de 2400 en 2500, en alles daarboven is van grootmeesterniveau. Na elke zet geeft de auteur uitleg en analyse van de gespeelde zet, waarbij alternatieve zetten soms ook punten kunnen opleveren.

 

Boeken van dit type zijn zeldzaam. In Franco’s eerdere boek Chess Self-Improvement (2005) kiest hij voor een soortgelijke opzet. Een ander voorbeeld is de rubriek De lezer aan zet in Schaakmagazine.

 

Opbouw

De opbouw is overzichtelijk. De geanalyseerde partijen zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken: aanval, aanval en verdediging, positioneel spel/structuren, en eindspel. De eerste drie hoofdstukken bevatten negen partijen en het laatste vijf. Dit onderscheid is niet waterdicht, zoals de auteur toegeeft. Aan het einde van elke partij volgt een opsomming van de belangrijkste lessen en de schaalverdeling. Voor elke partij zijn immers niet evenveel punten te vergeven, vandaar dat de verhoudingen per partij steeds anders zijn.

 

Lees meer >

Een boek over Frans… 

Nee, niet meteen weglopen! Ik bespreek hier geen openingsboek, maar een boek over Frans Konings. Een bekendheid in het Utrechtse en Tilburgse schaakleven, maar ook regelmatig te zien geweest in allerlei toernooien zoals Wijk aan Zee en Hoogeveen. Een joviale kerel, altijd goedgemutst, FM, 52 jaar oud.  

Wordt hij 53? Dan zal hij de kerst moeten halen en dat is maar zeer de vraag. Frans is ziek. Maagkanker. 

Toen dat bericht in maart de schaakwereld insijpelde smeedden twee van zijn beste schaakvrienden, Bram van den Berg en Jan Jaap Janse, een plan. We gaan een boek samenstellen over Frans, want dat is een leven vol verhalen. En we gaan er vaart achter zetten, zodat Frans het boek zelf ook nog kan lezen. En dat kan, want gisteravond werd het boek gepresenteerd op de clubavond van SG King in Tilburg. 

 

Jan Jaap of Bram, ik weet even niet meer wie, vertelde me dat ongeveer 100 schakers op de hoogte waren van het plan om dit boek te schrijven. Een ieder werd op het hart gedrukt dit niet tegen Frans te zeggen, het moest een verrassing worden. En dat werd het! Frans werd vroeg naar de clubavond gelokt omdat hij benoemd zou gaan worden tot erelid. Het eerste erelid van de nog jonge club SG King. Een clubavond met Frans is zo anders als een clubavond zonder Frans. Zijn aanwezigheid zorgt voor sfeer, gezelligheid, goede gesprekken. Van dat erelidmaatschap was Frans overigens op de hoogte en dat was dan ook de reden dat hij en zijn vrouw Anita zo keurig op tijd op de clubavond waren. Groot was echter zijn verrassing toen bleek dat dat erelidmaatschap maar bijzaak was. Een lokkertje zodat hij aanwezig kon zijn bij de presentatie van een boek vol verhalen. Verhalen over hemzelf. 

Lees meer >

Boekrecensie: The Bishop Pair – The Power of the Sun

Inleiding:

Mijn negende recensie behandelt het boek: The Bishop Pair – Power of the Sun van Efstratios Grivas (1966). Efstratios leerde pas schaken op zijn dertiende. Hij is nu buiten GM ook internationaal arbiter, internationaal organisator en FIDE-trainer. Zijn grootste successen zijn de zilveren medaille aan het derde bord op de Olympiade van 1998 in Elista en een gouden medaille (ook op bord 3) tijdens het Europees kampioenschap teams in 1989.

Lees meer >

Boekrecensie – Magnus Carlsen’s Middlegame Evolution van Ivan Sokolov

In het laatste Tatatoernooi was Magnus Carlsen als vanouds dominant met bijvoorbeeld overtuigende winstpartijen tegen Anish Giri (36 zetten), Richard Rapport (31 zetten) en Shakhriyar Mamedyarov (27 zetten). De partijen lijken simpel. Hoe doet hij dat toch? Iets voor het toernooi, in december 2021, kwam het boek Magnus Carlsen’s Middlegame Evolution uit van Ivan Sokolov waarin ik hoopte een antwoord te krijgen op deze simpele vraag.

Ivan Sokolov heeft inmiddels al heel wat boeken op zijn naam staan. In mijn boekenkast staan er twee: een boek over 4.e3 tegen het Nimzo-Indisch en Winning Chess Middlegames over verschillende pionnenstructuren in 1.d4-openingen. Beide werken las ik met plezier, omdat Sokolov met al zijn ervaring er goed in slaagt om ingewikkelde concepten relatief eenvoudig uit te leggen. Daarom was ik benieuwd naar zijn laatste werk dat zijn eerste boek is voor uitgeverij Quality Chess. 

Lees meer >