Rubrieken

Schaakrubrieken weekend 2 september 2017

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Top-40 Nederlandse schakers. 24: Dirk van Foreest

Was hij de sterkste Nederlandse schaker van de negentiende eeuw? Was hij eigenlijk de eerste ‘echte schaker’ van Nederland? Was hij veel sterker dan zijn broer Arnold? Had hij een wereldtopper kunnen worden als hij geen huisarts was geworden? Deze vragen over Dirk van Foreest zijn na meer dan een eeuw moeilijk te beantwoorden. Misschien zijn de antwoorden op de vier vragen respectievelijk ja, nee, ja en niet te zeggen.

Jonkheer Dirk van Foreest (geboren 3 mei 1862) kwam op negentienjarige leeftijd naar Amsterdam en werd meteen met overmacht kampioen van VAS. In 1885, 1886 en 1887 won hij de bondswedstrijden, die veel later met terugwerkende kracht officieuze kampioenschappen van Nederland werden genoemd. In dezelfde tijd voltooide hij zijn studie geneeskunde, waarna hij huisarts werd, eerst in Heemskerk en later in Oosthuizen (Noord-Holland).

Dat werk kon hij niet combineren met toernooischaak. Wel werd hij nog lang uitgenodigd voor wedstrijden met het Nederlandse team, speelde hij correspondentieschaak en componeerde hij problemen. Volgens Hans Bouwmeester en Bert Kieboom in het negende Prismaboekje was hij geen bijzondere componist, maar wel eentje die er aandacht aan besteedde in een periode dat het probleemschaak in Nederland kwijnend was.

Na zijn pensionering in 1928 vestigde Dirk van Foreest zich in Bussum. Dat was een idee van zijn broer Arnold, omdat Dirk geen stadsmens was en Bussum het enige dorp was met een sterke schaakclub. Voor BSG speelde hij van 1928 tot 1943 (dus tot op hoge leeftijd) nog zeventig partijen, de meeste in de hoofdklasse, met een score van vijftig procent.

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 26 augustus 2017

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Begrijp wat u doet: De Pirc (deel 1)

 

Hoe maak je een plan na de opening? Waar speel je op? Waar moeten de stukken naartoe? In deze rubriek word geprobeerd antwoord te geven op deze vragen door op de achtergronden van diverse openingen in te gaan. Aan de hand van modelvoorbeelden tonen we ideeën en concepten van grootmeesters in bekende openingsvarianten. Deze rubriek ‘Begrijp wat u doet’, die al bestaat sinds 2007, wordt gepubliceerd in Schaakmagazine, het blad van de Nederlandse Schaakbond.

 

We hebben inmiddels al vaak gezien dat de zwartspeler tegen 1. e2-e4 kan kiezen uit nogal wat openingssystemen die stuk voor stuk van wit een aparte aanpak vereisen. We maken nu een begin met 1. e4 d6, de zogenaamde Pircverdediging. Deze bestrijdingswijze is genoemd naar de Joego­sla­vische schaker Vasja Pirc (1907-1980). De uitgangsstelling van de Pirc ontstaat na

1…d6 2.d4 Pf6 3.Pc3 g6

V. Pirc (1953)

De opstelling die zwart inneemt, is met pionnen op d6 en g6. Die lijkt bijzonder veel op de wijze waarop zwart zich ontwikkelt in het Konings-Indisch. Daar staat dan echter de witte pion van c2 op c4. Zwart richt zijn koningsloper op het centrum waar hij vanaf veld g7 invloed op  het centrum hoopt te kunnen uitoefenen. Net als in het Konings-Indisch wil hij graag het witte centrum later gaan aanvallen met …e7-e5 of met …c7-c5. Maar zwart kan ook met …c7-c6 bijvoorbeeld een actie op de damevleugel voorbereiden met …b7-b5.

 

Er is nu een aantal belangrijke varianten voor wit die elk hun eigen specifieke kenmerken met zich meebrengen. Dat zijn:

  1. A) 4.Le3
  2. B) 4.Lc4
  3. C) 4.Lg5
  4. D) 4.f4
  5. E) 4.Pf3
Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 19 augustus 2017

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Top-40 Nederlandse schakers. 25: Gert Ligterink

Van de eenmalige Nederlands kampioenen is er niemand die in de buurt kwam van de formidabele prestatie van Gert Ligterink in 1979. In het sterkste NK tot dan toe bleef hij voor op de ‘grote vier’ van dat moment: Timman, Donner, Ree en Sosonko. De eerste drie versloeg hij, hij verloor alleen van Sosonko. Ook vanwege zijn vol punt voorsprong op de nummers twee was zijn zege overtuigend. Fameus was zijn voorbereiding. Naast het schilderen en behangen van zijn nieuwe woning had hij alleen partijen met analyses nagespeeld uit het inspirerende toernooiboek Zürich 1953 van David Bronstein.

IBM-toernooi 1976. Beide foto’s: Nationaal Archief

Gert Ligterink (geboren 17 november 1949) leerde pas op zijn veertiende schaken, maar debuteerde drie jaar later al met Unitas in de hoofdklasse. In 1969 werd hij jeugdkampioen van Nederland. In 1974 debuteerde hij op het NK, met een lage klassering maar een overwinning op Hein Donner. Van zijn elf tegenstanders had hij maar tegen drie eerder gespeeld. Hij ervoer zijn woonplaats en provincie Groningen als een schaakisolement ten opzichte van de Randstad en kon in regionale wedstrijden niets anders doen dan alles winnen, maar daar schoot hij niets mee op, zei hij in een interview.

 

Tien jaar topper

Na dat eerste NK was hij opeens wel een nationale topper. Van 1976 tot en met 1988 nam Ligterink alle keren deel. Na zijn zege in 1979 werd hij een keer tweede en drie keer derde. In 1985 had hij voor de tweede keer kampioen moeten worden, drie ronden voor het einde stond hij anderhalf punt voor op de nummer twee. Een bizar slot van een half uit drie wierp hem terug naar de vierde plaats.

In die jaren speelde Ligterink dertien keer mee in de Hoogovens- en IBM-toernooien, waarvan zes keer in de grootmeestergroep. In 1975 won hij het Open kampioenschap van Nederland, in 1983 de meestergroep (B-groep) van Hoogovens en een jaar later een sterk toernooi in Oxford. Die jaarlijkse Nederlandse toernooien, naast het spelen voor de sterrenploeg Volmac Rotterdam, noemde hij later als reden dat hij professional kon blijven.

Lees meer >

Belevenissen van een arbiter: waar is het gezond verstand gebleven?

Om de vier jaar zijn er wijzigingen in de spelregels voor het schaakspel. Iedereen die hiervoor een idee heeft kan een voorstel indienen dat via de eigen bond naar de FIDE gestuurd wordt. Dan is het natuurlijk wel afwachten of zo’n voorstel door de ballotagecommissie komt. En het is helemaal afwachten wat de bonzen van de FIDE zelf verzinnen om te veranderen! De laatste paar keren na het bekend worden van de wijzigingen, stel ik mijzelf dan ook steeds de vraag: waar is het gezond verstand gebleven? Zo is in 2009 de verzuimtijd van een uur eruit gehaald. Zero tolerance dus, leuk voor de toptoernooien maar onwerkbaar voor de rest van de schaakwereld. Voor hen dient ieder toernooireglement weer uitgebreid te worden om een ontsnappingsclausule in te bouwen. Waarom niet andersom? Waarom niet alleen voor de toptoernooien, waar men dat wil, een artikel extra in het reglement voor geen verzuimtijd? Het zal wel te simpel zijn.

Lees meer >

‘Chess for hawks’ wint Amerikaanse prijs

 

Met regelmaat krijg ik een mail van New in Chess, waarin de mensen van New in Chess vertellen dat ze een boek van New in Chess heel goed vinden. Nou ja, dat is natuurlijk normaal, een uitgeverij die een eigen boek aanprijst. Gelukkig wordt hun oordeel vaak bevestigd in een recensie.

Vandaag kwam het bericht dat het boek ‘Chess for hawks’ door een vereniging van Amerikaanse schaakjournalisten is uitgeroepen tot het beste instructieve schaakboek van 2017. De VS is nu een wereldtopland (drie toptienspelers), maar is in de breedte al veel langer een groot schaakland en een groot afzetgebied voor New in Chess. Het oordeel van de Amerikaanse journalisten mag dus heel serieus genomen worden.

In plaats van een objectieve recensie laat ik hieronder New in Chess zelf aan het woord, bij monde van directeur Allard Hoogland. In dit geval mag de uitgever terecht trots zijn op zijn boek.

“Cyrus Lakdawala receives this important accolade for his bestselling Chess for Hawks: Improve Your Vision, Sharpen Your Talons, Forget Your Fear.

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 12 augustus 2017

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Genderneutraal schaken!

Op het fantastische Open Nederlands Jeugd Kampioenschap schaken (ONJK) in Borne doe ik deze dagen iets aan verslaggeving.

ONJK Borne 10-08-2017, groep C, ronde 6, borden 7 en 8

Mijn bijdrage van donderdag, Groep C ronde 6 over Genderneutraal schaken wilde ik de lezer van deze site niet onthouden:

Het genderneutrale schaken!

Genderneutraliteit: de media staan er tegenwoordig bol van. Ook de schaakwereld lijkt er soms mee te worstelen. Op gesloten NK’s wordt er apart gestreden in de twee categorieën Jeugd en Meisjes. Hier op het ONJK spelen de jongens en meisjes in één groep. Wel is er – naast prijzen voor de drie eerste plaatsen – een prijs voor het hoogst geëindigde meisje. Behalve een beker ontvangt zij ook de prestigieuze titel Open Meisjeskampioene van Nederland.

Maar wat nu als een meisje overall als eerste eindigt? Natuurlijk krijgt ze dan de titel Open Jeugdkampioen van Nederland. Tot zover niets aan de hand. Echter, hoe in dat geval te handelen met de hoogst eindigende jongen? Krijgt hij de titel Open Jongenskampioen van Nederland met bijbehorend certificaat? De reglementen voorzien niet in deze omstandigheid en navraag leert dat hij slechts een beker ontvangt met de inscriptie van iets als hoogste geëindigde jongen. Maar geen officiële titel en certificaat voor hem…!

Wordt hier gediscrimineerd? Discriminatie van de jongen? Of eigenlijk toch veel eerder een verborgen discriminatie van het vrouwelijk geslacht? Voer voor discussie. Genderneutrale aanpassing van de terminologie in de officiële reglementen (bijvoorbeeld ook in die van de KNSB!) lijkt echter zonder meer gewenst. Lees verder…

Lees meer >