Rubrieken

Wie zijn deze mannen?

Een mooie oude foto

Lees meer >

Eindspelfinesses 46: Een boeiend paard/lopereindspel

Krijgt u wel eens een eindspel op het bord in uw partijen? En was u tevreden over de afloop? Of knaagde er iets waarvan u later dacht: “Dat had ik anders kunnen spelen?”

Schaaksite biedt een eindspelrubriek aan waarin u uw kennis kunt opfrissen of eventueel uitbreiden. De internationale meesters Twan Burg en Herman Grooten zullen op frequente basis u proberen bij te praten over diverse eindspelfinesses.

Afgelopen zaterdag eindigde in Rosmalen het toernooi om de derde HMC-Cup. Hierover hebt u in de dagverslaggeving al het nodige kunnen meebeleven. U hebt dan ook kunnen zien dat de Rus Konstantin Landa de grootmeestertienkamp op zijn naam schreef. Hij eindigde gelijk bovenaan met Daniel Fridman, maar hij won het beslissende vluggertje. In de zesde ronde kroop de latere winnaar echter door het oog van de naald. Zoals ik al in mijn verslag van de ronden vier tot en met zes opmerkte, dacht ik dat de Israëlische grootmeester Alon Greenfeld een mooie kans liet liggen in het eindspel van paard plus drie pionnen tegen een loper en twee pionnen. Dat het echter niet zo simpel was als ik het voorspiegelde, gaf ik ook meteen aan. En inderdaad: er zat heel wat meer onder de oppervlakte dan ik kon vermoeden. Inmiddels heb ik eens uitvoerig naar dit eindspel gekeken en het nodige wonderschoons weten te ontdekken. De zwartspeler kan soms zelfs, ondanks bijzonder gereduceerd materiaal, toch de winst afdwingen. Alles luistert heel nauw en daarom ook in een praktische partij misschien toch wat lastig te vinden. Zeker als de klok ook nog een woordje meesprak – hetgeen inderdaad het geval was. Desalniettemin leg ik u graag mijn bevindingen voor.

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 28 juni 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 21 juni 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Begrijp wat u doet: Het Grünfeld-Indisch 2

Opening: Het Grünfeld-Indisch 2

We vervolgen onze zoektocht naar de diverse plannen en ideeën in het Grünfeld-Indisch. We gaan daarbij uit van de afruilvariant die ontstaat na 1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 d5 4. cxd5 Pxd5 5. e4 Pxc3 6. bxc3 Lg7

Dit was de belangrijke uitgangsstelling voor het systeem dat we behandelen. Uitleg van de belangrijkste basisideeën staat in de vorige rubriek. Wit heeft hier drie mogelijke voortzettingen die alle drie een totaal verschillend karakter hebben. In de vorige rubriek kwam variant I – 7. Lc4 aan de orde. We bekijken nu de twee andere mogelijkheden:

  • II – 7. Pf3
  • III – 7. Le3

Variant II – 7. Pf3

Lange tijd werd

7. Pf3

gezien als een gevaarlijk wapen. Wit heeft totaal andere ideeën met deze normale paardontwikkeling. Omdat het centrum sneller onder druk gezet kan worden, nu .. . Lc8-g4 in de stelling komt, beoogt hij iets totaal anders dan in de hoofdvariant met 7. Lc4.

7… c5

Verreweg het meest gespeeld.

8. Tb1

Dit is de gedachte, die in de jaren ’80 gepopulariseerd werd door de toen nog jonge Kasparov. De toren gaat uit de lange diagonaal van Lg7 en daarmee staat hij soms klaar om zijn centrumpionnen naar voren te spelen. Dat hij daarbij soms pion c3 met schaak laat hangen is heel bijzonder.

8… 0-0 9. Le2

Lees meer >

Gespot 64: “Fischer, die op een truc speelt”

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Het getal 64 is een magisch getal voor een schaker. Omdat een van de grootste schaakgenieën, Bobby Fischer, op 64-jarige leeftijd overleed, leek me dat ik hem in deze rubriek aan bod moest laten komen. Omdat Fischer natuurlijk bijzonder vaak is besproken, viel het me in eerste instantie niet mee om te bedenken welk aspect ik van zijn rijke schaakcarrière aan bod zou willen laten komen.

Desondanks was ik er toch snel uit. In mijn boekenkast prijkt het bijzonder interessante boek ‘Fischer en zijn voorgangers’ van onze enige Nederlandse wereldkampioen, Max Euwe.

Daarin neemt Euwe de taak op zijn schouders om Fischer met al zijn voorgangers te vergelijken. In dit quasi wetenschappelijke onderzoek belicht hij een groot aantal wereldkampioenen, hun sterke en zwakke punten, hun typische stijl en vergelijkt die met Fischer. Zo laat hij topprestaties van de eindspelvirtuoos José Raúl Capablanca zien en relateert die met magnifiek gevoerde eindspelen van de Amerikaan. Heel interessant is de vergelijking tussen Alexander Aljechin en Fischer. Ik citeer:

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 14 juni 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Wekelijks Schaakprobleem #15

Wekelijks Schaakprobleem

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 7 juni 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Lees meer >

Wekelijks Schaakprobleem #14

Wekelijks Schaakprobleem

Lees meer >