“Waar moet het naartoe met de wereld?” Het is een vraag die me met zovele anderen bijna dagelijks bezighoudt zonder dat er een geruststellend antwoord komt. En dan, alsof het zo moet zijn, ontmoet ik onverwacht iemand die ondanks onvoorstelbare tegenslagen op zo’n positieve wijze in het leven staat dat alle zorgen ridicuul lijken.
Een clubgenoot had me op hem geattendeerd: “Harry heeft aan de basis gestaan van de eerste Nederlandse schaakcomputer en heeft daar prachtige verhalen over.” Zoiets hoef je me niet twee keer te zeggen want dan wil ik er meer van weten.
Maar ook zonder die gewekte nieuwsgierigheid keek ik al met bewondering en verbazing naar Harry Nefkens die, zwaar gehandicapt door een vergevorderd stadium van Parkinson, de clubavonden bezoekt (zijn dochter brengt hem, een clubgenoot zorgt voor de reis terug naar huis). Razendsnel doet hij zijn zetten, zonder te noteren want daarvan is hij begrijpelijkerwijs vrijgesteld.
Zou hij met me willen praten over zijn leven? Dat wilde hij en zo toog ik op een grauwe novembermorgen naar zijn woning in Ommoord, een wijk van Rotterdam niet ver van het bescheiden riviertje de Rotte waar mijn stad zijn naam aan te danken heeft.
Lees meer >