
Foto: Frans Peeters
Erwin behoort al jarenlang tot de Nederlandse schaaktop. Hij kwam al vroeg met schaken in aanraking en raakte sindsdien verslingerd aan het spelletje. Zijn eerste kampioenschap vierde hij al op twaalfjarige leeftijd, toen hij kampioen werd van zijn club in Woerden. Daarna volgden nog tal van successen in allerlei toernooien. U maakt hier nader kennis met iemand die een boeiend verhaal vertelt met interessante ideeën.
Wanneer ben je begonnen met schaken en wie heeft het je geleerd?
Dat was toen ik ongeveer een jaar of vier was. Naast mijn ouders waren er drie oudere broers thuis. Mijn vader schaakte regelmatig met mijn broers en dan ging ik kijken. Op een gegeven moment begreep ik ongeveer hoe het werkte en wilde ik meedoen. Het is grappig als je bedenkt dat ik de jongste was — mijn broers waren een stuk groter en sterker. Dus verloor ik meestal met dingen als voetbal. Maar met schaken kon ik vrij snel goed meedoen. Het was een enorme stimulans. Magnus Carlsen had iets vergelijkbaars met zijn zus, en dat hij van haar kon winnen. Blijkbaar is dat toch een bepaalde stimulans. Het werkte bij mij ook zo. Ik wilde de hele dag schaken met mijn broer of met mijn vader. Op een gegeven moment dacht mijn vader:
“We gaan hem gewoon naar een club brengen!”
Zo is het balletje gaan rollen. Ik werd lid van de schaakclub in Woerden.
Lees meer >