Rubrieken

Krantenrubrieken weekends 22, 29 maart en 5 april 2025

Wekelijks publiceren we de schaakrubrieken van Dimitri Reinderman voor HDC Media, Henk Prins voor het Reformatorisch Dagblad, Nick Maatman voor Dagblad van het Noorden / Leeuwarder Courant en Hans Ree in de Groene Amsterdammer. Door een drukke periode (van LO) wordt hier een achterstand ingelopen.

Lees meer >

In de schijnwerpers: Jeroen van den Berg

We kennen Jeroen allemaal als directeur van Tata Steel Chess en manager van het Max Euwe Centrum (MEC). Maar het is allemaal veel meer. Hij is een netwerker pur sang en kent de schaakwereld van binnen en van buiten. Hoog tijd om eens naar zijn mening en ideeën te vragen.

Wanneer ben je begonnen met schaken en wie heeft het je geleerd?

Ik heb het geleerd van een van mijn beste vrienden vroeger, met wie ik veel optrok. In Amsterdam, waar ik geboren ben. En mijn vader heeft er ook een hand in gehad toen hij er lucht van kreeg dat ik aan het schaken was geslagen. Het was ergens tussen mijn 7e en mijn 10e.

Waarschijnlijk had ik er wel feeling voor, want op mijn 11e of 12e werd ik volkomen verrassend kampioen van mijn lagere school. Ik was geen favoriet, maar het was een knock-out, dat kan ik me nog wel herinneren. Maar goed, ik won wel. Ik was niet de oudste die meedeed. Dus dat was waarschijnlijk toch het teken van een zeker talent.
Vervolgens verhuisden we naar Hilversum met het hele gezin. Mijn vader kreeg daar een baan. Toen ben ik lid geworden van een schaakclub, omdat ik het leuk vond. Die titel op de lagere school, die ik zo verrassend won, gaf me toch een soort vleugels. Eenmaal lid van de schaakclub werd ik wat sterker en ging ik serieuzer schaken. Tijdens de puberteit, is het schaken gewoon gebleven. Waar ik wel mee stopte is, voetbal. Schaken vond ik leuk en ik heb in mijn jeugd wel wat successen geboekt. Ik was geen groot talent, maar een talentje, zeg maar.

Lees meer >

Geef nooit op

In mijn eerste of tweede seizoen bij de avondcompetitie van de senioren op mijn jeugdclub Hardenberg, stond ik op een avond totaal verloren. Ik was een jaar of 11, en opgeven was niet echt mijn ding. Misschien had ik dat al moeten leren voordat ik mee ging spelen bij de grote mensen, maar ach. Nog voordat de partij afgelopen was, kwam één van de senioren naar mij toe. Het was een streng ogende man, zeker wel in de 70, zware stem en voormalig onderwijzer. “Jij moet leren opgeven”, waren zijn woorden voordat hij verder liep. Ik schaamde me dood en ik was eerlijk gezegd wel een beetje bang voor die man. Ondanks die woorden was ik die avond eigenwijs en gaf ik niet op. Hij had overigens wel gelijk, ik stond al 6 paarden achter. Ja, paarden, want mijn 2000-tegenstander had de grootste lol en promoveerde telkens maar tot een paard. Wellicht om hetzelfde lesje iets ludieker aan mij te leren. Ik hoopte gewoon op pat.

Inmiddels ben ik ouder, maar is tijdig opgeven dan de wijsheid waarvoor ik (men) moet gaan? Laatst kwam ik deze partij eindstelling tegen in een verslag op chess.com:

 (Koneru, Humpy (2523) vs. Khademalsharieh, Sarasadat (2458), Monaco, 25-02-2025)

Zwart gaf op, maar juist de vorige zet van wit was een blunder die deze eindstelling remise maakt! Na bijvoorbeeld 74…Kd5! 75.Kf4 Pe6+ heeft wit geen manier voortgang te maken.

Lees meer >

Boekrecensie: FIDE President Folke Rogard

Mijn 21e recensie gaat over het boek “FIDE President Folke Rogard” van Henrik Malm Lindberg (1973). De volledige titel gaat: “FIDE President Folke Rogard. The lawyer who organized modern chess in the shadow of the cold war.” Zo, nu mag jij weer! Henrik Malm Lindberg is professor en werkt bij de universiteit van Uppsala in Zweden. Een boek van een Zweed over een Zweed. Zelf is Lindberg een zeer degelijk schaker.

Lees meer >

Fridrik Olafsson overleden

De IJslandse grootmeester Fridrik Olafsson is op 4 april jongstleden overleden.

Hij behoorde tussen 1955 en 1980 tot de beste 50 schakers ter wereld en won een keer van Anatoli Karpov toen deze regerend wereldkampioen was. Olafsson was de eerste IJslandse grootmeester. Hij was FIDE-president tussen 1978 en 1982, volgde Max Euwe op. Na Olafsson kwam de beruchte Florencio Campomanes.

Een verhaal op chess.com over Olafsson: Fridrik Olafsson 1935-2025

Over Olafsson tegen Bobby Fischer verscheen al eerder een stuk: Olafsson Stamps Out Fischer

(Schaak)café Het Hok te Amsterdam gesloten

(Schaak)café Het Hok aan de Lange Leidse Dwarsstraat te Amsterdam is sinds enkele dagen: POTDICHT.

Lees hier verder over deze roemruchte tent die van 1973 tot 2025 bestond.

En de reden? Wie weet meer? Ik zal informeren bij het gemeentebestuur…

15 jaar geleden: “Checky Baby”

In het kader van “15 jaar geleden” herplaatsen we artikelen van toen.  Onderstaand artikel werd oorspronkelijk op 4 april 2010 geplaatst.

Kopenhagen is een mooie stad. Ook het jaarlijkse toernooi om de Politiken Cup heeft een goede naam. Reden genoeg voor Nederlandse subtoppers om de Deense hoofdstad regelmatig te vereren met een bezoek.

De organisatie van het toernooi in 1984 had op verzoek onderdak geregeld voor mij en mijn twee toenmalige reisgenoten,

Lees meer >

Teletekst (2)

Deze week verscheen op deze site een leuk berichtje over Teletekst van ene Jurriaan79: Teletekst 45 jaar. Het leek me aardig om hierover nog een kleine anekdote te vertellen over de WK-tweekamp tussen Karpov en Kasparov die indertijd in Moskou 1985 gespeeld werd.

Die eindigde met een bloedstollende laatste partij waarin Karpov moest winnen om er nog een gelijkspel uit te slepen en aldus zijn wereldtitel te behouden.

Lees meer >

Bobby Fischer geeft schaakles. Zijn boek.

Binnen en buiten de schaakwereld valt wel eens of vaak de naam van de Amerikaanse schaker Robert James Fischer (1943-2008, wereldkampioen van 1972-75). Vaak gaat het dan over zijn schaakstijl, zijn wil tot winst, zijn strijd tegen de Russen, zijn karakter, zijn antisemitisme, enz.

Vandaag wil ik het over iets anders hebben: zijn bekende boek uit 1966. Het boek werd geschreven en samengesteld door Stuart Margulies,

Lees meer >

Eindspelstudies als training?

Sommige schaaktrainers gebruiken eindspelstudies in hun trainingen omdat die vele voordelen hebben om bepaalde vaardigheden aan te leren en verder te oefenen. Dat studies een ideale tool kunnen vormen voor schaaktraining van talentvolle spelers, blijkt als we bedenken wat voor soort vaardigheden een speler tijdens een partij nodig heeft. Even een paar op een rijtje:

  • Samenstellen van een variantenboom (systematiek)
  • Visualiseren van stellingen na een variant (vooruitzien)
  • Ontdekken van (verborgen) tactiek
  • (Verborgen) verdedigingen op het spoor komen
  • Creativiteit
  • Doorzettingsvermogen

Die laatste vaardigheid is meer mentaal en valt buiten de schaaktechnische aspecten, maar iedereen die wel eens naar een bord met een stelling heeft zitten staren, weet hoe lastig het kan zijn als je telkens maar weer dezelfde varianten zit te berekenen, zonder dat je een stap dichterbij de oplossing komt. Het in “cirkeltjes draaien in je denkproces” zal niet onbekend klinken en toch is het juist soms noodzakelijk om jezelf te dwingen af en toe in een totaal andere richting te moeten denken om de oplossing op het spoor te komen. Herman Grooten werd benaderd door ARVES (de vereniging van de eindspelstudie componisten om voor hun site hier eens nader op in te gaan. Hij schreef een artikel voor ARVES dat u kunt lezen onder de volgende link (het is wel in het Engels): Herman Grooten using Endgame Studies in training

Lees meer >