Rubrieken

Schaakrubrieken weekend 10 februari 2018

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Lees meer >

Begrijp wat u doet: De Pirc (deel 2)

Bij de opening die we nu behandelen, heb ik wel eens iemand het volgende horen zeggen: “Ik speel Konings-Indisch tegen 1. e4”. De vorige keer zijn de witte varianten met A) 4.Le3 en B) 4.Lc4 aan bod gekomen. Ditmaal zullen we drie systemen onder de loep nemen, die hun weg in het topschaak hebben gevonden. Dat zijn de varianten:

 

 

C) 4.Pf3
D) 4.Lg5
E) 4.f4

De vorige keer hebben we gezien dat de uitgangsstelling van de Pirc ontstaat na
1. e4 d6 2. d4 Pf6 3. Pc3 g6

A) 4.Pf3
Mensen die de voorkeur geven aan een rustiger speltype kiezen veelal voor de normale paardontwikkeling naar f3 (zie diagram)

Vasja Pirc (bron foto onbekend)

Hiermee kiest wit ervoor om zijn ontwikkeling zo snel mogelijk te voltooien waarbij hij zijn paarden naar de natuurlijke velden speelt.
4…Lg7
Vanaf dit moment kan wit op elk moment h2-h3 spelen en zwart op elk moment …c7-c6.  De subtiele verschillen tussen de timing waarop beide zetten gespeeld kunnen worden, brengt weliswaar specifieke kenmerken met zich mee, maar komen toch vaak op hetzelfde neer.
5. Le2
Wit kiest voor de meest normale manier om zijn stukken verder te ontwikkelen. [Het inlassen van 5. h3 om te verhinderen dat er een zwart stuk naar g4 kan, is – zoals hierboven al even aangegeven – een serieus alternatief.]

5…O-O 6. O-O c6
Op het moment dat zwart deze pionzet speelt en wit heeft kort gerokeerd, is het raadzaam voor wit om een actie met … b7-b5 te gaan verhinderen. Daarom gaat men meestal verder met

7. a4
Er zijn witspelers die deze dreiging negeren met bijvoorbeeld 7. h3 b5 8. e5 Pe8 Deze stelling ontstond in een oude partij Karpov-Hort, 1974. Het lijkt erop dat zwart niet zoveel problemen had hoewel hij later in de partij toch ten onder ging.7…Pbd7 8. Le3

Lees meer >

“Het einde van de denksporten en de laatste schaker” door Hans Meijer. Column van Schaakvereniging Promotie.

Tja, erg vrolijk klinkt de titel van Hans’ column niet.

De Koninklijke Nederlandse Bond voor Bordspelen (KNBoBo) was maar een kort leven beschoren. Voorzitster Máxima gaf er de brui aan toen half Nederland over haar heenviel omdat ze geen goede beschrijving van de identiteit van ‘dé schaker’ kon geven. Ze heeft nog een foto van een morsig type in een sleets ruitjesjasje laten zien en hem ‘dé schaker’ genoemd maar daar kwam ze niet mee weg.

Lees meer >

Boek over Berry Withuis

Naast de topschakers zelf mag je Berry Withuis een van de belangrijkste personen noemen in de Nederlandse schaakgeschiedenis.  Decennialang was hij niet alleen perschef van alle belangrijke toernooien in ons land, maar regelde hij eigenlijk ook het deelnemersveld. Tegenwoordig zou je hem toernooidirecteur noemen, maar daar wilde hij niets van weten. Hij liet zich voor zijn werk ook niet betalen, zijn geld kreeg hij uit zijn journalistieke werk. Withuis was overtuigd communist en wilde ook niets weten van onderscheidingen. Anders zou hij zeker tot erelid van de KNSB zijn benoemd. In de Canon hier op Schaaksite is meer over hem te lezen. Bij zijn overlijden in 2009 stond op zijn rouwkaart: “Nog steeds vloekend op de fascisten maar overigens goed geluimd, en woordrijk en geestig als altijd.”

 

 

Raadselvader

Volgende week verschijnt een boek over Withuis, onder de titel Raadselvader. Het is geschreven door zijn dochter Jolande, een bekende geschiedschrijfster. Berry’s overtuigde communisme staat centraal in het boek. Jolande groeide op met haar vaders politieke overtuiging, maar ontwikkelde zich tot een vermaard critica van het communisme. De uitgever: “Die breuk met haar afkomst opende voor Withuis de weg naar het schrijverschap en de wetenschap, maar leidde tegelijkertijd tot een verwijdering tussen haar en haar vader. Na zijn dood kon ze zich er niet bij neerleggen dat de man die zij als kind had vereerd, zich als persoon nauwelijks had laten kennen. Met behulp van onder meer zijn BVD-dossier reconstrueert ze in Raadselvader zijn levensgeschiedenis. Withuis’ scherpe en ontroerende ontleding van de verhouding tot haar vader weerspiegelt onze recente wereldgeschiedenis en biedt de lezer een blik van binnenuit op de Koude Oorlog: ‘Ik was vijf en wist: wij zijn de vijand.’”

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 3 februari 2018

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Lees meer >

Hoe sterk schaakte overgrootvader Baudet?

Toen Thierry Baudet in oktober het Hoogeveen Schaaktoernooi opende, zei hij dat zijn opa een sterke schaker was geweest en dat zijn overgrootvader zelfs van Lasker en Capablanca had gewonnen.

Een dergelijke uitspraak moet je altijd checken. Daarbij doel ik niet op het moderne fenomeen ‘nepnieuws’, maar op iets vriendelijkers. Er zijn nogal wat families waarin opa bekendstaat als meester of zelfs grootmeester, op basis van kleine lokale successen. Baudet blijkt echter in zoverre gelijk te hebben, dat zijn overgrootvader een van de sterkste Nederlandse schakers van zijn tijd was. De claim over Lasker en Capablanca acht ik nog niet bewezen.

Voor informatie over sterke Nederlandse schakers uit lang vervlogen tijden kun je eenvoudig terecht bij de Utrechtse schaakhistoricus Peter de Jong. Nou ja, eenvoudig, als je in 2015/2016 zijn drie dikke boeken over Max Euwe hebt gekocht. In deel 1 wordt het Nederlandse schaakleven voor 1950 beschreven, de specialiteit van De Jong. Over iedereen die in die tijd als schaker echt iets voorstelde, schreef hij een biografietje.

Pierre Joseph Henry Baudet (roepnaam Henry of Han) werd geboren in 1891 in Baarn. Dat hij de overgrootvader was van de huidige politicus, wordt op deze Wikipedia-pagina bevestigd. Hij studeerde wiskunde en werd hoogleraar. Zijn betekenis als wiskundige wordt op deze Wikipedia-pagina uiteengezet. Zo was hij de bedenker van het ‘Vermoeden van Baudet’.

De schaker Baudet

De volgende gegevens over Baudet als schaker heeft De Jong verzameld. Baudet was pas vijftien toen hij, in 1906, werd toegelaten tot de bondswedstrijden in Arnhem, die later de geschiedenis ingingen als officieuze kampioenschappen van Nederland. Twee jaar later speelde hij in Düsseldorf onder anderen tegen Aljechin. In 1912 nam hij deel aan het officiële kampioenschap van Nederland in Delft, waar hij derde werd. Op deze prachtige uitslagensite van het Max Euwe Centrum is de scoretabel te zien. Baudet scoorde 1,5 uit 2 tegen de eerste twee, maar De Jong vermoedt dat zijn desondanks magere resultaat werd beïnvloed door het overlijden van zijn vader.

Lees meer >

“Schaken voor de gezelligheid….?” door Manuel Nepveu. Column van Schaakvereniging Promotie.

Niet zo lang geleden ging ik buurten bij die andere schaakvereniging in Zoetermeer. Dat doe ik wel vaker als ik mijn door de dokter voorgeschreven avondwandeling maak. Daar zag ik een mij bekend jongmens een externe wedstrijd spelen in een klasse die veel te laag is voor zijn kunnen. Even later sprak ik hem. Waarom speelde hij nou in zo’n team, terwijl hij “bij ons” toch hoger kon spelen?
“Ik schaak voor de gezelligheid” was het onopgesmukte antwoord.

Lees meer >

Twan Burg wint 9e ARVES oploswedstrijd Wijk aan Zee

Op de laatste zaterdag van het Tata Steel Schaaktoernooi  (27 januari) vond de 9e ARVES oploswedstrijd plaats. Achttien deelnemers uit Nederland en België waagden zich aan negen studies (waarvan er één incorrect bleek). Vooraf was er een moment stilte ter nagedachtenis aan eindspelcomponist Wouter Mees, die vorige week op 96-jarige leeftijd overleed.

GM Twan Burg won voor de derde keer op rij (en de vierde keer totaal). Een verrassende tweede plek was er voor debutant Florian Jacobs, voor de ervaren Belg IM Eddy van Beers. De eindstand:

Lees meer >

Schaakrubrieken weekend 27 januari 2018

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Lees meer >

Tata in de media (6) : Tata in de Telegraaf

‘Carlsen en Giri delen toernooiwinst’, kopte de Telegraaf boven het slotverslag van het Tata Steel Chess Tournament. Daar valt wat voor te zeggen. Er zijn al mensen die erop wijzen dat volgens het reglement de barrage van vluggertjes alleen is bedoeld voor de vraag wie de trofee mee naar huis mag nemen. Mogen we Anish Giri dan toch toernooiwinnaar noemen?

Op deze site kunt u doorklikken naar alle artikelen die Hans Böhm over het toernooi schreef. Hieronder de volledige tekst van zijn slotverslag. Böhm besteedt ook aandacht aan de Challengers-groep en aan het bezoek van Karpov en Polgar.

 

Masters

Wijk aan Zee. “Dit is mijn beste gedeelde toernooiwinst van mijn carrière” blikte de 23-jarige Anish Giri terug op het Tata Steel schaaktoernooi. Na een dikke twee weken kwamen Magnus Carlsen en Giri als besten uit een slijtageslag onder toppers. Veertien grootmeesters vochten onderling om de prestigieuze winst en de beide winnaars bleven als enigen ongeslagen. Met een indrukwekkend eindresultaat van vijf gewonnen partijen en acht remises verstevigde Carlsen zijn koppositie op de wereldranglijst en klom Giri weer omhoog de toptien binnen.

Lees meer >