Toernooiboek Tata Steel Chess Tournament 2021

Voor de Nederlandse schaakgemeenschap was het Tata Steel schaaktoernooi van vorig jaar een bijzondere editie van het ‘Wimbledon van het schaken’.

Voor het eerst sinds 1985 (Jan Timman) werd het toernooi gewonnen door een landgenoot. Er is nu een prachtig toernooiboek verschenen met uitgebreide analyses, rondeverslagen, prachtige foto’s en nog veel meer. Hier alvast een eerste indruk…

Beter schaken door beter te denken

Wit speelde 1. Td1 en zwart antwoordde 1. … Lh3. Waarom is Lh3 een blunder? Verder lezen…

Mastering Chess Logic

Voor een denksport is er in de schaakliteratuur opmerkelijk weinig aandacht voor het belangrijkste aspect van ons mooie spel: nadenken. De auteurs doen een poging om deze leemte op te vullen. De vraag is natuurlijk: zijn ze daarin geslaagd?

Om maar met de deur in huis te vallen: ik heb daarover wat gemengde gevoelens. Want ze beloven nogal wat. Op de achterflap lees ik:

“Waarom steken de grootste spelers aller tijden, zoals Magnus Carlsen, Bobby Fischer en Garry Kasparov met kop en schouders boven anderen uit? De basisaspecten van het schaken (calculatie, bestuderen van openingstheorie, en technische eindspelvaardigheid) zijn uiteraard van groot belang. Maar het mysterieuze deel van de schaakvaardigheid zit hem toch in het gedachtenproces.”

De auteurs verduidelijken het nog met de toelichting dat het daarbij in het bijzonder draait om hoe je bepaalde zetten beoordeelt, waarom je de voorkeur geeft aan de ene boven de andere zet en hoe je het gevoel voor het spelletje ontwikkelt. Dat is natuurlijk allemaal waar. Maar hoe ontwikkel je dat dan? Vervolgens komen de volgende vragen uitgebreid aan bod:

Lees meer >

Eindspel met toren tegen een pion

Waarom zou je eigenlijk aandacht moeten besteden aan eindspelletjes van Koning en toren tegen koning en pion? Dat lijkt op het eerste gezicht een kansloze zaak. En is het wel zo belangrijk om jezelf hierin te verdiepen?

Het antwoord: het is lang niet altijd kansloos. En de tweede vraag kunnen we met een volmondig ‘ja’ beantwoorden. Hoe zit dat?

De saaiste partij

Het zal u niet verbazen wanneer ik beweer dat elke WK-match hoogte- en dieptepunten kent. Sommige mensen zullen zeggen dat de dieptepunten in de huidige match met de twee blunders van Nepo al achter ons liggen. Maar in die partijen gebeurde er tenminste iets. Persoonlijk vond ik de tweede en de zesde partij de hoogtepunten van deze match. Het waren beiden bijzonder boeiende gevechten. Er viel wat te beleven. Maar vandaag?

Het was een partij die we snel zullen vergeten. Daarmee maken beide heren het mij wel heel erg makkelijk om er wat korte krabbels over te noteren en mezelf vervolgens vooral bezig te houden met randzaken.

Zo’n randzaak is het commentaar. Tot nu toe heb ik over het algemeen Anish Giri en Judith Polgar gevolgd op chess24.com. Je kunt duidelijk zien dat ze weten waar ze het over hebben. Een iconisch moment was in de vorige partij waarin Giri direct zag dat 27. c5 een blunder van formaat was. Zijn reactie was prachtig.

Niki Riga (by FIDE)

Trouwens: de gekke bekken die Magnus trok waren ook grappig om te zien. Ik kreeg het idee dat hij zijn ogen niet kon geloven toen Nepo 27. c5 op het bord toverde.

Het deed me een beetje denken aan de gelaatsuitdrukkingen van Garry Kasparov. Die waren ook onvergetelijk. Zie dan eens hoe schijnbaar ongeïnteresseerd Nepo naar verre horizonten staart.

Veel te braaf

Nu we het toch over Kasparov zijn concurrenten en voorgangers hebben: wat zijn die jongens van tegenwoordig toch ontzettend braaf. In de goede ouwe tijd hadden we allerlei incidenten die de schaakwereld kleur gaven.

Ik noem er slechts een paar: spelers die wegliepen en daardoor hun partij verloren, magiërs in het publiek, incidenten met yoghurt en natuurlijk niet te vergeten: toilet-gate. Maar deze jongens zijn watjes vergeleken met Kasparov, Fischer en Kortchnoi de verschrikkelijke.

Maar ik dwaal af. Terug naar de presentatoren. Over het algemeen ben ik dus best te spreken over het presentatieduo Giri-Polgar. Maar ik heb toch nog wel een puntje. Zo’n dingetje waaraan veel topschakers zich schuldig maken. Wat dan?

Ze zijn met enige regelmaat veel te snel met varianten te tonen. Het gaat regelmatig in een razend tempo en dan is het niet bij te houden. Jammer! Want niet elke toeschouwer heeft een rating van 2500+ en zal net zo als ik af en toe naar adem happen en denken “Kan het allemaal ietsje langzamer?”  

Lees meer >

Carsen-Nepo 2: boeiend gevecht

Bram Klapwijk schreef over de eerste partij tussen beide kemphanen “Het was Carlsen die met de eerste verrassing kwam”. In de tweede partij was het niet anders. Het lijkt er tot nu toe op dat Magnus en zijn team zich prima hebben voorbereid op deze match. Ook nu was het de wereldkampioen die aanvankelijk het initiatief naar zich toe trok. Qua voorbereiding is de tussenstand 2-0 in het voordeel van de wereldkampioen. Helaas voor hem heeft zich dat niet in een overwinning uitbetaald.

Magnus opende met d4 en Nepo reageerde wellicht ietsje anders dan verwacht. Er kwam geen Grünfeld op het bord maar een Catalaan. Nepo nam de pion op c4 van het bord. Dat is op zich niks bijzonders. Zo speelt men het al sinds de Catalaan het levenslicht zag in 1929 in Barcelona. Na het nemen van de pion zijn er ruwweg twee mogelijkheden:

  • Zwart koestert zijn extra pion met b5 en zegt met zoveel woorden “probeer hem maar eens terug te krijgen!”
  • Zwart bekommert zich niet om dit cadeautje en probeert zich snel te ontwikkelen en richt zich op de bevrijdende opstoot c7-c5.

Nepo koos voor de eerste mogelijkheid. Hij ging aan de pion hangen. Het nadeel is dat zwart achter loopt met de ontwikkeling van zijn stukken. Maar een pion is een pion. En wit heeft dus iets te bewijzen. Aanvankelijk verliep het prima voor Magnus. Het was al snel duidelijk dat Nepo uit zijn voorbereiding was en relatief veel tijd investeerde. Zeker na het verrassende 8. Pe5. Veel gebruikelijker is 8. a4.

Lees meer >

Beter schaken door beter te denken

Deze stelling verscheen op het bord in de partij tussen Velimir Ivic en Lucas van Foreest na de 31e zet van zwart. Ivic speelde daarvoor 31. Le4-b1 en Lucas antwoordde na iets meer dan twee minuten nadenken 31. … De7-e6. Wat is nu de beste zet voor wit? Verder lezen…

Your Jungle Guide To Unbalancing Your Opponents

Wellicht vraagt u zich af: wie zijn Dorsa en Borna Derakhshani? Broer en zus komen oorspronkelijk uit Iran. Maar na een conflict met de Iraanse schaakbond zijn ze naar het buitenland vertrokken.

Dorsa, een getalenteerde internationaal meester en damesgrootmeester, is uiteindelijk in St. Louis terechtgekomen. Ze is daar als trainer verbonden aan de St. Louis Chess Club. Ze is de jongste officiële Fide Trainer. Haar jongere broer Borna (FM) heeft zich in Engeland gevestigd.

Onderwerpen

Het boek behandelt diverse aspecten van het schaakspel. De inhoud is opgedeeld in 4 delen en 11 hoofdstukken. De auteurs behandelen daarin de volgende onderwerpen:

  • opening (valstrikken, voorbereiding en pionnen roven)
  • middenspel (offers, veiligheid van de koning, water in wijn veranderen, pakken wat je pakken kan)
  • eindspel (trucjes, je tegenstander murw spelen, alert blijven)
  • psychologie van het schaken.

Kortom: een grote diversiteit aan onderwerpen. Daar hebben we meteen de kracht en ook wel een beetje de zwakte van het boek te pakken. Ik krijg bijvoorbeeld het gevoel dat de hoofdstukken over valstrikken en ook de eindspeltrucjes er enigszins bekaaid afkomen. De auteurs hadden deze onderwerpen vollediger kunnen uitwerken. Laat ik meteen met enkele voorbeelden komen. Zie onderstaand diagram.

Lees meer >

De magie van pionneneindspelen

Pionneneindspelen hebben iets magisch. Enerzijds lijkt het allemaal nogal eenvoudig. Er is over het algemeen nog maar weinig materiaal op het bord. Anderzijds zitten ze boordevol tactische wendingen. En… in een serieuze partij moet je ook nog zeer goed en nauwkeurig kunnen rekenen. Zie het diagram: hoe wint wit?

Bloederige start van het NK Hoogeveen

Hoe wint zwart?

We zijn gelukkig verlost van die magere achtkamp van de voorgaande editie. Zo’n toernooitje met uitsluitend spelers die daarvoor werden uitgenodigd, is niet wat je van een nationaal kampioenschap verwacht. Er moeten op z’n minst een aantal spelers de kans krijgen om zich te plaatsen. Dat is wat men met deze nieuwe formule heeft beoogd.

De eerste ronde

In deze eerste ronde vlogen de vonken er van af. Of moeten we zelfs spreken van een bloedbad? Op vrijdag eindigden zes van de acht partijen in een overwinning.

Thomas Beerdsen  – Daan Brandenburg  1 – 0

Joost Hoogendoorn –  Nico Zwirs 0 – 1

Hing Ting Lai –  Jonas Hilwerda 1 – 0

Arthur Pijpers –  Willy Hendriks  ½ – ½

Robin Swinkels –  Nick Maatman ½ – ½

Hugo ten Hertog  –  Mark Timmermans 1 – 0

Ilias van der Lende – Twan Burg  1 – 0

Liam Vrolijk  – Friso Nijboer 1 – 0

Met zoveel winstpartijen is het lastig kiezen als je de opdracht hebt om het allemaal een beetje kort en bondig te houden. Dus heb ik geheel arbitrair twee partijen uitgekozen waarin een vrije c-pion een belangrijke rol speelt. Daan Brandenburg koos in zijn partij tegen Thomas Beerdsen voor de Philidor verdediging. Het is een opening die me niet erg kan bekoren. Zwart komt een tikkeltje passief te staan. Wit kan allerlei natuurlijke zetten doen en op die manier een goede stelling opbouwen. Zwart probeert zich te bevrijden met 8. … b5. Maar dat lijkt geen gelukkige greep. Daarna is het wit wat de klok slaat. Thomas bouwt zijn voordeel vakkundig uit tot winst.

Lees meer >