Dit boek is onderdeel van een interessant tweeluik over de eeuwige strijd tussen loper en paard. In deel 1 kwam de strijd tussen loper en paard zonder andere stukken aan bod. Dit deel handelt over dezelfde strijd maar dan met torens en dames. Jasper Dekker schreef een uitgebreide recensie over het eerste deel.
Het is een interessante invalshoek. Wellicht mis ik iets, maar ik heb geen boeken over dit specifieke onderwerp in mijn bezit. Wel enkele boeken over afzonderlijke stukken, zoals de loper of torens.
Aandacht besteden aan deze ‘eeuwige strijd’ is natuurlijk bijzonder nuttig. Het geeft spelers een goed inzicht in welke stukken hij beter wel en welke beter niet moet ruilen in bepaalde stellingen. Deze boeken dragen ook bij aan een dieper begrip van eindspelen en hoe je ze aanpakt. Dergelijke boeken hebben nog een ander voordeel: ze zijn ’tijdloos’. In tegenstelling tot bijvoorbeeld openingsboeken waar de ‘mode’ regelmatig overheerst.
Indeling
Het boek bestaat uit twee delen. Deel 1 handelt over eindspelen met loper en paard met de torens op het bord. Dat deel is dan weer gesplitst in hoofdstuk 1: superieure loper en hoofdstuk 2: superieur paard.
Het tweede deel is een stuk korter en kent een soortgelijke splitsing in twee hoofdstukken waarin telkens het paard of de loper de boventoon voert. Kortom: een zeer heldere indeling. Daarnaast is het verschil in lengte tussen beide delen vast verklaarbaar uit het feit dat torens nou eenmaal vaker overblijven in eindspelen omdat ze relatief laat aan het spel deelnemen.
Verschillende karakters
Ik verklap geen nieuws als ik zeg dat lopers in open stellingen met materiaal aan beide zijden van het bord vaak beter tot hun recht komen. Paarden doen het over het algemeen beter in gesloten stellingen. Maar dat is, zo blijkt uit dit boek, bepaald geen wet van Meden en Perzen. De complexiteit neemt uiteraard nog verder toe met andere stukken op het bord, een voorbeeld (ik heb de oorspronkelijk Engelse tekst integraal overgenomen):
Lees meer >