Boekenrubriek

Chess, Draughts, Morris & Tables in Past & Present

Onlangs is er een nieuw boek verschenen over de Europese geschiedenis van vier bordspellen schaken, dammen, molenspel en triktrak. Dit boek kan ook voor sommige schakers interessant zijn, hoewel het is geschreven vanuit het perspectief van een dammer.

Lees meer >

Boekrecensie- Understanding Queen Endgames

Inleiding

Mijn zesde recensie behandelt het boek: “Understanding Queen Endings” geschreven door GM Karsten Müller (1970) die bij ons uiteraard geen introductie behoeft, en Yakov Konoval (1955), die nog leerling is geweest op de beroemde Botwinnik-school. Hij heeft zich verdienstelijk gemaakt als programmeur. Zie bijvoorbeeld de zeven stukken-tablebases. Dit boek toont de samenwerking van eindspel-leraar (Müller) en de alleswetende computer, in beeld gebracht door Konoval. Het idee om eindspelboeken te zuiveren van fouten door sterke engines is natuurlijk niet nieuw. Dit boek is een voortvloeisel daarvan. Je zou ook de vijf eindspel volumes van Averbakh kunnen doorlichten. Of Chéron? Averbakh wordt op 8 februari 2022 overigens 100 jaar oud, het zou een mooi eerbetoon aan hem zijn, als iemand die klus op zich zou nemen.

 

Opbouw

Het boek is klassiek opgebouwd, elk hoofdstuk behandelt een eindspel met de dame in de hoofdrol. Op voorhand dacht ik dat het boek alleen dame vs. dame zou behandelen met alle pionformaties die er zijn. Zoals het boek van John Nunn: “Secrets of Rook Endings.” Dat boek telt 352 bladzijden en behandelt alleen maar toren en pion tegen toren! Nee, allerlei onderverdelingen zijn opgenomen. Twee torens tegen dame, twee lichte stukken tegen dame, dame tegen pion(nen) enz. Dame vs. dame komt natuurlijk aan bod (hoofdstuk 2). Dit hoofdstuk gaf me al meteen een persoonlijke correctie. In het eindspel dame en randpion tegen dame alsook dame en paardpion tegen dame meende ik de remise-zone te kennen. Maar die zone was onjuist! Dankzij de table-bases is dat duidelijk geworden. Ik ga dat nu niet verklappen, koopt u daarvoor dit boek en de “nieuwe” remisezone wordt u ook duidelijk! Het hoofdstuk waar ik het meeste plezier aan beleefde was hoofdstuk 6: dame tegen twee torens. Wellicht omdat er weinig tot geen stof voorhanden is in andere eindspelboeken. Afgezien dan van Glenn Flears “Practical Endgame Play-beyond the basics”, maar dat kan ook liggen aan mijn beperkte voorraad schaakboeken. Voorts vind ik het prettig dat Müller vaak refereert aan andere boeken. Bijvoorbeeld op bladzijde 221 aangaande het eindspel: koning dame tegen koning loper en paard (zonder pionnen) waar hij verwijst naar John Nunns: “Secrets of Pawnless Endings”, met het excuus erbij dat hijzelf te weinig stof geeft. Mooi toch, die waardering voor collega-schrijvers. Ook is er waardering voor de toernooipraktijk, want bijna alle voorbeelden komen daarvandaan. Ook is het gros van de partijen van de laatste 20 jaar. Ik trof zelfs enkele bekenden aan! Het boek corrigeert deze toernooipartijen (uiteraard wemelen de partijen van de fouten, die de computer genadeloos laat zien). Daarnaast laat het boek de langste (lees lastigste) winsten zien in het eindspel dat op dat moment behandeld wordt. Dus wij kijken naar de partij Nakamura – Gunina (Caleta 2018) Koning met twee torens plus pion tegen koning dame en dan volgt later een geforceerde winst van 244 zetten, vanuit de moeilijkste beginstelling van dat specifieke eindspel.

Lees meer >

Recensie: The Human Factor – Karsten Müller & Luis Engel

Omdat ik in de week van 23-27 augustus vijf dagen in Hamburg verbleef, om bij Chessbase filmpjes op te nemen voor een paar dvd’s die ik aan het samenstellen ben, kon ik kennismaken met de man die bekend staat als één van de grootste eindspelexperts ter wereld: grootmeester Karsten Müller.

En niet zomaar, want de Chessbase medewerker die mij begeleidde bij mijn filmpjes, Pascal Simon, nodigde mij uit om samen met Müller één van zijn Endgame Magic shows op te nemen. Ik had eerlijk gezegd niet helemaal door wat mij te wachten stond, maar het overtrof mijn stoutste verwachtingen. Karsten had zich minutieus voorbereid door in de database op zoek te gaan naar eindspelen die ik ooit op het bord heb gehad.

Daar had hij soms voorbeelden bij gezocht uit zijn eigen praktijk, soms ook gecontroleerd met de “7-men-tablebases” en dat leverde een geanimeerde samenspraak op. De bezoekers van schaaksite.nl zullen zich wellicht mijn column “Van Wely en de bushalte” kunnen herinneren en deze anekdote kwam hier ook ter sprake. Als een echte heer gaf Muller mij voorafgaand aan dit hele gebeuren zijn meest recente boek The Human Factor in Chess dat ik diezelfde avond direct ben gaan lezen. En ook dat overtrof de eventuele verwachtingen die ik mogelijk zou kunnen hebben, aangezien ik me al een meesterwerk van hem kon herinneren dat ik in mijn boekenkast heb staan: Fundamental Chess Endings dat hij samen met Frank Lampert schreef.

Klik op de afbeelding voor een link naar de uitzending.

 

De hoogste tijd om het hierboven genoemde boek te bespreken. Hoewel de titel nog niet helemaal prijsgeeft wat de insteek van dit boek is, laat de cover aan duidelijkheid niets te wensen over. De twee auteurs zetten in op het bespreken van vier verschillende archetypen die zij binnen het schaken denken te kunnen aanwijzen. Voordat ik inhoudelijk inga op dit hoogst originele boek een kleine beschrijving van de twee auteurs:

GM Karsten Müller (geboren in 1970) behoeft nauwelijks introductie. Hij studeerde wiskunde en behaalde een doctorale graad in dit vak in 2002. Hij heeft zich ontpopt tot een grote eindspelspecialist en in de loop van de tijd heeft hij, naast de vele schaakvideo’s die hij voor Chessbase heeft geproduceerd, ook een enorme reeks boeken geschreven, vaak in coproductie
met iemand anders.

GM Louis Engel (geboren in 2002) werd in oktober 2019 grootmeester en hij is daarmee – op Vincent Keymer (die het voorwoord in dit boek schreef) na – de jongste speler met deze titel in Duitsland. In eigen land is hij momenteel de jeugdkampioen t/m 18 jaar.

 

Lees meer >

Recensie: Bishop versus Knight – The Eternal Battle (volume 1)

Inleiding

Het is aan mij om het nieuwe ‘recensieseizoen’ te openen en het gaat meteen over een belangrijk thema: het loper-paard eindspel. Een strijd die regelmatig op het bord verschijnt. Zo speelde ik zelf afgelopen weekend mee in Hoorn en tijdens de eerste partij was het meteen raak. De bestudering van Bishop versus Knight – The Eternal Battle kwam daarbij goed van pas. Het werk van Boroljub Zlatanovic zorgt er namelijk voor dat zulke eindspelen met meer begrip kunnen worden gespeeld. Ik had tijdens bovengenoemde partij de loper en zocht bijna ‘automatisch’ naar mogelijkheden om de stelling te openen of een vrije randpion te creëren.

 

In dit eerste deel leert de auteur de lezer bovenal om situaties te herkennen waar een van beide stukken dominant is. De meeste schakers weten dat een loper beter gedijt in een open stelling en een paard tot zijn recht komt in een gesloten structuur, maar na de bestudering van dit boek wordt het makkelijker om op het goede moment die algemene gronden los te laten. Zo kan een loper ook in een gesloten positie dominant zijn als de diagonaal die het stuk controleert belangrijk is en het paard de open stelling domineren als het een sterk veld bezit. Mijn beschouwing over de wijze waarop Zlatanovic deze kennis poogt over te brengen en enige kritische noten vindt u in het eindoordeel.

Lees meer >

Recensies: vier interessante zomerboeken

Als coördinator van de boekenrubriek ontvang ik regelmatig uit binnen- en buitenland pakketjes met boeken. Uitgeverijen hebben er belang bij dat hun nieuwe boeken onder de aandacht van een groot publiek worden gebracht. Daar werkt ons Schaaksiteteam, bestaande uit tien recensenten graag aan mee! Vrijwel elke vrijdag krijgt u van één van onze recensenten een uitgebreide boekbespreking te zien die u kunt terugvinden onder deze link. Als u terugbladert, ziet u dat we al wat boeken en zelfs YouTube-content hebben gerecenseerd. Deze rubriek is voorlopig de laatste vóór de zomer omdat we even de pauzeknop indrukken. We houden namelijk een zomerreces van zes weken aan, maar u kunt van ons weer het nodige verwachten begin september. We sluiten dit halve jaar af met vier bijzondere boeken van twee uitgeverijen, New in Chess (uit Alkmaar) en Gambit (Londen).

(klik hieronder op de titel in de tabel voor een link naar het boek in dit artikel en op het boek voor een link naar de website van de uitgeverij)

The Unstoppable American – Jan Timman The Scandinavian for Club Players –Thomas Willemze
Magnus Carlsen’s most instructive games –Martyn Kravtsiv Win with the Caro-Kann – Sverre Johnsen and Torbjørn Ringdal Hansen

The Unstoppable American – Jan Timman

Met de twee mooie ondertitels van dit boek “Bobby Fischer’s road to Reykjavik” en “His Sensational Run tot he 1972 World Chess Championship Match” wordt in een notendop verteld waar dit boek over gaat. We weten allemaal dat Fischer in 1971 en 1972 op de top van zijn kunnen was, waarbij vooral zijn ongekende serie overwinningen op rij een regelrechte sensatie was, zoals ik ooit in een artikel “Gespot 35 Fischers ongeëvenaarde serie overwinningen” heb beschreven.

Lees meer >

U Cannot Be Serious!

Mijn vijfde recensie behandelt het boek: “U Cannot Be Serious!” geschreven door Michael Basman (1946) en Gerard Welling (1959). Dat dit boek is geschreven door een Nederlander en een Engelsman is duidelijk te zien aan de titel: het begint met een Nederlandse “u” en de rest is in het Engels. De naam Basman staat garant voor behoorlijk wat zeldzame openingen die ons schaakspel rijk is. Basman is eind jaren 70 begonnen aan zijn queeste en heeft wereldwijd de nodige volgelingen. Dat zijn aparte openingskeuze gezond en speelbaar is, staat buiten kijf. Als u me niet gelooft dan zal dit boek voldoende bewijs van het tegendeel leveren.

Als ik het goed begrepen heb, leverde Basman de partijen en varianten en heeft Gerard dit alles samengevoegd tot een prachtig boek. Dit boek is duidelijk tweeledig: aan de ene kant de ode aan “Mike” Basman, die dit jaar 75 is geworden en aan de andere kant een volwaardig openingsboek, met een zee aan materiaal, analyse en uitleg over wat er nu strategisch gebeurt in deze openingen.

 

Opbouw

De ode aan Basman is goed te zien in de eerste twee hoofdstukken. Ik heb met plezier de bladzijden 11 tot en met 60 gelezen en nagespeeld. Het behandelt de toernooien Biel 1979 en Luik 1981 waar Basman met succes aan deelnam. Maar ook Gerard speelde mee en zat dus op de spreekwoordelijke eerste rij. Dat maakt deze hoofdstukken ook zo speciaal. Neem nu de Joegoslaven die gruwelden van de openingskeuze van Mike en die hem wel een eventjes van het bord zouden vegen. De parka die Basman aanhad in Luik, terwijl de mussen dood van het dak vielen.

Daarna komen de hoofdstukken met de theorie. Hoofdstukken 3, 4 en 5 gaan over de St. George, de Grob en de De Klerk zowel als de Dubbele De Klerk, de laatstgenoemde opening is in het Engels beter bekend als The Global opening, maar dat terzijde. Zowat alle varianten komen aan bod. Wat niet gespeeld is, wordt benoemd en bijna alles (ook weer een ode aan Basman) is van partijen van hemzelf. Er is geloof ik in het hele boek maar één partij die niet van hem is. Maar belangrijker is dat de lezer duidelijk gemaakt wordt wat de bedoeling is na bijvoorbeeld 1.g4 of na 1.a3 e5 2.h3 Daardoor wordt het misschien interessant om deze openingen eens zelf te spelen? Misschien eerst online wat snelschaak? Maar waarom ook niet in uw echte partijen? Met dit boek erbij bent u wat dat betreft serieus bezig!

Lees meer >

Recensie: Genna Remembers

Hoe is het om in twee totaal verschillende werelden te leven? Voor de meesten van ons is het moeilijk voor te stellen hoe het is om in een land te wonen dat met harde hand wordt geregeerd. Genna Sosonko is wat je noemt ervaringsdeskundige. Hij leefde vanaf zijn geboorte in 1943 tot 1972 in Leningrad in de voormalige Sovjet-Unie.

In dat jaar kreeg hij de kans om naar het vrije westen uit te wijken en vestigde hij zich in Nederland. In de Sovjet-Unie had Genna er al een hele schaakcarrière op zitten. Hij behaalde daar de titel van nationale meester, dan was je al een hele sterke schaker, en trainde Michail Tal en Viktor Korchnoi.

Dat Sosonko een zeer sterke schaker was bleek al heel snel. Hij behaalde na zijn emigratie binnen enkele jaren de titel van grootmeester (dat was in de Sovjet-Unie voor veel schakers een onbereikbaar ideaal) en behoorde vanaf midden jaren zeventig tot begin jaren tachtig tot de twintig beste schakers in de wereld. Hij won diverse toernooien, zoals tweemaal in Wijk aan zee en het NK. Kortom: een prachtige schaakcarrière.

Auteur en journalist

In 2004 zette hij een punt achter zijn actieve loopbaan als schaker en begon te schrijven. Hij schreef onder andere mooie boeken over Tal, Smyslov, Korchnoi en Bronstein. Dus boeken over schakers en niet zozeer over schaken. In ‘Genna Remembers’ gaat het over herinneringen aan meer dan één schaker. Ik zal u niet vermoeien met alle interessante namen die voorbijkomen. Het is een boeiend verslag van hoe het een aantal schakers verging na emigratie uit de Sovjet-Unie. Maar er is veel meer…!

Lees meer >

Korte cv: Ariton Debrliev

De boekenrubriek heeft inmiddels weer een nieuwe recensent, die we graag aan u voorstellen: Ariton Debrliev.
Toen hij lid werd van schaakvereniging Spijkenisse is hij mede onder invloed van één van onze recensenten, Daniel Zevenhuizen, bereid gevonden om ons recensententeam te versterken. Hieronder de door hem geschreven korte biografie.
 
Mijn naam is Ariton Debrliev. Mijn opa heeft mij leren schaken toen ik 4 was.

Lees meer >

Kleine stappen naar grote verbetering met Sam Shankland

Foto: Frans Peeters

Er wordt vaak gezegd dat pionnen de ziel van het schaken zijn (Philidor). Als wij deze metafoor doortrekken, dan noem ik hierbij het boek van Sam Shankland een spiritueel boek, dat je schaakziel voedt en verbreedt. Het boek draait vooral om één hoofdthema, namelijk dat pionnen alleen maar vooruit kunnen, ze kunnen niet terug. Dit is uniek aan pionnen: wanneer je een willekeurig ander stuk op een verkeerd veld zet, en je realiseert je dat, dan kun je het altijd terugzetten. Daarom zijn de beslissingen over waar je je pionnen positioneert, wanneer je ze naar voren zet, en wanneer je een andere pion slaat, erg belangrijk. Deze beslissingen worden vaak onderschat of soms zelfs als onbelangrijk gezien. Een pion die verloren gaat door zo’n verkeerde beslissing kan echter vaak het verschil maken. Shankland begint dan ook met het uitleggen van deze gewichtigheid. Hij laat dit zien door middel van een partij van eigen hand:

Lees meer >

De zijdelingse invasie op Sicilië

Boekrecensie van Ravi Haria’s The Modernized Anti-Sicilians. Vol. 1: Rossolimo Variation

Geschiedenisstudent Ravi Haria (geb. 1999) getuigt in The Modernized Anti-Sicilians van zijn jongvolwassenheid en deelt een steekhoudend repertoire met het publiek. Daarbij ontwijkt de Britse meester handig de valkuilen die elk openingsboek voor diens schrijver opwerpt: compleetheidswaan en schrijven zonder publiek.

 

Zelfs de grootste namen in het schaken hebben zich aan de antisicilianen gewaagd. Daarbij is de loperzet 3.Lb5 zowel tegen de Klassieke als de Najdorf-variant van het Siciliaans een veelgeziene methode om zwart in zijn droom van een dynamische partij te hinderen. Als bij een agressietraining probeert de witspeler, tot frustratie van de tegenpartij, elke agressieve neiging in de kiem te smoren. Met therapeutische tact legt de witpartij middels flexibel manoeuvrerende stukken elke woedeaanval van haar patiënt lam: uitbarsting leidt tot vernedering, tamheid tot bedaren van de strijdvaardige wil. Kortom, wit heeft op de aanvallende zwartspeler psychologisch overwicht. Waar het steeds om te doen is, zegt Haria, is het ‘eindeloos stellen van praktische problemen’.

 

Wie dacht dat je met het mijden van het Open Siciliaans voorbereidingstijd zou besparen, komt van een koude kermis thuis. De loper uitspelen en met de armen over elkaar onderuitzakken, denkende dat de tegenpartij zich nu wel beduusd zal voelen, is niet aan te raden. Om de zwartpartij te temmen, hen steeds een stap voor te zijn, moet men zich de meest subtiele voortzettingen eigen maken. De circusartiest die haar tijger voor een moment van diens natuurlijke dominantie laat ruiken, wordt verscheurd en verslonden. Men behoede zich dan ook te vervallen in de ‘logica van de eenvoud’. De flexibiliteit, verkregen door van de gebaande paden af te wijken, zal niet afdoende zijn om zonder voorbereiding een leuke partij te spelen.

Volgens Ravi Haria duikelt men hier nietsvermoedend in de ‘luiheidsval’. We leven in een tijd waarin supercomputers een zekere weg naar voordeel voorkauwen, waarbij databases het bestaan van deze of gene variant uitwijzen en het gemakkelijk maken om goed voorbereid aan de toernooitafel te verschijnen. Het zal met onze tegenstanders, de Siciliaan-exponenten, niet anders zijn.

Lees meer >