Rubrieken

In de schijnwerpers: Jacob Aagaard

Foto beschikbaar gesteld door Quality Chess

U kent GM Jacob Aagaard vast wel als succesvol auteur van diverse uitstekende boeken. Hij won meerdere onderscheidingen. Maar schrijven is lang niet het enige wat hij doet. Hij is een succesvol trainer en sinds kort de CEO van een groep van uitgeverijen. De overname van New In Chess en Everyman Chess door Quality Chess van Jacob Aagaard en GM John Shaw was belangrijk schaaknieuws eerder dit jaar. Hoog tijd om Jacob te vragen naar wat er is gebeurd en wat zijn plannen zijn. Maar we beginnen met de persoon zelf, zijn carrière als schaker, schrijver, trainer en hoe het uiteindelijk tot de overname kwam.

Wanneer ben je begonnen met schaken en wie heeft je schaken geleerd?

Ik kreeg les van mijn ouders toen ik zes jaar oud was. Ik verloor en begon te huilen. Toen wilden ze niet meer met me spelen. Later schaakte ik met een ander kind op school en toen was er ook een schaakclub op de school. Ik was een jaar of elf en zei ik tegen mijn moeder dat ik graag wilde schaken. Ze nam me mee naar een schaakclub. Het was een gelukje dat ze al een juniorenafdeling hadden toen ik aankwam. Ik ging er voor de eerste keer eind mei 1985 naar toe. De juniorenafdeling begon in augustus 1985, anders waren we met drie kinderen geweest in plaats van 25. Zo is het begonnen.

Lees meer >

Korte biografie: Bram de Vries

Op Schaaksite treft u al vanaf 10 april 2018, voornamelijk op vrijdagen (zomer- en winterreces daargelaten) een boekrecensie aan. Een van de nieuwe recensenten is Bram de Vries. We stellen hem graag nader aan u voor. Hieronder een door hem zelf geschreven korte biografie.

 

Bram de Vries (foto Harry Gielen)

Mijn naam is Bram de Vries, ik ben 29 en woon in Wageningen. Schaken leerde ik van mijn vader, en thuis deden we veel bordspellen. Het grote schaakenthousiasme begon toen we met een groepje op de basisschool fanatiek meededen aan het basisschooltoernooi in Zwolle.

Jarenlang speelde ik bij ZSG, waar we vele vrijdagavonden tot diep in de nacht bughouseden. In 2013 verkaste ik naar Wageningen om Bos- en Natuurbeheer te studeren en sindsdien woon, werk en schaak ik hier. Toernooien speel ik het liefst op treinafstand of juist meerdaags vanaf de camping, waarbij er altijd wel een schaakboek meegaat.

Met veel plezier lees ik de rubrieken en verslagen op Schaaksite. Hopelijk kan ik als recensent een bijdrage leveren aan het leesplezier en de boekenkeuze van clubschakers!

Lees meer >

Hoe stop je een vrijpion?

Zie jij hoe wit wint in deze stelling? Ik kwam hem tegen op een van de vele puzzelsites, en moet heel eerlijk zeggen… ik zag het niet. Natuurlijk je kunt slaan op e6, maar dan komt 1…, h3 en hoe houd je die vrijpion dan tegen? Dat vind ik altijd heel lastig, vrijpionnen stoppen, en ik stond op het punt om het op te geven.

Dat ik de oplossing uiteindelijk toch vond,

Lees meer >

Korte biografie: Corniek le Poole

Op Schaaksite treft u al vanaf 10 april 2018, voornamelijk op vrijdagen (zomer- en winterreces daargelaten) een boekrecensie aan. Een van de nieuwe recensenten is Corniek le Poole. We stellen hem graag nader aan u voor. Hieronder een door hem zelf geschreven korte biografie.

 

Corniek le Poole (foto privécollectie)

De oproep naar nieuwe boekrecensenten voor Schaaksite leek me een uitstekende gelegenheid om mijn liefde voor boeken, schrijven en schaken te delen met een breder publiek. Ik heb in Wageningen International Land and Watermanagement gestudeerd, maar daar heb ik halverwege nog een (verkorte) bachelor Filosofie in Nijmegen aan vastgeplakt. Die studie beviel zo goed dat ik op dat pad ben doorgegaan, en zojuist heb ik de Research Master Philosophy aan de Radboud Universiteit afgerond. Het onderwerp van mijn scriptie was de Sloveense filosoof Slavoj Žižek. Hoewel ik daardoor inmiddels wel gewend ben aan lastige teksten, stel ik aan de schaakboeken die ik hier recenseer toch heel andere eisen.

Het schaken heb ik geleerd van mijn vader, maar pas op de middelbare school heb ik het serieus opgepakt. Sindsdien is mijn niveau langzaam maar gestaag gestegen richting de 1950 en hopelijk bereik ik binnenkort mijn tussendoel van de 2000. Deze langzame vooruitgang schrijf ik deels toe aan mijn liefde voor (schaak)boeken en lezen, wat heeft geleid tot een te academische benadering van het schaakspel. Schaken is echter vooral een vaardigheid die oefening vereist. Ironisch genoeg kwam deze realisatie ook uit een boek, namelijk Chess for Zebras van Rowson. Mijn vertrouwen in boeken blijft dus onverminderd groot.

Als recensent richt ik me op boeken die voor zoveel mogelijk spelers relevant zijn en die hopelijk ook bijdragen aan de verbetering van mijn eigen spel. Veel schaak- en leesplezier!

 

Lees meer >

De vloedlijn

Na 10.0-0, 10… Lxe5 of 10… 0-0, wat is beter?

Stockfish 11 HCE is sterk genoeg om onverwijld de studie in de eerste Kibitzerreactie van Sergey Kaminer foutloos op te lossen.

Maar in chessgames.com/perl/chesslike.pl?gid=2258390 zijn 6 seconden voor SF 11 bij 11… Ld7 onvoldoende om 15.Dxg4! (partij Jeroen van Assche – Giovanni Tanda 2013 op ChessBase) te vinden,

Lees meer >

Krantenrubrieken weekends 17 en 24 augustus

Wekelijks publiceren we de schaakrubrieken van Dimitri Reinderman voor HDC Media, Henk Prins voor het Reformatorisch Dagblad, Nick Maatman voor Dagblad van het Noorden / Leeuwarder Courant en Hans Ree in de Groene Amsterdammer.

Lees meer >

Korte biografie: Frits Fritschy (update)

U heeft eerder op Schaaksite het bericht kunnen zien waarin we een oproep deden om nieuwe recensenten of verslaggevers te werven. Voor de boekrecensies was de belangstelling overweldigend. Maar verslaggevers bieden zich maar mondjesmaat aan. Een van de nieuwe verslaggevers wordt Frits Fritschy, die zich gelukkig wél bereid heeft verklaard mee te gaan helpen. We zijn hem nu al erkentelijk en stellen hem graag nader aan u voor. Hieronder een door hem zelf geschreven korte biografie.

 

Frits Fritschy

Frits Fritschy (foto privécollectie)

Ik ben in 1956 geboren in Rotterdam. Mijn vader leerde me schaken toen ik een jaar of zes was, en vlak na mijn dertiende verjaardag mocht ik lid worden van schaakvereniging RSR/Ivoren Toren. In 1975 werd ik lid van Charlois (in dat jaar nog zonder Europoort), waarvoor ik in de seizoenen 1976–1978 in het hoofdklasseteam mocht uitkomen. Na een schaakpauze van drie jaar werd ik in 1983 lid van SV Voorschoten, waar ik een half leven gespeeld heb. Sinds 2018 ben ik lid van LECEL Limoges, waarmee ik dit seizoen in de Franse eerste klasse speel.

Eind jaren zeventig begon ik een studie geschiedenis in Leiden, waar het schaken en andere activiteiten niet erg bevorderlijk voor waren. Na twaalf ambachten en dertien ongelukken wist ik van alles een beetje; een uitstekende basis om bij een uitgeverij te gaan werken, eerst als redacteur, later als dtp’er, toen nog niemand (mezelf incluis) wist wat dat was. In 1994 werd ik kleine zelfstandige en dat ben ik nog steeds; ik produceer boeken voor uitgeverijen: opmaak, redactie en omslag.

Ik ben nu al 33 jaar niet getrouwd en toch gelukkig met Anneke. Sinds 1993 hebben we een dochter. Profiterend van het verschil in huizenprijzen verkasten we in 2018 naar een dorpje in Frankrijk. En zo kwam alles toch nog goed.

Lees meer >

Korte biografie: FM Frank van Tellingen

Op Schaaksite treft u al vanaf 10 april 2018, voornamelijk op vrijdagen (zomer- en winterreces daargelaten) een boekrecensie aan. Een van de nieuwe recensenten is FM Frank van Tellingen. We stellen hem graag nader aan u voor. Hieronder een door hem zelf geschreven korte biografie.

 

Frank van Tellingen (foto privécollectie)

FM Frank van Tellingen
Ik studeerde Duitse taal en daarnaast filosofie bij Martin Stokhof aan de UvA en ben in het dagelijks leven docent Duits aan het gymnasium Haganum in Den Haag. Dat doe ik met veel plezier. Op school geef ik op vrijdagmiddag schaakles aan geïnteresseerde leerlingen. Daar woon ik ook, samen met mijn vrouw en twee kinderen, van 13 en (bijna) 10. Met schaken in clubverband begon ik op 12-jarige leeftijd bij RsR Ivoren Toren en later bij de Pioniers in Alkmaar. Persoonlijk hoogtepunt was een 3e plaats op het NK jeugd t/m 16. Een van de recente hoogtepunten in mijn schaakleven was het totaal onverwachte seizoen van onze club in de Meesterklasse. Op mijn 19e volgde ik de trainerscursus bij Cor van Wijgerden en Rob Brunia. Erg leerzaam en vermoedelijk is daar ook de idee geboren, ooit voor de klas te gaan staan. Ruim 15 jaar heb ik op basis van de stappenmethode lesgegeven aan jeugdspelers. Er is m.i. nog steeds geen betere methode om jeugdspelers zich snel tactisch te laten ontwikkelen!

Zelf geloof ik dat schaken alleen maar interessanter wordt, des te meer je van het spel leert te begrijpen & dat je met zelfstudie je niveau redelijk op peil kunt houden. Wat dat betreft is het oefenmateriaal van vandaag de dag zoveel beter dan waarmee we vroeger trainden.

Over de vraag hoe je als gemiddelde clubschaker toch nog beter kunt worden, schreef ik ook enkele artikelen op de website van de Waagtoren. Als recensent probeer ik dan ook vanuit het perspectief van de gemiddelde en betere clubspeler te kijken wat de uitstekende boeken van vandaag de dag hun kunnen bieden.

Lees meer >

Boris Spassky’s best games – recensie

Dit is helaas voorlopig mijn laatste recensie! Na aardig wat jaartjes (6!) met plezier stukken geschreven te hebben voor deze leuke site, moet ik helaas even een stap terug doen i.v.m. werk en gezin! Bedankt voor de positieve reacties op eerdere stukken! Gelukkig zijn er al heel wat nieuwe vrijwilligers die graag doorgaan met deze rubriek 😊

Door naar de recensie:

Als jeugdspeler heb ik nooit veel gehad met het doorspelen van bekende of thematische partijen, noch met het naspelen van partijen van bekende schakers. Een schaakidool had ik ook niet. Ik wist nog net dat Euwe de enige Nederlandse wereldkampioen was geweest, maar je had me nooit moeten vragen naar zijn stijl of überhaupt een partij van hem. Een boekje over één van de Kasparov-Kapov matches herinnering ik me nog wel, maar meer de kaft dan de inhoud. Ik weet ook nog dat ik, samen met mijn vader overigens, een vrij beperkte blik had op het spel. We waren wellicht beiden beginners, maar de leus ‘1.d4 is remise’ herinner ik me nog goed. ‘Remise’, als in ‘je wilt niet winnen’. Want met 1.d4 was het onmogelijk om op winst te spelen, dat kon alleen met 1.e4. Uiteindelijk, toen ik voorbij de 2000-rating was gekomen, vond ik dat het voor mijn schaakontwikkeling misschien wel goed was om ook maar eens 1.d4 te gaan bestuderen. Ik speelde het een tijdje, won wonderbaarlijk ook nog wat potjes met die schuifopening, en stapte weer terug naar 1.e4.

En toen kwam corona. Ik weet niet hoe gemotiveerd jij/u was in die tijd om te trainen, maar bij mij zakte dat aanvankelijk nogal weg. Geen echte partijen meer kunnen spelen vond ik best een domper. Nu al die jeugdtalentjes oppoppen die tijdens corona 24/7 online geschaakt hebben, denk ik dat ik best wat meer had kunnen doen. Toch gebeurde er iets opvallends, voor mijn doen, tijdens corona. Ik vond Boris Spassky! Nouja, zijn partijen dan.

Lees meer >

Briljant en verblind

Woede is de kortste weg naar waanzin (Seneca)

April 1945, het waren de laatste weken van de Tweede Wereldoorlog. Het Duitse verdedigingsleger in het westen, Heeresgruppe B, was in het Ruhrgebied door het Amerikaanse leger ingesloten en in tweeën gedeeld. De Amerikanen eisten op 15 april de overgave van generaal-veldmaarschalk Walter Model, maar hij weigerde en verklaarde dat hij zich niet kón overgeven omdat hij de eed van trouw aan Hitler had afgelegd.

In plaats daarvan ontbond hij het leger en liet zijn mannen weten dat ze de keuze hadden tussen vlucht en overgave. Zelf spiegelde hij zich aan de legeraanvoerders van de antieke oudheid die in het zicht van de nederlaag zelfmoord pleegden. Op 21 april schoot hij zich door het hoofd.

Het enige dat de nazi’s nog restte, was een felle verdediging van een paar steden. De zevende tankdivisie van de Britten rukte op richting Hamburg en Bremen. Hitler had intussen bevolen dat Hamburg tot de laatste man verdedigd moest worden. De aanval op Hamburg begon op 18 april 1945. Maar eerst moest het verzet gebroken worden in enige omliggende plaatsen en plaatsjes. Het dorpje Welle was daar één van. De bevolking had er al meer dan genoeg van en liet witte lakens, ten teken van overgave, uit de ramen hangen. Een fanatieke Wehrmacht-eenheid van zo’n tien man dacht daar anders over. Slechts uitgerust met Panzerfausten probeerden ze de Britten op de Lünenburgerheide tegen te houden. Wat er precies gebeurde op die 17e april is niet helemaal duidelijk.

Er is een bron die zegt dat de aanvoerder van de Duitsers, een jonge luitenant, zich naar voren wierp onder de uitroep “Sieg Heil” en daarop werd neergemaaid. Volgens een andere bron zou hij met zijn handen omhoog zijn neergeschoten. Dorpelingen vonden op het ontzielde lichaam papieren met aantekeningen bij ingewikkelde mathematische berekeningen en problemen. Ze verklaarden later dat ze de indruk hadden dat de luitenant de oorlog alsnog wilde winnen.

Lees meer >